ABS Hyundai Santa Fe 2017 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2017, Model line: Santa Fe, Model: Hyundai Santa Fe 2017Pages: 735, PDF Size: 15.3 MB
Page 91 of 735
369
Veiligheidssysteem van uw auto
WAARSCHUWING
- indien uitgerust metrolsensor
Zet het contact in de stand OFF of
ACC wanneer de auto gesleept
wordt als de auto voorzien is van
zij- en gordijnairbags.
De zij- en gordijnairbags kunnen
worden geactiveerd wanneer hetcontact in de stand ON staat en de
koprolsensor de situatie
interpreteert alsof de auto over de
kop slaat.WAARSCHUWING
• Let op dat u niet tegen plaatsen aanstoot waar de airbags of
airbagsensoren zijn ingebouwd.
Anders kan de airbag onverwacht
geactiveerd worden waardoor
ernstig persoonlijk letsel op kantreden.
• Als de inbouwpositie van de airbagsensoren wordt gewijzigd,
kan dit ertoe leiden dat de airbags
worden geactiveerd in situaties
waarin dit niet nodig is, of dat de
airbags niet worden geactiveerdin situaties waar het wel nodig is.
Voer daarom geen reparaties uit
aan of in de buurt van de
airbagsensoren. We adviseren uhet systeem te laten repareren
door een officiële HYUNDAI-
dealer.
• Er kunnen problemen ontstaan als de hoek waaronder de
sensoren zijn ingebouwd wordt
gewijzigd als gevolg van
vervorming van de carrosserie
-delen waar de airbagsensoren zijn ing ebouwd: de voorbumper,
de carrosserie, voorportier of deB-stijl en de C-stijl.
(Vervolg)
(Vervolg)We adviseren u het systeem te laten repareren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
• Uw auto is ontworpen om de botsenergie zoveel mogelijk teabsorberen en in bepaalde
gevallen de airbag(s) te activeren.
Het monteren van niet-originele
bumpers of accessoires op de
bumper kan een nadelige invloed
hebben op de bescherming bijeen aanrijding.
Page 100 of 735
Veiligheidssysteem van uw auto
78
3
Situaties waarin de actieve motorkap
niet wordt geactiveerd
• De actieve motorkap werkt niet bij aanrijdingen van opzij, bij aanrijdingen
van achteren of bij het over de kop
slaan van de auto. De auto kannamelijk uitsluitend frontale
aanrijdingen detecteren.
• Als de voorbumper beschadigd of aangepast is.
• Als de auto schuin van voren een voetganger raakt.
• Als een voetganger op de weg ligt.
• Als de voetganger een voorwerp bij zich heeft dat de schok absorbeert,
zoals een koffertje, een wandelwagen
of een kinderwagen.
Storing actieve motorkap
Als er zich problemen voordoen met het
systeem, wordt er een melding
weergegeven op het LCD-display van het
instrumentenpaneel.
Deze waarschuwingsmelding geeft aan
dat de bescherming van voetgangers
door de actieve motorkap niet goed
functioneert.
We adviseren u het systeem zo snel mogelijk te laten controleren door een
officiële HYUNDAI-dealer als de
waarschuwingsmelding wordt
weergegeven.
ODMESA2203
ODMESA2204
ODMESA2205
ODMESA2206
ODMESA2207
ODM046667L/ODM046668L
■
Type A ■Type B
Page 160 of 735
459
Kenmerken van uw auto
Elektrochromatische binnenspiegel(ECM - Electric chromic mirror)(indien van toepassing)
De elektrochromatische binnenspiegel
voorkomt automatisch verblinding door
achteropkomend verkeer. De sensor in
de spiegel registreert de lichtinval en
absorbeert de weerspiegelingen van de
koplampen van achteropkomende auto's.
Zodra de motor draait, worden de lichtreflecties automatisch gedimd.
Als de selectiehendel in de R (achteruit)
stand wordt gezet, wordt debinnenspiegel in de helderste stand
gezet om het uitzicht naar achteren zo
duidelijk mogelijk te maken.
Bedienen van elektrische binnenspiegel:
• Druk op de aan/uit-knop (1) om deautomatische dimfunctie in te
schakelen. Het spiegelcontrolelampje
zal gaan branden. Druk op de aan/uit-knop (1) om de automatische
dimfunctie uit te schakelen. Hetspiegelcontrolelampje dooft.
• De standaardinstelling voor de binnenspiegel is AAN als het contact instand ON staat.
OMD040032
OMD042122L
■Type A
■Type B
Achteruitrijscherm
Controlelampje Sensor
Controlelampje
OPMERKING
Gebruik voor het reinigen van de spiegel een papieren doekje of vergelijkbaar materiaal dat vochtigis gemaakt met glasreiniger. Spuit
niet direct glasreiniger op de spiegel. Hierdoor kan er
glasreiniger in de spiegel komen.
Page 202 of 735
4 101
Kenmerken van uw auto
Waarschuwingslampje ABS
Dit lampje gaat branden:
• Als het contact of de toets ENGINESTART/STOP in de stand ON wordt
gezet.
- Het lampje blijft ongeveer 3 secondenbranden en gaat dan uit.
• In het geval van een storing in het ABS (het normale remsysteem werkt in dat
geval nog wel, maar het
antiblokkeersysteem niet).
In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
Waarschuwingslampje EBD
Deze twee waarschuwingslampjes gaan
tijdens het rijden gelijktijdig branden:
• Als het ABS en het normaleremsysteem mogelijk niet normaal
werken.
In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
WAARSCHUWING - Waarschuwingslampje parkeerrem enremvloeistofniveau
Rijden met een auto waarvan het
waarschuwingslampje brandt, is
gevaarlijk. Als het
waarschuwingslampje parkeerrem
en remvloeistofniveau blijftbranden terwijl de parkeerrem niet
aangetrokken is, kan dit duiden op
een te laag remvloeistofniveau in
het reservoir.
In dat geval adviseren we u de auto
te laten controleren door een
officiële HYUNDAI-dealer.
WAARSCHUWING - Waarschuwingslampje EBD
Als het waarschuwingslampje ABS
en het waarschuwingslampjeparkeerrem en remvloeistofniveau
gelijktijdig branden, werkt hetremsysteem niet normaal en kan er
dus een onverwachte en gevaarlijkesituatie ontstaan bij plotselingremmen.
Vermijd in dit geval hard rijden en plotseling remmen.
Wij adviseren u uw auto zo snel
mogelijk te laten controleren door
een officiële HYUNDAI-dealer.
Page 203 of 735
Kenmerken van uw auto
102
4
✽AANWIJZING
- Waarschuwingslampje EBD
Als het waarschuwingslampje ABS al
dan niet in combinatie met het
waarschuwingslampje parkeerrem en
remvloeistofniveau brandt, werken de
snelheidsmeter, de kilometerteller en de
dagteller mogelijk niet. Bovendien kan
het waarschuwingslampje EPS gaan
branden en kan de benodigde
stuurkracht toe- of afnemen.
In dat geval adviseren we u de auto zo
snel mogelijk te laten controleren door
een officiële HYUNDAI-dealer.
Waarschuwingslampje elektronische parkeerrem(indien van toepassing)
Dit lampje gaat branden:
• Als het contact of de toets ENGINE START/STOP in de stand ON wordt
gezet.
- Het lampje blijft ongeveer 3 secondenbranden en gaat dan uit.
• In het geval van een storing in de elektrische parkeerrem.
In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
✽AANWIJZING
- Waarschuwingslampje elektronische parkeerrem
Het waarschuwingslampje
elektronische parkeerrem kan ook in
combinatie met het
waarschuwingslampje ESC gaan
branden om aan te geven dat het ESC
niet goed werkt (dit duidt niet op een
storing in de elektrische parkeerrem).
Waarschuwingslampje elektronische stuurbekrachtiging (EPS)
(indien van toepassing)
Dit lampje gaat branden:
• Als het contact of de toets ENGINE START/STOP in de stand ON wordt
gezet.
- Het lampje blijft branden tot de motorwordt gestart.
• In het geval van een storing in de elektronische stuurbekrachtiging.
In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
EPB
Page 211 of 735
Kenmerken van uw auto
110
4
Controlelampje Stop &
Start-systeem (indien van toepassing)
Dit controlelampje gaat branden als de
motor in de modus Idle Stop van het ISG-
systeem (Idle Stop & Go) komt.
Als de motor automatisch wordt gestart,
gaat het controlelampje AUTO STOP op
het instrumentenpaneel 5 secondenknipperen. Zie Idle Stop & Go-systeem (ISG) in
hoofdstuk 5 voor meer informatie.
✽AANWIJZING
Als de motor automatisch wordt gestart
door het ISG-systeem, gaat een aantal
waarschuwingslampjes (ABS, ESC,
ESC OFF, EPS of parkeerrem) mogelijk
een paar seconden branden.
Dit wordt veroorzaakt door de lage
accuspanning. Het betekent niet dat er
een storing in het systeem zit.
Controlelampje ECO (indien van toepassing)
Dit lampje gaat branden:
Als u het Actief ECO-systeem inschakelt
met de toets active ECO.
Zie voor meer informatie "Actief ECO- systeem" in hoofdstuk 5.
Controlelampje SPORT-modus
Dit controlelampje gaat branden
• Wanneer de SPORT-modus wordt geselecteerd als rijmodus.
Zie "Rijmodusregelsysteem" in hoofdstuk
5 voor meer informatie.
Page 218 of 735
4 117
Kenmerken van uw auto
Als u de parkeerhulp achter wilt
uitschakelen, drukt u nogmaals op de
toets parkeerhulp achter OFF. (Hetcontrolelampje in de toets gaat
branden.) (indien van toepassing)
• Het systeem wordt ingeschakeld als de achteruitversnelling wordt
ingeschakeld en het contact in standON staat.
Bij een snelheid van meer dan 10 km/h
wordt het systeem mogelijk niet juist
geactiveerd.
• Het bereik van de parkeersensoren bedraagt ongeveer 120 cm.
• Als er zich meerdere voorwerpen achter de auto bevinden, zal het
dichtstbijzijnde als eerste wordengeregistreerd.
Waarschuwingssignalen
• Als een voorwerp zich 120 - 61 cm van
de achterbumper bevindt: Zoemer
klinkt met tussenpozen
• Als een voorwerp zich 60 - 31 cm van de achterbumper bevindt: Zoemer
klinkt vaker
• Als een voorwerp zich binnen 30 cm van de achterbumper bevindt: Zoemer
klinkt onafgebroken. Gevallen waarin de parkeerhulp niet werkt
De parkeerhulp werkt mogelijk niet
goed in de volgende gevallen:
1. Er zit ijs op de sensor. (Het systeem werkt weer normaal zodra het ijs
gesmolten is.)
2. Er zit vuil, zoals sneeuw of water, of een andere substantie op de sensor.
(De sensor werkt weer normaal zodra
deze vrij is gemaakt.)
3. Bij het rijden op oneffen wegen en op hellingen.
4. Als bepaalde hoogfrequente geluiden, zoals claxons, motorfietsmotoren,
luchtremmen van vrachtwagens, enz.
binnen het bereik van de sensor
aanwezig zijn.
5. Bij zware regenval of opspattend water.
6. Bij de aanwezigheid van afstandsbedieningen of mobiele
telefoons binnen het bereik van de
sensor.
7. Als de sensor bedekt is met sneeuw.
8. Aanhanger, rijden met.
Het sensorbereik kan in de volgende gevallen afnemen:
1. Er zit vuil zoals sneeuw of water op de sensor. (De sensor werkt weer
normaal zodra deze vrij is gemaakt.)
2. Bij extreem hoge of lage buitentemperaturen.
De volgende voorwerpen worden
mogelijk niet opgemerkt door de
sensoren:
1. Smalle voorwerpen als touwen, kettingen enz.
2. Voorwerpen die de hoogfrequente signalen van de sensor absorberen,
zoals kleding, sponsachtige materialen
en sneeuw.
3. Bij voorwerpen lager dan 1 meter en smaller dan 14 cm.
Page 223 of 735
Kenmerken van uw auto
122
4
Gevallen waarin de parkeerhulp niet werkt
De parkeerhulp werkt in de volgende
gevallen mogelijk niet goed:
1. Er zit ijs op de sensor. (De sensor werkt weer normaal zodra het ijs is gesmolten.)
2. Er zit vuil, zoals sneeuw of water, of een andere substantie op de sensor.
(De sensor werkt weer normaal zodra
deze vrij is gemaakt.)
3. Er zit vuil, zoals sneeuw of water, op de sensor. (De sensor werkt weer
normaal zodra deze vrij is gemaakt.)
4. De toets van de parkeerhulp is uitgeschakeld.
De werking van de parkeerhulp kan
in de volgende omstandighedenworden verstoord:
1. Bij het rijden op oneffen wegen, zoals ongeplaveide wegen, grind, drempels of hellingen.
2. Als bepaalde hoogfrequente geluiden, zoals claxons, racemotorfietsen,
luchtremmen van vrachtwagens en
dergelijke de werking van de sensoren
beïnvloeden.
3. Bij zware regenval of opspattend water.
4. Door afstandsbedieningen of mobiele telefoons in de buurt van de sensoren.
5. Als de sensor is bedekt met sneeuw.
Het sensorbereik kan in de volgende gevallen afnemen:
1. Bij extreem hoge of lage buitentemperaturen.
2. Bij objecten lager dan 1 meter en smaller dan 14 cm.
De volgende objecten worden
mogelijk niet opgemerkt door de sensoren:
1. Smalle objecten als touwen, kettingen of paaltjes.
2. Objecten die de hoogfrequente signalen van de sensor absorberen,
zoals kleding, sponsachtige materialen
en sneeuw.
Page 237 of 735
Kenmerken van uw auto
136
4
7. Smart Parking Assist-systeem
voltooid
Voltooi het parkeren van uw auto volgens
de instructies op het LCD-display. Bedien
indien gewenst zelf het stuurwiel en
voltooi het parkeren van uw auto.
✽AANWIJZING
Tijdens het parkeren van de auto moet
het rempedaal door de bestuurder
worden bedient.
Extra aanwijzingen (meldingen) Wanneer het Smart Parking Assist-
systeem in werking is, verschijnt ermogelijk een melding, ongeacht de
volgorde van parkeren.
De meldingen verschijnen
overeenkomstig de omstandigheden.
Volg de gegeven instructies terwijl u de
auto parkeert met het Smart ParkingAssist-systeem.
✽AANWIJZING
• Het systeem wordt in de volgende gevallen uitgeschakeld. Parkeer uw
auto handmatig.
- Als het ABS in werking treedt
- Als de TCS/ESC wordt
uitgeschakeld
• Als de rijsnelheid hoger is dan 20 km/h terwijl een parkeerplaats wordt
gezocht, verschijnt de melding
"Reduce speed" (Beperk snelheid).
• In de volgende situatie wordt het systeem niet ingeschakeld - Als de
TCS/ESC wordt uitgeschakeld.
ODM046692L/ODM046693L
■Type A■Type B
ODM046694L/ODM046695L
ODM046695L/ODM046697L
■ Type A
■Type B
■Type A■Type B
ODM046698L/ODM046699L
Page 243 of 735
Kenmerken van uw auto
142
4
✽AANWIJZING
• Het systeem wordt in de volgende gevallen uitgeschakeld. Parkeer uw
auto handmatig.
- Als het ABS in werking treedt
- Als de TCS/ESC wordt
uitgeschakeld
• Het systeem wordt in de volgende gevallen niet ingeschakeld.
- Als de TCS/ESC wordt
uitgeschakeldStoring in het systeem
• Wanneer het systeem wordt ingeschakeld en er een storing
aanwezig is in het systeem, wordt
bovenstaande melding weergegeven.Ook gaat het controlelampje in de
toets niet branden en klinkt 3 keer eenpiepsignaal.
• Als zich een probleem voordoet met uitsluitend de slimme parkeerhulp, zal
na 2 seconden de parkeerhulp in
werking treden.
Laat bij problemen het systeem
controleren door een officiële HYUNDAI-
dealer.
ODM046700L/ODM046701L
■ Type A■Type BOPMERKING
Het systeem werkt mogelijk niet
goed en geeft verkeerdeaanwijzingen wanneer de sensoren worden gehinderd door andere
voertuigsensoren en ruis of als de weg de ontvangst van signalen
hindert.