OPEL COMBO 2014 Handleiding Infotainment (in Dutch)
Manufacturer: OPEL, Model Year: 2014, Model line: COMBO, Model: OPEL COMBO 2014Pages: 69, PDF Size: 1.13 MB
Page 11 of 69

Inleiding11
1m ON/OFF : in- /
uitschakelen .......................... 14
2 FM : audiobron in FM-radio
veranderen ............................ 24
Ander FM-golfbereik
selecteren (FM1, FM2,
FMA Autostore) .....................24
3 AM : audiobron in AM-radio
veranderen ............................ 24
Ander AM-golfbereik
selecteren (AM1, AM2) .........24
4 MEDIA : andere audiobron
(cd-speler, mediaspeler,
AUX) ..................................... 32
5 MUTE .................................... 20
Radio - geluidsonder‐
drukking/geluidsonder‐
drukking opheffen .................20
Cd-speler , mediaspeler -
pauze/einde pauze ...............20
6 AUDIO : menu Audio-
instellingen ............................ 19
7 MENU : menu
Geavanceerde functies .........278R / S .................................... 14
Draaien: Volume
aanpassen ............................ 20
Indrukken: Door
menuopties op display
bladeren ................................ 14
Radio - indrukken:
Handmatig radiozender
zoeken .................................. 25
Cd-speler - indrukken:
Naar de vorige/volgende
map gaan (mp3 cd's) ............32
Mediaspeler - indrukken:
Naar vorige/volgende
map, artiest, genre enz.
gaan ...................................... 39
9 _ / 6: waarden in
menuopties aanpassen .........14
Radio - indrukken:
Automatisch radiozender
zoeken .................................. 25
Cd-speler - kort indrukken:
Naar vorige/volgende track ...32Lang indrukken: Snel
achteruit / vooruit spoelen .....32
Mediaspeler - indrukken:
Naar vorige/volgende track ...39
10 Zendertoetsen 1...6 ..............24
Kort indrukken:
Opgeslagen radiozender
oproepen ............................... 25
Lang indrukken:
Radiozender opslaan ............26
11 Cd uitwerpen ......................... 32
Page 12 of 69

12Inleiding
Stuurbedieningsknoppen
Page 13 of 69

Inleiding13
1Â / MENU ............................. 56
Kort indrukken: Naar
menu's gaan ......................... 14
Kort indrukken:
Menuopties bevestigen .........56
Telefoon - kort indrukken:
Gesprek aannemen ..............56
Kort indrukken:
Wisselgesprek voeren ........... 56
Lang indrukken: Gesprek
afwijzen, gesprek
beëindigen ............................ 56
Berichtenlezer - getoond
tekstbericht selecteren ..........56
2 Ã / ESC ................................ 56
Menu afsluiten of terug
naar vorige menu zonder
opslaan ................................. 56
Mediaspeler - pauze/einde
pauze .................................... 51Telefoon -
microfoongeluid tijdens
telefoongesprek
onderdrukken/weer
inschakelen ........................... 51
Beltoongeluid voor
ontvangen gesprekken
onderdrukken ........................ 51
Berichtenlezer - lezen van
een tekstbericht
onderbreken .......................... 56
Stemherkenning -
gesproken bericht
onderbreken .......................... 42
Stemherkenning
deactiveren ........................... 42
3 s........................................... 42
Kort indrukken:
Stemherkenning activeren ....42Kort indrukken:
Gesproken melding
onderbreken en nieuwe
gesproken opdracht geven ...42
Lang indrukken: Laatst
gesproken bericht herhalen ..42
4 < / ] ..................................... 20
Volume aanpassen ...............20
5 R / S .................................... 56
Door menuopties op
display bladeren ....................56
Mediaspeler - tracks
selecteren ............................. 39
Berichtenlezer - door
tekstberichten bladeren ........56
6 SRC/OK ................................ 56
Menuopties bevestigen .........56
Andere audiobron (radio,
cd-speler, mediaspeler) ........56
Page 14 of 69

14Inleiding
Telefoon -
telefoongesprek tussen
handsfreesysteem en
mobiele telefoon
doorverbinden ....................... 56
Berichtenlezer - getoond
tekstbericht selecteren ..........56Gebruik
Regelingen voor radio met cd-
speler:
Het Infotainmentsysteem is uitge‐
voerd met radio- en cd-spelerfuncties en diverse aanpasbare radio- en au‐
dio-instellingen.
Het Infotainmentsysteem werkt met
een draaiknop, functietoetsen en de menu's op het display.
In- / uitschakelen
Schakel het Infotainmentsysteem met de ON/OFF draaiknop in. De eer‐
der gebruikte audiobron klinkt.
Na het verwijderen van de sleutel uit
het contactslot blijft het Infotainment‐
systeem werken.
Houd draaiknop ON/OFF ingedrukt
om uit te schakelen. Zo niet, dan
schakelt het systeem na ong.
20 minuten uit, om ontladen van de
accu te voorkomen.
Volume Draai aan de ON/OFF draaiknop om
het volume in te stellen.De actuele instelling verschijnt op het
display.
Maximaal opstartvolume
Bij het inschakelen van het infotain‐
mentsysteem wordt standaard het
laatst geselecteerde volume inge‐
steld mits dit lager was dan het vaste
inschakelvolume.
Automatische volumeaanpassing
Bij het aanpassen van het volume tij‐
dens een verkeersbericht blijft de
nieuwe instelling alleen tijdens het
bericht en gaat het automatisch terug
naar de eerdere volume-instelling.
Mute / pauze
Druk op de ON/OFF draaiknop voor
geluidsonderdrukking van de radio of pauze van de cd-speler. Op het dis‐
play verschijnt Mute of Pause.
Druk opnieuw op ON/OFF voor in‐
schakelen van het geluid/einde van de pauze.
Let op
Bij het automatisch aanpassen van
het volume annuleert u de functie
mute/pauze.
Page 15 of 69

Inleiding15
Menu's op het displayschermMet de functietoetsen op het Infotain‐ mentsysteem hebt u toegang tot en
navigeert u in de displaymenu's en kunt u waarden aanpassen:
■ Druk meerdere malen op AUDIO
voor toegang tot de menuopties
Audio-instellingen 3 19.
■ Druk meerdere malen op MENU
voor toegang tot de menuopties
Geavanceerde functies 3 27.
■ Druk op of _ of 6 om waarden in
menuopties aan te passen.
Wijzigingen worden opgeslagen en
menu's worden na korte tijd automa‐
tisch afgesloten.
Bedieningsstanden Radio
De radio werkt via de functietoetsen:
■ Druk op SRC om de audiobron in
radio te veranderen.
■ Druk meerdere keren op BAND om
een ander golfbereik te selecteren (FM1, FM2, FMT Autostore, AM).Houd BAND ingedrukt voor Auto‐
store van zenders.
■ Vraag een opgeslagen radiozender
op met de zendertoetsen 1...6.
Sla een radiozender op door 1...6
ingedrukt te houden.
■ Druk op _ of 6 om naar radiozen‐
ders te zoeken.
De radio gebruiken 3 24.
CD-speler
De cd-speler werkt via de functietoet‐ sen:
■ Druk op SRC om de audiobron in
cd-speler te veranderen.
■ Druk op _ of 6 om naar de vorige/
volgende track te gaan. Ingedrukt houden voor snel achteruit / vooruit
spoelen.
■ Druk op f om een cd uit te werpen.
CD-speler gebruiken 3 32.
Regelingen voor radio met cd /
mp3-speler
Het Infotainmentsysteem is uitge‐
voerd met radio-, cd-speler- (ook
compatibel met mp3 cd), USB-media‐speler- en AUX-functies en diverse
aanpasbare radio- en audio-instellin‐ gen.
Het Infotainmentsysteem werkt met
een draaiknop, functietoetsen en de
menu's op het display.
In- / uitschakelen
Schakel het Infotainmentsysteem
met de toets X ON/OFF in. De eerder
gebruikte audiobron klinkt.
Druk op X ON/OFF om uit te schake‐
len.
Automatisch uitschakelen
Als het Infotainmentsysteem actief is bij uitgeschakeld contact, schakelt
het na ong. 20 minuten uit, om ontla‐
den van de accu te voorkomen.
Volume
Draai aan de R/S draaiknop om het
volume in te stellen.
De actuele instelling verschijnt op het display.
Page 16 of 69

16Inleiding
Maximaal opstartvolume
Bij het inschakelen van het infotain‐
mentsysteem wordt standaard het
laatst geselecteerde volume inge‐
steld mits dit lager was dan het vaste
inschakelvolume.
Automatische volumeaanpassing
Bij het aanpassen van het volume tij‐
dens een verkeersbericht blijft de
nieuwe instelling alleen tijdens het
bericht en gaat het automatisch terug naar de eerdere volume-instelling.
Mute / pauze
Druk op de toets MUTE voor geluids‐
onderdrukking van de radio of pauze
van de cd-speler of mediaspeler. Op
het display verschijnt Mute of Pause.
Druk opnieuw op MUTE voor inscha‐
kelen van het geluid/einde van de
pauze.
Let op
Bij het automatisch aanpassen van
het volume annuleert u de functie mute/pauze.Snelheidsafhankelijk volume
Wanneer snelheidsafhankelijk vo‐
lume wordt geactiveerd ( 3 20),
wordt het volume automatisch aan‐
gepast om weg- en windlawaai te
compenseren.
Menu's op het displayscherm
Met de functietoetsen op het Infotain‐ mentsysteem hebt u toegang tot en
navigeert u in de displaymenu's en
kunt u waarden aanpassen:
■ Druk op AUDIO voor toegang tot
het menu Audio-instellingen
3 19.
■ Druk op MENU voor toegang tot het
menu Geavanceerde functies
3 27.
■ Druk op R of S om door de me‐
nuopties op het display te bladeren.
■ Druk op of _ of 6 om waarden in
menuopties aan te passen.
Wijzigingen worden opgeslagen en
menu's worden na korte tijd automa‐
tisch afgesloten.Bedieningsstanden
Radio
De radio werkt via de functietoetsen:
■ Druk op FM om de audiobron in
FM-radio te veranderen.
Druk meerdere keren op FM om
een ander FM-golfbereik te selec‐
teren (FM1, FM2, FMA Autostore).
■ Druk op AM om de audiobron in
AM-radio te veranderen.
Druk meerdere keren op AM om
een ander AM-golfbereik te selec‐
teren (AM1, AM2).
■ Vraag een opgeslagen radiozender
op met de zendertoetsen 1...6.
Sla een radiozender op door 1...6
ingedrukt te houden.
■ Druk op of _ of 6 om automatisch
naar radiozenders te zoeken.
■ Druk op R of S om handmatig naar
radiozenders te zoeken.
De radio gebruiken 3 24.
Page 17 of 69

Inleiding17
Audiospelers
De audiospelers werken via de func‐ tietoetsen:
■ Druk op MEDIA om de audiobron in
cd-speler , mediaspeler of AUX -in‐
gangssignaal te veranderen.
■ Druk op _ of 6 om naar de vorige/
volgende track te gaan.
Ingedrukt houden voor snel achter‐ uit / vooruit spoelen (cd-speler).
■ Druk op R of S om naar de vorige/
volgende map (mp3 cd's) of artiest, genre enz. (mediaspeler).
■ Druk op f om een cd uit te werpen.
CD-speler gebruiken 3 32.
De AUX-ingang gebruiken 3 35.
USB-speler gebruiken 3 39.Regelingen voor
handsfreesysteem
CD 50 met Multimedia Reader:
Het handsfreesysteem is uitgevoerd
met stuurbedieningsknoppen voor
Bluetooth -telefoon, SMS-berichtenle‐
zer, bedienen van de mediaspeler en voor het activeren van de stemher‐kenning.
Volume
Druk op < of ] om het volume in te
stellen.
De actuele instelling verschijnt op het
display.
Mute / pauze
Druk op à / ESC voor geluidsonder‐
drukking van telefoongesprekken en
beltonen of pauze van de mediaspe‐
ler. Op het display verschijnt Mute of
Pause.
Druk opnieuw op à / ESC voor in‐
schakelen van het geluid/einde van
de pauze.Let op
Bij het automatisch aanpassen van
het volume annuleert u de functie
mute/pauze.
Menu's op het displayscherm Toegang tot en navigeren in de dis‐
playmenu's met de stuurbedienings‐
knoppen:
■ Druk op  / MENU om naar menu's
te gaan.
■ Druk op R of S om door de me‐
nuopties op het display te bladeren.
■ Druk op SRC/OK (of  / MENU ) ter
bevestiging van menuopties.
■ Druk op à / ESC om het menu af te
sluiten of om zonder opslaan terug
naar het vorige menu te gaan.
Wijzigingen worden opgeslagen en
menu's worden na korte tijd automa‐
tisch afgesloten.
Handsfree telefoonsysteem gebrui‐
ken 3 51.
Bedieningsstanden Functies van handsfreesysteem met
stuurbedieningsknoppen bedienen:
Page 18 of 69

18Inleiding
Telefoon
De belangrijkste telefoonfuncties
werken als volgt:
■ Telefoongesprek aannemen: Druk op  / MENU .
■ Telefoongesprek beëindigen of af‐ wijzen: Houd  / MENU ingedrukt.
■ Microfoongeluid tijdens telefoonge‐
sprek onderdrukken: Druk op à /
ESC .
■ Telefoongesprek tussen hand‐ sfreesysteem en mobiele telefoon
doorverbinden: Druk op SRC/OK.
■ Wisselgesprek voeren: Druk op  /
MENU .
De telefoon gebruiken 3 56.
SMS-berichtenlezer
De belangrijkste berichtenlezerfunc‐
ties werken als volgt:
■ Door tekstberichten bladeren: Druk
op R of S.
■ Getoond tekstbericht selecteren: Druk op SRC/OK (of  / MENU ).
■ Lezen van een tekstbericht onder‐ breken: Druk op à / ESC .Berichtenlezer gebruiken 3 56.
Mediaspeler
De belangrijkste mediaspelerfuncties
werken als volgt:
■ Tracks selecteren: Druk op R of S.
■ Audiobron in mediaspeler verande‐
ren: Druk meerdere keren op SRC/
OK .
Mediaspeler gebruiken 3 39.
Stemherkenning
De belangrijkste stemherkenning‐ functies werken als volgt:
■ Stemherkenning activeren: Druk op
s .
■ Gesproken melding onderbreken en stemherkenning deactiveren:
Druk op à / ESC .
■ Gesproken melding onderbreken en nieuwe gesproken opdracht ge‐
ven: Druk op s.
■ Laatst gesproken bericht herhalen: Houd s ingedrukt.
Stemherkenning gebruiken 3 42.Instellen van taal
Raadpleeg uw Opel Partner om de
taal voor de stemherkenning te wijzi‐
gen.
Standaard systeeminstellingen
herstellen Systeeminstellingen op fabrieks‐waarden terugzetten:
1. Druk op MENU.
2. Selecteer Systeem terugzetten
met R / S en druk op SRC/OK.
3. Selecteer Ja of Nee met _ of 6 en
druk op SRC/OK .
Bij de optie Ja verschijnt
Terugzetten op het display en
worden na een korte tijd de stan‐
daard systeeminstellingen terug‐
gezet.
Wijzigingen worden opgeslagen en
menu's worden na korte tijd automa‐
tisch afgesloten. Druk eventueel op
MENU om na het resetten op te slaan
en af te sluiten.
Let op
De eerder gekozen bron klinkt weer
en verschijnt op het display.
Page 19 of 69

Inleiding19GeluidsinstellingenIn het menu Audio-instellingen kun‐
nen de toonkarakteristieken worden
ingesteld.
Ga met de toets AUDIO op het Info‐
tainmentsysteem naar het menu
Audio-instellingen .
Selecteer audio-instellingen Selecteer de gewenste audio-instel‐
ling uit het menu op het display
Radio met cd-speler : Druk meerdere
malen op de toets AUDIO.
Radio met cd / mp3-speler : Druk op
de toets R of S.
■ Bass (lage tonen)
■ Treble (hoge tonen)
■ Balance (balans links/rechts)
■ Fader (balans voor/achter)
■ Loudness (geluidsversterking laag
volume AAN of UIT )Radio met cd / mp3-speler :
■ Vertragingstijd (optimaal geluid
voor inzittenden voorin)
■ Equalizer (fabrieksinstellingen
equalizer activeren)
■ Persoonlijke equalizer (aange‐
paste instelling equalizer)
Wijzig audio-instellingen
Het display toont het type instelling
aan, gevolgd door de instellings‐
waarde.
Pas waarden aan met toets _ of 6.
Wijzigingen worden opgeslagen en
menu's worden na korte tijd automa‐
tisch afgesloten.
Lage en hoge tonen
Selecteer Bass of Treble .
Pas de waarden aan met toets
_ of 6.
Volumeverdeling tussen rechts - links
Selecteer Balance.
Pas de waarde aan met _ of 6.Volumeverdeling tussen voor - achter
Selecteer Fader.
Pas de waarde aan met _ of 6.
Loudness
Selecteer Loudness.
Kies AAN of UIT met _ of 6.
Vertragingstijd
Selecteer Vertragingstijd en kies uit:
■ Bestuurder links
■ Bestuurder rechts
■ Voor
■ UIT
Kies de gewenste instelling met
_ of 6.
Equalizer
Selecteer EQ en kies uit:
■ Klassiek
■ Jazz
■ Rock
■ GEBRUIKER
Kies de gewenste instelling met
_ of 6.
Page 20 of 69

20Inleiding
Persoonlijke equalizer
Selecteer GEBRUIKER uit het menu
Equalizer.
Houd de toets MENU ingedrukt totdat
EQ op het display verschijnt en de eerste waarde knippert.
Pas de waarde aan met R of S.
Ga naar de vorige/volgende waarde
met _ of 6.
Druk op de toets AUDIO om de instel‐
ling in het geheugen op te slaan en
het menu af te sluiten.
Volume-instellingen
Radio met cd-speler: Pas het volume voor de modi Cd en
Radio aan door op het Infotainment‐
systeem aan de ON/OFF draaiknop
te draaien.
Het actuele volume verschijnt op het
display.
Verkeersberichten (TA)
Na het activeren van de functie TA
(getoond op het display) 3 27 kunt
u verkeersberichten zelfs bij uitge‐schakeld radiovolume op een voor‐
geprogrammeerd minimumvolume
ontvangen.
Het volume voor het verzenden van
de verkeersberichten hangt af van het luistervolume:
■ Als het luistervolume tijdens ver‐ keersberichten lager is dan een
vast niveau, wordt het voor de duur van de berichten tot dit vaste ni‐veau verhoogd
■ Als het luistervolume tijdens ver‐ keersberichten hoger is dan een
vast niveau, klinkt het voor de duur
van de berichten op het huidige ni‐ veau +1
Pas het volumeniveau tijdens ver‐
keersberichten met de draaiknop ON/
OFF aan.
Bij het aanpassen van het niveau tij‐
dens verkeersberichten blijft het
nieuwe volumeniveau (getoond op het display) alleen tijdens de berich‐
ten op dit niveau. Daarna keert het volume weer terug naar het niveau
van vóór de berichten.Noodoproepen
Tijdens een noodoproep wordt het
volume automatisch op dezelfde ma‐
nier als de functie TA aangepast.
Deze functie wordt automatisch ge‐
activeerd en kan niet worden gedeac‐ tiveerd.
Mute / pauze
Druk kort op de ON/OFF draaiknop
voor mute/pauze.
Afhankelijk van de audiobron ver‐
schijnt het volgende op het display:
■ Pause : cd-speler, mediaspeler
■ Mute : radio
Let op
Als de huidige audiobron op mute /
pauze staat, kunt u de aidobron niet
wijzigen.
Druk opnieuw kort op de ON/OFF
draaiknop om de functie mute/pauze
uit te schakelen.
Als u aan de ON/OFF draaiknop
draait als het systeem in de modus
mute/pause staat, wordt de functie
mute/pause genegeerd.