display OPEL MOKKA 2015 Gebruikershandleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2015, Model line: MOKKA, Model: OPEL MOKKA 2015Pages: 233, PDF Size: 6.21 MB
Page 152 of 233

150Rijden en bediening
U kunt de achteruitkijkcamera in- ofuitschakelen in het menu
Instellingen op het Info-display. Per‐
soonlijke instellingen 3 104.
Storing
Storingsmeldingen worden weerge‐ geven met een 9 op de bovenste re‐
gel van het Info-Display.
De achteruitkijkcamera werkt moge‐
lijkerwijs niet goed:
■ in een donkere omgeving,
■ als de zon of koplampen van an‐ dere auto's direct in de lens van decamera schijnen,
■ als de cameralens door ijs, sneeuw, modder of iets anders is
vervuild. Reinig de lens, spoel deze
af met water en wrijf na met een
zachte doek,
■ de achterklep niet goed gesloten is,
■ de auto een aanrijding aan de ach‐
terzijde heeft gehad,
■ bij extreme temperatuurwisselin‐ gen.Verkeersbordherkenning
Werking Het verkeersbordherkenningssys‐
teem herkent bepaalde borden via
een frontcamera en toont deze in het
Driver Information Center.
Verkeersborden die worden herkend, zijn:
Verkeersborden met beperkingen en
geen doorgang ■ maximumsnelheid
■ inhaalverbod
■ einde maximumsnelheid
■ einde inhaalverbodBewegwijzering
Begin en eind van:
■ snelwegen
■ A-wegen
■ speelstratenOnderborden ■ bijkomende hints bij verkeersbor‐ den
■ verbod op aanhanger trekken
■ waarschuwing bij nat wegdek
■ waarschuwing bij ijzel
■ richtingspijlen
Snelheidsbeperkingsborden worden
in het Driver Information Center ge‐
toond tot het volgende snelheidsbe‐
perkingsbord of het einde van de
snelheidsbeperking wordt gedetec‐
teerd, of totdat een bepaalde time-out
van het verkeersbord is verstreken.
Page 153 of 233

Rijden en bediening151
In het display zijn combinaties van
meerdere borden mogelijk.
Een uitroepteken in een kader bete‐
kent dat er een onderbord werd ge‐
detecteerd dat niet door het systeem
kan worden herkend.
Het systeem is actief tot een snelheid
van 200 km/u, afhankelijk van de
lichtomstandigheden. 's Nachts is het systeem actief tot een snelheid van
160 km/u.
Zodra de snelheid onder 55 km/u
komt, wordt het display gereset en
wordt de inhoud van de pagina met
verkeersborden gewist. De volgende
herkende snelheidsindicatie zal wor‐
den weergegeven.Displayweergave
De verkeersborden worden getoond
op de pagina
Verkeersbordherkenning van het Dri‐
ver Information Center. Dit kunt u se‐
lecteren met het stelwiel op de rich‐ tingaanwijzerhendel 3 93.
Wanneer u een andere functie op het Driver Information Center-menu hebt
gekozen en u daarna weer de pagina Verkeersbordherkenning kiest, wordt
het laatst herkende verkeersbord ge‐
toond.
Page 155 of 233

Rijden en bediening153
Wanneer de instellingspagina wordt
getoond, moet u Uit selecteren om de
popup-functie uit te schakelen. Scha‐ kel de functie weer in door te kiezen
voor Aan. Wanneer u het contact aan‐
zet, wordt de pop-upfunctie uitge‐
schakeld.
Het pop-upvenster wordt gedurende
ca. 8 seconden in het Driver Informa‐
tion Center weergegeven.
Storing
De verkeersbordherkenning werkt
eventueel niet goed wanneer:
■ de voorruit ter hoogte van de front‐ camera niet schoon is
■ verkeersborden geheel of gedeel‐ telijk bedekt zijn of lastig waar‐neembaar zijn
■ de omgevingsomstandigheden on‐ gunstig zijn, bijv. harde regen,
sneeuw, direct zonlicht of schadu‐
wen. In dat geval verschijnt Geen
verkeersbordherk. door het weer op het display■ de verkeersborden incorrect ge‐
monteerd of beschadigd zijn
■ verkeersborden voldoen niet aan de Conventie van Venetië over ver‐
keersborden (Wiener Übereinkom‐ men über Straßenverkehrszei‐chen)Voorzichtig
Het systeem is bedoeld om de be‐ stuurder te helpen bij het herken‐
nen van specifieke verkeersbor‐
den binnen een bepaald snel‐
heidsbereik. Geen verkeersbor‐
den negeren die het systeem niet
weergeeft.
Het systeem herkent geen andere
verkeersborden dan de conventi‐
onele versies die een maximum‐
snelheid aangeven of beëindigen.
Laat u door dit speciale systeem
niet verleiden tot een roekeloze rij‐
stijl.
Pas uw snelheid altijd aan de staat van het wegdek aan.
De hulpsystemen ontnemen de
bestuurder niet zijn verantwoorde‐
lijkheid voor het besturen van de
auto.
Lane Departure Warning
Het Lane Departure Warning-sys‐
teem houdt via een frontcamera de
belijning in het oog van de rijstrook
waarin u rijdt. Het systeem detecteert veranderingen van rijstrook en waar‐
schuwt u met visuele en akoestische
signalen wanneer u onbedoeld van
rijstrook verandert.
De criteria voor een onbedoelde ver‐
andering van rijstrook zijn:
■ geen gebruik van de richtingaan‐ wijzers
■ geen gebruik van het rempedaal
■ geen gebruik van het gaspedaal of snelheidsverhoging
■ geen actieve stuurbeweging
Wanneer de bestuurder actief is, waarschuwt het systeem niet.
Page 185 of 233

Verzorging van de auto183
Nr.Stroomkring19Reserve20Stuurwiel21Transmissieregelmodule22Aansteker23Reserve24Reserve25Reserve26Display27Instrumentengroep28Adaptief rijlicht (AFL)29Reserve30Reserve31Instrumentengroep32Infotainment, hulp, elektrische
aansluiting33Display, Infotainmentsysteem34Onstar UHP/DAB
Zekeringen S/B
Nr.Stroomkring01Reserve02Reserve03Elektrisch bediende ruiten voor04Elektrisch bediende ruiten
achter05Logistieke modus06Reserve07Reserve08ReserveZekeringenkast in
bagageruimte
Links achterin ondergebracht.
Verwijder het deksel om bij de zeke‐
ringen te komen.
Page 208 of 233

206Verzorging van de auto
Als u het draagsysteem achteraan
niet regelmatig gebruikt, dient u het
toch af en toe te gebruiken, en dit
vooral in de winter.
Verzorging interieur
Interieur en bekleding Interieur van de auto inclusief instru‐
mentenpaneel en bekleding alleen
met een droge doek of interieurreini‐
ger schoonmaken.
Reinig de lederen bekleding met zui‐ ver water en een zachte doek. Ge‐
bruik een reinigingsmiddel voor leder
als de bekleding erg vuil is.
Instrumentengroep en de displays al‐
leen met een zachte, vochtige doek
reinigen. Gebruik zo nodig water en
milde zeep.
Stoffen bekleding met een stofzuiger
en een borstel reinigen. Vlekken met
een bekledingreiniger verwijderen.
Het weefsel van de stof is wellicht niet
kleurvast. Dit kan zichtbare verkleu‐
ringen veroorzaken, met name oplichtgekleurde bekleding. Reinig ver‐
wijderbare vlekken en verkleuringen
zo spoedig mogelijk.
Veiligheidsgordels met lauw water of
een interieurreiniger schoonmaken.Voorzichtig
Klittenbandsluitingen sluiten om‐
dat geopende klittenbandsluitin‐
gen schade aan de stoelbekleding kunnen toebrengen.
Hetzelfde geldt voor kledingstuk‐
ken met scherpe voorwerpen
zoals ritssluitingen, riemen of spij‐ kerbroeken met metalen accen‐
ten.
Kunststof en rubber onderdelen
Kunststof en rubberen onderdelen
mogen met dezelfde middelen wor‐
den gereinigd als de carrosserie. Zo nodig een interieurreiniger gebruiken.
Geen andere middelen gebruiken.
Vooral geen oplosmiddelen of brand‐ stof. Niet schoonmaken met hoge‐
drukreinigers.
Page 209 of 233

Service en onderhoud207Service en onderhoudAlgemene informatie..................207
Aanbevolen vloeistoffen, smeer‐ middelen en onderdelen ............208Algemene informatie
Service-informatie
Het is voor de bedrijfs- en verkeers‐
veiligheid en voor het behoud van de waarde van uw auto belangrijk dat
alle servicewerkzaamheden met de
voorgeschreven intervallen worden
uitgevoerd.
Het uitgebreide bijgewerkte service‐
schema voor uw auto is beschikbaar
in de werkplaats.
Servicedisplay 3 84.
Europese service-intervallen
Aan het voertuig moet om de
30.000 km onderhoud gepleegd wor‐
den, of na 1 jaar, wat het eerst voor‐
komt, tenzij anders vermeld op het
service-display.
Bij een zwaardere belasting, bijv. bij
taxi's en politievoertuigen, geldt wel‐
licht een korter onderhoudsinterval.
De Europese service-intervallen gel‐
den voor de volgende landen:Andorra, België, Bosnië-Herzego‐
vina, Bulgarije, Cyprus, Denemarken,
Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Groenland, Groot-Brit‐
tannië, Hongarije, Ierland, IJsland,
Italië, Kroatië, Letland, Litouwen, Lux‐
emburg, Macedonië, Malta, Montene‐ gro, Nederland, Noorwegen, Oosten‐
rijk, Polen, Portugal, Roemenië, Ser‐
vië, Slovenië, Slowakije, Spanje,
Tsjechische Republiek, Zweden,
Zwitserland.
Servicedisplay 3 84.
Internationale service-
intervallen
Aan het voertuig moet om de
15.000 km onderhoud gepleegd wor‐
den, of na 1 jaar, wat het eerst voor‐
komt, tenzij anders vermeld op het
service-display.
De internationale service-intervallen
zijn geldig in de landen die niet tot de groep behoren waarvoor de Euro‐
pese service-intervallen werden op‐
gesteld.
Servicedisplay 3 84.
Page 210 of 233

208Service en onderhoud
Registraties
Uitgevoerde service wordt geregi‐
streerd op de daarvoor bestemde
plaatsen in het Service- en garantie‐
boekje. De datum en afgelezen kilo‐
meterstand worden bevestigd met
stempel en handtekening van de uit‐
voerende werkplaats.
Zorg ervoor dat het Service- en ga‐
rantieboekje correct wordt ingevuld,
omdat een sluitend bewijs van ser‐
vice essentieel is bij aanspraken op garantie of goodwill en tevens een
pluspunt is bij verkoop van de auto.
Service-interval met resterende
levensduur van motorolie
De service-interval is gebaseerd op diverse parameters afhankelijk van
het gebruik.
Het service-display meldt wanneer de
motorolie moet worden ververst.
Servicedisplay 3 84.Aanbevolen
vloeistoffen,
smeermiddelen en
onderdelen
Aanbevolen vloeistoffen
en smeermiddelen Gebruik alleen producten die voldoenaan de aanbevolen specificaties.Schade als gevolg van het gebruik
van producten die niet voldoen aan
deze specificaties, wordt niet gedekt
door de garantie.9 Waarschuwing
Bedrijfsvloeistoffen zijn gevaarlijk
en mogelijk giftig. Voorzichtig han‐ teren. Informatie op de verpakking in acht nemen.
Motorolie
Motorolie wordt ingedeeld op basis
van kwaliteit en viscositeit. Bij de
keuze van motorolie is kwaliteit be‐
langrijker dan viscositeit. Door de
oliekwaliteit blijft o.a. de motor
schoon, is de slijtage minimaal en
veroudert de olie minder snel. De vis‐
cositeit geeft informatie over de dikte
van de olie bij diverse temperaturen.
Dexos is de nieuwste motoroliekwali‐ teit die optimale bescherming biedtvoor benzine- en dieselmotoren. Als
deze niet verkrijgbaar is, gebruikt u
motoroliën van een van de andere
vermelde kwaliteiten. Aanbevelingen
voor benzinemotoren zijn ook geldig
voor motoren met de brandstoffen
Compressed Natural Gas (CNG), Li‐
quified Petroleum Gas (LPG) en
Ethanol (E85).
Kies de juiste motorolie op basis van zijn kwaliteit en de minimale omge‐
vingstemperatuur 3 212.
Motorolie bijvullen
Motoroliesoorten van verschillende fabrikanten en merken kunnen wor‐
den gemengd zolang ze voldoen aan de vereiste motoroliecriteria kwaliteit
en viscositeit.
Page 229 of 233

227
Binnenspiegels............................. 30
Binnenverlichting ...............115, 179
Bolle vorm .................................... 28
Boordgereedschap .....................185
Boordinformatie ........................... 98
Brandstof .................................... 155
Brandstofkeuzeschakelaar ..........83
Brandstofmeter ............................ 82
Brandstofverbruik - CO 2-uitstoot 161
Brandstof voor benzinemotoren 155
Brandstof voor dieselmotoren ...155
Brandstof voor rijden op LPG .....155
Buitenspiegels .............................. 28
Buitentemperatuur .......................79
Buitenverlichting .........................108
C
Centrale vergrendeling ................22
Claxon ................................... 13, 76
Code ............................................. 98
Conformiteitsverklaring ...............222
Contactslotstanden ....................126
Controlelampen ......................81, 85
Controle over de auto ................125
Controles .................................... 165
Cruise control ...................... 92, 141
D
Dagrijlicht ................................... 110
Dagteller ...................................... 82Dak............................................... 33
Dakbelasting ................................. 73
Dakdrager .................................... 73
De belangrijkste informatie voor uw eerste rit................................. 6
Derde remlicht ........................... 178
Diefstalalarmsysteem ..................26
Dieselbrandstofsysteem ontluchten .............................. 172
Draagsysteem achterzijde ............59
Driepuntsgordel ........................... 41
Driver Information Center .............93
E
Elektrisch bediende ruiten ...........31
Elektrische aansluitingen .............80
Elektrische verstelling ..................28
Elektrisch systeem...................... 179
Elektronische rijprogramma's ....134
Elektronische stabiliteitsregeling en Traction Control-systeem .....90
Elektronische stabiliteitsregeling (ESC) ...................................... 139
Elektronische stabiliteitsregeling UIT ...............90
Elektronisch klimaatregelsysteem ..............120
Event Data Recorders (EDR) .....223F
Fietsendrager ............................... 59
Flex-Fix-systeem .......................... 59
Frontaal airbagsysteem ...............46
Frontaanrijdingswaarschuwing ...143
G
Gebruik van deze handleiding .......3
Geluidssignalen .........................100
Gereedschap ............................. 185
Gevaar, Waarschuwing en Voorzichtig ................................. 4
Gevarendriehoek .........................72
Gloeilamp vervangen ................173
Gordelverklikker ........................... 87
Gordijnairbagsysteem .................. 47
Graphic-Info-Display, Color-Info-Display .....................96
Grootlicht ............................. 92, 109
H
Halogeenkoplampen .................173
Handbediende ruiten ...................31
Handgeschakelde versnellingsbak ......................135
Handmatige dimfunctie ................30
Handmatige modus ...................134
Handrem ..................................... 137
Handschoenenkastje ...................57
Handzender ................................. 20
Page 230 of 233

228
Hellingrem ................................. 138
Hoofdsteunen .............................. 35
Hoofdsteunverstelling ....................8
Hulpverwarming.......................... 123
I
Inbouwmaten trekhaak ..............221
Inbouwposities kinderveilig‐ heidssystemen ......................... 51
Info-Displays ................................. 93
Inhouden ................................... 219
Inklapbare spiegels .....................29
Inleiding ......................................... 3
Instapverlichting ......................... 116
Interieurverlichting ......................114
ISOFIX- kinderveiligheidssystemen ........54
K Katalysator ................................. 132
Kentekenverlichting ...................178
Keuzehendel ............................. 133
Kilometerteller .............................. 82
Kindersloten ................................. 25 Kinderveiligheidssystemen ...........49
Klimaatregeling ............................ 15
Klimaatregelsystemen ................118
Klok .............................................. 79
Koelvloeistof .............................. 168
Koelvloeistof en antivries ............208Koelvloeistoftemperatuurmeter ...83
Koplampinstelling in het buitenland .............................. 110
Koplampverstelling ....................109
L Laadsysteem ............................... 88
Lane Departure Warning ......89, 153
Leeslampen ............................... 115
Lekke band ................................. 196
Lichtschakelaar .......................... 108
Lichtsignaal ................................ 109
Luchtinlaat ................................. 124
M
Meters........................................... 81
Mistachterlicht ...................... 92, 114
Mistlamp ...................................... 92
Mistlampen ................................ 176
Mistlampen voor ........................113
Motorgegevens .......................... 215
Motor-ID...................................... 211
Motorkap .................................... 166
Motorkap open.............................. 92
Motorolie .................... 166, 208, 212
Motoroliedruk ............................... 91
Motor starten ............................. 126
N Nieuwe auto inrijden ..................126O
Obstakeldetectiesystemen .........146
Olie, motor .......................... 208, 212
Ontlaadbeveiliging accu ............117
Opbergvakken .............................. 56
Opbergvakken instrumentenpaneel ..................56
Opbergvak middenconsole ..........59
Opbergvak onder passagiersstoel 58
Opgeslagen instellingen ...............22
Opschakelen................................. 89 Overzicht instrumentenpaneel .....10
P Panne ......................................... 201
Parkeerhulp ............................... 146
Parkeren .............................. 18, 130
Park pilot met ultrasoonsensoren 146
Partikelfilter ................................. 131
Pedaal intrappen .......................... 88
Persoonlijke instellingen ............104
Pollenfilter .................................. 124
Portieren ....................................... 25
Portier open ................................. 92
Prestaties ................................... 216
Profieldiepte ............................... 190
Page 231 of 233

229
RRadiofrequentie-identificatie (RFID) ..................................... 224
Regelbare instrumentenverlichting ...........114
Registreren van autogegevens en privacy ................................ 223
Remassistentie .......................... 138
Rem- en koppelingssysteem .......88
Rem- en koppelingsvloeistof ......208
Remmen ............................ 137, 169
Remvloeistof .............................. 169
Reservewiel ............................... 198
Richtingaanwijzer ........................87
Richtingaanwijzers ..................... 113
Richtingaanwijzers vooraan ......176
Roetfilter ............................... 90, 131
Ruiten ........................................... 30
Rijgedrag en aanhangertips ......162
Rijregelsystemen ........................138
Rijverlichting .......................... 12, 91
S Service ....................................... 124Service-display ............................ 84
Service-indicatie ..........................88
Service-informatie ...................... 207
Sjorogen ...................................... 72
Sleutel, opgeslagen instellingen ...22Sleutels ........................................ 20
Sleutels, sloten ............................. 20
Sneeuwkettingen .......................192
Snelheidsbegrenzer ...................142
Snelheidsmeter ............................ 81
Spiegelverstelling ..........................8
Sproeiervloeistof ........................169
Startbeveiliging ......................28, 91
Starten en bedienen ...................126
Starthulp gebruiken ...................200
Stoelpositie .................................. 36
Stoelverstelling ........................6, 37
Stop/Start-systeem .....................128
Storing ....................................... 134
Storingsindicatielamp ..................88
Stroomonderbreking ..................134
Sturen ......................................... 125
Stuurbedieningsknoppen .............75
Stuurbekrachtiging........................ 89
Stuurbekrachtigingsvloeistof ......168
Stuurwiel instellen .......................... 9
Stuurwielverstelling ...................... 75
Symbolen ....................................... 4 Systeem voor gecontroleerde afdaling ............................ 89, 140
T
Tanken ....................................... 157
Te laag brandstofpeil ...................91
Toerenteller ................................. 82Top-Tether-bevestigingsogen ......55
Traction Control .........................138
Traction Control-systeem UIT....... 90 Trekken............................... 162, 201
Trekstang.................................... 162
Tripcomputer ............................. 101
Typeplaatje ................................ 210
U
Uitlaatgassen ............................. 131
Uitrol-brandstofafsluiter .............127
Uitstapverlichting .......................116
Ultrasoonparkeerhulp ..................89
Uw autogegevens ..........................3
V Van banden- en velgmaat veranderen ............................. 191
Vaste luchtroosters ....................124
Veiligheidsgordel ...........................8
Veiligheidsgordels .......................40
Velgen en banden .....................185
Ventilatie ..................................... 118
Ventilatieopeningen ....................123
Verbanddoos ............................... 73
Vergrendelingssysteem ...............26
Verkeersbordherkenning ............150
Verlichting handschoenenkastje. 115
Verlichtingsfuncties..................... 116
Verlichting zonneklep ................115