gas type Lancia Ypsilon 2020 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2020, Model line: Ypsilon, Model: Lancia Ypsilon 2020Pages: 208, PDF Size: 5.44 MB
Page 104 of 208

BELANGRIJK De achteruit kan
uitsluitend bij stilstaand voertuig worden
ingeschakeld. Wacht bij draaiende
motor minstens 2 seconden met het
koppelingspedaal helemaal ingetrapt
alvorens de achteruit in te schakelen
om beschadiging aan de tandwielen te
voorkomen.
BELANGRIJK Het koppelingspedaal
mag uitsluitend voor het schakelen
gebruikt worden. Laat tijdens het rijden
de voet nooit, zelfs niet licht, op het
koppelingspedaal rusten. Bij bepaalde
versies/markten kan de regelelektronica
van het koppelingspedaal een foutieve
rijstijl als een defect interpreteren.
BELANGRIJK
113)Trap het koppelingspedaal helemaal
in om op de juiste wijze te schakelen.
Daarom is het van fundamenteel belang
dat er niets onder het pedaal ligt: let erop
dat de matten vlak liggen en dat ze de slag
van de pedalen niet hinderen.
BELANGRIJK
40)Rijd niet met de hand op de pookknop
doordat de uitgeoefende druk, hoe licht
ook, na verloop van tijd slijtage van de
interne onderdelen van de versnellingsbak
kan veroorzaken.
DUAL FUNCTION
SYSTEM-
VERSNELLINGSBAK
(voor bepaalde versies/markten)
Het voertuig kan voorzien zijn van een
elektronisch geregelde
handgeschakelde versnellingsbak,
bekend als "Dual FuNction System".
Deze maakt twee schakelprogramma's
mogelijk: MANUAL en AUTO.
VERSNELLINGSPOOK
41)
De versnellingspook fig. 71 is van het
"multistabiele" zwevende type, d.w.z. hij
kan drie stabiele en drie instabiele
standen aannemen.
De drie stabiele standen zijn: vrijstand
(N), achteruit (R) en de middelste stand
tussen de instabiele standen (+) en
(-).De instabiele standen, d.w.z. de
standen die de pook verlaat zodra hij
wordt losgelaten, zijn de standen voor
het aanvragen van een hogere
versnelling (+), een lagere versnelling (-)
en de automatische/handmatige
werking (A/M).
BELANGRIJK Als bij ingeschakelde
motor de stand van de pook niet
overeenkomt met de daadwerkelijk
ingeschakelde versnelling, dan is een
zoemer hoorbaar tot de stand hersteld
is.
HANDMATIGE BEDIENINGTrap het rempedaal in en start de
motor;
als AUTO op het display verschijnt,
de versnellingspook fig. 71 naar A/M
duwen om de HANDMATIGE bediening
in te schakelen;
duw de versnellingspook naar (+)
om de eerste versnelling in te schakelen
(vanuit N of R kan de pook in de
middelste stand worden geplaatst) of
naar R om de achteruit in te schakelen;
laat het rempedaal los en trap het
gaspedaal in;
duw tijdens het rijden de
versnellingspook naar (+) om de
volgende versnelling of naar (-) om een
versnelling terug te schakelen.71L0F0117C
102
STARTEN EN RIJDEN
Page 106 of 208

STOP/START-
SYSTEEM
(voor bepaalde versies/markten)
114) 115)43)
Het Stop/Star-systeem zet automatisch
de motor af wanneer de auto stilstaat
en start de motor zodra de bestuurder
wil wegrijden. Dit verhoogt de efficiëntie
van het voertuig dankzij een beperking
van het brandstofverbruik, de uitstoot
van schadelijke uitlaatgassen en de
geluidsoverlast.
WERKING
Afzetten van de motor
Met handgeschakelde versnellingsbak:
bij stilstaande auto, wordt de motor
afgezet als de versnellingsbak in de
vrijstand staat en het koppelingspedaal
niet is ingetrapt.
Met Dual FuNction System-
versnellingsbak: de motor wordt afgezet
als de auto stil staat en het rempedaal
is ingetrapt. De motor wordt ook
afgezet als het rempedaal niet wordt
ingetrapt, maar als de keuzehendel
in de stand N (Neutraal) staat.OPMERKING De motor kan alleen
automatisch worden afgezet bij een
snelheid van meer dan 10 km/h, om
herhaaldelijk afzetten van de motor te
voorkomen wanneer erg traag wordt
gereden.
Het symbool
verschijnt op het
display wanneer de motor wordt
afgezet.
De motor opnieuw starten
Met handgeschakelde versnellingsbak:
trap het koppelingspedaal in.
Met Dual FuNction System-
versnellingsbak: als de versnellingspook
in de stand N (Neutraal) staat, zet hem
dan in een willekeurige versnelling, of
laat het rempedaal los en zet de
versnellingspook in+,–of R (Achteruit).
HET SYSTEEM
HANDMATIG
INSCHAKELEN/
UITSCHAKELEN
Druk op knop A fig. 73 op het
bedieningspaneel van het dashboard
om het systeem handmatig in of uit
te schakelen.
Led uit: systeem uitgeschakeld.
Led aan: systeem ingeschakeld.
BELANGRIJK
114)Neem altijd contact op met het Lancia
Servicenetwerk om de accu te laten
vervangen. Vervang de accu door een
exemplaar van hetzelfde type (HEAVY
DUTY) en met dezelfde specificaties.
115)Wij adviseren om de contactsleutel te
verwijderen als er zich nog inzittenden in
het voertuig bevinden. Verlaat het voertuig
alleen na de contactsleutel te hebben
uitgenomen of in de stand STOP te
hebben gedraaid. Controleer bij het tanken
of de motor is afgezet en of de
contactsleutel in de stand STOP staat.
BELANGRIJK
43)Als een comfortabele temperatuur
prioritair is, dan kan het Stop/Start-
systeem worden uitgeschakeld zodat de
klimaatregeling kan blijven werken.
73L0F0421C
104
STARTEN EN RIJDEN
Page 113 of 208

In sommige Europese landen worden
adapters als ONWETTIG beschouwd
(bijv. in Duitsland).
BELANGRIJK
46)Monteer geen voorwerp/dop op de
rand van de vulopening die niet geschikt is
voor het voertuig. Het gebruik van
voorwerpen/doppen van het verkeerde
type kan de druk in de tank doen
toenemen, waardoor gevaarlijke situaties
kunnen ontstaan.
47)Breng geen open vuur of brandende
sigaretten in de buurt van de vulopening
van de tank: brandgevaar. Kom niet te
dicht met het gezicht bij de vulopening, om
geen schadelijke dampen in te ademen.
48)Maak geen gebruik van een mobiele
telefoon in de buurt van de benzinepomp:
brandgevaar
49)Gebruik voor dieselmotoren uitsluitend
dieselbrandstof voor motorvoertuigen
conform de Europese norm EN 590. Het
gebruik van andere producten of mengsels
kan de motor onherstelbaar beschadigen
en derhalve de garantie voor de
veroorzaakte schade ongeldig maken. Als
per ongeluk andere brandstofsoorten
worden getankt, mag de motor niet gestart
worden. Ledig de tank. Als de motor ook
maar heel kort heeft gewerkt, moet behalve
de tank het complete
brandstoftoevoercircuit geledigd worden.50)Op de andere plaatjes (bij de
voertuigdocumenten geleverd) is de
verwachte datum voor de eerste
controle/test van de cilinder aangegeven.
Aardgastankstations zijn niet bevoegd
de cilinders bij te vullen als de
inspectiedatum verstreken is.
80L0F0199C
81L0F0111C
111
Page 159 of 208

IDENTIFICATIE-
GEGEVENS
Geadviseerd wordt de
identificatiecodes te noteren. De
volgende identificatiecodes zijn op de
plaatjes ingeslagen en vermeld:
VIN-plaatje (typeplaatje met
identificatiegegevens).
Chassisnummer.
Identificatieplaatje carrosserielak.
Motorcode.
PLAATJE VOERTUIG-
INDENTIFICATIENUMMER
(VIN)
Dit is aangebracht aan de linkerkant
van de bagageruimte (til de mat op voor
toegang) en hierop zijn de volgende
gegevens vermeld fig. 122:
ANaam van de fabrikant.
BTypegoedkeuringsnummer.CVoertuigtype identificatiecode.
DChassis fabrieksvolgnummer.
EMax. toelaatbaar gewicht van volledig
beladen voertuig.
FMax. toelaatbaar gewicht van volledig
beladen voertuig met aanhangwagen.
GMaximaal toegestaan gewicht op
eerste (voorste) as.
HMax. toelaatbaar gewicht op
achteras.
IMotortype.
LVersiecode carrosserie.
MReserveonderdeelnummer.
NWaarde voor de uitlaatrookgasmeting
(alleen bij dieselmotoren).
IDENTIFICATIEPLAATJE
CARROSSERIELAK
Dit plaatje is aangebracht op de
buitenste stijl (linkerzijde) van
de bagageruimte en bevat de volgende
gegevens fig. 123:
ALakfabrikant.BKleurnaam.
CLancia kleurcode.
DCode voor opnieuw spuiten en
bijwerken.
CHASSISNUMMER
Dit is gestempeld op de dwarsbalk
onder de passagiersstoel en bevat de
volgende gegevens:
type voertuig;
chassisnummer.
MOTORCODE
Deze is op het cilinderblok ingeslagen
en vermeldt het type en het
motorserienummer.
122L0F0444C
123L0F0030C
157
Page 165 of 208

SNEEUWKETTINGEN
67) 68)
Het gebruik van sneeuwkettingen moet aan de plaatselijke voorschriften in elk land voldoen. In bepaalde landen worden
banden gemarkeerd met de M+S (Mud and Snow) beschouwd als winteruitrusting; het gebruik hiervan is gelijkwaardig aan dat
van de sneeuwkettingen.
Sneeuwkettingen mogen alleen op de banden van de voorwielen (aandrijfwielen) gemonteerd worden.
Controleer de spanning van de sneeuwkettingen na enkele tientallen meters rijden.
Het gebruik van sneeuwkettingen met banden met niet-originele afmetingen kunnen het voertuig beschadigen.
Het gebruik van verschillende maten of typen banden (M+S, winterbanden, enz.) op de voor- en achterassen kan de
bestuurbaarheid van de auto benadelen, met het risico van controleverlies over de auto en bijgevolg ongevallen.
BELANGRIJK Er kunnen geen sneeuwkettingen op het noodreservewiel worden gemonteerd. Als er een voorband lek is,
vervang dan een achterwiel door het noodreservewiel en monteer het achterwiel op de vooras. Op die manier kunnen, met
twee normale aandrijfwielen aan de voorkant, sneeuwkettingen gemonteerd worden.
BELANGRIJK
170)Indien op de stalen velgen met integrale wieldeksels (met veerbevestiging) aftersales-banden met velgbeschermers worden gemonteerd,
dan mogen de wieldeksels NIET worden gemonteerd. Het gebruik van ongeschikte banden en wieldeksels kan leiden tot een plotselinge
afname van de bandenspanning.
171)De maximumsnelheid voor winterbanden met de indicatie “Q” is 160 km/h; 190 km/h voor winterbanden met de indicatie “T” en 210
km/h voor winterbanden met de indicatie"H". De snelheidsbeperkingen moeten echter altijd worden gerespecteerd.
BELANGRIJK
67)Beperk de snelheid wanneer er sneeuwkettingen zijn gemonteerd; overschrijd de 50 km/h niet. Vermijd kuilen, trottoirbanden en stoepen
en rijd geen lange stukken op sneeuwvrije wegen om de auto en het wegdek niet te beschadigen.
68)Bedien het gaspedaal uiterst voorzichtig als sneeuwkettingen gemonteerd zijn; voorkom of beperk het risico op doorslippen van de
aandrijfwielen die breuk van de ketting en bijgevolg beschadiging van de carrosserie of de mechanische onderdelen kunnen veroorzaken.
163
Page 176 of 208

BRANDSTOFVERBRUIK
De gegevens over het brandstofverbruik die vermeld zijn in onderstaande tabel zijn bepaald op basis van de
typegoedkeuringstests in overeenstemming met specifieke Europese Richtlijnen.
BELANGRIJK Het type route, de verkeerssituatie, weersomstandigheden, rijstijl, algemene conditie van het voertuig,
uitrustingsniveau/accessoires, gebruik van de klimaatregeling, lading van het voertuig, imperiaal op het dak en andere situaties
die de aerodynamica kunnen beïnvloeden, leiden tot andere verbruikscijfers dan de hier vermelde cijfers. Het brandstofverbruik
wordt pas regelmatiger als de eerste 3000 km zijn gereden.
BRANDSTOFVERBRUIK VOLGENS GELDENDE EUROPESE RICHTLIJNEN (liter/100 km)
OPMERKING Brandstofverbruik voor Natural Powerversies op aardgas is uitgedrukt in m
3/100 km.
Versies Stadsverkeer Buitenwegen Gecombineerd
0.9 TwinAir 80 pk Dual FuNction
System(*)4,4 3,4 3,8
0.9 TwinAir 85 pk Dual FuNction System4,9 3,7 4,1
0.9 TwinAir Turbo Natural Power
5,8
(°) / 6,1 (°°)3,9(°) / 4,0 (°°)4,6(°) / 4,8 (°°)
1.2 8V 69 pk(**)6,4 4,3 5,1
1.2 8V 69 pk
(***)6,7 4,3 5,2
1.2 8V 69 pk LPG
6,9
(°) / 8,7 (°°°)4,4(°) / 5,7 (°°°)5,3(°) / 6,8 (°°°)
1.3 16V MultiJet4,3 3,2 3,6
(*) Voor bepaalde versies/markten
(°) Op benzine
(°°) Op aardgas
(**) Versies met korte overbrengingsverhoudingen en Start&Stop (voor bepaalde versies/markten)
(***) Versies met korte overbrengingsverhoudingen en zonder Start&Stop (voor bepaalde versies/markten)
(°°°)Op LPG
174
TECHNISCHE GEGEVENS
Page 206 of 208

Mistlampen voor....................20
Montage universeel
Isofix-kinderzitje...................87
Motor
niveau motorkoelvloeistof.......148
technische gegevens...........158
Motorkap...........................31
Motorolie
verbruik........................148
Motorolie (niveau controleren).......148
Motorruimte.......................145
Motorruimte (uitspuiten)............155
MSR-systeem.......................72
Niveaus controleren...............145
Noodstart..........................130
Officiële typegoedkeuringen........195
Parkeerlichten......................19
Parkeersensoren...................106
Plafondverlichting voorin.............20
Portieren............................11
Prestaties (topsnelheid).............173
Regelmatige controles.............144
Regensensor........................21
Remmen..........................153
remvloeistofniveau..............148
Richtingaanwijzers...................19
Rijhulpsystemen.....................74Ruiten (reinigen)....................155
Ruitensproeier
vloeistofniveau ruitensproeier.................................148
Ruitenwisser
ruitenwisserbladen.............151
ruitenwisserbladen
vervangen.....................151
Ruitenwisser/-sproeier...............21
Ruitenwissers/achterruitwisser.......21
Safe Lock (systeem)................12
SBR-systeem (Seat Belt
Reminder)........................77
Schakelindicator....................43
Schuifdak...........................28
Set-up-menu........................44
Slepen van het voertuig............132
Sneeuwkettingen..................163
Stadslicht...........................18
Stoelen.............................13
Stop/Start-systeem................104
Stuurwiel............................16
Symbolen............................4
Tanken...........................109
tabel capaciteiten..............167
Tankprocedure.....................109
Noodtanken...................110
Technische gegevens..............157Tips, bediening en algemene
informatie.......................178
Typeplaatje met
identificatiegegevens.............157
Uconnect 5 Radio LIVE............180
Uconnect 5 Radio Nav LIVE........180
Veiligheidsgordels..................76
Versie met aardgassysteem
(Natural Power)...................37
Versie met LPG-systeem.............34
Versnellingsbak (werking)...........102
Vloeistoffen en smeermiddelen......169
Wielen............................161
Wielen en banden..................153
Wijzigingen of modificaties aan
de auto............................4
Zekeringen
Zekeringenkast in de
bagageruimte..................119
zekeringenkast in de
motorruimte....................118
Zekeringenkast op het
dashboard.....................119
Zekeringen (vervangen).............118
Zijairbags...........................95
Zwaar Gebruik Van De Auto........144
ALFABETISCH REGISTER
Largo Senatore G. Agnelli, 3 - 10040 Volvera - Turijn (Italië)
Druknummer 603.99.850NL- 07/2017 - 2e Editie FCA Italy S.p.A. - Mopar - Technical Services - Service Engineering