cruise control OPEL ASTRA K 2018.5 Gebruikershandleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2018.5, Model line: ASTRA K, Model: OPEL ASTRA K 2018.5Pages: 333, PDF Size: 9.51 MB
Page 13 of 333
Kort en bondig111Elektrisch bediende ruiten ....42
2 Buitenspiegels ......................40
3 Centrale vergrendeling .........24
4 Zijdelingse luchtroosters .....162
5 Cruise control .....................195
Snelheidsbegrenzer ............197
Adaptieve cruise control .....198
Frontaanrijdingswaar‐
schuwing ............................. 207
6 Richtingaanwijzers,
lichtsignaal, dim-/
grootlicht, grootlichtassis‐
tentie ................................... 149
Omgevingsverlichting ......... 152
Parkeerlichten .....................150
Knoppen voor Driver
Information Center ..............120
7 Instrumenten ...................... 108
Bestuurdersinformatie‐
centrum ............................... 120
8 Knoppen voor Driver
Information Center ..............120
9 Waarschuwingslamp voor
frontaanrijding ....................20710Wis-/wasinstallatie
voorruit, wis-/
wasinstallatie achter ............. 96
11 Middelste luchtroosters ......162
12 Info-Display ........................ 126
13 Status-led alarmsysteem .....37
14 Alarmknipperlichten ...........148
15 Handschoenenkastje ...........74
16 CD-speler
17 Bedieningsorganen voor
Info-Display ......................... 126
18 Verwarming en ventilatie ....155
19 Zekeringenkast ..................264
Elektriciteitsstekker ............103
20 Traction Control-systeem ...192
Elektronische stabiliteits‐
regeling .............................. 193
SPORT-modus ................... 194
Parkeerhulp/
Geavanceerde
parkeerhulp ........................ 213
Lane Keep Assist ...............229
Eco-knop voor Stop/Start-
systeem ............................... 171Brandstofkeuzeschakelaar . 110
21 Handgeschakelde
versnellingsbak ..................185
Automatische
versnellingsbak ..................181
Geautomatiseerde
versnellingsbak ...................185
22 Elektrische aansluiting ........101
23 Handrem ............................. 189
24 Aan/Uit-knop ....................... 167
25 Contactslot .......................... 166
26 Stuurwielverstelling ..............95
27 Claxon .................................. 96
28 Ontgrendelingshandgreep
motorkap ............................ 244
29 Opbergvak ............................ 75
30 Lichtschakelaar ..................142
Koplampverstelling ............144
Mistlampen/
mistachterlichten ................149
Instrumentenverlichting ......150
Page 96 of 333
94Instrumenten en bedieningsorganenInstrumenten en
bedieningsorganenBedieningsorganen ......................95
Stuurwielverstelling ...................95
Stuurbedieningsknoppen ...........95
Verwarmd stuurwiel ...................96
Claxon ....................................... 96
Wis- en wasinstallatie voorruit ...96
Wis- en wasinstallatie achterruit .................................. 98
Buitentemperatuur .....................99
Klok ........................................... 99
Elektrische aansluitingen .........101
Elektriciteitsstekker ..................103
Asbakken ................................. 104
Waarschuwingslampen, meters
en controlelampen .....................105
Instrumentengroep ..................105
Snelheidsmeter .......................108
Kilometerteller ......................... 109
Dagteller .................................. 109
Toerenteller ............................. 110
Brandstofmeter ........................110
Brandstofkeuzeschakelaar ......110
Koelvloeistoftemperatuurme‐ ter ........................................... 112Service-display........................ 112
Controlelampen .......................113
Richtingaanwijzers ..................113
Gordelverklikker ......................114
Airbag en gordelspanners .......114
Airbag-deactivering .................115
Laadsysteem ........................... 115
Storingsindicatielamp ..............115
Rem- en koppelingssysteem ...115
Elektrische handrem ................116
Elektrische handrem defect .....116
Antiblokkeersysteem (ABS) .....116
Schakelen ................................ 116
Afstand tot voorligger ..............116
Lane keep assist .....................116
Elektronische stabiliteitsregeling UIT ............117
Elektronische stabiliteitsregeling en Traction Control-systeem ..117
Traction Control-systeem UIT . 117
Voorverwarming ......................117
AdBlue ..................................... 117
Bandenspanningscontrolesys‐ teem ....................................... 117
Motoroliedruk ........................... 118
Te laag brandstofpeil ...............118
Startbeveiliging ........................118
Rijverlichting ............................ 118
Grootlicht ................................. 118
Grootlichtassistentie ................119LED-koplampen .......................119
Mistlamp .................................. 119
Mistachterlicht ......................... 119
Cruise control .......................... 119
Adaptieve cruise control ..........119
Voorligger gedetecteerd ..........119
Snelheidsbegrenzer ................119
Verkeersbordherkenning .........120
Portier open ............................. 120
Displays ..................................... 120
Driver Information Center ........120
Info-Display ............................. 126
Boordinformatie ......................... 129
Geluidssignalen .......................129
Batterijspanning .......................130
Persoonlijke instellingen ............130
Telematicaservice ......................137
OnStar ..................................... 137
Page 110 of 333
108Instrumenten en bedieningsorganenOverzichtORichtingaanwijzer 3 113XGordelverklikker 3 114vAirbags en gordelspanners
3 114VAirbag deactiveren 3 115pLaadsysteem 3 115ZStoringsindicatielamp 3 115RRem- en koppelingssysteem
3 115mElektrische handrem 3 116jStoring elektrische handrem
3 116uAntiblokkeersysteem (ABS)
3 116RSchakelen 3 116EAfstand tot voorligger 3 116aLane Keep Assist 3 116aElektronische stabiliteitsregeling
UIT 3 117bElektronische stabiliteitsregeling
en Traction Control-systeem
3 117kTraction Control-systeem uit
3 117!Voorverwarmen 3 117ùAdBlue 3 117wBandenspanningscontrolesys‐
teem 3 117IMotoroliedruk 3 118YTe laag brandstofpeil 3 118dStartbeveiliging 3 1188Buitenverlichting 3 118CGrootlicht 3 118fGrootlichtassistentie 3 119fLED-koplampen 3 119>Mistlamp 3 119øMistachterlicht 3 119mCruise control 3 119 /Adaptieve
cruise control 3 119CAdaptieve cruise control 3 119AVoorligger gedetecteerd 3 119LSnelheidsbegrenzer 3 119LVerkeersbordherkenning 3 120hPortier open 3 120
Snelheidsmeter
Aanduiding van de rijsnelheid.
Page 121 of 333
Instrumenten en bedieningsorganen119Grootlichtassistentie
f brandt groen.
De grootlichtassistentie wordt geacti‐
veerd. Zie LED-koplampen 3 144.
LED-koplampen f brandt of knippert geel.
Brandt
Storing in het systeem.
De hulp van een werkplaats inroepen.
Knippert
Systeem wordt overgeschakeld op
symmetrisch dimlicht.
Controlelampje f knippert gedurende
ongeveer vier seconden na het
inschakelen van het contact als herin‐
nering voor het symmetrische
dimlicht 3 144.
Mistlamp > brandt groen.
De voorste mistlampen zijn ingescha‐
keld 3 149.Mistachterlicht
ø brandt geel.
Het mistachterlicht is ingeschakeld
3 149.
Cruise control
m brandt wit of groen.
Brandt wit
Het systeem is ingeschakeld.
Brandt groen
De cruise control is actief. De inge‐
stelde snelheid wordt in het Driver
Information Center aangegeven.
Cruise control 3 195.
Adaptieve cruise control
m brandt wit of groen.
C brandt op het Driver Information
Centre.
m brandt wit
Het systeem is ingeschakeld.m brandt groen
De adaptieve cruise control is inge‐
schakeld.
Wanneer adaptieve cruise control
aan of actief is, verschijnt C met de
ingestelde snelheid op het Driver
Information Center.
Adaptieve cruise control 3 198.
Voorligger gedetecteerd A brandt groen of geel.
Brandt groen Er is een voertuig in dezelfde rijstrook
gedetecteerd.
Brandt geelDe afstand tot een voorligger wordt te
kort of wanneer u een ander voertuig
te snel nadert.
Adaptieve cruise control 3 198, fron‐
taanrijdingswaarschuwing 3 207.
Snelheidsbegrenzer
L brandt wit of groen.
Page 126 of 333
124Instrumenten en bedieningsorganenBrandstofpeil, Bi-Fuel-motor
Bij Bi-Fuel-motoren geeft het Driver
Information Center het brandstofpeil
voor het niet geselecteerde brand‐ stoftype aan.
Actueel brandst.verbr.
Weergave van het actuele verbruik.
Bij auto's met Bi-Fuel-motoren: Het
momentele verbruik wordt aangege‐
ven voor de momenteel geselec‐
teerde modus: CNG of benzine.
Resterende levensduur olie
Geeft een schatting van de levens‐
duur van de olie. Het percentage
staat voor de resterende levensduur
van de olie 3 112.
Bandenspanning
Controleert de bandenspanning van
alle banden onderweg 3 271.
Verkeersbordherkenning
Geeft de waargenomen verkeersbor‐
den tijdens het huidige traject weer
3 225.
Afstand tot voorligger
Geeft de afstand tot een rijdende
voorligger weer 3 209. Als de adap‐
tieve cruisecontrol actief is, geeft
deze pagina in plaats daarvan de
ingestelde afstand tot voorligger
weer.
Timer
Druk voor starten en stoppen op 9.
Druk voor terugzetten op > en beves‐
tig de handeling.Buitentemperatuur
Weergave van huidige buitentempe‐
ratuur.
AdBlue
Geeft een schatting van het AdBlue- peil. Het percentage geeft de reste‐
rende levensduur aan van de AdBlue.
Ook wordt aangegeven of het peil
voldoende of te laag is.
Eco-informatiemenu, @
● Grootste verbruikers ● Zuinigheidstrend
● Eco-index
Op het Uplevel-display verschijnen
de pagina's Grootste verbruikers,
Zuinigheidstrend en Eco-index in het
menu Rit-/brandstofinformatie; selec‐ teer Info.
Grootverbruikers
Lijst met grootste momenteel inge‐
schakelde comfortgebruikers
verschijnt in aflopende volgorde. De
mogelijke brandstofbesparing wordt
aangegeven.
Page 131 of 333
Instrumenten en bedieningsorganen129Boordinformatie
Berichten worden weergegeven op
het Driver Information Center; in
sommige gevallen samen met een
waarschuwing en een geluidstoon.
Druk in het Midlevel-display op
SET/CLR op de richtingaanwijzer‐
hendel om een bericht te bevestigen.
Druk in het Uplevel-display op 9 op
het stuurwiel om een bericht te beves‐ tigen.
Boord- en onderhoudsinformatie De boordinformatie verschijnt in de
vorm van teksten. Volg de instructies
van deze teksten.
Berichten op het
Colour-Info-Display
Sommige belangrijke berichten
verschijnen mogelijk ook op het
Colour-Info-Display. Sommige
berichten verschijnen slechts gedu‐
rende enkele seconden.
Geluidssignalen
Bij het starten van de motor of
tijdens het rijden
Er klinkt slechts één geluidssignaal
tegelijk.
Het waarschuwingssignaal voor
veiligheidsgordels die niet zijn omge‐
daan, heeft voorrang boven alle
andere geluidssignalen.
● Wanneer de veiligheidsgordel niet wordt gedragen.
● Wanneer bij het wegrijden een van de portieren of de achterklepniet goed gesloten is.
● Wanneer u met aangetrokken handrem een bepaalde snelheidoverschrijdt.
● Wanneer de adaptieve cruise control automatisch uitschakelt.
● Wanneer de afstand tot de voor‐ ligger te klein is.
● Wanneer een geprogrammeerde
snelheid of snelheidslimiet wordt
overschreden.
Page 133 of 333
Instrumenten en bedieningsorganen131
In de bijbehorende submenu’s kunt u
de volgende instellingen wijzigen:
Voertuiginstellingen (Vehicle
Settings)
● Klimaat en luchtkwaliteit
Autom. max. aanjagersnelheid :
Verandert het niveau van het
luchtdebiet van de klimaatrege‐
ling in het interieur in automati‐
sche modus.
Autom. stoelverwarming : De
stoelverwarming wordt automa‐
tisch geactiveerd.
Autom. ontwaseming : Maakt
ontwaseming van de voorruit
mogelijk door automatische
selectie van de vereiste instellin‐
gen en de automatische aircomo‐ dus.
Autom. achterruitverwarming : De
achterruitverwarming wordt auto‐
matisch geactiveerd.
● Aanrijdings-/detectiesysteem
Alarm aanrijding met voorligger :
De frontaanrijdingswaarschu‐ wing wordt geactiveerd of
gedeactiveerd.
Voorbereiding aanrijding : Acti‐
veert of deactiveert de automati‐
sche remwerking van de auto bij
dreigend aanrijdingsgevaar. Het
volgende is een optie: het
systeem neemt de remregeling
over, waarschuwt alleen via
geluidssignalen of wordt geheel
gedeactiveerd.
Parkeerhulp : Activeert of deacti‐
veert de parkeerhulp. Activering kan worden geselecteerd met of
zonder bevestigde trekhaak.
"Vrij rijden"-aankondiging : Acti‐
veert of deactiveert de herinne‐
ring om weg te rijden wanneer deadaptieve cruisecontrol de auto
op zijn plaats houdt.
Dodehoekwaarschuwing : Acti‐
veert of deactiveert het dode‐
hoeksysteem.
● Comfortinstellingen
Automatisch ophalen van
geheugen : verandert de instellin‐
gen voor het oproepen van de
opgeslagen instellingen voor de
elektrische stoelverstelling.
Easy Exit-bestuurdersstoel : Acti‐
veert of deactiveert de uitsta‐
phulp van de elektrische stoel‐
verstelling.
Volume geluidssignaal : Wijzigt
het volume van geluidssignalen.
Aanpassing door bestuurder :
Activeert of deactiveert persoon‐
lijke instellingen.
Ruitenwissers met
regendetectie : Activeert of deac‐
tiveert automatisch wissen met
regensensor.
Autom. wissen achter in
achteruit : Activeert of deactiveert
automatische inschakeling
Page 135 of 333
Instrumenten en bedieningsorganen133Druk op ;, selecteer Instellingen en
vervolgens Auto op het aanraak‐
scherm.
In de bijbehorende submenu’s kunt u
de volgende instellingen wijzigen:
Auto ● Klimaat en luchtkwaliteit
Auto. max. ventilatorsnelheid :
Verandert het niveau van het
luchtdebiet van de klimaatrege‐
ling in het interieur in automati‐ sche modus.
Automatisch verwarmde stoelen :
De stoelverwarming wordt auto‐
matisch geactiveerd.
Automatische ontwaseming :
Maakt ontwaseming van de voor‐ ruit mogelijk door automatische
selectie van de vereiste instellin‐
gen en de automatische aircomo‐
dus.
Autom. achterruitontwaseming :
De achterruitverwarming wordt
automatisch geactiveerd.
● Bots-/detectiesystemen
Richtlijnen camera achterzijde :
Activeert of deactiveert de hulp‐
lijnen voor de achteruitkijkca‐
mera op het Info-Display.
Waarschuwing frontale botsing :
De frontaanrijdingswaarschu‐ wing wordt geactiveerd of
gedeactiveerd.
Automatische botsvoorberei‐
ding : Activeert of deactiveert de
automatische remwerking van de auto bij dreigend aanrijdingsge‐
vaar. Het volgende is een optie:
het systeem neemt de remrege‐
ling over, waarschuwt alleen via
geluidssignalen of wordt geheel
gedeactiveerd.Botswaarschuwingssysteem :
Verandert de instellingen van de
frontaanrijdingswaarschuwing.
Parkeerhulp : Activeert of deacti‐
veert de ultrasone parkeerhulp.
Activering kan worden geselec‐
teerd met of zonder de aanhan‐
gerkoppeling bevestigd.
"Vrij rijden"-aankondiging : Acti‐
veert of deactiveert de herinne‐
ring om weg te rijden wanneer de adaptieve cruisecontrol de auto
op zijn plaats houdt.
Waarschuwing dode hoek : Acti‐
veert of deactiveert het dode‐
hoeksysteem.
● Comfort en gemak
Auto geheugen opvragen : veran‐
dert de instellingen voor het
oproepen van de opgeslagen
instellingen voor de elektrische
stoelverstelling.
Bestuurdersstoel m.
gemakkelijke uitstap : Activeert of
deactiveert de uitstaphulp van de
elektrische stoelverstelling.
Volume geluidssignaal : Wijzigt
het volume van geluidssignalen.
Page 137 of 333
Instrumenten en bedieningsorganen135Persoonlijke instellingen8" Colour-Info-Display
Druk op ;, selecteer vervolgens het
pictogram INSTELLINGEN .
In de bijbehorende submenu’s kunt u
de volgende instellingen wijzigen:
Voertuig ● Klimaat- en luchtkwaliteit
Automatische ventilatorsnelheid :
Verandert het niveau van het
luchtdebiet van de klimaatrege‐
ling in het interieur in automati‐
sche modus.
Automatisch verwarmde stoelen :
De stoelverwarming wordt auto‐
matisch geactiveerd.
Automatisch ontwasemen :
Maakt ontwaseming van de voor‐ ruit mogelijk door automatische
selectie van de vereiste instellin‐
gen en de automatische aircomo‐
dus.
Automatisch ontwasemen
achter : De achterruitverwarming
wordt automatisch geactiveerd.
● Bots- / detectiesystemen
Waarschuwing botsing voor : De
frontaanrijdingswaarschuwing
wordt geactiveerd of gedeacti‐
veerd.
Automatische voorbereiding
botsing : Activeert of deactiveert
de automatische remwerking van de auto bij dreigend aanrijdings‐
gevaar. Het volgende is een
optie: het systeem neemt de
remregeling over, waarschuwt
alleen via geluidssignalen of
wordt geheel gedeactiveerd.
Parkeersensor : Activeert of
deactiveert de ultrasone parkeer‐hulp. Activering kan worden
geselecteerd met of zonder de
aanhangerkoppeling bevestigd.
"Vrij rijden"-aankondiging : Acti‐
veert of deactiveert de herinne‐
ringsfunctie van de adaptieve
cruisecontrol.
Waarschuwing dode hoek : Acti‐
veert of deactiveert het dode‐
hoeksysteem.
● Comfort en gemak
Automatisch oproepen
geheugen : verandert de instellin‐
gen voor het oproepen van de
opgeslagen instellingen voor de
elektrische stoelverstelling.
Comfortuitstap bestuurdersstoel :
Activeert of deactiveert de uitsta‐
phulp van de elektrische stoel‐
verstelling.
Volume signaaltonen : Wijzigt het
volume van geluidssignalen.
Personalisatie door bestuurder :
Activeert of deactiveert persoon‐
lijke instellingen.
Ruitenwisser met regensensor :
Activeert of deactiveert automa‐
tisch wissen met regensensor.
Page 167 of 333
Rijden en bediening165Rijden en bedieningRijtips......................................... 166
Controle over de auto ..............166
Sturen ...................................... 166
Starten en bediening .................166
Nieuwe auto inrijden ................166
Contactslotstanden ..................166
Aan/Uit-knop ............................ 167
Vertraagde uitschakeling stroom .................................... 169
Motor starten ........................... 169
Uitrol-brandstofafsluiter ...........171
Stop/Start-systeem ..................171
Parkeren .................................. 174
Uitlaatgassen ............................. 176
Roetfilter .................................. 177
Katalysator .............................. 177
AdBlue ..................................... 178
Automatische versnellingsbak ...181
Versnellingsbakdisplay ............181
Keuzehendel ........................... 182
Handmatige modus .................183
Elektronische rijprogramma's ..183
Storing ..................................... 184
Stroomonderbreking ................184Handgeschakelde versnellings‐
bak ............................................. 185
Geautomatiseerde versnellings‐ bak ............................................. 185
Versnellingsbakdisplay ............186
Keuzehendel ........................... 186
Handgeschakelde modus ........187
Elektronische rijprogramma's ..188
Storing ..................................... 188
Remmen .................................... 189
Antiblokkeersysteem ...............189
Handrem .................................. 189
Remassistentie ........................191
Hellingrem ............................... 191
Rijregelsystemen .......................192
Traction Control .......................192
Elektronische stabiliteitsregeling (ESC) ...................................... 193
Sportmodus ............................. 194
Bestuurdersondersteuningssys‐ temen ......................................... 195
Cruisecontrol ........................... 195
Snelheidsbegrenzer ................197
Adaptieve cruisecontrol ...........198
Frontaanrijdingswaarschu‐ wing ........................................ 207
Indicatie afstand tot voorligger 209
Actieve noodrem .....................210
Parkeerhulp ............................. 213Blindehoeksysteem .................221
Achteruitkijkcamera .................223
Verkeersbordherkenning .........225
Lane keep assist .....................229
Brandstof ................................... 231
Brandstof voor benzinemotoren .....................231
Brandstof voor dieselmotoren . 233
Brandstof voor het rijden op aardgas .................................. 233
Tanken .................................... 234
Trekhaak .................................... 236
Algemene informatie ...............236
Rijgedrag en aanhangertips ....237
Aanhanger trekken ..................237
Aanhangerstabilisatie ..............241