Lancia Ypsilon 2018 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2018, Model line: Ypsilon, Model: Lancia Ypsilon 2018Pages: 208, PDF Size: 5.44 MB
Page 131 of 208

controleer of de schakelaar van de
compressor in de stand 0 (uit) staat,
start vervolgens de motor;
steek de stekker in het contact op
de tunnelconsole en bedien de
compressor door de schakelaar in
stand I (aan) te zetten.
Pomp de band op tot de juiste
bandenspanning, vermeld in de
paragraaf "Bandenspanning" in het
hoofdstuk "Technische gegevens", is
bereikt. Controleer de bandenspanning
op de meter; doe dit bij uitgeschakelde
compressor om een preciezere aflezing
te verkrijgen;
als het na vijf minuten nog steeds
niet mogelijk is om minstens 1,8 bar te
krijgen, koppel dan de compressor
van het ventiel en het stopcontact af en
verplaats vervolgens de auto ongeveer
10 meter naar voren of naar achteren,
zodat de afdichtvloeistof zich
gelijkmatig in de band kan verdelen;
pomp de band vervolgens weer op;
als na deze handeling nog steeds
geen 1,8 bar wordt verkregen binnen 5
minuten na inschakeling van de
compressor, rij dan niet verder maar
neem contact op met het Lancia
Servicenetwerk;
stop na ongeveer 10 minuten en
controleer de bandenspanning
opnieuw;trek de handrem aan.Om
de auto veilig te parkeren, de aanwijzing
in de paragraaf "Parkeren" in het
hoofdstuk "Starten en rijden" opvolgen.
als een spanning van minstens 1,8
bar wordt gemeten, herstel dan de
correcte bandenspanning (bij draaiende
motor en aangetrokken handrem), ga
weer rijden en rijd zeer voorzichtig naar
de dichtstbijzijnde werkplaats van het
Lancia Servicenetwerk.
BELANGRIJK
136)Geef de informatiefolder aan het
personeel dat de met de snelle
bandenreparatieset behandelde band
moet repareren.
137)Lekken en beschadigingen in de
flanken kunnen niet gerepareerd worden.
Gebruik de snelle bandenreparatiekit niet
als de band beschadigd is geraakt door het
rijden met een lege band.
138)Reparatie is niet mogelijk bij schade
aan de velg (zodanige vervorming van
de groef dat er lucht weglekt). Verwijder
niet het eventueel in de band
binnengedrongen voorwerp (schroef of
spijker).139)Bedien de compressor nooit langer
dan 20 minuten achter elkaar. Gevaar voor
oververhitting. Banden gerepareerd met
de snelle bandenreparatiekit mogen slechts
tijdelijk gebruikt worden, aangezien de kit
niet geschikt is voor een definitieve
reparatie.
140)De wettelijk verplichte informatie
omtrent chemicaliën en de invloed daarvan
op de menselijke gezondheid,
milieubescherming en het veilige gebruik
van het afdichtmiddel staat vermeld op het
label van de verpakking. Het is van
essentieel belang voor de veiligheid en
effectiviteit van het product dat alle
instructies op het label worden nageleefd.
Lees het label daarom zorgvuldig vóór
gebruik. De gebruiker van het product is
verantwoordelijk voor eventuele schade
voortvloeiend uit oneigenlijk gebruik. Het
afdichtmiddel heeft een
houdbaarheidsdatum. Vervang de bus als
de houdbaarheidsdatum van het
afdichtmiddel is verstreken.
141)Doe de beschermende
handschoenen aan die bij de snelle
bandenreparatiekit zijn geleverd.
142)Breng de sticker op een voor de
bestuurder goed zichtbare plaats aan, om
eraan te herinneren dat de band behandeld
is met de snelle bandenreparatiekit. Rijd
voorzichtig, met name in bochten.
Overschrijd de snelheid van 80 km/h niet.
Vermijd abrupt accelereren of remmen.
143)Rij niet verder als de bandenspanning
onder 1,8 bar is gedaald: de snelle
bandenreparatiekit kan de vereiste
afdichting niet garanderen omdat de band
te ernstig beschadigd is. Neem contact
op met het Lancia Servicenetwerk.
129
Page 132 of 208

144)Geef altijd aan dat de band
gerepareerd is met behulp van de snelle
bandenreparatiekit. Overhandig de folder
aan het personeel dat de met de snelle
bandenreparatiekit behandelde band moet
repareren.
BELANGRIJK
56)Als de band door vreemde
voorwerpen lek is geraakt, kan de kit
gebruikt worden voor beschadigingen in
het loopvlak of de schouder met een
diameter van maximaal 4 mm.
BELANGRIJK
3)Laat de bus en het afdichtmiddel niet in
het milieu achter. Zorg dat ze worden
weggegooid overeenkomstig de nationale
en plaatselijke voorschriften.
4)Breng de sticker op een voor de
bestuurder goed zichtbare plaats aan, om
eraan te herinneren dat de band behandeld
is met de snelle bandenreparatiekit. Rijd
voorzichtig, met name in bochten.
Overschrijd de snelheid van 80 km/h niet.
Vermijd abrupt accelereren of remmen.
NOODSTART
Als de accu leeg is, kan de motor
gestart worden met startkabels en de
accu van een ander voertuig, of met
een hulpaccu.
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
Gebruik geen hulpaccu of enige andere
externe voedingsbron met een
spanning hoger dan 12 V: de accu, de
startmotor, de dynamo en het
elektrische systeem van het voertuig
kunnen hierdoor worden beschadigd.
Probeer niet te starten met een
hulpaccu als de accu bevroren is. De
accu kan kapot gaan en ontploffen!
STARTEN MET
HULPACCU
145) 146)57) 58)
Als de accu leeg is, kan de motor
gestart worden met een hulpaccu met
dezelfde of een iets hogere capaciteit
dan de lege accu.
Ga als volgt te werk om de motor te
starten fig. 113:
verbind de plusklemmen (+teken bij
de klem) van beide accu’s met een
startkabel;
sluit met een tweede startkabel de
minklem (–) van de hulpaccu aan op
een massapunt
op de motor of
de versnellingsbak van de auto die
gestart moet worden;
start de motor;
verwijder als de motor gestart is, de
kabels in de omgekeerde volgorde
los.
Lees voor versies met het Start&Stop
systeem, in geval van starten met
een hulpaccu, de paragraaf
“Start&Stop systeem” in het hoofdstuk
“Kennismaking met de auto”.
Als de motor na enkele pogingen niet
start, blijf dan niet proberen maar neem
contact op met het Lancia
Servicenetwerk.
113L0F0084C
130
NOODGEVALLEN
Page 133 of 208

BELANGRIJK Verbind de minklemmen
van de twee accu’s niet rechtstreeks
met elkaar: eventuele vonken kunnen
het explosieve gas ontsteken dat uit de
accu kan ontsnappen. Als de hulpaccu
in een andere auto is geïnstalleerd,
moet accidenteel contact tussen de
metalen delen van beide auto's
vermeden worden.
BELANGRIJK
145)Deze startprocedure moet door
ervaren personeel verricht worden,
aangezien verkeerde handelingen
elektrische ontladingen van aanzienlijke
kracht kunnen veroorzaken. Bovendien is
accuvloeistof giftig en corrosief: vermijd
contact met huid en ogen. Houd open
vuur en brandende sigaretten uit de buurt
van de accu en veroorzaak geen vonken.
146)Verwijder alle metalen voorwerpen
(bijv. ringen, horloges, armbanden), die
zouden kunnen leiden tot een onbedoeld
elektrisch contact en daardoor ernstig
letsel.
BELANGRIJK
57)Gebruik nooit een accusnellader om de
motor te starten, aangezien deze de
elektronische systemen kan beschadigen,
met name de regeleenheden van de
ontsteking en de brandstoftoevoer.58)Verbind de startkabel niet met de
minpool (–) van de lege accu. De
afgegeven vonk kan explosie van de accu
tot gevolg hebben en ernstige schade
veroorzaken. Gebruik alleen het specifieke
massapunt; gebruik geen andere
blootgestelde metalen onderdelen.
AFSLUITER VAN DE
BRANDSTOF-
TOEVOER
147)
AFSLUITER VAN DE
BRANDSTOFTOEVOER
Dit treedt in werking bij een botsing en
leidt tot het volgende:
onderbreking van de
brandstoftoevoer met afzetten van de
motor als gevolg;
automatische ontgrendeling van de
portieren;
inschakeling van de
interieurverlichting;
inschakeling van de
alarmknipperlichten.
Wanneer het systeem wordt
ingeschakeld, verschijnt er bij sommige
versies een bericht op het display.
BELANGRIJK Controleer het voertuig
zorgvuldig op brandstoflekkage,
bijvoorbeeld in de motorruimte, onder
het voertuig of in de buurt van de
tank. Draai na een botsing de
contactsleutel naar STOP om te
voorkomen dat de accu leegloopt.
Ga als volgt te werk om de correcte
werking van het voertuig te herstellen:
131
Page 134 of 208

draai de contactsleutel naar de
stand MAR;
schakel de richtingaanwijzer rechts
in;
schakel de richtingaanwijzer rechts
uit;
schakel de richtingaanwijzer links in;
schakel de richtingaanwijzer links
uit;
schakel de richtingaanwijzer rechts
in;
schakel de richtingaanwijzer rechts
uit;
schakel de richtingaanwijzer links in;
schakel de richtingaanwijzer links
uit;
contactsleutel op de stand OFF
gedraaid;
draai de contactsleutel naar de
stand MAR.
LPG- / Natural Power-versies:in
geval van een botsing wordt de
benzinetoevoer onmiddellijk afgesloten,
de LPG-veiligheidskleppen worden
gesloten en de injectie wordt
onderbroken waardoor de motor
afgezet wordt.
BELANGRIJK
147)Als na een botsing een brandstoflucht
wordt geroken of brandstoflekkage wordt
geconstateerd, dan mag het systeem
niet opnieuw ingeschakeld worden om
brand te voorkomen.
SLEPEN VAN HET
VOERTUIG
148) 149) 150) 151)
Het sleepoog dat bij het voertuig wordt
geleverd bevindt zich in de
gereedschapstas, onder de mat in de
bagageruimte.
BEVESTIGING VAN HET
SLEEPOOG
Verwijder de dop A fig. 114
(voorbumper) of A fig. 115
(achterbumper) door met de hand op
het onderste gedeelte te duwen, neem
de trekhaak B fig. 114 (voorbumper)
of B fig. 115 (achterbumper) uit de
zitting in de gereedschapshouder en
draai hem volledig vast op de pen
schroefdraad aan de voor- of
achterzijde.
AB
114L0F0422C
132
NOODGEVALLEN
Page 135 of 208

VERSIES MET DUAL FUNCTION
SYSTEM-VERSNELLINGSBAK
Verzeker u ervan dat de versnellingsbak
in de vrijstand staat (N) (door te
controleren of het voertuig door te
duwen verplaatst kan worden) en ga
vervolgens te werk zoals bij een
voertuig met handgeschakelde
versnellingsbak.
Sleep de auto niet als de
versnellingsbak niet in de vrijstand kan
worden gezet en neem contact op
met het Lancia Servicenetwerk.
BELANGRIJK
148)Alvorens te slepen, moet de
contactsleutel op MAR en vervolgens op
STOP worden gezet, zonder de sleutel
uit het contactslot te nemen. Als de sleutel
uit het contactslot wordt genomen, wordt
automatisch het stuurslot ingeschakeld
waardoor het voertuig niet kan worden
bestuurd.
149)Maak voor de montage van het
sleepoog de schroefdraad zorgvuldig
schoon. Controleer of het sleepoog
volledig op de schroefdraadpen is gedraaid
alvorens de auto te slepen.
150)Houd er rekening mee dat tijdens het
slepen de rembekrachtiging en de
elektrische stuurbekrachtiging niet
beschikbaar zijn, waardoor voor het
bedienen van het rempedaal en het sturen
meer kracht is vereist. Gebruik voor het
slepen geen soepele kabels en vermijd
bruuske bewegingen. Controleer of er
tijdens het slepen geen delen van de auto
door de sleepverbinding kunnen worden
beschadigd. Neem bij het slepen in elk
geval de wettelijke voorschriften in acht van
het land waarin wordt gereden en pas uw
rijgedrag aan. Start de motor niet wanneer
de auto wordt gesleept.151)Gebruik de trekhaken voor en achter
alleen voor noodgevallen. Het is
toegestaan de auto over korte afstanden te
slepen m.b.v. geschikte middelen conform
de wegenverkeerswetgeving (starre stang),
om de auto over de weg te verplaatsen
om hem gebruiksklaar te maken voor het
slepen of voor transport met takelwagen.
Trekhaken MOGEN NIET worden gebruikt
om voertuigen off-road (d.w.z. op het
terrein) te slepen of waar hindernissen zijn
en/of voor het slepen met kabels of andere
niet-starre hulpmiddelen. In
overeenstemming met bovengenoemde
voorwaarden, moeten er voor het slepen
twee voertuigen worden gebruikt (een
slepend en een gesleept voertuig), die zich
beide zo veel mogelijk op één lijn
bevinden.
115L0F0022C
133
Page 136 of 208

ONDERHOUD EN ZORG
Dankzij correct onderhoud kunnen de
prestaties van het voertuig, evenals
beperkte bedrijfskosten en het behoud
van de efficiëntie van de
veiligheidssystemen gedurende langere
tijd gegarandeerd worden.
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe.GEPROGRAMMEERD
ONDERHOUD .................................135
MOTORRUIMTE..............................145
ACCU OPLADEN ............................150
RUITENWISSERS/
ACHTERRUITWISSER.....................151
DE AUTO OPKRIKKEN ...................152
REMMEN ........................................153
WIELEN EN BANDEN .....................153
CARROSSERIE ...............................154
134
ONDERHOUD EN ZORG
Page 137 of 208

GEPROGRAMMEERD
ONDERHOUD
Juist onderhoud is essentieel voor een
lange levensduur van de auto onder
optimale omstandigheden.
Daarom heeft Lancia een reeks
controles en onderhoudsbeurten
opgesteld die op vaste
afstandsintervallen uitgevoerd moeten
worden en, voor bepaalde versies/
markten, op vaste tijdsintervallen, zoals
beschreven in het Geprogrammeerd
Onderhoudsschema.
De servicebeurten van het
Geprogrammeerde Onderhoud worden
volgens een vast tijdsschema door
het Lancia Servicenetwerk uitgevoerd.
Eventuele reparaties die nodig blijken
tijdens het uitvoeren van de diverse
inspecties en controles van het
geprogrammeerd onderhoud, mogen
uitsluitend worden uitgevoerd na
toestemming van de klant. Als de auto
dikwijls gebruikt wordt voor het trekken
van aanhangers, dan moet een korter
interval tussen de onderhoudsbeurten
worden aangehouden.BELANGRIJKE OPMERKINGEN
De onderhoudsbeurten van het
Geprogrammeerde Onderhoud zijn
door de fabrikant voorgeschreven. Het
niet laten uitvoeren van deze
werkzaamheden kan leiden tot het
vervallen van de garantie.
Het wordt geadviseerd het Lancia
Servicenetwerk onmiddellijk te
informeren over eventuele kleine
defecten en niet te wachten tot de
volgende onderhoudsbeurt.
135
Page 138 of 208

GEPROGRAMMEERD ONDERHOUDSSCHEMA BENZINEVERSIES
De controles vermeld in het Geprogrammeerd Onderhoudsschema moeten, na het bereiken van 120.000 km/8 jaar, cyclisch
herhaald worden te beginnen vanaf het eerste interval, daarna dezelfde intervallen aanhouden als daarvoor.
km x 1000 15 30 45 60 75 90 105 120 135 150
Jaren12345678910
Conditie/slijtage banden controleren en bandenspanning,
indien nodig, herstellen; vervaldatum lading/toestand
snelle bandenreparatiekit kit controleren (voor bepaalde
versies/markten)
Werking verlichtingssysteem (koplampen,
richtingaanwijzers, alarmknipperlichten, bagageruimte,
interieur, dashboardkastje, lampjes instrumentenpaneel,
enz.) controleren
De vloeistofpeilen controleren en eventueel bijvullen (1)
Uitlaatgasemissie controleren
De diagnosestekker gebruiken om de werking van het
brandstoftoevoer-/motormanagementsysteem en de
emissie te controleren; en voor bepaalde versies/markten,
de verslechtering van de motorolie
(1) Het bijvullen moet uitgevoerd worden met de in dit Instructieboekje aangegeven vloeistoffen en alleen nadat gecontroleerd is dat het systeem onbeschadigd is.
136
ONDERHOUD EN ZORG
Page 139 of 208

km x 1000 15 30 45 60 75 90 105 120 135 150
Jaren12345678910
Visueel de toestand controleren van: buitenzijde van
carrosserie, bodemplaatbescherming, slangen en
leidingen (uitlaat, brandstof- en remsysteem) en rubber
elementen (hoezen, slangen, bussen enz.)
Stand en conditie van wisrubbers van ruitenwissers voor/
achter controleren
Werking van het ruitenwisser/-sproeiersysteem controleren
en zo nodig de sproeiers afstellen
Sloten van motorkap en achterklep op aanwezigheid van
vuil controleren, mechanismen reinigen en smeren
Slag van handrem controleren en zo nodig afstellen
Conditie en slijtage remblokken van schijfremmen voor
visueel controleren en de werking van
remblokslijtagesensor controleren
Conditie en slijtage van de achterste trommelremvoeringen
visueel inspecteren.
Conditie van aandrijfriem(en) hulporganen visueel
controleren
Conditie en spanning van aandrijfriem(en) hulporganen
(alleen bij versies zonder automatische riemspanner)
controleren
Visueel de conditie controleren van de getande
distributieriem (behalve 0.9 TwinAir 85 pk-versies)
137
Page 140 of 208

km x 1000 15 30 45 60 75 90 105 120 135 150
Jaren12345678910
Klepspeling controleren en zo nodig afstellen (1.2 8V 69 pk
versies)
Oliepeil handgeschakelde versnellingsbak controleren
Peil elektrohydraulische olie Dual FuNction System
versnellingsbak controleren en, indien nodig, bijvullen (2)
Visueel de conditie controleren van: LPG-leidingen en
stekkers, bevestiging LPG-tank (LPG-versies)
Werking en parameters van het brandstoftoevoersysteem
m.b.v. diagnoseaansluiting controleren (LPG-versies)
Visueel de conditie controleren van: aardgasleidingen en
verbindingen, bevestiging aardgastank, repareren indien
nodig (Natural Power-versies) (3)
Drukregelaar controleren en indien nodig het binnenfilter
vervangen (Natural Power-versies) (3)
Werking en parameters van het brandstoftoevoersysteem
m.b.v zelfdiagnoseaansluiting controleren (Natural Power-
versies)
Aanhaalkoppel bevestigingsbanden cilinder controleren
(Natural Power-versies)
(2) Jaarlijks uit te voeren controle voor auto's in landen met zeer strenge klimaten (koude landen).
(3) Of elk jaar.
138
ONDERHOUD EN ZORG