OPEL ASTRA K 2020 Gebruikershandleiding (in Dutch)
Manufacturer: OPEL, Model Year: 2020, Model line: ASTRA K, Model: OPEL ASTRA K 2020Pages: 319, PDF Size: 27.37 MB
Page 11 of 319

Kort en bondig9SpiegelverstellingBinnenspiegel
U verstelt de spiegel door het spie‐
gelhuis in de gewenste richting te
bewegen.
Spiegel met handmatige dimfunctie
3 42.
Spiegel met automatische dimfunctie
3 42.
Buitenspiegels
Selecteer de gewenste buitenspiegel
door de tuimelknop naar de spiegel
links (L) of de spiegel rechts (R) te
draaien. Verstel de desbetreffende spiegel met de vierwegknop.
Bolronde buitenspiegels 3 40.
Elektrisch verstellen 3 40.
Inklapbare buitenspiegels 3 41.
Verwarmbare buitenspiegels 3 41.
Stuurwiel instellen
Hendel omlaagbewegen, stuurwiel
instellen, hendel omhoogbewegen en
vergrendelen.
Stuurwiel uitsluitend bij stilstaande
auto en ontgrendeld stuurslot verstel‐ len.
Airbagsysteem 3 62.
Contactslotstanden 3 158.
Page 12 of 319

10Kort en bondigOverzicht instrumentenpaneel
Page 13 of 319

Kort en bondig111Elektrisch bediende ruiten ....43
2 Buitenspiegels ......................40
3 Centrale vergrendeling .........25
4 Zijdelingse luchtroosters .....154
5 Cruise control .....................183
Snelheidsbegrenzer ............185
Adaptieve cruise control .....186
Frontaanrijdingswaar‐
schuwing ............................. 195
6 Richtingaanwijzers,
lichtsignaal, dimlicht/groot
licht, grootlichtassistentie ....140
Omgevingsverlichting ......... 144
Parkeerlichten .....................142
Knoppen voor Driver
Information Center ..............117
7 Instrumenten ...................... 106
Bestuurdersinformatie‐
centrum ............................... 117
8 Knoppen voor Driver
Information Center ..............117
9 Wis-/wasinstallatie
voorruit, wis-/
wasinstallatie achter ............. 9610 Middelste luchtroosters .......154
11 Info-Display ......................... 124
12 Status-led alarmsysteem .....37
13 Alarmknipperlichten ...........140
14 Handschoenenkastje ...........75
15 Bedieningselementen
voor display ......................... 124
16 Verwarming en ventilatie ....146
17 Zekeringenkast ..................254
18 Traction Control-systeem ...180
Elektronische
stabiliteitsregeling ...............181
Parkeerhulp /
Geavanceerde
parkeerhulp ........................ 203
Lane Keep Assist ...............219
Eco-knop voor Stop/Start-
systeem ............................... 163
19 Handgeschakelde
versnellingsbak ..................176
Automatische
versnellingsbak ..................173
20 Elektrische aansluiting ........101
21 Handrem ............................. 17822Aan/Uit-knop ....................... 159
23 Contactslot .......................... 158
24 Stuurwielverstelling ..............95
25 Claxon .................................. 96
26 Ontgrendelingshandgreep
motorkap ............................ 234
27 Opbergvak ............................ 76
28 Lichtschakelaar ..................134
Koplampverstelling ............137
Mistlampen /
mistachterlichten ................141
Instrumentenverlichting ......142
Page 14 of 319

12Kort en bondigRijverlichtingAUTO:automatische verlichting
schakelt automatisch
tussen dagrijlicht en
koplamp8:zijmarkeringslichten9:dimlicht of groot licht
Automatische verlichting 3 135.
Mistlampen voor 3 141.
Mistachterlicht 3 141.
Lichtsignaal, groot licht en
dimlichtlichtsignaal:hendel naar u toe
trekkengroot licht:hendel van u af
duwendimlicht:hendel van u af
duwen of naar u
toe trekken
Groot licht 3 137.
Lichtsignaal 3 137.
Led-koplampen 3 138.
Grootlichtassistentie 3 138.
Richtingaanwijzershendel omhoog:richtingaanwijzer
rechtshendel omlaag:richtingaanwijzer
rechts
Richtingaanwijzers 3 140.
Parkeerlichten 3 142.
Page 15 of 319

Kort en bondig13Alarmknipperlichten
Om in te schakelen ¨ indrukken.
Alarmknipperlichten 3 140.
Claxon
j indrukken.
Wis-/wasinstallatie
VoorruitwissersHI:snelLO:langzaamINT:intervalwissen
of
automatische wisfunctie met
regensensorOFF:uit
Hendel omlaag in stand 1x duwen om
de ruitenwissers één slag te laten
maken wanneer de wisser uitgescha‐
keld is.
Voorruitwissers 3 96.
Page 16 of 319

14Kort en bondigVoorruitsproeiers
Hendel naar u toe trekken.
Wis-/wasinstallatie voor 3 96.
Sproeiervloeistof 3 237.
Wisserblad vervangen 3 240.
AchterruitwisserOFF:uitINT:onderbroken werkingON:continue werkingAchterruitsproeier
Hendel van u af duwen.
Er wordt sproeiervloeistof op de
achterruit gespoten en de ruitenwis‐
ser maakt enkele slagen.
Achterruitwisser en -sproeier 3 98.
Page 17 of 319

Kort en bondig15KlimaatregelingAchterruitverwarming
Ü indrukken om verwarming in te
schakelen.
Verwarmbare achterruit 3 45.
Verwarmbare buitenspiegels
Met Ü schakelt u ook de verwarm‐
bare buitenspiegels in.
Verwarmbare buitenspiegels 3 41.
Verwarmde voorruit
Om in te schakelen , indrukken.
Verwarmde voorruit 3 45.
Ruiten ontwasemen en ontdooien
●
Druk op V: de luchtverdeling
wordt in de richting van de voor‐
ruit geleid.
● Ventilatorsnelheid op hoogste stand zetten.
● Draaiknop voor temperatuur in hoogste stand zetten.
● Verwarming achterruit Ü inscha‐
kelen.
● Zijdelingse luchtroosters naar wens openen en op de zijruiten
richten.
Airconditioning 3 146.
Page 18 of 319

16Kort en bondigRuiten ontwasemen en
ontdooien, elektronische
klimaatregeling
V indrukken.
Temperatuur en luchtverdeling
worden automatisch ingesteld, de
ventilator draait met een hoge snel‐
heid.
Verwarming achterruit Ü inschake‐
len.
Elektronisch klimaatregelsysteem
3 148.
Versnellingsbak
Handgeschakelde
versnellingsbak
Achteruit: breng de auto tot stilstand,
trap het koppelingspedaal in en druk
op de ontgrendelknop op de schakel‐ hendel en schakel de versnelling in.
Handgeschakelde versnellingsbak
3 176.
Automatische versnellingsbakP:parkeerstandR:achteruitversnellingN:vrij (neutraal)D:automatische modusM:handgeschakelde modus<:opschakelen]:terugschakelen
U kunt de schakelhendel uit P zetten
wanneer het contact is ingeschakeld
en u het rempedaal intrapt. Om P of
R in te schakelen, drukt u op de
ontgrendelknop.
Automatische versnellingsbak
3 173.
Page 19 of 319

Kort en bondig17Voordat u wegrijdt
Voor het wegrijden controleren ● bandenspanning 3 260 en -staat
3 297
● motoroliepeil en vloeistofniveaus 3 235
● alle ruiten, spiegels, rijverlichting en kentekenplaat: vrij van vuil,
sneeuw of ijs en gebruiksklaar
● juiste positie van spiegels 3 40, stoelen 3 50 en veilig‐
heidsgordels 3 60
● werking van remsysteem bij lage
snelheid, vooral bij vochtige
remmenMotor starten
Contactslot
● Draai de sleutel naar stand 2.
● Stuurwiel iets verdraaien om het stuurslot te ontgrendelen.
● Handgeschakelde versnellings‐ bak: koppelings- en rempedaalintrappen.
Automatische versnellingsbak:
trap het rempedaal in en zet de
keuzehendel op P of N.
● Geen gas geven.
● Dieselmotoren: wacht tot het controlelampje ! voor voorver‐
warming dooft.
● Draai de sleutel in de stand 3 en
laat deze na het starten van de motor los.
Motor starten 3 161.
Om de sleutel vanuit stand 2 naar
stand 1 of 0 te draaien moet u de
sleutel zover mogelijk in de richting
van de stuurkolom insteken.
Aan/Uit-knop ● Druk enkele seconden lang op Engine Start/Stop totdat het
groene led-lampje brandt.
● Stuurwiel iets verdraaien om het stuurslot te ontgrendelen.
● Handgeschakelde versnellings‐ bak: koppelings- en rempedaal
intrappen.
Automatische versnellingsbak:
trap het rempedaal in en zet de
keuzehendel op P of N.
● Geen gas geven.
● Dieselmotoren: wacht tot het controlelampje ! voor voorver‐
warming dooft.
Page 20 of 319

18Kort en bondig
● Druk op Engine Start/Stop laat
weer los.
Motor starten 3 161.
Stop/Start-systeem
Als de auto langzaam rijdt of stilstaat
en er aan bepaalde voorwaarden is
voldaan, wordt een autostop geacti‐
veerd.
Een Autostop wordt aangegeven
door de naald op de AUTOSTOP-
positie op de toerenteller.
Stop/Start-systeem 3 163.
Parkeren9 Waarschuwing
● Parkeer de auto niet op een
ondergrond met brandbaar
materiaal. Door de hoge
temperatuur van het uitlaatsys‐
teem kan het oppervlak
ontbranden.
● Trek altijd de parkeerrem aan. Zet de parkeerrem aan zonder
op de ontgrendelingsknop te
drukken. Op een aflopende of
oplopende helling zo stevig
mogelijk. Trap tegelijkertijd het rempedaal in om minder kracht
nodig te hebben.
Bij auto's met een elektrische
parkeerrem, trekt u minimaal
1 seconde aan schakelaar m
tot het waarschuwingslampje
m constant brandt en de elek‐
trische parkeerrem is inge‐
schakeld 3 112.
● Zet de motor af.