Lancia Thema 2013 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2013, Model line: Thema, Model: Lancia Thema 2013Pages: 380, PDF Size: 3.9 MB
Page 311 of 380

LET OP!(Vervolgd)
voorkomt u oververhitting en ver-
mindert u het risico op schade aan
de versnellingsbak bij langdurige
pogingen om de auto vrij te krijgen.
OPMERKING: Druk voordat u de
auto heen en weer beweegt eerst op
de toets "ESC Off" om het elektro-
nisch stabiliteitsregelssysteem
(ESP) in de stand "Partial Off"
(Gedeeltelijk uit) te zetten. Raad-
pleeg de paragraaf "Elektronische
remregeling" in het hoofdstuk
"Starten en rijden" voor meer in-
formatie hierover. Als de auto is
losgekomen, drukt u nogmaals op
de toets "ESC Off" om de stand
"ESC On" te herstellen.LET OP!
Wanneer u een vastzittende auto heen en weer beweegt door snel te
schakelen tussen DRIVE en RE-
VERSE, mogen de wielen nooit
sneller doorslippen dan 24 km/u,
omdat anders schade kan ont-
staan aan de aandrijflijn.
(Vervolgd)
LET OP!(Vervolgd)
Het overmatig laten oplopen van het toerental van de motor of het
te snel laten doorslippen van de
wielen kan leiden tot oververhit-
ting en beschadiging van de ver-
snellingsbak. Ook kunnen de
banden beschadigd raken. Laat
de wielen niet met meer dan
48 km/u doorslippen in een ver-
snelling (zonder schakelen).WAARSCHUWING!
Het laten doorslippen van de wielen
is gevaarlijk. De krachten die vrij-
komen bij te hoge wielsnelheden
kunnen de banden en assen, zelfs
onherstelbaar, beschadigen. Er kan
een band exploderen, waardoor ie-
mand gewond kan raken. Laat de
wielen van uw auto niet met een
hogere snelheid dan 48 km/u of
langer dan 30 seconden continu
doorslippen. Zorg er ook voor dat
er geen personen aanwezig zijn in
de nabijheid van een doorslippend
wiel, ongeacht de snelheid waarmee
het wiel ronddraait. SLEEPOGEN
Uw auto is zowel aan de voor- als
achterzijde uitgerust met sleepogen.
LET OP!
De sleepogen zijn uitsluitend be-
doeld voor noodsituaties, om een
voertuig dat van de weg is geraakt
vrij te krijgen. Gebruik de sleep-
ogen niet voor het aankoppelen aan
een afsleepwagen of om op de auto
op de weg te slepen. U kunt uw auto
anders beschadigen. Om te slepen
kunt u beter sleepbanden dan ket-
tingen gebruiken. Kettingen kun-
nen schade veroorzaken.WAARSCHUWING!
Blijf op afstand van auto's die ge-
sleept worden. Sleepbanden en
-kettingen kunnen breken en zo
ernstig letsel toebrengen.
305
Page 312 of 380

SCHAKELHENDEL
ONTGRENDELEN —
VIJFTRAPS
VERSNELLINGSBAK
Als zich een storing voordoet en de
schakelhendel niet uit de stand PARK
kan worden bewogen, dan kunt u de
volgende procedure uitvoeren om de
schakelhendel tijdelijk te kunnen be-
wegen:
1. Zet de motor af.
2. Trek de handrem stevig aan.
3. Verwijder het rubberen bakje uit
de opbergruimte (naast de schakel-
hendel op de middenconsole).
4. Houd het rempedaal stevig inge-
trapt.
5. Steek een schroevendraaier of
soortgelijk gereedschap in de opening
(in de linkerzijkant van de opberg-
ruimte) en houd het ontgrendelme-
chanisme gedrukt.6. Beweeg de schakelhendel naar de
stand NEUTRAL.
7. De motor kan dan in de stand
NEUTRAL worden gestart.
8. Plaats het rubberen bakje terug in
de opbergruimte.
HANDMATIGE PAR-
KEERONTGRENDELING
— ACHTTRAPS VER-
SNELLINGSBAK
(3,6-LITER MOTOR)
WAARSCHUWING!
Zorg altijd dat de auto niet weg kan
rollen, door de handrem stevig aan
(Vervolgd)
WAARSCHUWING!(Vervolgd)
te trekken voordat u de handmatige
parkeerontgrendeling inschakelt.
Wanneer u de handmatige parkeer-
ontgrendeling inschakelt, kan de
auto wegrollen als u de handrem
niet hebt aangetrokken of als de
auto niet correct aan een sleepvoer-
tuig is gekoppeld. Wanneer de auto
niet op zijn plaats wordt gehouden
als de handmatige parkeerontgren-
deling wordt ingeschakeld, kan dit
leiden tot ernstig of zelfs dodelijk
letsel van personen in of nabij de
auto.
Als het voertuig moet worden geduwd
of gesleept in gevallen waarbij de ver-
snellingsbak niet uit de stand PARK
kan worden geschakeld (bijvoorbeeld
door een lege accu), kunt u de hand-
matige parkeerontgrendeling gebrui-
ken.
Volg deze stappen voor het gebruik
van de handmatige parkeerontgren-
deling:
Schakelhendel ontgrendelen
306
Page 313 of 380

OPMERKING: Zorg ervoor dat de
auto niet onbedoeld weg kan rol-
len, door de handrem stevig aan te
trekken.
1. Verwijder de opbergbak in de con-
sole om toegang te krijgen tot de hen-
del van de handmatige parkeeront-
grendeling.
2. Haal de bevestigingsband met een
kleine schroevendraaier of soortgelijk
gereedschap omhoog door de opening
in de bodem van de console.
3. Steek de schroevendraaier in de
sleuf in het midden van de hendel en
druk de metalen vergrendellip naar
rechts.4. Terwijl u de vergrendellip vast-
houdt, trekt u aan de bevestigings-
band om de hendel omhoog en naar
achter te bewegen totdat hij in verti-
cale positie op zijn plaats klikt. Het
versnellingsbak is nu uit de stand
PARK geschakeld en de auto kan wor-
den gesleept. Zet de handrem pas vrij
nadat de auto op de juiste manier aan
een sleepvoertuig is gekoppeld.De handmatige parkeerontgren-
deling resetten:
1. Duw de pal (onder aan de achter-
zijde van de hendel) naar achteren
(van de hendel af) om de hendel te
ontgrendelen.
2. Draai de hendel van de handma-
tige parkeerontgrendeling naar voren
en omlaag naar de oorspronkelijke
positie, totdat de vergrendellip op zijn
plaats vastklikt waardoor de hendel
wordt vergrendeld.
3. Trek voorzichtig aan de bevesti-
gingsband om te controleren of de
hendel is vergrendeld in de oorspron-
kelijk positie.
4. Stop de bevestigingsband terug in
de bodem van de console. Plaats de
opbergbak terug in de console.
Opbergbak console
VergrendellipBevestigingsband
307
Page 314 of 380

SLEPEN VAN EEN AUTO MET PECHSleepmethodeWielen VAN de grond ALLE MODELLEN
Slepen met alle wielen op
de grond GEEN
Als de versnellingsbak werkt:
Versnellingsbak inNEUTRAL
Max. snelheid 48 km/u
Afstand max.24 km (5 versnellingen)
Afstand max.48 km (8 versnellingen)
Wiellift
Voor
Achter OK
Autoambulance ALLEBESTE METHODE
Om schade aan uw auto te voorkomen
is de juiste sleepuitrusting vereist. Ge-
bruik uitsluitend sleepstangen en an-
dere uitrusting die speciaal voor dit
doel zijn gemaakt en volgt de instruc-
ties van de fabrikant van de uitrus-
ting. Het gebruik van veiligheidsket-
tingen is verplicht. Bevestig
sleepstangen of andere sleepuitrus-
ting altijd aan een dragend deel van
de auto, nooit aan bumpers of hieraan
bevestigde beugels. De verkeersvoor-
schriften met betrekking tot het sle-
pen van voertuigen moeten worden
opgevolgd.
Wanneer u tijdens het slepen accessoi-
res wenst te gebruiken (ruitenwissers, ruitontdooier, enz.), dient de contact-
schakelaar in stand ON/RUN te staan
en niet in stand ACC.
Wanneer de accu van de auto leeg is,
raadpleeg dan de paragraaf "Schakel-
hendel ontgrendelen" in het hoofd-
stuk "Wat doen in geval van nood"
voor instructies over hoe u de automa-
tische versnellingsbak uit de stand
PARK schakelt voor het slepen.
LET OP!
Gebruik geen takelsysteem met
sleeplus om de auto te slepen. Dit
kan het bumperpaneel beschadi-
gen.
(Vervolgd)
LET OP!(Vervolgd)
Bij het vastmaken van de auto op een autoambulance mogen de on-
derdelen in de wielophanging
vóór of achter niet worden vast-
gemaakt. Door een foutieve sleep-
wijze kan uw auto worden be-
schadigd.
Duw of sleep deze auto niet met een ander voertuig, omdat anders
het bumperpaneel en de versnel-
lingsbak beschadigd kan raken.
De fabrikant raadt het slepen van deze auto op een dolly af. Anders
kan de auto beschadigd raken.
308
Page 315 of 380

De fabrikantraadt afom deze auto
op een dolly te slepen. Anders kan de
auto beschadigd raken.
De fabrikant raadt aan de auto op een
autoambulance te vervoeren (alle
wielen VANde grond).
Als geen autoambulance beschikbaar
is en de versnellingsbak nog werkt,
kan de auto onder de volgende voor-
waarden met alle wielen op de grond
worden gesleept:
De schakelhendel moet in de stand NEUTRAL staan.
De af te leggen afstand mag niet groter zijn dan 24 km bij een vijf-
traps versnellingsbak of groter dan
48 km met een achttraps
versnellingsbak.
De sleepsnelheid mag niet meer dan 48 km/u bedragen. Als de versnellingsbak niet werkt, of
als de auto sneller moet worden ge-
sleept dan 48 km/u of verder dan
24 km bij een vijftraps versnellings-
bak of 48 km bij een achttraps ver-
snellingsbak, moet de auto worden
gesleept met de achterwielen VAN de
grond (met een autoambulance, of
door gebruik van een wiellift met de
versnellingsbak in de stand NEU-
TRAL).
LET OP!
Als u deze sleepmethoden niet
volgt, kan dit ernstige schade aan
de motor of versnellingsbak tot ge-
volg hebben. Dergelijke schade
wordt niet gedekt door de stan-
daardgarantie van een nieuwe auto.
Auto's die zijn voorzien van AWD,
kunnen worden gesleept met de ver-
snellingsbak in de stand NEUTRAL
en de achterwielen VAN de grond zon-
der dat er een beperking geldt voor
snelheid of afstand. Zonder contactsleutel
Er moeten speciale voorzorgsmaatre-
gelen worden genomen wanneer de
auto wordt gesleept met de contact-
schakelaar in de stand OFF. Zonder
contactsleutel mag de auto alleen
worden gesleept op een autoambu-
lance. Om schade aan uw auto te
voorkomen is de juiste sleepuitrusting
vereist.
309
Page 316 of 380

310
Page 317 of 380

7
ONDERHOUD VAN UW AUTO
MOTORCOMPARTIMENT — 3,6-LITER BENZINE . .313MOTORCOMPARTIMENT — 3,0-LITER DIESEL . . .314 BOORDDIAGNOSESYSTEEM — OBD II . . . . . . .315
VERVANGENDE ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . .315
ONDERHOUDSPROCEDURES . . . . . . . . . . . . . . .315 MOTOROLIE – BENZINEMOTOR . . . . . . . . . .316
MOTOROLIE – DIESELMOTOR . . . . . . . . . . . .317
SYNTHETISCHE MOTOROLIE . . . . . . . . . . . .317
ADDITIEVEN VOOR MOTOROLIE . . . . . . . . .317
AFVOEREN VAN AFGEWERKTE MOTOROLIEEN FILTERS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .317
MOTOROLIEFILTER . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .317
LUCHTFILTER . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .318
ONDERHOUDSVRIJE ACCU . . . . . . . . . . . . . .318
ONDERHOUD VAN DE AIRCONDITIONING . .319
AIRCOLUCHTFILTER . . . . . . . . . . . . . . . . . . .320
SMEREN VAN CARROSSERIEDELEN . . . . . . .321
RUITENWISSERBLADEN . . . . . . . . . . . . . . . .321
RUITENSPROEIERVLOEISTOF BIJVULLEN . .322
ACTIEVE REGENERATIESTRATEGIE – 3,0-LITER DIESELMOTOR . . . . . . . . . . . . . . .322
UITLAATSYSTEEM . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .323
311
Page 318 of 380

KOELSYSTEEM . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .324
REMSYSTEEM . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .327
AUTOMATISCHE VERSNELLINGSBAK . . . . . .329
AANDRIJVING OP ALLE WIELEN (AWD)(voor bepaalde uitvoeringen/landen) . . . . . . . .331
ACHTERAS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .331
VERZORGING VAN DE AUTO EN BESCHERMING TEGEN ROEST . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .332
ZEKERINGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .335
Geïntegreerde voedingsmodule . . . . . . . . . . . .335
Stroomverdeelkast achter . . . . . . . . . . . . . . . .338
STALLEN VAN DE AUTO . . . . . . . . . . . . . . . . . . .342
VERVANGENDE LAMPEN . . . . . . . . . . . . . . . . . .342
GLOEILAMPEN VERVANGEN . . . . . . . . . . . . . . .343
DIMLICHT, GROOTLICHT, PARKEERLICHT/RICHTINGAANWIJZER, PARKEERLICHT
RECHTS, PARKEERLICHT LINKS . . . . . . . . . .343
RICHTINGAANWIJZERS VÓÓR . . . . . . . . . . . .344
RICHTINGAANWIJZER ACHTER EN ACHTERUITRIJLAMPEN . . . . . . . . . . . . . . . . .344
KENTEKENVERLICHTING . . . . . . . . . . . . . . .345
VLOEISTOFINHOUD . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .346
VLOEISTOFFEN, SMEERMIDDELEN EN ORIGINELE ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . .346
MOTOR . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .346
CHASSIS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .348
312
Page 319 of 380

MOTORCOMPARTIMENT — 3,6-LITER BENZINE1 — Geïntegreerde voedingsmodule (zekeringen)5 — Luchtfilter
2 — Peilstok motorolie 6 — Vulopening motorolie
3 — Deksel remvloeistofreservoir 7 — Aansluiting startkabel (pluspool)
4 — Reservoir koelvloeistof 8 — Reservoir ruitensproeiervloeistof
313
Page 320 of 380

MOTORCOMPARTIMENT — 3,0-LITER DIESEL1 — Volledig geïntegreerde voedingsmodule (zekeringen) 5 — Luchtfilter motor
2 — Vulopening motorolie6 — Peilstok motorolie
3 — Reservoir remvloeistof 7 — Reservoir ruitensproeiervloeistof
4 — Reservoir koelvloeistof
314