air filter Lancia Lybra 2000 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2000, Model line: Lybra, Model: Lancia Lybra 2000Pages: 283, PDF Size: 3.16 MB
Page 54 of 283
53
Als het lampje tijdens
het rijden gaat branden,
moet gecontroleerd wor-
den of de handrem niet is aange-
trokken. Als het lampje blijft
branden, terwijl de handrem niet
is aangetrokken, moet u onmid-
dellijk stoppen en contact op -
nemen met de Lancia-dealer.
WATER IN DIESEL-
FILTER AANWEZIG
(jtd-uitvoeringen - geel)
Het lampje gaat branden als er
water in het dieselfilter aanwezig is.
CRUISE CONTROL
(indien aanwezig - geel)
Het lampje op de bedie-
ningshendel van de cruise-control
gaat branden, met de schakelaar in
stand ON, als het systeem in werking
treedt. LANCIA CODE (geel)
In drie gevallen (met de
contactsleutel in stand
MAR):
1. Één keer knipperen - code van
de sleutel herkend. Het is mogelijk
de motor te starten.
2. Constant branden - code van
de sleutel niet herkend. Voer voor
het starten van de motor een nood-
start uit (zie hoofdstuk “Nood -
gevallen”).
3. Knipperend - de auto wordt
niet beveiligd door het systeem. Het
is mogelijk de motor te starten.
¢
AIRBAG PASSAGIERS -
ZIJDE INGESCHAKELD
(indien aanwezig - geel)
Het lampje gaat branden als de air-
bag aan passagierszijde is uitge-
schakeld.
ALGEMEEN CHECK-
WAARSCHUWINGS -
LAMPJE (rood)
Als het elektronische controlesys -
teem een storing vindt. Als het lampje na de
testfase van 4 seconden
knippert en het waar-
schuwingslampje storing airbag
is gedoofd, dan betekent dit dat
er een storing is in het waar-
schuwingslampje van de airbag
zelf. Neem in dit geval zo spoedig
mogelijk contact op met de
Lancia-dealer.
CHECK
CRUISE
c
Water in het brandstof-
systeem kan het inspuit-
systeem ernstig beschadi-
gen en de motor kan onregel -
matig gaan draaien. Als het
lampje
cgaat branden, wendt u
dan zo snel mogelijk tot de
Lancia-dealer om het water te
laten aftappen.
F
Page 109 of 283
108
ALGEMENE INFORMATIEDe auto is uitgerust met een klimaat -
regeling met gescheiden luchttempe-
ratuurregeling voor bestuurders- en
passagierszijde, die geregeld wordt
door een elektronische regeleenheid.
Voor een optimale temperatuur -
regeling in de twee ruimtes van het
interieur, is het systeem ook uitgerust
met een dubbele zonnestralingssensor.
Het systeem is uitgerust met een
lucht kwaliteitsensor die automatisch
de luchtrecirculatie kan inschakelen
om de onaangename effecten van ver-
vuilde lucht, tijdens het rijden in de
stad, in de file en in tunnels, en door
het inschakelen van de ruitensproeiers
(zeepgeur), te verminderen.
De luchtkwaliteit wordt bovendien
gegarandeerd door het pollenfilter
met actieve kooldeeltjes. Hierin wor-
den de in de lucht verspreide deeltjes
twee keer gefilterd, waardoor de lucht
schoner wordt. De klimaatregeling controleert en re-
gelt automatisch de volgende para-
meters en functies:
– temperatuur ingevoerde lucht
in het interieur (gescheiden voor de
bestuurders- en passagierszijde)
– aanjagersnelheid (traploze rege-
ling)
– luchtverdeling
– in-/uitschakeling recirculatie
– in-/uitschakeling aircocompressor
(indien aanwezig).
De luchtopbrengst in het interieur is
onafhankelijk van de snelheid van de
auto en wordt elektronisch geregeld
door de aanjager.
Het is mogelijk de instelling van de
volgende functies handmatig te ver -
anderen:
– aanjagersnelheid (traploze rege-
ling)
– luchtverdeling
– in-/uitschakeling recirculatie
– in/uitschakeling aircocompressor
(indien aanwezig). BELANGRIJK
De handmatige in-
stellingen hebben voorrang boven de
automatische instellingen en blijven
in het geheugen opgeslagen totdat de
gebruiker de regeling weer overlaat
aan het automatische systeem. De
handmatig gekozen instellingen blij-
ven opgeslagen als de motor wordt
uitgezet en weer hersteld als de motor
opnieuw wordt gestart.
De functies die niet handmatig zijn
gewijzigd, blijven automatisch gere-
geld.
De luchttemperatuur in het interieur
wordt altijd automatisch geregeld
(behalve als het systeem is uitge-
schakeld), op basis van de ingestelde
temperaturen op de displays van de
bestuurder en de passagier.
Page 159 of 283
158
Hierna volgen enkele nuttige tips,
waardoor de kosten van de auto zo
laag mogelijk blijven en de uitstoot
van schadelijke uitlaatgassen zoveel
mogelijk beperkt wordt.
ALGEMENE OPMERKINGEN
Onderhoud van de auto
Doelmatig onderhoud is een beslis-
sende factor voor een lange levens -
duur, de beste prestaties en een zo
zuinig mogelijk gebruik van de auto.
Laat daarom de bougies, de vloeistof-
niveaus, de lucht-/brandstoffilters, de
inspuitventielen, enz, regelmatig con-
troleren en eventueel afstellen, zoals
in het onderhoudsschema is aangege-
ven. Banden
Controleer regelmatig, ten minste
één keer per maand, de spanning van
de banden. Als de spanning te laag is,
wordt de weerstand groter en neemt
het verbruik toe. Bovendien slijten
hierdoor de banden sneller en ver -
slechtert de wegligging van de auto,
waardoor de veiligheid in gevaar kan
worden gebracht.
Overbodige bagage
Rijd niet met een te zwaar beladen
bagageruimte. Het gewicht van de
auto (vooral in stadsverkeer) en de
wieluitlijning hebben grote invloed op
het brandstofverbruik en de stabili-
teit. Imperiaal/skidrager
Verwijder de imperiaal of skidrager
als u deze niet meer gebruikt. Ze ver-
minderen de aërodynamica van de
auto, waardoor het brandstofverbruik
toeneemt. Gebruik voor het vervoer
van volumineuze voorwerpen bij
voorkeur een aanhanger.
Stroomverbruikers
Gebruik de elektrische installaties al-
leen als u ze nodig hebt. De achter-
ruitverwarming, de verstralers, de
ruitenwissers en de aanjager van het
ventilatie-/verwarmingssysteem vra-
gen veel stroom, waardoor het brand-
stofverbruik toeneemt (tot aan 25%
in stadsverkeer).
Airconditioning
De airconditioning gebruikt zeer veel
energie, waardoor de motor zwaar
wordt belast en het brandstofverbruik
sterk toeneemt (met gemiddeld 20%).
Gebruik wanneer de buitentempera-
tuur het toelaat bij voorkeur de func-
ties van het ventilatiesysteem.
KOSTENBESPARING EN BESCHERMING
VAN HET MILIEU
LYBRA 146÷165 NL:LYBRA 146÷165 NL 07-01-10 14:47 Pagina 158
Page 201 of 283
200
ONDERHOUD VAN DE AUTO
De Lybra is volledig nieuw, ook wat betreft het
onderhoud. De eerste geprogrammeerde onder -
houdsbeurt is pas bij 20.000 km. Het blijft echter
altijd nuttig om regelmatig wat aandacht aan de
auto te schenken, bijvoorbeeld door het systema-
tisch controleren van de vloeistofniveaus en de
spanning van de banden.
Denk er altijd aan dat een goed onderhoud van
de auto de beste manier is om de prestaties en de
veiligheid van de auto gedurende langere tijd te
garanderen. Daarbij wordt ook het milieu ontzien
en blijven de exploitatiekosten laag.
Onthoud verder dat het nauwkeurig aanhouden
van de onderhoudsnormen die aangegeven zijn
met het symbool de noodzakelijke voorwaar-
den vormen om de garantie te behouden.GEPROGRAMMEERD ONDERHOUD ................... 201
ONDERHOUDSSCHEMA ....................................... 202
JAARLIJKS INSPECTIESCHEMA .......................... 204
AANVULLENDE WERKZAAMHEDEN ................. 204
NIVEAUS CONTROLEREN ................................... 206
LUCHTFILTER ..................................................... 212
STOF-/POLLENFILTER ....................................... 213
DIESELFILTER ..................................................... 213
ACCU ..................................................................... 214
ELEKTRONISCHE REGELEENHEDEN ............... 216
BOUGIES ............................................................... 217
WIELEN EN BANDEN ........................................... 218
RUBBER SLANGEN ............................................... 219
RUITENWISSERS .................................................. 219
KOPLAMPSPROEIERS .......................................... 221
AIRCONDITIONING .............................................. 221
CARROSSERIE ...................................................... 222
INTERIEUR ........................................................... 224
Page 204 of 283
203
Benzinedamp-opvangsysteem controleren
Luchtfilter vervangen (benzinemotor)
Luchtfilter vervangen (jtd-motor)
Vloeistofniveaus bijvullen (motorkoelsysteem, remsysteem, ruiten -
sproeiers, accu, enz.)
Conditie van getande distributieriem visueel controleren
Getande distributieriem vervangen (*) (**)
Poly-V-aandrijfriem vervangen
Bougies vervangen (benzinemotor)
Inspuiting/ontsteking controleren
(m.b.v. diagnosestekker)
Niveau van versnellingsbak-/differentieelolie controleren
Motorolie verversen
Motoroliefilter vervangen
Remvloeistof vervangen (of elke 2 jaar)
Stof-/pollenfilter vervangen (of in ieder geval elk jaar)
(*) Of iedere 3 jaar bij zware gebruiksomstandigheden (koud klimaat, in sta\
dsverkeer met langdurig stationair-draaiende motor.
Of iedere 5 jaar, onafhankelijk van het aantal afgelegde kilometers.
(**) Vanwege de zeer veeleisende bedrijfsomstandigheden moet in Nederland bij\
uitvoeringen met een 1.8 of 2.0-motor de distributieriem om de 60.000 km of om de 36 maanden worden vervangen.
20 40 60 80 100 120 140 160 180
x 1000 km
çç
çç çç
ç çççç ççç ç
ç çççç ççç ç çç ç
ç
çç çç
çç çç çç
ç çççç ççç ç
ç çççç ççç ç ççç
ç çççç ççç ç
Page 206 of 283
205
Vertrouw het onderhoud
in principe toe aan de Lan-
cia-dealer toe. Als u toch
zelf onderhoud of kleine reparaties
verricht, controleer dan of u over
het juiste speciale gereedschap en
de noodzakelijke originele Lancia-
onderdelen en de voorgeschreven
bedrijfsvloeistoffen beschikt. Voer
niet zelf onderhoudswerkzaamhe-
den uit, als u daarmee geen ervaring
` BELANGRIJK - Luchtfilter
Als de auto veel over stoffige wegen
rijdt, moet het luchtfilter vaker wor-
den vervangen dan in het onder -
houdsschema staat aangegeven.
Raadpleeg bij twijfel over de ver-
vangingsinterval van motorolie en
lucht filter in relatie tot het gebruik
van de auto de Lancia-dealer.
BELANGRIJK - Dieselfilter
Door het gebruik van dieselbrand-
stof van mindere kwaliteit kan het
noodzakelijk zijn het brandstoffilter
vaker te vervangen dan in het on-
derhoudsschema is aangegeven. Een
hortende motor kan een indicatie zijn
dat het filter vervangen moet worden.
BELANGRIJK - Stof-/po llenfilter
Als de auto veel over stoffige wegen
rijdt of bij geconcentreerde luchtver-
vuiling, moet het filter vaker worden
vervangen; dit is vooral raadzaam als
een beperking in de capaciteit van de
ventilatie wordt geconstateerd. Rook nooit tijdens werk-
zaamheden in de motor-
ruimte: er kunnen licht
ontvlambare gassen aanwezig zijn;
brandgevaar.
BELANGRIJK - Motorolie
Vervang de motorolie vaker dan in
het onderhoudsschema staat aange-
geven als de auto overwegend onder
zware bedrijfsomstandigheden rijdt,
zoals:
– trekken van caravans of aanhan-
gers
– rijden op stoffige wegen
– veel korte ritten (minder dan 7-8
km) en bij buitentemperaturen onder
nul
– veel langdurig stationair draaiende
motor of lange ritten bij lage snelhe-
den (bijv. bij gebruik als taxi of bij
huis-aan-huis bezorging of als de auto
lang stilstaat). BELANGRIJK - Accu
Wij raden u aan de acculading voor
het begin van de winter te controle-
ren, om eventuele bevriezing van het
elektrolyt te voorkomen.
Voer deze controle vaker uit als de
auto overwegend voor korte trajecten
wordt gebruikt, of als er accessoires zijn
gemonteerd die permanent, ook bij uit-
geschakeld contact, stroom verbruiken.
Dit geldt in het bijzonder voor achteraf
aangebrachte accessoires.
Controleer de acculading (elektrolyt)
vaker dan is voorgeschreven in het
“Onderhoudsschema” in het hoofd-
stuk “Onderhoud van de auto”, als de
auto wordt gebruikt in warme klima-
ten of onder zeer zware bedrijfsom-
standigheden.
Page 249 of 283
248
INSPUITING/ONTSTEKINGModificaties of reparaties
aan het brandstofsysteem
die niet correct worden
uitgevoerd en waarbij geen reke-
ning wordt gehouden met de tech-
nische specificaties van het sys -
teem, kunnen storingen in de
werking en zelfs brandgevaar ver -
oorzaken.
Uitvoering 1.6
Geïntegreerde elektronische inspui-
ting en ontsteking: één regeleenheid
regelt zowel inspuitduur van de in-
spuiting (benzinedosering) als de ont-
stekingsvervroeging met pingelsensor.
– Type: Multipoint gefaseerde se-
quentiële inspuiting.
– Luchtfilter: met verwisselbaar pa-
pieren element.
– In brandstoftank ondergedom-
pelde elektrische brandstofpomp.
– Benzinefilter in brandstoftank.
– Inspuitdruk: 3 bar.
– Elektronische verwerking van ge-
gevens die door de toerentalsensor van de motor (speed), de tempera-
tuursensor en de absolute-druksensor
in het inlaatspruitstuk (density) wor-
den gemeten.
– Mengselcorrectie: “closed loop”
(informatie over het verloop van de
verbranding via een lambdasonde).
– Stationair toerental (zelfregelend
door middel van elektromotor): 800 ±
50 min
-1.
– Ontstekingsvolgorde 1 - 3 - 4 - 2.
– Bougies: LANCIA RC10YCC
LANCIA BKR5EZ
Champion RC10YCC
NGK BKR5EZ
Uitvoering 1.8 Geïntegreerde elektronische inspui-
ting en ontsteking: één regeleenheid
regelt zowel inspuitduur van de in-
spuiting (benzinedosering) als de ont-
stekingsvervroeging met pingelsensor.
– Type: Multipoint gefaseerde se-
quentiële inspuiting.
– Luchtfilter: met verwisselbaar
papieren element. – In brandstoftank ondergedompelde
elektrische brandstofpomp.
– Benzinefilter in brandstoftank.
– Inspuitdruk: 3 bar.
– Directe meting van de hoeveelheid
inlaatlucht met luchtkwantummeter
met verwarmde draad.
– Mengselcorrectie: “closed loop”
(informatie over het verloop van de
verbranding via een lambdasonde).
– Stationair toerental: 825 ± 50 min
-1
– Nokkenasversteller op de inlaat-
nokkenas.
– Ontstekingsvolgorde: 1 - 3 - 4 - 2.
– Bougies: LANCIA RC10YCC
LANCIA BKR6EZ
Champion RC10YCC
NGK BKR6EZ
Page 250 of 283
249
– Bougies:LANCIA RC8BYC
Champion RC8BYC
Uitvoering 2.0
Geïntegreerde elektronische inspui-
ting en ontsteking: één regeleenheid
regelt zowel inspuitduur van de in-
spuiting (benzinedosering) als de ont-
stekingsvervroeging met pingelsensor.
– Type: Multipoint gefaseerde se-
quentiële inspuiting.
– Luchtfilter: met verwisselbaar pa-
pieren element.
– In brandstoftank ondergedompelde
elektrische brandstofpomp.
– Benzinefilter in brandstoftank.
– Inspuitdruk: 3 bar.
Stoichiometrische dosering van het
lucht-/brandstofmengsel op basis van:
– directe meting van de hoeveelheid
inlaatlucht met luchtkwantummeter
met verwarmde draad;
– mengselcorrectie: “closed loop”
(informatie over het verloop van de
verbranding via een lambdasonde).
– Stationair toerental: 700 ± 50 min
1.
– Ontstekingsvolgorde: 1-2-4-5-3. BRANDSTOFSYSTEEM
Uitvoeringen 1.9 jtd - 2.4 jtd
Modificaties of reparaties
aan het brandstofsysteem
die niet correct worden
uitgevoerd en waarbij geen reke-
ning wordt gehouden met de tech-
nische specificaties van het sys -
teem, kunnen storingen in de
werking en zelfs brandgevaar ve-
roorzaken.
Directe dieselinspuiting met turbo-
drukvulling en intercooler.
– Brandstofpomp: hoge-drukin-
spuitpomp unijet; elektrische opvoer-
pomp in de tank.
– Inspuitvolgorde: 1.9 jtd: 1 - 3 - 4 - 2
2.4 jtd: 1 - 2-4 - 5-3.
– Stationair toerental: 1.9 jtd: 850 ± 20 min
-1.
2.4 jtd: 830 ± 20 min-1.
– Luchtfilter: met verwisselbaar
papieren element.
Page 251 of 283
250
– Door uitlaatgas aangedreven
turbo compressor met variabele leid-
schoepen en drukregelklep (waste-
gate).
– Turbodruk: 1 bar.
– E.G.R.-systeem, elektronisch ge-
controleerd op basis van het toeren-
tal, motorbelasting en koelvloeistof-
temperatuur. SMEERSYSTEEM
Smering onder druk d.m.v. een
tand wieloliepomp met ingebouwde
oliedrukregelklep.
Reiniging van de motorolie in een
fullflow-oliefilterelement.
KOELING
Koelsysteem met radiateur, centri-
fugale waterpomp en expansiereser-
voir.
Thermostaat met “by-pass”-regeling
in het secundaire circuit voor de re-
circulatie van koelvloeistof van de
motor naar de radiateur.
Elektroventilateur voor het koelen
van de radiateur met in-/uitschake-
ling, geregeld door de regeleenheid
van de motor.TRANSMISSIE
KOPPELING
Zelfstellend met koppelingspedaal
zonder vrije slag. Met hydraulische be-
diening.
HANDGESCHAKELDE
VERSNELLINGSBAK EN
DIFFERENTIEEL
Vijf gesynchroniseerde versnellingen
vooruit en één versnelling achteruit.
Gesynchroniseerde versnelling ach-
teruit bij de uitvoeringen 1.9 jtd en
2.4 jtd.
Page 262 of 283
261
VULLINGSTABEL
Brandstoftank:
incl. een reserve van:
Motorkoelsysteem:
(*) Met airconditioning:
Motorcarter:
Carter en oliefilter:
Versnellingsbak en differentieel:
Hydraulische stuurbekrachtiging:
Homokinetische koppelingen en
in stofhoezen (ieder):
Hydraul. remcircuit met ABS:
Reservoir ruitensproeiers
voor en achter:
Reservoir ruitensproeiers voor
en achter en
koplampsproeiers:
(r) Voor temperaturen onder –20°C raden wij het gebruik aan van
SELENIA PERFORMERSAE 5W-30.
Voorgeschreven brandstof
Aanbevolen producten
Loodvrije superbenzine met octaan-
getal van ten minste 95 R.O.N.
Mengsel van gedestil. water en
50%
PARAFLU
11
SELENIA 20K (r)
TUTELA CAR ZC 75 SYNTH
TUTELA GI/A
TUTELA MRM 2
TUTELA TOP 4
Mengsel van water en
DP1
Mengsel van water en
DP1
1.6
liter kg 60 –8–
8,0 –
3,5 3,1
3,8 3,4
1,98 1,8 0,9 – – 0,095
0,52 – 4–
5,5 – 1.8
liter kg 60 –8–
6,81 –
6,80 (*)
3,9 3,5
4,3 3,85
1,98 1,8 0,9 – – 0,095
0,56 – 4–
5,5 – 2.0
liter kg 60 –8–
8,6 –
4,3 3,8
5,0 4,45
1,98 1,8 0,9 – – 0,095
0,56 – 4–
5,5 –