open gas tank OPEL INSIGNIA BREAK 2020 Gebruikershandleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2020, Model line: INSIGNIA BREAK, Model: OPEL INSIGNIA BREAK 2020Pages: 329, PDF Size: 9.37 MB
Page 172 of 329

170Rijden en bedieningwaarschuwingsberichten verschijnen
afwisselend en kunnen niet worden
weggedrukt:
● AdBlue leeg Nu bijvullen
● Herstarten motor niet mogelijk .
Ook knippert controlelampje Y
continu.
Bij actief voorkomen van een motor‐
start verschijnt het volgende bericht:
Vul AdBlue bij om voertuig te starten .
Tank de AdBlue-tank helemaal vol,
omdat u anders de motor niet kunt starten 3 302.
Waarschuwingen m.b.t. hoge
uitstoot
Als de uitstoot van uitlaatgassen tot
boven een bepaalde waarde stijgt,
worden waarschuwingen weergege‐
ven op het Driver Information Center.
Er worden verzoeken om het uitlaat‐
systeem te laten nakijken en ten
slotte de aankondiging om opnieuw
starten van de motor te voorkomen
weergegeven. Deze beperkingen zijn
wettelijk vereist.
Roep de hulp in van een werkplaats.AdBlue bijvullenVoorzichtig
Gebruik alleen AdBlue die aan de
Europese normen DIN 70 070 en
ISO 22241-1 voldoet.
Gebruik geen additieven.
Verdun AdBlue niet.
Anders kan het systeem voor
selectieve katalysatorreductie
beschadigd raken.
Let op
Gebruik wanneer er op een pomp‐ station geen pomp met een vulpis‐
tool voor personenauto's beschik‐
baar is alleen AdBlue-flessen of -
jerrycans met een afgedichte tank‐
adapter om bij te tanken, om terug‐
spatten en morsen te voorkomen en
om ervoor te zorgen dat de dampen uit de tank worden opgenomen en
niet eruit stromen. AdBlue in flessen
of jerrycans is verkrijgbaar bij veel
pompstations en is te koop bij bijv. Opel dealers en andere detailhan‐
delaars.
Controleer vóór het bijtanken van
AdBlue de houdbaarheidsdatum
ervan, omdat het maar beperkt
meegaat.
Let op
Bij het losschroeven van de tankdop
van de vulpijp kunnen er ammoniak‐ dampen vrijkomen. Adem deze
dampen niet in, omdat ze scherp
geuren. Eventueel ingeademde
dampen zijn onschadelijk.
Tank de AdBlue-tank helemaal vol.
Doe dit als het waarschuwingsbericht
over het voorkomen van opnieuw
starten van de motor al is versche‐
nen.
Zet de auto op een vlakke onder‐
grond.
De vulopening voor AdBlue zit achter
de tankvulklep, rechtsachter op de auto.
De tankvulklep kan alleen bij een
ontgrendelde auto worden geopend.
1. Sleutel uit contactslot verwijde‐ ren.
2. Sluit alle portieren om ammonia‐ dampen in het interieur te voorko‐men.
Page 249 of 329

Verzorging van de auto247Oplaadfunctie afgestemd op accu
Deze functie garandeert een maxi‐
male levensduur van de accu door
een regelbaar vermogen en een opti‐
male vermogensverdeling van de
dynamo.
Om te voorkomen dat de accu onder
het rijden leegraakt, worden de
volgende systemen automatisch in
twee fasen afgebouwd en ten slotte
uitgeschakeld:
● hulpverwarming
● achter- en voorruitverwarming
● verwarmd stuurwiel
● verwarmde spiegels
● stoelverwarming
● aanjager
In de tweede fase ziet u op het Driver
Information Center een bericht dat de activering van de ontlaadbeveiliging
van de accu bevestigt.
Stationair aanjagen
Als het nodig is om de accu op te
laden wegens een probleem met de
accu, moet het vermogen van dedynamo worden vergroot. Dit kan
door stationair aanjagen, wat moge‐
lijk hoorbaar is.
Er verschijnt een bericht op het Driver
Information Center.
Stroomaansluiting
De stroomaansluitingen worden
gedeactiveerd wanneer de accu‐
spanning te laag is.
WaarschuwingslabelBetekenis van symbolen: ● Geen vonken of open vlammen en niet roken.
● Bescherm de ogen altijd. Explo‐ sieve gassen kunnen blindheid of
letsel veroorzaken.
● Houd de accu buiten het bereik van kinderen.
● De accu bevat zwavelzuur dat blindheid of ernstige brandwon‐
den kan veroorzaken.
● Zie de Gebruikershandleiding voor meer informatie.
● Er kan knalgas aanwezig zijn in de buurt van de accu.
Dieselbrandstofsysteem ontluchten
Na het leegrijden van de tank moet het dieselbrandstofsysteem worden
ontlucht. Het contact driemaal
15 seconden per keer inschakelen.
Motor vervolgens maximaal
40 seconden starten. Deze procedure na minstens 5 seconden herhalen.
Slaat de motor niet aan, dan de hulp van een werkplaats inroepen.
Page 327 of 329

325Persoonlijke instellingen ............127
Portieren ....................................... 29
Portier open ............................... 114
Prestaties ................................... 300
Profieldiepte ............................... 270
Q
Quickheat ................................... 154
R Radiofrequentie-identificatie (RFID) ..................................... 320
REACH ....................................... 312
Regelbare instrumentenverlichting ...........141
Registreren van autogegevens en privacy ................................ 317
Remassistentie .......................... 180
Rem- en koppelingssysteem .....109
Rem- en koppelingsvloeistof ......290
Remmen ............................ 177, 245
Remvloeistof .............................. 245
Reparatie ongevalsschade .........312
Reservewiel ............................... 277
Richtingaanwijzers ............107, 140
Ruiten ........................................... 41
Rijgedrag en aanhangertips ......235
Rijregelsystemen ........................181
Rijverlichting ........................ 12, 112S
Schakelen ........................... 110, 172
Schakelhendel ............................ 172
Selectieve katalysatorreductie ....168
Service ............................... 156, 289
Service-display .......................... 106
Service-informatie ...................... 289
Sjorogen ...................................... 83
Slepen ................................ 235, 282
Sleutel, opgeslagen instellingen ...25
Sleutels ........................................ 20
Sleutels, sloten ............................. 20
Sneeuwkettingen .......................271
Snelheidsbegrenzer ...........113, 187
Snelheidsmeter .......................... 103
Software-update .........................316
Spiegelverstelling ..........................8
Sproeiervloeistof ........................244
Startbeveiliging ....................38, 112
Starten en bedienen ...................158
Starthulp gebruiken ...................281
Stoelpositie .................................. 48
Stoelverstelling .............................. 6
Stoelverwarming Stoelverwarming, achter ...........57
Stoelverwarming, voor ..............55
Stop/Start-systeem .....................163
Storing ....................................... 175
Storingsindicatielamp ................109
Stroomonderbreking ..................175Sturen......................................... 158
Stuurbedieningsknoppen .............91
Stuurwiel instellen .......................... 9
Stuurwielverstelling ...................... 91
Symbolen ....................................... 4
T
Tanken ....................................... 232
Te laag brandstofpeil .................112
Toerenteller ............................... 105
Traction Control .........................181
Traction Control-systeem UIT..... 111 Trechter ...................................... 232
Trekhaak .................................... 236
Trekstang.................................... 235
Typeplaatje ................................ 293
U Uitlaatfilter................................... 167
Uitlaatgassen ............................. 167
Uitrol-brandstofafsluiter .............163
Uitstapverlichting .......................143
Uplevel-display ........................... 114
USB-poort ..................................... 96
Uw autogegevens ..........................3
V Valetmodus................................. 120Van banden- en velgmaat veranderen ............................. 270
Vaste luchtroosters ....................155