accu JEEP COMPASS 2018 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: JEEP, Model Year: 2018, Model line: COMPASS, Model: JEEP COMPASS 2018Pages: 388, PDF Size: 5.92 MB
Page 267 of 388

2.0-liter dieselmotor
1 — Luchtfilter motor 4 — Accu 7 — Radiatordop koelvloeistof
2 — Vuldop motorolie 5 — Stroomverdeelkast (zekeringen) 8 — Onder druk staand koelvloeistofreservoir
3 — Reservoir remvloeistof 6 — Reservoir ruitensproeiervloeistof 9 — Peilstok motorolie
265
Page 268 of 388

1.6-liter dieselmotor
1 — Luchtfilter motor 6 — Reservoir ruitensproeiervloeistof
2 — Vuldop motorolie 7 — Accu
3 — Reservoir remvloeistof 8 — Radiatordop koelvloeistof
4 — Accu 9 — Onder druk staand koelvloeistofreservoir
5 — Stroomverdeelkast (zekeringen) 10 — Peilstok motorolie
SERVICE EN ONDERHOUD
266
Page 269 of 388

Oliepeil controleren
Om een optimale smering van de motor te
waarborgen, moet het juiste motoroliepeil ge-
handhaafd blijven. Controleer het oliepeil
daarom regelmatig, bijvoorbeeld eenmaal per
maand of voor een lange rit. Het ideale tijd-
stip voor een controle van het motoroliepeil is
ongeveer vijf minuten nadat een volledig op-
gewarmde motor is uitgezet. Controleer het
oliepeil niet voordat u de motor start, wan-
neer de auto een nacht niet gebruikt is. Als u
het oliepeil controleert wanneer de motor
koud is, wordt het peil niet correct gemeten.
Controleer het oliepeil als het voertuig op een
vlakke ondergrond staat, ongeveer vijf minu-
ten nadat de volledig opgewarmde motor is
uitgezet. De meting is dan nauwkeuriger. Het
oliepeil moet gehandhaafd blijven tussen de
merktekens op de peilstok. Het veilige bereik
wordt aangegeven met een gearceerde zone.
Het bijvullen van 0,9 liter (1 quart) olie in het
geval de peilstok de onderzijde van het bereik
aangeeft, zal er voor zorgen dat het oliepeil
het volle uiteinde van de peilstok bereikt.
LET OP!
• Als er te veel of te weinig motorolie wordt
bijgevuld, kan er lucht in de olie terecht-
komen of kan verlies van oliedruk optre-
den. Dit kan leiden tot motorschade.
• Gebruik nooit niet-reinigende olie of on-
vermengde minerale olie, omdat anders
de motor wordt beschadigd.
Ruitensproeiervloeistof bijvullen
Het vloeistofreservoir bevindt zich vóór in het
motorcompartiment. Controleer regelmatig
de inhoud van het reservoir. Vul het reservoir
met een ruitensproeieroplossing (geen
radiateur-antivries) en laat het systeem en-
kele seconden werken om de restvloeistof
weg te spoelen.
Breng, wanneer u het ruitensproeiervloei-
stofreservoir bijvult, wat ruitensproeiervloei-
stof aan op een (hand)doek en veeg hiermee
de ruitenwisserbladen schoon. Hierdoor
wordt de wiswerking verbeterd.
Om te voorkomen dat uw ruitensproeiersys-
teem bij koud weer bevriest, dient u een
oplossing of mengsel te kiezen dat geschikt isvoor het klimaat in uw omgeving. Deze infor-
matie treft u aan op de meeste flessen met
ruitensproeiervloeistof.
WAARSCHUWING!
In de handel verkrijgbare ruitensproeier-
vloeistof is brandbaar. Deze kan ontbran-
den en brandwonden veroorzaken. Wees
daarom voorzichtig als u het reservoir bij-
vult of in de buurt van het reservoir werkt.
Onderhoudsvrije accu
Uw auto is uitgerust met een onderhoudsvrije
accu. U hoeft nooit water bij te vullen of
onderhoudswerkzaamheden te laten
uitvoeren.
WAARSCHUWING!
• Accuvloeistof is een gevaarlijke corro-
sieve vloeistof die brandwonden of zelfs
blindheid kan veroorzaken. Zorg dat uw
ogen, huid en kleding niet in aanraking
komen accuvloeistof. Leun niet over de
accu wanneer u de klemmen aansluit.
Wanneer accuzuur in uw ogen of op uw
267
Page 270 of 388

WAARSCHUWING!
huid spat, spoel dan onmiddellijk met
een ruime hoeveelheid water. Raadpleeg
de paragraaf "Starten met startkabels" in
het hoofdstuk "In geval van nood/pech"
voor meer informatie.
• Accugas is brandbaar en explosief. Houd
open vuur of vonken daarom altijd uit de
buurt van de accu. Gebruik geen hulp-
accu of andere acculader van meer dan
12 volt. Zorg dat de kabelklemmen el-
kaar niet raken.
• Accupolen, accuklemmen en toebeho-
ren bevatten lood en loodhoudende stof-
fen. Was uw handen nadat u hiermee in
aanraking bent gekomen.
LET OP!
• Let er bij het aansluiten van de accuka-
bels op dat de pluskabel op de pluspool
en de minkabel op de minpool aangeslo-
ten worden. De accupolen zijn gemar-
keerd met plus (+) en min (-) op de
accubehuizing. De kabelklemmen moe-
LET OP!
ten stevig op de aansluitpolen zitten en
mogen geen corrosie vertonen.
• Wanneer u een snellader gebruikt terwijl
de accu nog in de auto aanwezig is,
koppel dan beide accukabels in de auto
los voordat u de lader op de accu aan-
sluit. Gebruik een snellader nooit als
starthulp.
DEALERSERVICE
Een erkende dealer beschikt over goed opge-
leid servicepersoneel, speciale gereedschap-
pen en de nodige uitrusting om alle werk-
zaamheden met het nodige vakmanschap uit
te voeren. Er zijn servicehandleidingen ver-
krijgbaar met gedetailleerde gegevens voor
een correct onderhoud van uw auto. Raad-
pleeg deze servicehandleidingen voordat u
zelf probeert onderhoud uit te voeren.
OPMERKING:
Bij opzettelijk manipuleren van het emissie-
regelsysteem kan de garantie vervallen en
bent u strafbaar.
WAARSCHUWING!
U kunt ernstig letsel oplopen tijdens het
werken aan of bij een motorvoertuig. Voer
alleen de service uit waarvan u de kennis
en waarvoor u de juiste apparatuur heeft.
Als u twijfelt over uw kunde om een be-
paalde werkzaamheid uit te voeren, breng
dan uw auto naar een vakkundige mon-
teur.
Onderhoud van de airconditioning
Voor optimale prestaties kunt u het aircosys-
teem het best laten controleren door een
erkende dealer aan het begin van het zomer-
seizoen. Bij deze onderhoudsbeurt moeten
ook de condensorribben worden gereinigd en
moet een werkingstest worden uitgevoerd.
Laat ook de spanning van de aandrijfriem
controleren.
WAARSCHUWING!
• Gebruik voor uw airco uitsluitend door
de fabrikant goedgekeurde compressor-
SERVICE EN ONDERHOUD
268
Page 377 of 388

Aanhangergewicht..............201
Aanhangwagen trekken...........199
Aansluiting voor randapparatuur......64
Aanvullend veiligheidssysteem -
Airbag...................117
ABS, waarschuwingslampje......73, 77
Accessoires..................297
Mopar...................297
Accu...................71, 267
Accu,
laadsysteemlampje...........71
Achterbank, neerklapbaar..........27
Achterklep...................61
Achterligger..................96
Achterruitwisser/-sproeier.......41, 44
Achteruitrijcamera.............195
Achteruitrijden................195
Activeringssysteem (alarmsysteem)....22
Adaptieve cruisecontrol (ACC)
Aan .................181, 182
Uit .................181, 182
Adaptieve cruisecontrol (ACC)
(cruisecontrol)..............181
aan.....................183
uit .....................183Additieven, brandstof............288
Afstandsbediening,
startsysteem...............22
Afstellen, koplampen.............41
Airbag.....................117
Airbagwaarschuwingslampje.....115
Airbag,
als een airbag wordt opgeblazen . . .128
Airbag
Event Data Recorder (EDR)......248
Airbag,
kniebescherming............124
onderhoud................131
onderhoud van uw airbagsysteem . .131
Airbag
Redundant waarschuwingslampje
airbag..................117
Airbag,
uitgebreide ongelukkenrespons. . . .129
Airbag
Versnelde ongevalreactie........248
Vervoer van huisdieren.........147
Werking airbag.............
.118
Zijairbags.................124
Airbag Lampje..........69, 115, 149Airco, filter...............54, 269
Airco, koelmiddel..............268
Aircosysteem..............52, 268
Airco, tips voor gebruik...........53
Alarm
Het systeem inschakelen........23
Het systeem uitschakelen........23
Alarm (beveiliging)...........22, 73
Alarmknipperlichten............206
Alarmsysteem...............22, 73
Alarm inschakelen............23
Alarm uitschakelen............23
Alarmsysteem (beveiliging).........22
Antiblokkeersysteem (ABS).........86
Anti-ongevalsysteem FCW
(Forward Collision Warning).......98
Antivries (motorkoelvloeistof).......293
Asolie.....................295
assistentie..................206
Assmering..................295
Audio-aansluiting...........313, 321
Audiosystemen (radio)...........306
Automatische koplampen..........39
Automatische portiervergrendelingen . . .27
INDEX
375
Page 381 of 388

Noodgevallen,
starten met startkabels........238
waarschuwingsknipperlichten. . . .206
Octaangetal, benzine
(brandstof)..........287, 288, 294
Olie, motor..................294
Omvormer, voeding..............66
Onderhoudsschema.........250, 254
Onderhoudsvrije accu............267
Onderhoud van de airconditioning. . . .268
Ontgrendeling, motorkap..........60
Ontwarringsprocedure, autogordel. . . .111
Ontwasemen..................53
Openen van de motorkap..........60
Opslag van het voertuig...........53
Oververhitting van de motor........241
ParkSense, parkeersensoren........190
ParkSense-systeem achter.........185
ParkSense-systeem, achter.....185, 188
ParkSense-systeem achter.....188, 195
ParkSense-systeem vóór..........188
ParkSense-systeem, vóór en achter . . .188
ParkSense-systeem vóór en achter. . . .188
Passagiersairbag uitschakelen AAN . . .119
Passagiersairbag uitschakelen UIT. . . .119Pechhulp,...................206
Peilstokken,
(motor)olie................267
Portierontgrendeling met
afstandsbediening
Alarm inschakelen............23
Alarm uitschakelen............23
Portier open................71, 72
Radiaalbanden................274
Radio,
voorkeurzenders......306, 312, 320
Radio Bediening...............306
Radioschermen............309, 318
Ramen,
elektrisch bediend............54
Ramen
Omhoog...................54
Omlaag...................54
Openen...................54
Sluiten...................54
Regeling afdaling...............92
Reinigen van glasoppervlakken......283
Reiniging,
ruitenwisserbladen...........269
Rembekrachtiging...............87
Remregelsysteem, elektronisch.......87Remsysteem.................270
Remsysteem,
handrem.................159
hoofdremcilinder............270
remvloeistofpeil controleren . .270, 295
Remvloeistof.................295
Reservebanden............278, 279
Reservewiel..................278
Richtingaanwijzers......37, 40, 81, 150
Rotatie, banden...............280
Rugleuning bestuurdersstoel kantelen . .27
Ruitensproeier,
achter.................41, 44
Ruitensproeiers..........41, 42, 267
Ruitensproeiers,
vloeistof.................267
Ruitensproeiers voorruit.....41, 42, 267
Ruitenwisserbladen.............269
Ruitenwissers, achter..........41, 44
Ruitenwisser/sproeier achterruit. . . .41, 44
Ruitenwissers vóór............41, 42
Ruitenwissers, wisbladen vervangen . . .269
Ruitenwissersysteem met
regensensor............41, 42, 43
Ruitontdooier.................149
379
Page 384 of 388

verstelbare schouderriem.......111
voorstoel.................107
voorstoel.............109, 110
zwangere vrouwen............114
Veiligheidstips................148
Veiligheid, uitlaatgassen..........148
Veiligheid van auto controleren......148
Vergrendelingen...............151
Vergrendelingen,
motorkap..................60
motorkap.................60
Vergrendeling rem/versnellingsbak. . . .168
Verlichting,
accubesparing............37, 41
airbag...................69
airbag...................115
airbag..................149
alarmsysteem...............73
automatische koplampen........39
bandenspanningscontrole.....76, 99
controlelampje afdalingsregeling . . .92
cruisecontrol.......79, 80, 81, 82
dagrijverlichting...........37, 38
dimlichtschakelaar, koplamp . . .37, 39
exterieur.................150
grootlicht...............37, 39
grootlicht/dimlicht kiezen.....37, 39indicatielampje tractiecontrole.....92
instrumentenpaneel...........37
koplampen................37
koplampschakelaar...........37
koplampverstelling............41
lampen vervangen............210
lichtsignaal................37
lichtsignaal................39
lichtverklikker...............37
lichtverklikker..............37
lichtverklikker...............40
lichtverklikker..............40
mistlampen................79
onderhoud................210
parkeerlichten...............81
richtingaanwijzers.37, 39, 40, 81, 150
storingslampje motorcontrole.....75
waarschuwing (beschrijving instrumen-
tenpaneel)..............71, 81
waarschuwingsknipperlichten. . . .206
waarschuwingslampje laag
brandstofniveau.............74
waarschuwingslampje
motortemperatuur............71
waarschuwingslampje
rembekrachtiging.............92waarschuwingslampje
veiligheidsgordels............72
Versnelde ongevalreactie......129, 248
Versnellingen.............163, 169
Versnellingsbak...............168
Versnellingsbak,
automatisch...............168
automatisch...............271
handgeschakeld............162
onderhoud................271
vloeistof.................295
Vertraging, koplampen.........37, 38
Vervangende banden............276
Vervangende sleutels.............18
Vervoer van huisdieren...........147
Verwarmde buitenspiegels.......36, 37
Verzorging van veiligheidsgordels.....282
Vloeistoffen en smeermiddelen......294
Vloeistoffen, vulhoeveelheden......293
Vloeistoflekkage...............151
Vloeistofpeil controleren,
motorolie.................267
remmen.................270
Vloeistof, rem................295
Voorbereidingen voor opkrikken......226
Voorruitontdooier..............149
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik....82
INDEX
382