Lancia Ypsilon 2014 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2014, Model line: Ypsilon, Model: Lancia Ypsilon 2014Pages: 307, PDF Size: 13.3 MB
Page 41 of 307

KLIMAATCOMFORTUITSTROOMOPENINGEN/ROOSTERS1. Bovenste vaste uitstroomopeningen – 2. Verstelbare en richtbare roosters aan zijkant – 3. Vaste uitstroomopeningen
voor zijruiten – 4. Verstelbare luchtroosters in het midden – 5. Uitstroomopeningen beenruimten voorinfig. 31
L0F0230
37WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 42 of 307

HANDBEDIENDE AIRCONDITIONING(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
BEDIENINGSELEMENTEN
A Draaiknop voor luchttemperatuur (rood =
warm/blauw = koud)
B Schuifje luchtrecirculatie
interne luchtrecirculatieluchttoevoer van buitenafBELANGRIJK Men adviseert de interne
luchtrecirculatie in te schakelen in de file of in
tunnels, om te voorkomen dat vervuilde lucht in
het interieur komt. Gebruik de functie echter niet
langdurig, vooral als er meerdere passagiers aan
boord zijn, om beslagen ruiten te voorkomen.
fig. 32
L0F0101
38
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 43 of 307

naar het lichaam en de zijruitennaar het lichaam, de zijruiten en de voetenalleen naar de voetennaar de voeten en de voorruitalleen naar de voorruit
D Knop voor in-/uitschakeling
achterruitverwarming.
Wanneer de functie actief is, brandt de LED op de
knop.
Om de accu efficiënt te houden, wordt de functie
na ongeveer 20 minuten automatisch
uitgeschakeld.
E Knop instelling ventilatorsnelheid.OpmerkingDraai de knop naar 0 om de
luchtstroom uit de roosters te onderbreken.
F aan/uit knop compressor klimaatregeling. Druk
op de knop om de airconditioning in te
schakelen: de led op de knop gaat branden (dit
zorgt voor een snelle koeling van het interieur).
39WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
C Draaiknop luchtverdeling
Page 44 of 307

Snel ontwasemen/ontdooien van de voorruit
en de voorste zijruiten (MAX-DEF)
Ga als volgt te werk:
❒draai de knop A naar het rode gebied;
❒verplaats het schuifje B naar
;
❒draai de knop C naar
;
❒draai knop E naar 4 (maximum
ventilatorsnelheid).
BELANGRIJK De airconditioning is zeer nuttig
om het ontwasemen te versnellen, aangezien
de lucht wordt ontvochtigd. Plaats de knoppen
dus zoals hierboven is beschreven en druk op de
knop
om de airconditioning in te schakelen (de
led op de knop gaat branden).EXTRA VERWARMING
(voor bepaalde versies/markten)
De extra verwarming versnelt het opwarmen van
het interieur wanneer het zeer koud is. De extra
verwarming schakelt automatisch uit nadat de
gewenste comfortsituatie is bereikt.
De verwarming schakelt automatisch in door de
knop A naar het rode gebied te draaien en als
de ventilator is ingeschakeld (knop E ten minste
op de 1
esnelheidstand).
De extra verwarming werkt alleen bij lage
buitentemperatuur en
motorkoelvloeistoftemperatuur. De extra
verwarming wordt niet ingeschakeld als de
accuspanning laag is.
ONDERHOUD VAN HET SYSTEEM
Schakel in de winter de airconditioning minstens
eens per maand circa 10 minuten in. Laat vóór
het begin van het zomerseizoen het systeem
controleren door het Lancia Servicenetwerk.
40
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 45 of 307

AUTOMATISCHE KLIMAATREGELING(voor bepaalde versies/markten)
BEDIENINGSELEMENTEN
Knoppen A - Handmatige selectie
luchtverdeling
Door op deze knoppen te drukken, kan de lucht
op vijf manieren verdeeld worden:
naar de uitstroomopeningen van de voorruit
en de voorste zijruiten om deze te
ontwasemen of te ontdooien.naar de luchtroosters in het midden en aan de
zijkant van het dashboard om de borst en
het gelaat tijdens het warme seizoen te
verkoelen.
fig. 33
L0F0129
41WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 46 of 307

naar de uitstroomopeningen in de
beenruimten voorin. Wegens de natuurlijke
neiging van warmte om op te stijgen, warmt
dit type verdeling het interieur zo snel
mogelijk op, waardoor onmiddellijk een
behaaglijk gevoel wordt verkregen.+
verdeling tussen uitstroomopeningen
beenruimten (warmste lucht) en
roosters op dashboard (koelste lucht).
+
verdeling tussen uitstroomopeningen
beenruimten en uitstroomopeningen
voorruit/voorste zijruiten. Dit type
verdeling biedt een doeltreffende
verwarming van het interieur en
voorkomt dat de ruiten beslaan.
Knop B MAX
- Activering MAX-DEF
functie
Wanneer op deMAXknop
wordt gedrukt,
activeert het systeem alle functies voor snel
ontwasemen/ontdooien, namelijk:
❒compressor aan (als de weersomstandigheden
geschikt zijn)
❒luchtrecirculatie uit
❒maximum instelling luchttemperatuur (HI)
❒ventilatorsnelheid op basis van de
koelvloeistoftemperatuur
❒luchtstroom gericht op de voorruit en de voorste
zijruitenKnop C
- Inschakeling/uitschakeling
aircocompressor
Wanneer het
symbool op de display brandt,
druk dan op knop C om de compressor uit te
schakelen.
Wanneer de compressor is uitgeschakeld:
❒schakelt het systeem de luchtrecirculatie uit om
te voorkomen dat de ruiten beslaan;
❒is het niet mogelijk om lucht naar het interieur
te voeren met een lagere temperatuur dan de
buitentemperatuur (de temperatuur aangegeven
op de display gaat knipperen als het systeem
niet de verlangde comfortsituatie kan
garanderen);
❒kan de ventilatorsnelheid handmatig gereset
worden (bij ingeschakelde compressor kan
de ventilatie niet onder een staafje op de display
zakken).
Knop D- Interne luchtrecirculatie
aan/uit
Men adviseert de interne luchtrecirculatie in te
schakelen in de file of in tunnels, om te
voorkomen dat vervuilde lucht in het interieur
komt.
Bij lage temperaturen of als de compressor uit is,
wordt de recirculatie uitgezet om beslagen ruiten
te voorkomen.
42
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 47 of 307

BELANGRIJK Het wordt afgeraden de
luchtrecirculatie in te schakelen bij lage
buitentemperaturen, aangezien de ruiten sneller
kunnen beslaan.
Knop E (AUTO) - Activering AUTO functie
(automatische bediening airconditioning)
Wanneer de AUTO-knop wordt bediend en de
vereiste temperatuur is ingesteld, regelt het
systeem de temperatuur, de hoeveelheid en de
verdeling van de lucht in het interieur en zorgt
voor de inschakeling van de compressor.
Knop F
- Inschakeling/uitschakeling
achterruitverwarming
Wanneer de knop
wordt ingedrukt, gaat de led
op de knop branden.
Knoppen G
- Instelling ventilatorsnelheidKnop H (OFF) - Inschakeling/uitschakeling
airconditioning
Wanneer de OFF-knop wordt bediend, wordt het
systeem uitgeschakeld.
Bij uitgeschakeld systeem, is de situatie van de
klimaatregeling als volgt:
❒alle leds zijn uit;
❒de display van de ingestelde temperatuur is uit;
❒de luchtrecirculatie is uit;
❒de compressor is uitgeschakeld;
❒de ventilator is uitgeschakeld.
KnopI-Toename luchttemperatuur
Bij bediening van deze knop wordt de
luchttemperatuur in het interieur verhoogd.
Knop L - Afname luchttemperatuur
Bij bediening van deze knop wordt de
luchttemperatuur in het interieur verlaagd.
43WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 48 of 307

BESCHRIJVING
De automatisch gecontroleerde parameters en
functies zijn:
❒luchttemperatuur bij de roosters;
❒luchtverdeling bij de roosters;
❒ventilatorsnelheid (traploze regeling van de
luchtstroom)
❒inschakeling van de compressor (voor
koelen/ontvochtigen van de lucht)
❒luchtrecirculatie.
Alle functies kunnen handmatig worden gewijzigd.
Met andere woorden, men kan een of meer
functies selecteren en de parameters naar wens
veranderen. Hierbij wordt echter de automatische
regeling van de functies die handmatig zijn
gewijzigd uitgeschakeld: het systeem grijpt alleen
in om veiligheidsredenen (bijv. kans op beslaan).
De handmatige instellingen hebben altijd voorrang
boven de automatische instellingen en blijven
opgeslagen totdat de gebruiker het systeem weer
op automatische werking overzet, behalve in
de gevallen dat het systeem om veiligheidsredenen
ingrijpt. Als men handmatig een functie aanpast,
blijven de andere functies automatisch geregeld.
De hoeveelheid lucht die in het interieur wordt
gevoerd houdt geen verband met de snelheid van
de auto; deze wordt geregeld door de elektronische
geregelde ventilator.De luchttemperatuur in het interieur wordt altijd
automatisch geregeld op basis van de ingestelde
temperatuur op de display van de bestuurder
en de voorpassagier (behalve wanneer het systeem
is uitgeschakeld of onder bepaalde
omstandigheden waarin de compressor is
uitgeschakeld).
Het systeem biedt handmatige instelling van de
volgende parameters en functies:
❒luchttemperatuur;
❒ventilatorsnelheid (traploze regeling)
❒luchtverdeling met 5 standen;
❒inschakeling van de compressor
❒snel ontwasemen/ontdooien
❒luchtrecirculatie
❒achterruitverwarming
❒uitschakeling van het systeem.
INSCHAKELING VAN DE
KLIMAATREGELING
Het systeem kan op verschillende manieren
ingeschakeld worden; het verdient echter
aanbeveling op de AUTO-knop te drukken en de
gewenste temperatuur op de display in te stellen.
Met het klimaatregelsysteem kunt u de gewenste
temperaturen aanpassen.
De compressor van het systeem werkt alleen
wanneer de motor draait en de buitentemperatuur
meer dan 0°C bedraagt.
44
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 49 of 307

WERKING AUTOMATISCHE
KLIMAATREGELING
Druk op de AUTO-knop; het systeem regelt
automatisch het volgende:
❒de hoeveelheid lucht die in het interieur wordt
gevoerd;
❒de verdeling van de lucht in het interieur;
waarbij alle eerdere handmatige instellingen
gewist worden.
Tijdens de werking van de automatische
klimaatregeling, verschijnt het opschrift AUTO op
de display.
Tijdens de automatische werking blijft het
mogelijk om de ingestelde temperatuur te
veranderen en de volgende functies handmatig uit
te voeren:
❒instelling ventilatorsnelheid
❒selectie luchtverdeling
❒aan/uit knop interne luchtrecirculatie;
❒inschakeling aircocompressor.
BELANGRIJK
Het wordt afgeraden de interne
luchtrecirculatie in te schakelen bij
lage buitentemperaturen, aangezien de
ruiten sneller kunnen beslaan.REGELING VENTILATORSNELHEID
Druk op de knop
om de ventilatorsnelheid te
verhogen/verlagen.
De mogelijke snelheden worden aangegeven door
de staafjes die op de display oplichten:
❒maximum ventilatorsnelheid = alle staafjes
branden
❒minimum ventilatorsnelheid = één staafje
brandt.
De ventilator kan alleen uitgeschakeld worden
(geen enkel staafje brandt) als de aircocompressor
is uitgeschakeld met behulp van de knop
.
Druk op de AUTO-knop om de automatische
werking van de ventilatorsnelheid na een
handmatige instelling te herstellen.
SNEL ONTWASEMEN/ONTDOOIEN VAN DE
VOORRUIT (MAX-DEF functie)
Druk op de knopMAX
om automatisch de
tijdgeregelde werking te activeren van alle functies
die voor het snel ontwasemen/ontdooien van de
voorruit en de voorste zijruiten zijn vereist.
De functies zijn:
❒inschakeling van de aircocompressor (bij een
buitentemperatuur boven 0°C)
❒uitschakeling, indien eerder ingeschakeld, van
de interne luchtrecirculatie
45WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 50 of 307

❒inschakeling van de achterruitverwarming (led
op knopMAX
brandt) en de
verwarmingselementen in de buitenspiegels
❒instelling maximum luchttemperatuur
❒bediening van de nuttige luchtopbrengst.
ONTWASEMEN/ONTDOOIEN VAN
VERWARMDE ACHTERRUIT EN
BUITENSPIEGELS
Druk op de knopom in te schakelen: als deze
functie is ingeschakeld, gaat de led op de knop
branden.
Dit is een tijdgeregelde functie die na 20 minuten
automatisch uitschakelt. Druk opnieuw op de
knop
om de functie voortijdig uit te schakelen.
BELANGRIJK Plak geen stickers op de elektrische
weerstandsdraden aan de binnenzijde van de
achterruit, om beschadiging te voorkomen.
BELANGRIJK Druk op de knop
om lucht
van buitenaf toe te voeren.INSCHAKELING VAN DE INTERNE
LUCHTRECIRCULATIE
Druk op de knop
.
De luchtrecirculatie kan op twee verschillende
manieren worden uitgevoerd:
❒geforceerde uitschakeling (luchtrecirculatie
altijd uitgeschakeld, lucht van buitenaf
toegevoerd)
❒geforceerde inschakeling (interne
luchtrecirculatie altijd ingeschakeld).
Wanneer de OFF-knop wordt bediend, schakelt
het systeem automatisch de interne
luchtrecirculatie in. De externe luchtrecirculatie
kan altijd ingeschakeld worden door de knop
in te drukken en andersom.
Automatische recirculatie door op de AUTO-toets
te drukken.
BELANGRIJK Met de interne luchtrecirculatie
kan de gewenste toestand (verwarming of koeling,
afhankelijk van de keuze) sneller bereikt worden.
Het wordt echter afgeraden de luchtrecirculatie
in te schakelen op regenachtige of koude dagen
om beslagen ruiten te voorkomen, vooral als
de airconditioning niet is ingeschakeld Men
adviseert de interne luchtrecirculatie in te
schakelen in de file of in tunnels, om te
voorkomen dat vervuilde lucht in het interieur
komt. Gebruik de functie niet langdurig, vooral
als er meerdere passagiers aan boord zijn, om
beslagen ruiten te voorkomen.
46
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER