MAZDA MODEL CX-30 2019 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: MAZDA, Model Year: 2019, Model line: MODEL CX-30, Model: MAZDA MODEL CX-30 2019Pages: 759, PDF Size: 15.45 MB
Page 21 of 759

2Belangrijke veiligheidsuitrusting
Belangrijke informatie over de veiligheidsuitrusting, zoals
zittingen, veiligheidsgordelsysteem, kinderzitjes en SRS-airbags.
Stoelen.................................... 2-2
Voorzorgsmaatregelen bij gebruik
van de zittingen..................... 2-2
Voorzitting............................ 2-5
Achterzitting........................ 2-14
Hoofdsteunen..................... 2-17
Stoelverwarming/
Stuurwielverwarming.............. 2-19
Stoelverwarming
*................. 2-19
Stuurwielverwarming
*...........2-21
Veiligheidsgordelsysteem......... 2-23
Voorzorgsmaatregelen bij gebruik
van de veiligheidsgordels...... 2-23
Veiligheidsgordels................ 2-26
Veiligheidsgordelwaarschuwingss
ystemen.............................. 2-28
Voorspanners van
veiligheidsgordels en
begrenzingsystemen.............2-28
Kinderzitje............................. 2-31
Voorzorgsmaatregelen bij gebruik
van een kinderzitje............... 2-31
Installatie van kinderzitjes..... 2-36
Tabel voor geschiktheid van
kinderzitjes voor diverse
zittingposities...................... 2-42
Installeren van kinderzitjes ...........
.......................................... 2-48
SRS-airbags............................ 2-52
Voorzorgsmaatregelen
betreffende de aanvullende
beveiligingssystemen (SRS) ..........
.......................................... 2-52
Deactiveringsschakelaar van
voorpassagiersairbag
*........... 2-59
Onderdelen van het aanvullend
beveiligingssysteem.............. 2-62
Werking van de
SRS-airbags......................... 2-63
Criteria voor SRS airbag
activering............................ 2-66
Beperkingen van de SRS
airbag................................. 2-68
Constante controle.............. 2-70
*Bepaalde modellen.2-1
Page 22 of 759

Voorzorgsmaatregelen bij
gebruik van de zittingen
▼Voorzorgsmaatregelen bij gebruik
van de zittingen
WAARSCHUWING
Zorg er voor dat de afstelbare
onderdelen van een zitting op hun
plaats vergrendeld zijn:
Niet goed vergrendelde afstelbare
zittingen en rugleuningen zijn
gevaarlijk. Bij plotseling stoppen of een
botsing kan de zitting of de rugleuning
in beweging komen, hetgeen letsel kan
veroorzaken. Zorg er voor dat de
afstelbare onderdelen van de zittingen
goed op hun plaats vergrendeld zijn
door te proberen de zitting naar voren
en naar achteren te schuiven en de
rugleuningen heen en weer te duwen.
Laat kinderen nooit een zitting
afstellen:
Toestaan dat kinderen een zitting
afstellen is gevaarlijk, aangezien dit
ernstig letsel kan veroorzaken wanneer
de handen of voeten van het kind
tussen de zitting beklemd raken.
Niet rijden met ontgrendelde
rugleuning:
Alle rugleuningen spelen een
belangrijke rol bij uw bescherming in
een auto. Het niet vergrendelen van de
rugleuning is gevaarlijk, aangezien
tijdens plotseling afremmen of een
botsing passagiers van hun plaats
geslingerd kunnen worden en
inzittenden door bagage geraakt
kunnen worden, hetgeen ernstig letsel
kan veroorzaken. Duw telkens na het
afstellen van de rugleuning , ook als er
geen overige passagiers zijn, de
rugleuning even heen en weer om te
controleren of deze goed op zijn plaats
vergrendeld is.
Een stoel uitsluitend afstellen
wanneer de auto tot stilstand
gebracht is:
Als de stoel tijdens het rijden wordt
afgesteld, kan de zitpositie onstabiel
worden en kan deze onverwacht
bewegen. Dit kan ongelukken
veroorzaken.
De voorzittingen niet wijzigen of
vervangen:
Het aanbrengen van wijzigingen of het
vernieuwen van de voorzittingen zoals
het vernieuwen van de bekleding of
het losdraaien van bouten is gevaarlijk.
De voorzittingen bevatten
airbagcomponenten die van essentieel
belang zijn voor het aanvullend
beveiligingssysteem. Het aanvullend
beveiligingssysteem kan door
dergelijke wijzigingen beschadigd
worden, hetgeen tot ernstig letsel kan
leiden. Raadpleeg een deskundige
reparateur (bij voorkeur een officiële
Mazda-reparateur) als uitbouwen of
opnieuw inbouwen van de
voorzittingen om een of andere reden
noodzakelijk is.
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Stoelen
2-2
Page 23 of 759

Rijd niet met beschadigde
voorzittingen:
Rijden met beschadigde voorzittingen,
zoals zitkussens die gescheurd of tot
op het urethaan beschadigd zijn, is
gevaarlijk. De voorzittingen die
belangrijke airbagcomponenten
bevatten kunnen door een botsing
beschadigd worden, ook als het een
botsing is die voor het activeren van de
airbags niet krachtig genoeg is. Bij een
eventuele volgende botsing zal een
airbag mogelijk niet geactiveerd
worden, hetgeen tot letsel kan leiden.
Laat na een botsing de voorzittingen,
de voorspanners van de
veiligheidsgordels van de voorzittingen
en de airbags altijd door een
deskundige reparateur (bij voorkeur
een officiële Mazda-reparateur)
controleren.
Rijd niet met de rugleuningen van de
voorzittingen in achterover geleunde
positie:
Tijdens het rijden in achterover
geleunde positie zitten is gevaarlijk,
aangezien de veiligheidsgordels dan
niet de optimale bescherming bieden.
Tijdens een aanrijding of bij plotseling
afremmen, zou u onder de heupgordel
kunnen glijden en ernstig inwendig
letsel kunnen oplopen. Voor een
maximale bescherming, steeds goed
achter op de zitting plaatsnemen en
rechtop zitten.Plaats geen voorwerp zoals een
kussen tussen de rugleuning en uw
rug:
Het plaatsen van een voorwerp zoals
een kussen tussen de rugleuning en uw
rug is gevaarlijk omdat u geen veilige
rijhouding kunt aanhouden en de
veiligheidsgordel bij een botsing niet
de volledige bescherming kan bieden,
wat een ernstig ongeval met mogelijk
dodelijk letsel kan veroorzaken.
Plaats geen voorwerpen onder de
zitting:
Het voorwerp kan beklemd raken en
tot gevolg hebben dat de zitting niet
goed vergrendeld wordt waardoor een
ongeluk veroorzaakt kan worden.
Nooit lading hoger dan de
rugleuningen opstapelen:
Bagage of overige lading die hoger
wordt opgestapeld dan de
rugleuningen is gevaarlijk. In het geval
van een botsing of plotseling
afremmen kunnen deze voorwerpen
naar voren geslingerd worden
waardoor passagiers geraakt kunnen
worden en letsel kunnen oplopen.
Zorg er voor dat bagage en lading
alvorens te gaan rijden goed wordt
vastgemaakt:
Lading die tijdens het rijden niet is
vastgemaakt is gevaarlijk aangezien
deze bij plotseling afremmen of een
botsing kan gaan schuiven of in elkaar
gedrukt kan worden en letsel kan
veroorzaken.
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Stoelen
2-3
Page 24 of 759

Laat een passagier tijdens het rijden
nooit op de neergeklapte rugleuning
zitten of staan:
Rijden met een passagier op de
neergeklapte rugleuning is gevaarlijk.
Het is vooral gevaarlijk wanneer u
tijdens het rijden een kind op de
neergeklapte rugleuning laat zitten.
Tijdens plotseling stoppen of zelfs een
kleine botsing, bestaat de kans dat een
kind dat niet op de juiste wijze van de
zitting of van een kinderzitje en de
veiligheidsgordels gebruik maakt, naar
voren of naar achteren of zelfs uit de
auto geslingerd wordt, hetgeen ernstig
of zelfs dodelijk letsel kan veroorzaken.
Het kind in de bagageruimte zou tegen
andere inzittenden geslingerd kunnen
worden, hetgeen ernstig letsel kan
veroorzaken.
OPGELET
¾Wees voorzichtig tijdens het
bedienen van een zitting uw handen
of vingers niet in de buurt van de
bewegende delen van de zitting of
op de zijbekleding te plaatsen om
letsel te voorkomen.
¾Let erop bij het verschuiven van de
zittingen dat er zich geen lading in
het gedeelte eromheen bevindt. Als
de lading beklemd raakt, kan deze
beschadigd worden.
¾(Handbediende zittingafstelling)
Let er op bij het naar voren en naar
achteren schuiven van de zittingen of
het terugzetten van een achterover
verstelde rugleuning in de rechtop
stand, de rugleuning tijdens de
bediening met uw hand vast te
houden. Als de rugleuning niet
ondersteund wordt, kan de zitting
plotseling verschuiven en letsel
veroorzaken.
¾Zorg dat u geen verwonding oploopt
als u uw hand onder de stoel steekt
om het interieur schoon te maken of
iets op te rapen. Als u de bewegende
onderdelen en omringende
onderdelen van de stoelrail, het
stoelframe of de onderkant van de
stoel raakt, kan dat letsel
veroorzaken.
OPMERKING
xBij het terugplaatsen van een
achterzitting in de oorspronkelijke
positie, de veiligheidsgordel in zijn
normale positie plaatsen. Controleer
of de veiligheidsgordel uitgetrokken
kan worden en oprolt.
x(Elektrische zittingafstelling)
De elektrische bediende afstelling
van de zitting wordt door motoren
geregeld. Laat de motoren niet te
lang achtereen werken, aangezien
deze door overmatig gebruik
beschadigd kunnen raken.
xOm te voorkomen dat de accu
uitgeput raakt, de elektrische
afstelling niet gebruiken wanneer
de motor stopgezet is. De afsteller
gebruikt een grote hoeveelheid
elektrische stroom.
xDe schakelaar niet gebruiken voor
het maken van meerdere
afstellingen tegelijkertijd.
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Stoelen
2-4
Page 25 of 759

Voorzitting
▼Afstellen van de bestuurdersstoel
De door Mazda aanbevolen procedure
voor het instellen van de rijpositie die
door Mazda wordt aanbevolen zorgt
ervoor dat u een ontspannen houding
aanhoudt, zodat u langer auto kunt
rijden zonder vermoeid te raken en de
auto moeiteloos kunt besturen.
U bent dan ook verzekerd van goed
zicht naar voren zodat u veiliger en
comfortabeler kunt rijden.
De afstelling van de rijstand zoals
aanbevolen door Mazda wordt
uitgevoerd aan de hand van de
volgende procedures.
1. Zet het stuurwiel en de zitting in de
standaardstand.
2. Afstellen van de hoek van de
rugleuning.
3. Afstellen van de zittingpositie naar
voren en achteren.
4. Afstellen van de zittinghoogte.
5. Afstellen van de hoogte van de
voorkant van het zitkussen.
6. Afstellen van de stand van het
stuurwiel.
7. Afstellen van de positie van de
hoofdsteun.
Handbediende zittingafstelling
1.Lengteverstelling
Om een zitting naar voren of naar
achteren te verplaatsen, de hendel
omhoog trekken, de zitting in de
gewenste stand schuiven en de
hendel loslaten.
Controleer of de hendel in de
uitgangspositie is teruggekeerd en
of de zitting op zijn plaats
vergrendeld is door te proberen
deze even naar voren en naar
achteren te duwen.
2.Afstelling van de hoogte
Voor het afstellen van de
zittinghoogte, de hendel omhoog
of omlaag verplaatsen.
3.Afstellen van de hoogte van de
voorkant van het zitkussen
Draai voor het afstellen van de
hoogte van voorkant van het
zitkussen de regelknop in de
gewenste stand.
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Stoelen
2-5
Page 26 of 759

4.Rugleuningverstelling
Om de hoek van de rugleuning te
kunnen verstellen, een weinig
voorover leunen en de hendel
omhoog trekken. Leun vervolgens
achterover totdat de gewenste
hoek bereikt is en laat de hendel
los.
Controleer of de hendel in de
uitgangspositie is teruggekeerd en
of de rugleuning op zijn plaats
vergrendeld is door te proberen
deze even naar voren en naar
achteren te duwen.
Elektrische zittingafstelling
1.Lengteverstelling
Voor het naar voren of naar
achteren schuiven van de zitting, de
zitpositie-schakelaar aan de
buitenzijde van de zitting naar
voren of naar achteren schuiven en
vasthouden. Laat de schakelaar in
de gewenste stand los.
2.Afstelling van de hoogte
Voor het afstellen van de
zittinghoogte verplaatst u de
zitpositieschakelaar omhoog of
omlaag.
3.Afstellen van de hoogte van de
voorkant van het zitkussen
Voor het afstellen van de hoogte
van de voorzijde van het zitkussen,
de voorzijde van de
zitpositie-schakelaar omhoog of
omlaag drukken.
4.Rugleuningverstelling
Verander de hoek van de
rugleuning door op de voor- of
achterzijde van de
rugleuningschakelaar te drukken.
Laat de schakelaar in de gewenste
stand los.
5.Afstelling van de lendensteun
Voor meer stevigheid van de zitting ,
de voorzijde van de schakelaar tot
in de gewenste stand ingedrukt
houden en deze vervolgens
loslaten.
Druk het achterste gedeelte van de
schakelaar in om de stevigheid te
verminderen.
Voordat afstellingen aan de rijstand
zoals aanbevolen door Mazda worden
uitgevoerd
Zet het stuurwiel en de zitting terug in
de standaardstand voordat u gaat
afstellen.
Het stuurwiel in de standaardstand
zetten
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Stoelen
2-6
Page 27 of 759

WAARSCHUWING
Nooit tijdens het rijden het stuurwiel
afstellen:
Het is gevaarlijk wanneer u tijdens het
rijden het stuurwiel probeert af te
stellen. Bij het bewegen van de
stuurkolom is de kans groot dat u het
stuurwiel plotseling naar links of rechts
draait. Hierdoor zou u de macht over
het stuur kunnen verliezen, hetgeen tot
ongelukken kan leiden.
Na het afstellen van de stand van het
stuurwiel controleren of deze goed is
vergrendeld door deze op en neer te
bewegen:
Rijden terwijl het stuurwiel niet goed is
vergrendeld is gevaarlijk. Als het
stuurwiel tijdens het rijden plotseling
beweegt, kunt u de controle verliezen
en een ongeluk veroorzaken.
Zet de hendel omlaag, zet het
stuurwiel in de laagste stand en duw
het vervolgens volledig terug.
De bestuurdersstoel in de
standaardstand zetten
1. Schuif de zitting volledig naar
achteren.
2. Laat de zitting tot de laagste hoogte
zakken.
3. Laat de voorkant van het zitkussen
tot de laagste hoogte zakken.
4. Ga op de zitting zitten en laat uw
rug tegen de rugleuning rusten.
Procedure voor afstelling van de
rijstand zoals aanbevolen door Mazda
Afstellen van de hoek van de
rugleuning (kantelen)
Zet de rugleuning in een hoek die u
een comfortabele zithouding biedt.
1. Ga ietwat onderuitgezakt zitten en
beweeg de rugleuning naar voren
tot de hoek waarbij uw middel
ietwat verkrampt aanvoelt.
1. Handbediende zittingafstelling
2. Elektrische zittingafstelling
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Stoelen
2-7
Page 28 of 759

2. Beweeg de rugleuning naar
achteren tot een comfortabele
stand waarbij u geen verkramping
van uw middel voelt.
1. Handbediende zittingafstelling
2. Elektrische zittingafstelling
Afstellen van de zittingpositie naar
voren en achteren (schuiven)
Stel de zitting af naar de stand waarbij
u het gas- en rempedaal het beste kunt
bedienen.
1. Plaats uw linkervoet op de
voetsteun, uw rechtervoet tussen
het gas- en rempedaal en plaats uw
hiel zodanig dat u makkelijk van
pedaal kunt wisselen.
2. Houd uw hiel op de vloer, plaats
uw rechtervoet op het rempedaal
en beweeg de stoel zo ver mogelijk
naar voren totdat u een lichte
verkramping in uw enkel voelt.
1. Handbediende zittingafstelling
2. Elektrische zittingafstelling
3. Houd uw rechtervoet op het
rempedaal en beweeg de stoel naar
achteren totdat u geen verkramping
in uw enkel meer voelt.
4. Houd uw hiel op de vloer en zorg
dat u met gemak uw voet van het
rempedaal naar het gaspedaal en
terug kunt bewegen.
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Stoelen
2-8
Page 29 of 759

5. Trap het gaspedaal volledig in met
uw hiel op de vloer; zorg dat uw
enkel niet overstrekt aanvoelt.
1. Handbediende zittingafstelling
2. Elektrische zittingafstelling
Afstellen van de zittinghoogte
Stel de zittinghoogte af op een stand
waarbij u goed zicht naar voren hebt
en u de auto goed kunt besturen.
1. Leun met uw rug tegen de
rugleuning en stel de stoel af op
een hoogte waarbij u door de
voorruit de achterste rand van de
motorkap kunt zien.
1. Handbediende zittingafstelling
2. Elektrische zittingafstelling
Afstellen van de hoogte van de
voorkant van het zitkussen
Stel de hoogte van de voorkant van het
zitkussen af naar de stand waarbij de
achterzijde van uw knieën de voorkant
van het zitkussen raken.
1. Stel de hoogte van de voorkant van
het zitkussen met uw rechtervoet
op het gaspedaal zodanig af dat de
achterzijde van uw knieën de
voorkant van het zitkussen licht
raken.
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Stoelen
2-9
Page 30 of 759

2. Trap het gaspedaal in en zorg dat u
geen verkramping meer voelt in de
achterzijde van uw knieën.
1. Handbediende zittingafstelling
2. Elektrische zittingafstelling
Afstellen van de stand van het
stuurwiel
Stel het stuurwiel zo af dat u dit goed
kunt bedienen en de meters goed kunt
zien.
1. Leun met uw rug tegen de
rugleuning , strek beide armen uit,
plaats deze op de bovenkant van
het stuur en trek het stuur naar u
toe tot de plek waar uw polsen zich
bevinden.
2. Stel de hoogte van het stuur zo af
dat u de meters goed kunt zien.
3. Zet de hendel omhoog om het
stuurwiel te vergrendelen.
Afstellen van de positie van de
hoofdsteun
Stel de hoofdsteunen in de juiste
positie af om schokken tegen het
hoofd en de nek te voorkomen.
Zie “Hoogteafstelling” op pagina
2-17.
▼Rijpositiegeheugen (elektrische
zittingafstelling)*
De gewenste rijpositie kan na het
programmeren van de positie
opgeroepen worden.
De volgende rijposities kunnen
geprogrammeerd worden.
xBestuurdersstoelpositie
(lengteverstelling, hoogteafstelling,
voorkant van zitkussen,
rugleuningverstelling)
Zie “Afstellen van de
bestuurdersstoel” op pagina 2-5.
xActive Driving Display
(displaypositie, helderheidsniveau,
displayinformatie)
Zie Active Driving Display op pagina
4-43.
xHoek buitenspiegel
Zie Buitenspiegels op pagina 3-42.
Een rijpositie kan geprogrammeerd
worden voor de volgende onderdelen.
xPositiegeheugentoets
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Stoelen
2-10*Bepaalde modellen.