OPEL CROSSLAND X 2018 Handleiding Infotainment (in Dutch)
Manufacturer: OPEL, Model Year: 2018, Model line: CROSSLAND X, Model: OPEL CROSSLAND X 2018Pages: 135, PDF Size: 2.67 MB
Page 1 of 135
Handleiding Infotainment
Page 2 of 135
Page 3 of 135
Navi 5.0 IntelliLink..........................5
R 4.0 IntelliLink ............................ 57
R 4.0 .......................................... 101Inhoud
Page 4 of 135
Page 5 of 135
Inleiding......................................... 6
Basisbediening ............................ 14
Radio ........................................... 22
CD-speler ..................................... 26
Externe apparaten .......................28
Navigatie ...................................... 32
Spraakherkenning ........................44
Telefoon ....................................... 47
Trefwoordenlijst ........................... 54Navi 5.0 IntelliLink
Page 6 of 135
6InleidingInleidingAlgemene aanwijzingen.................6
Overzicht bedieningselementen ....8
Gebruik ........................................ 10Algemene aanwijzingen
Het Infotainmentsysteem biedt u
eersteklas infotainment voor in uw
auto.
Met de FM-, AM- of DAB-radiofunc‐
ties kunt u maximaal 15 zenders
opslaan.
Met de CD-speler kunt u genieten van audio- en mp3/wma-CD's.
U kunt externe gegevensopslagappa‐
raten als andere audiobronnen op het Infotainmentsysteem aansluiten: via
een kabel of via Bluetooth ®
.
Het navigatiesysteem met dynami‐ sche viaplanning brengt u veilig naar uw bestemming en kan, desgewenst, files of andere knelpunten omzeilen.
Ook is het Infotainmentsysteem
uitgevoerd met een Telefoonportal waarmee u uw mobiele telefoon
comfortabel en veilig in de auto kunt gebruiken.
Met de telefoonweergavefunctie kunt
u specifieke applicaties op uw smart‐
phone via het Infotainmentsysteem
bedienen.Als optie kan het Infotainmentsys‐ teem worden gebruikt met de bedie‐ ningselementen op het stuurwiel of
via het spraakherkenningssysteem.
Door het goed doordachte design van
de bedieningselementen, het
aanraakscherm en de heldere
displays kunt u het systeem gemak‐
kelijk en intuïtief bedienen.
Let op
Deze handleiding beschrijft alle voor
de diverse Infotainmentsystemen
beschikbare opties en functies.
Bepaalde beschrijvingen, zoals die
voor display- en menufuncties,
gelden vanwege de modelvariant,
landspecifieke uitvoeringen, speci‐
ale uitrusting en toebehoren wellicht niet voor uw auto.
Let op
Het Navi 5.0 IntelliLink-systeem
bevat software-onderdelen van
derden. Zie
http://www.oss.gm.com/GME/7E1/
navi5intellilink/ voor de desbetref‐
fende kennisgevingen, licenties en
alle andere informatie met betrek‐
king tot deze software.
Page 7 of 135
Inleiding7Belangrijke informatie over de
bediening en de
verkeersveiligheid9 Waarschuwing
Rijd altijd veilig. Bedien het Info‐
tainmentsysteem alleen als de
verkeerssituatie een veilig gebruik ervan toelaat.
Met het oog op de veiligheid moet u mogelijk de rit onderbreken voor‐dat u het Infotainmentsysteem
bedient (bijv. voor het invoeren van adressen).
9 Waarschuwing
Het gebruik van het navigatiesys‐
teem vrijwaart de bestuurder niet
van zijn verantwoordelijkheid
correct en oplettend aan het
verkeer deel te nemen. Houd u altijd aan de geldende verkeersre‐ gels.
9 Waarschuwing
In sommige gebieden zijn eenrich‐
tingsstraten en andere wegen en
inritten (bijv. voetgangerszones) waar u niet mag inrijden niet op de
kaart aangegeven. In dergelijke
gebieden geeft het infotainment‐ systeem mogelijk een waarschu‐
wing die geaccepteerd moet
worden. Hier moet u in het bijzon‐
der letten op eenrichtingsstraten,
wegen en inritten waar u niet mag inrijden.
Radio-ontvangst
Tijdens de radio-ontvangst kan gesis,
geruis, signaalvervorming of signaal‐
uitval optreden door:
● wijzigingen in de afstand tot de zender
● ontvangst van meerdere signa‐ len tegelijk door reflecties
● obstakels
Page 8 of 135
8InleidingOverzicht bedieningselementenMiddendisplay met knoppen
Page 9 of 135
Inleiding91Display/aanraakscherm
met startmenu (startmenu
alleen zichtbaar door het
scherm met drie vingers
tegelijk aan te raken) ............14
2 AUDIO
Audiomenu openen:
Radio ..................................... 22
CD-speler .............................. 26
Externe apparaten (USB,
Bluetooth) .............................. 28
3 NAV
Navigatiekaart weergeven ...33
4 v
Telefoonmenu openen ..........50
5 X........................................... 10
Indien uitgeschakeld:
stroom in-/uitschakelen
Indien ingeschakeld: stiltefunctie
Draaien: volume aanpassen
6 SET
Instellingenmenu openen ......147Ì
Appmenu openen .................31
8 Í
Menu auto-instellingen
openen, zie Gebruikers‐
handleidingStuurbedieningsknoppen
1 SRC (bron)
Audiobron selecteren,
keuze bevestigen met G...... 10
Lang indrukken: stiltefunctie
2 ä / å
Volgende/vorige
voorkeurszender
selecteren bij actieve radio ...22
of volgend(e)/vorig(e)
track/afbeelding
selecteren bij actieve
externe apparaten .................28
Page 10 of 135
10Inleidingof volgende/voorgaande
vermelding selecteren in
zenderlijst, medialijst,
gesprekslijst/contactenlijst
indien geactiveerd via
stuurbedieningsknoppen
Selectie bevestigen met G
3 G
Geselecteerd item bevestigen
of zenderlijst, medialijst openen
4 x
Stiltefunctie activeren/
deactiveren ........................... 10
5 À / Á
Omhoog-/omlaagdraaien:
volume verhogen/verlagen
6 v
Kort indrukken:
inkomende oproepen
aannemen; lang
indrukken: inkomende
oproep afwijzen, gesprek
beëindigen ............................ 50of gesprekslijst/
contactenlijst openen ............50
Indien telefoongesprek
actief: menu actief
gesprek openen
7 w
Kort indrukken:
geïntegreerde
spraakherkenning
activeren; lang indrukken:
spraakherkenning van
Apple CarPlay™ of
Android™ Auto activeren
bij telefoonaansluiting via
USB-poort ............................. 45Gebruik
Bedieningselementen Het Infotainmentsysteem is te bedie‐
nen met functietoetsen, een aanraak‐
scherm en op het display weergege‐
ven menu's.
Invoer kan naar keuze plaatsvinden
via:
● de centrale bedieningseenheid op het bedieningspaneel 3 8
● het aanraakscherm 3 14
● audioknoppen op het stuurwiel 3 8
● de spraakherkenning 3 44
Het Infotainmentsysteem in- of uitschakelen
Druk op X. Na het inschakelen wordt
de laatst geselecteerde Infotainment‐
bron actief.
Let op
Sommige functies van het Infotain‐
mentsysteem werken alleen als het
contact wordt ingeschakeld of de
motor draait.