dashboard Hyundai Accent 2006 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2006, Model line: Accent, Model: Hyundai Accent 2006Pages: 227, PDF Size: 7.17 MB
Page 190 of 227

6
EENVOUDIG ONDERHOUD
27ZEKERINGEN CONTROLEREN EN VERVANGEN
SG200A1-FX Een zekering vervangen Een zekering smelt zodra het circuit vanaf de accu overbelast raakt, waardoor schade aan de bedrading wordt voorkomen (dit kan wordenveroorzaakt door een kortsluiting in het systeem). In dit geval moet de storing door een Hyundai dealerworden opgespoord, het systeem worden gerepareerd en de zekering worden vervangen. De zekeringenbevinden zich in een houder naast de accu. LET OP:
Gebruik bij het vervangen van een
zekering altijd een nieuwe zekering met hetzelfde amperage. Gebruik nooit een stuk draad of een zekering met een hoger amper-age. Dit kan ernstige schade en brand tot gevolg hebben.
!
G200A01A
Goed
Doorge- brand G200B02A-AXT Zekeringen vervangen
De zekeringhouder voor de verlichting en de overige elektrische accessoires is onder het dashboard aan de bestuurderszijde aangebracht. In dezekeringhouder zijn het amperage en de beveiligde circuits aangegeven. Als de verlichting of andere elektrischeaccessoires uitvallen, moet de zekering worden gecontroleerd. De zekering is doorgebrand wanneer demetalen strip in de zekering is gesmolten. Ga in dit geval als volgt te werk:HLC4002
Page 215 of 227

8
INFORMATIE VOOR DE EIGENAAR
3BANDEN
I030A03A-GXT AANBEVOLEN BANDENSPANNING
SI010C1-FX De banden waarmee uw Hyundai is uitgerust zorgen voor optimale rij- eigenschappen onder normaleomstandigheden.
Deze bandenspanningen zijn gekozen
voor een optimale combinatie tussenrijcomfort, bandenslijtage enkoersstabiliteit onder normale omstandigheden.
De bandenspanningen moeten
minstens één keer per maand worden gecontroleerd.
De juiste bandenspanning is
noodzakelijk om de volgende redenen:
o een te lage spanning heeft een ongelijkmatige bandenslijtage en een vermindering van het rijgedrag tot gevolg.
o een te hoge spanning verhoogt de kans op beschadigingen onderinvloed van schokken en heeft eenongelijkmatige bandenslijtage tot gevolg. LET OP:
Let op het volgende:
o Controleer de bandenspanning als de banden koud zijn. Dit betekent dat tenminste gedur- ende drie uur niet met de wagen is gereden en niet verder isgereden dan circa 1,6 km vanaf het begin van de rit.
o Controleer ook de spanning van het reservewiel.
o Overschrijd het laadvermogen niet. Let hierbij vooral op als tijdens de vakantiereis met eenimperiaal wordt gereden.
!
In het dashboardkastje bevindt zich een sticker met de voor uw auto aanbevolen bandenspanningen. 5Jx13 5Jx14
5,5Jx15 5Jx135Jx14
5,5Jx15 Banden-
maat
Velg-
maat Bandenspanning, KPA (PSI)
175/70R13185/60R14185/55R15175/70R13185/60R14 185/55R15 achter
207(30) 207(30) voor
230(33) 230(33)
Tot max.
2 personen Tot de max.
belading
achter
230(33)230(33)
voor
207(30)220(32)Motor
Die- sel- motor
Ben zine-motor
I030A01A
Page 216 of 227

8INFORMATIE VOOR DE EIGENAAR
4
I040A02A-GXT WINTERBANDEN Winterbanden moeten dezelfde maat
en hetzelfde draagvermogen hebben als de originele banden.
Winterbanden moeten op alle vier de
wielen worden aangebracht, omdat dit anders slechte rijeigenschappen tot gevolg heeft.
De bandenspanning voor
sneeuwbanden moet 0,3 bar hoger zijn dan de maximum spanning zoals aangegeven op de bandentabel inhet dashboardkastje maar niet hoger dan de maximale druk zoals aangegeven op de bandwang.
Rijd met winterbanden niet sneller
dan 120 km/u. I060A01A-GXT ONDERLING VERWISSELEN
VAN DE WIELEN
I050A01TB-GXT SNEEUWKETTINGEN Breng de sneeuwkettingen aan op de
voorwielen. Let erop dat de kettingen van de juiste afmetingen zijn en datze worden aangebracht overeen- komstig de instructies van de fabrikant.
Vermijd extreme slijtage aan banden
en sneeuwkettingen door de sneeuw- kettingen niet op sneeuwvrije wegen te gebruiken. o Wanneer de ketting lawaai
veroorzaakt doordat deze tegende carrosserie komt, de ketting opnieuw spannen.
o Om schade aan de carrosserie te voorkomen de kettingen na0,5 - 1 km opnieuw spannen.
WAARSCHUWING:
o Op wegen die bedekt zijn met sneeuw en ijs niet harder rijden dan 30 km/h (20 mph).
o Gebruik kettingen van klasse
SAE "S" of kettingen van staal/kunststof.
o Gebruik geen kettingen op 185/
55 R15 banden om schade aan de carrosserie te voorkomen.
!
HA1409Reservewiel
Page 224 of 227

10INHOUD
2
AAANBEVOLEN BANDENSPANNINGEN ................. 8-3
AANSTEKER .......................................................... 1-68
ACCU CONTROLEREN ....... ...................................6-29
ACHTERBANK ....................................................... 1-17
ACHTERKLEP/KOFFERDEKSEL ...........................1-80
AFSTANDSBEDIENING KOFFERDEKSEL/ ACHTERKLEP ...................................................... 1-80
AFTAPPEN VAN WATER IN HET BRANDSTOFFILTER ............................................ 6-31
AIRBAGSYSTEEM ................................................. 1-34
ALGEMENE CONTROLES ..................................... 6-5
ALS DE MOTOR NIET AANSLAAT ....................... 3-2
ALS DE MOTOR TE HEET WORDT ..................... 3-4
ANTENNE .............................................................. 1-97
ANTI VERBLINDINGSSTAND VAN DE
ACHTERUITKIJKSPIEGEL ..................................1-77
ANTIBLOKKEERSYSTEEM ...................................2-15
ASBAK, ACHTER .................................................. 1-69
ASBAK, VOOR ...................................................... 1-68
AUTOMATISCHE TRANSMISSIE ..........................2-10
B BANDEN .................................................................. 8-3
BANDEN VERVANGEN ......... ................................. 8-5
BEDIENING VERWARMING EN KOELING .......... 1-83
BEHANDELING VAN DE CD'S ..............................1-94
BENZINE VOOR EEN LAGERE BELASTING VAN HET MILIEU ................................................. 1-3 BESCHRIJVING ZEKERINGHOUDER
...................6-41
BIJ VERLIES VAN SLEUTELS .............................3-14
BLIKJESHOUDER .................................................. 1-69
BOUGIES VERVANGEN .......................................6-15
BRANDSTOFVOORSCHRIFTEN ............................. 1-2
BEDIENEN VAN DE RUITENSPROEIERS ...........1-63
BUITENSPIEGEL ................................................... 1-75
BUITENSPIEGELS OMKLAPPEN .........................1-76
BUITENSPIEGEL VERWARMING .........................1-76
C CENTRAAL VERGRENDELINGSSYSTEEM .......... 1-8
CLAXON ................................................................. 1-82
CORROSIEBESCHERMING EN ONDERHOUD VAN DE CARROSSERIE ..................................... 4-1
CORROSIE VOORKOMEN ..................................... 4-2
D DASHBOARDKASTJE ........................................... 1-74
DIEFSTALBEVEIL IGINGSINSTALLATIE .............. 1-9
DIGITALE KLOK .................................................... 1-67
E ECONOMISCH RIJDEN ... ......................................2-16
EENVOUDIGE ONDERHOUD ..................... 6-1 ~ 6-45
ELEKTRISCHE BEDIENDE PORTIERRUITEN ..... 1-12
G GLOEILAMP VERVANGEN ...................................6-34
GRIP OP HET WEGDEK ....................................... 8-5