tow FIAT FREEMONT 2012 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: FIAT, Model Year: 2012, Model line: FREEMONT, Model: FIAT FREEMONT 2012Pages: 356, PDF Size: 8.41 MB
Page 317 of 356

(Vervolgd)
Om vervuiling te voorkomen door materiaal of
vocht van buitenaf, dient u alleen nieuwe rem-
vloeistof te gebruiken, of remvloeistof uit een
hermetisch afgesloten vat . Houd de dop op het
reservoir van de hoofdremcilinder altijd vergren-
deld. Remvloeistof in een open vat neemt vocht
op uit de lucht , waardoor de remvloeistof een
lager kookpunt krijgt . De remvloeistof kan hier-
door gaan koken tijdens hard of lang remmen,
waardoor de remmen niet meer werken. Dit kan
leiden tot een ongeval.
Het bijvullen van het vloeistofreservoir met te
veel remolie kan leiden tot het morsen van vloei-
stof op hete motoronderdelen, waardoor de rem-
olie vlam kan vatten. Remvloeistof kan ook
schade toebrengen aan gelakte oppervlakken en
vinyl. Let daarom op dat er geen remvloeistof op
deze oppervlakken terecht komt .
Zorg dat er geen vloeistof op basis van aardolie
in de remvloeistof terechtkomt . De afdichtingen
van het remsysteem kunnen hierdoor worden
aangetast , waardoor de remmen hun werking
gedeeltelijk of geheel kunnen verliezen. Dit kan
leiden tot een ongeval. AUTOMATISCHE TRANSMISSIE (voor
bepaalde uitvoeringen/markten)
De automatische versnellingsbak en de differentiee-
leenheid bevinden zich in een enkele behuizing.
Het vloeistofpeil in de automatische versnellingsbak
moet bij elke onderhoudsbeurt worden gecontroleerd.
Wanneer met een te laag vloeistofniveau wordt gere-
den, kan dat de levensduur van de transmissie en de
vloeistof sterk bekorten.
Keuze van smeermiddel
Het is belangrijk het juiste smeermiddel voor de ver-
snellingsbak te kiezen, om een optimale werking van de
transmissie te garanderen. Gebruik uitsluitend de door
de fabrikant aanbevolen transmissievloeistof. Raad-
pleeg "Vloeistoffen, smeermiddelen en originele onder-
delen" in "Technische gegevens" voor meer informatie.
Het is belangrijk dat de transmissievloeistof het ver-
eiste peil heeft en dat u de aanbevolen vloeistof ge-
bruikt. Er mogen geen chemicaliën door de versnel-
lingsbak worden gespoeld; uitsluitend het
goedgekeurde smeermiddel mag worden gebruikt.
Speciale additieven
Automatische transmissievloeistof (ATF) is een hoog-
waardig product waarvan de prestaties door additieven
nadelig kunnen worden beïnvloed. Daarom raden we u
aan geen additieven aan de transmissievloeistof toe te
voegen. De enige uitzondering op deze regel vormt het
toevoegen van speciale kleurstof om lekkage op te
sporen. Gebruik ook geen vloeibare afdichtmiddelen
311
UW AUTO VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 318 of 356

omdat die juist schade aan afdichtingen kunnen toe-
brengen.
Spoel uw versnellingsbak niet met chemi-
caliën, omdat die de versnellingsbak kun-
nen beschadigen. Dergelijke schade
wordt niet gedekt door de beperkte garantie van
een nieuw voertuig.
Vloeistofpeil controleren - Zestraps
automatische transmissie
Het is niet nodig om het vloeistofpeil regelmatig te
controleren, en om die reden is geen peilstok aanwezig.
Uw erkende dealer kan het vloeistofpeil in uw automa-
tische transmissie controleren met behulp van een
speciale peilstok. Als u een vloeistoflek opmerkt of de
transmissie defect raakt, gaat u onmiddellijk naar uw
erkende dealer om het vloeistofpeil in de automatische
transmissie te laten controleren. Als het voertuig
wordt gebruikt met een verkeerd vloeistofpeil, kan
ernstige schade aan de automatische transmissie wor-
den toegebracht.
Vloeistof verversen en filter vervangen
Raadpleeg "Onderhoudsschema" voor de juiste onder-
houdsintervallen.
Ververs de vloeistof en vervang het filter als de versnel-
lingsbak om welke reden dan ook wordt
gedemonteerd. HANDGESCHAKELDE VERSNELLINGSBAK
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Vloeistofpeil controleren
Inspecteer de handgeschakelde versnellingsbak op lek-
kage iedere keer wanneer de olie wordt ververst.
Indien nodig moet vloeistof worden bijgevuld tot aan
het juiste niveau.
Controleer het vloeistofpeil door de vuldop te verwij-
deren. Het vloeistofniveau moet liggen tussen de on-
derkant van de vulopening tot maximaal 4,7 mm
daaronder.
Keuze van smeermiddel
Gebruik alleen transmissievloeistof goedgekeurd door
de fabrikant. Geen andere stoffen toevoegen (behalve
kleurstoffen om lekken op te sporen). Raadpleeg
"Vloeistoffen, smeermiddelen en originele onderdelen"
in "Technische gegevens" voor meer informatie.
Verversingsinterval vloeistoffen
Ververs de vloeistof van de handgeschakelde versnel-
lingsbak volgens de intervallen die staan vermeld in het
"Onderhoudsschema" in deze handleiding.
ACHTERDIFFERENTIEEL (RDA) – ALLEEN
MODELLEN MET AWD
Keuze van smeermiddel
Gebruik uitsluitend de door de fabrikant aanbevolen
vloeistof. Raadpleeg "Vloeistoffen, smeermiddelen en
312
UW AUTO
VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 319 of 356

originele onderdelen" in "Technische gegevens" voor
meer informatie.
Vloeistofpeil controleren
Controleer de unit visueel na iedere olieverversing op
lekkage. Indien u lekkage ziet, controleer dan het vloei-
stofniveau door de vuldop te verwijderen. Het vloei-
stofniveau moet gehandhaafd worden tussen de bodem
van de vulopening tot 4 mm onder de vulopening.
Indien nodig moet vloeistof worden bijgevuld tot aan
het juiste niveau.
Verversingsinterval vloeistoffen
Raadpleeg "Onderhoudsschema" voor de juiste
onderhoudsintervallen.
VERDEELBAK (PTU) – ALLEEN MODELLEN
MET AWD
Keuze van smeermiddel
Gebruik uitsluitend de door de fabrikant aanbevolen
vloeistof. Raadpleeg "Vloeistoffen, smeermiddelen en
originele onderdelen" in "Technische gegevens" voor
meer informatie.
Vloeistofpeil controleren
Controleer de unit visueel na iedere olieverversing op
lekkage. Indien u lekkage ziet, controleer dan het vloei-
stofniveau door de vuldop te verwijderen. Het vloei-
stofniveau moet gehandhaafd worden tussen de bodem
van de vulopening tot 4 mm onder de vulopening.Indien nodig moet vloeistof worden bijgevuld tot aan
het juiste niveau.
Verversingsinterval vloeistoffen
Raadpleeg "Onderhoudsschema" voor de juiste
onderhoudsintervallen.
VERZORGING VAN DE AUTO EN
BESCHERMING TEGEN ROEST
Carrosserie en lak beschermen tegen roest
De aandacht die aan de carrosserie moet worden
besteed is sterk afhankelijk van de weersinvloeden en
het gebruik van de auto. Strooizout in de winter en
chemische producten die in andere seizoenen op bo-
men en in wegbermen gespoten worden hebben een
sterk corrosieve invloed op de carrosserie. Buiten
parkeren en blootstelling aan schadelijke stoffen in de
atmosfeer en op de wegen, extreem warm of koud
weer en andere uitersten kunnen de lak, de sierlijsten
en de beschermende laag aan de onderzijde van de auto
beschadigen.
De onderstaande onderhoudsadviezen helpen om de
carrosserie van uw auto gedurende lange tijd in opti-
male conditie te houden.
Oorzaken van corrosie
Corrosie ontstaat door blootstelling van het metaal
aan weersinvloeden, doordat de lak en beschermende
coatings op uw auto werden beschadigd of loslieten.
313
UW AUTO VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 320 of 356

De meest voorkomende oorzaken zijn:
strooizout, vuil en achterblijven van vocht.
steenslag.
insectenresten, teer en boomvocht.
zilte lucht in kuststreken.
zure regen en industriële vervuiling.
Wassen
Was uw auto regelmatig. Was de auto steeds in deschaduw en gebruik een mild reinigingsmiddel dat
geschikt is voor auto's. Spoel de auto zorgvuldig af
met schoon water.
Gebruiker een hoogwaardige was voor de bescher- ming van uw lakwerk. Zorg dat u geen krassen maakt
op de lak.
Gebruik geen bijtende producten en polijstmiddelen die de glans of de dikte van het lakwerk kunnen
aantasten.
Gebruik nooit schurende of sterke reini-
gingsmiddelen zoals staalwol of schuur-
poeder, deze veroorzaken krassen op het
metaal en de lak.
Speciale verzorging
Spuit de onderzijde van de auto regelmatig schoon (minstens één keer per maand) wanneer u op bepe-
kelde of stoffige wegen rijdt. Houd de afvoergaatjes aan de onderzijde van de
portieren, de schermen en de laadruimte schoon enopen.
Als u steenslag of krassen in de lak ontdekt, werk dergelijke plekjes dan meteen bij. Voor de kosten van
dergelijke reparaties is de eigenaar van de auto ver-
antwoordelijk.
Wanneer de auto door bijvoorbeeld een ongeval schade heeft opgelopen aan de lak en de bescher-
mende coating, moet u deze zo spoedig mogelijk
laten repareren. Voor de kosten van dergelijke repa-
raties is de eigenaar van de auto verantwoordelijk.
Wanneer u speciale ladingen met chemicaliën, kunst- mest, zout, enz., vervoert, let dan goed op of alles
goed is verpakt en afgesloten.
Wanneer u vaak op grindwegen rijdt, adviseren wij om bij uw dealer spatlappen te laten monteren.
Verzorging van velgen en wieldoppen
Alle wielen en wieldoppen moeten regelmatig worden
gereinigd met een milde zeep en water om corrosie
tegen te gaan. Dit geldt vooral wanneer een coating van
aluminium of chroom is aangebracht. Gebruik een
niet-schurend en zuurvrij reinigingsmiddel om hard-
nekkige modder en/of overvloedige remstof te verwij-
deren. Gebruik geen schuurblokjes, staalwol, een
harde borstel of metaalpoets. Gebruik geen ovenreini-
ger. Maak geen gebruik van automatische wasstraten
waarin bijtende reinigingsproducten of harde borstels
314
UW AUTO
VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 321 of 356

worden gebruikt. Deze kunnen de beschermende coa-
ting van de velgen beschadigen.
Reinigingsprocedure voor vlekwerende stof
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Vlekwerende stoelen kunnen op de volgende wijze
worden gereinigd:
Verwijder de vlek zo goed mogelijk door te deppenmet een schone, droge doek.
Dep de vlek vervolgens met een schone, vochtige doek.
Voor hardnekkige vlekken brengt u een milde zeep- oplossing aan op een schone, vochtige doek en ver-
wijdert u de vlek. Verwijder zeepresten met een
andere vochtige doek.
Verwijder vetvlekken met een multifunctioneel schoonmaakmiddel of een gelijkwaardig middel en
een schone, vochtige doek. Verwijder zeepresten
met een andere vochtige doek.
Gebruik geen bijtende oplosmiddelen of enige an- dere vorm van bescherming op vlekwerende
producten.
Verzorging van het interieur
Dashboardbekleding
De dashboardbekleding heeft een speciale antireflec-
tielaag, zodat er geen hinderlijke weerspiegelingen in de
voorruit ontstaan. Gebruik geen beschermproducten
of andere middelen die een hinderlijke weerspiegeling veroorzaken. Gebruik zeepsop en warm water om de
antireflectielaag te herstellen.
Reiniging interieurbekleding
Gebruik een vochtige doek voor het reinigen van de
interieurbekleding. Gebruik geen bijtende reinigings-
producten.
Reiniging van lederen interieurbekleding
De kwaliteit van lederen bekleding blijft het best be-
houden door te reinigen met een zachte doek die iets
vochtig is. Stofdeeltjes of vuil kunnen een schurend
effect hebben en de lederen bekleding beschadigen;
verwijder daarom direct met een vochtige doek. Hard-
nekkige vervuiling kunt u gemakkelijk verwijderen met
een zachte doek. Voorkom dat lederen bekleding
wordt doordrenkt met welke vloeistof dan ook. Reinig
uw lederen bekleding nooit met polish, olie, reinigings-
vloeistoffen, oplosmiddelen, afwasmiddelen of schoon-
maakmiddelen op ammoniakbasis. Het gebruik van spe-
ciale onderhoudsmiddelen voor leder is niet vereist om
de originele kwaliteit te behouden.
WAARSCHUWING!
Gebruik nooit vluchtige oplosmiddelen
om te reinigen. Dergelijke stoffen zijn
vaak gemakkelijk ontvlambaar en kunnen bij
gebruik in afgesloten ruimten ademhalingspro-
blemen veroorzaken.
315
UW AUTO VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 322 of 356

Koplampen reinigen
Uw auto is uitgerust met kunststof koplamplenzen die
lichter en minder gevoelig voor steenslag zijn dan
glazen koplamplenzen.
Kunststof is minder krasbestendig dan glas, ga daarom
anders te werk bij het reinigen van de koplamplens.
Om krassen tot een minimum te beperken en de
lichtopbrengst maximaal te houden, mogen de kop-
lamplenzen niet met een droge doek worden schoon-
gemaakt. Verwijder vuil met een sopje van zachte zeep
en spoel goed na.
Gebruik nooit schurende reinigingsmiddelen, oplos-
middelen, staalwol of andere bijtende stoffen om de
lenzen te reinigen.
Ruitoppervlakken
Alle ruiten behoren regelmatig met een normale glas-
reiniger te worden gereinigd. Gebruik nooit een reini-
ger met schuurmiddelen. Wees voorzichtig bij het
schoonmaken van de binnenkant van de achterruit als
deze voorzien is van een elektrische ontdooi-
inrichting. Gebruik geen schrapers of andere scherpe
voorwerpen die de elementen kunnen beschadigen.
Wanneer u de spiegels schoonmaakt, moet u het rei-
nigingsmiddel op de gebruikte doek aanbrengen. Spuit
de reinigingsvloeistof niet rechtstreeks op de spiegel.Reinigen van kunststoflenzen in
instrumentengroep
De lenzen voor de meetinstrumenten in deze auto zijn
vervaardigd uit glasheldere kunststof. Wees bij het
reinigen hiervan extra voorzichtig om geen krassen te
veroorzaken.
1. Reinig met een zachte bevochtigde doek. Eventueel
kan een sopje van zachte zeep worden gebruikt,
maar gebruik in geen geval reinigingsalcohol of bij-
tende of schurende reinigingsmiddelen. Verwijder
de zeep met een schone, vochtige doek.
2. Drogen met een zachte doek.
Verzorging van autogordels
Bleek of verf de gordels nooit en reinig ze niet met
chemische oplosmiddelen of schurende reinigingsmid-
delen. De gordelband kan hierdoor worden aangetast.
Ook zonnestraling kan de stof aantasten.
Als u de gordels moet reinigen, gebruik dan een lauw
sopje van zachte zeep. Verwijder de gordels hiertoe
niet uit de auto. Drogen met een zachte doek.
Laat de gordels vervangen wanneer ze gaan rafelen,
slijtplekken vertonen of wanneer de gespsluitingen niet
goed functioneren.
SCHOONMAKEN VAN DE BEKERHOUDERS
Maak ze schoon met een vochtige doek of handdoek en
een zacht schoonmaakmiddel.
316
UW AUTO
VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 323 of 356

ROULEREN VAN BANDEN
De banden die gebruikt worden aan de voorzijde van
de auto krijgen een andere belasting te verwerken dan
de banden aan de achterzijde. De functies bij de bestu-
ring, de aandrijving en het remmen zijn verschillend.
Hierdoor slijten de voor- en achterbanden ongelijksnel.
Dit effect kunt u verminderen door de banden onder-
ling te rouleren. De voordelen van rouleren komen
vooral tot uiting bij groffe profieltypen, zoals het profiel
van allseasonbanden. Rouleren zorgt voor een langere
levensduur van de band en geeft langere tijd een goede
tractie in modder, sneeuw en op een nat wegdek.
Bovendien draagt rouleren bij tot soepele en rustige
rijeigenschappen.317
UW AUTO VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 324 of 356

TECHNISCHE SPECIFICATIES
CHASSISNUMMER
Het chassisnummer (VIN) bevindt zich vooraan op de
linkerhoek van het instrumentenpaneel en is van bui-
tenaf door de voorruit zichtbaar. Dit nummer is ook
ingeslagen op de dorpel van het portier rechtsvoor
onder de sierlijst en staat verder op het label Motor-
voertuiginformatie dat op een raam van het voertuig is
bevestigd, op de voertuigregistratie en op de eigen-
domspapieren. (afb. 183) (afb. 184)
(afb. 183) Plaats van het VIN
(afb. 184)Plaats van het ingeslagen VIN
318
UW AUTO
VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
Page 325 of 356

BANDEN — ALGEMENE
INFORMATIE
BANDENSPANNING
Voor een veilig en prettig gebruik van uw auto is een
juiste bandenspanning absoluut noodzakelijk. Als de
bandenspanning niet juist is, heeft dit de onderstaande
gevolgen:
Veiligheid
WAARSCHUWING!
Een verkeerde bandenspanning is ge-
vaarlijk en kan leiden tot ongelukken.
Bij een te lage bandenspanning heeft de band
te veel rek en dit kan resulteren in oververhitting
en lekrijden.
Bij een te hoge bandenspanning zal de band
schokken op het wiel minder goed opvangen.
Rommel op de weg en gaten in het wegdek
kunnen de banden beschadigen waardoor ze lek
raken.
Banden met een te hoge of te lage spanning
kunnen het rijgedrag van de auto beïnvloeden en
kunnen een klapband veroorzaken waardoor u
de controle over de auto kunt verliezen.
(Vervolgd)(Vervolgd)
Als niet alle banden dezelfde spanning hebben,
kunnen besturingsproblemen optreden. U kunt
de controle over de auto verliezen.
Bij een ongelijke bandenspanning aan beide
zijden van de auto kan deze naar links of rechts
gaan trekken.
Zorg dat alle banden altijd op de juiste span-
ning (voor koude banden) zijn.
Brandstofbesparing
Een onjuiste bandenspanning kan leiden tot een onre-
gelmatig slijtagepatroon over het loopvlak van de band.
Deze abnormale slijtagepatronen verkorten de levens-
duur van de band, waardoor de band eerder vervangen
moet worden. Door een te lage bandenspanning wordt
ook de rolweerstand van de band hoger, waardoor het
brandstofverbruik toeneemt.
Rijcomfort en voertuigstabiliteit
Een juiste bandenspanning draagt bij tot comfortabele
rijeigenschappen. Bij een te hoge bandenspanning rijdt
de auto schokkerig en oncomfortabel.
BANDENSPANNINGEN
De juiste spanning voor koude banden staat vermeld
op de B-stijl aan de bestuurderszijde of op de achter-
rand van het bestuurdersportier.
Minstens één keer per maand moet u de bandenspan-
ning controleren en zo nodig aanpassen, evenals op 319
UW AUTO VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 326 of 356

slijtage of zichtbare schade controleren. Gebruik een
zakmeter van goede kwaliteit om de bandenspanning te
controleren. Een visuele schatting van de spanning
volstaat niet. Radiaalbanden lijken soms de juiste span-
ning te hebben terwijl de spanning onvoldoende is.
Plaats na het controleren of aanpassen
van de bandenspanning altijd de ventiel-
dop terug. Hierdoor voorkomt u dat het
ventiel beschadigd raakt door binnendringend
vocht of vuil.
De gespecificeerde bandenspanningswaarden op het
plaatje gelden altijd voor "koude banden". Dit zijn
banden van een auto waarmee minstens 3 uur niet is
gereden, of waarmee minder dan 1,6 km is gereden na
een periode van 3 uur stilstaan. De spanning van een
koude band mag nooit hoger zijn dan de maximum-
spanning die op de zijkant van de band staat vermeld.
Controleer de bandenspanning vaker als de buitentem-
peraturen zeer verschillend zijn, omdat de bandenspan-
ning varieert met de temperatuur.
De bandenspanning verandert ongeveer 0,07 bar per 7
°C temperatuurverandering. Denk hieraan als u de
druk meet in een verwarmde garage, vooral in de
winter.
Voorbeeld: als de temperatuur in de garage 20 °C en de
buitentemperatuur 0 °C bedraagt, moet u de banden- spanning verhogen met 0,21 bar (dit komt overeen met
0,07 bar voor elke 7 °C temperatuurverschil).
Tijdens gebruik kan de bandenspanning onder invloed
van de temperatuur met 0,13 tot 0,4 bar oplopen. Laat
de banden in dat geval NOOIT gedeeltelijk leeglopen,
de bandenspanning is anders te laag zodra de band
weer is afgekoeld.
Bandenspanning bij hogere rijsnelheden
De fabrikant is een voorstander van het rijden met een
veilige snelheid, volgens de geldende snelheidsbeper-
kingen. Wanneer de omstandigheden het toelaten om
met hoge snelheden te rijden, is de juiste bandenspan-
ning erg belangrijk. Mogelijk moet u de bandenspanning
verhogen en de belading van de auto verminderen als u
met hoge snelheden wilt rijden. Neem contact op met
de oorspronkelijke of een erkende bandenleverancier
voor de aanbevolen veilige rijsnelheid, de juiste bela-
ding en de correcte koude bandenspanning.
WAARSCHUWING!
Het rijden met hoge snelheden in een
maximaal beladen auto is gevaarlijk. De
extra belasting op uw banden kan defecten ver-
oorzaken. U kunt zo een ernstig ongeval krijgen.
Rij niet sneller dan 120 km/u in een auto die tot
het maximale laadvermogen is beladen.
320
UW AUTO
VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD