infotainment OPEL MOVANO_B 2014 Gebruikershandleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2014, Model line: MOVANO_B, Model: OPEL MOVANO_B 2014Pages: 205, PDF Size: 4.8 MB
Page 73 of 205

Instrumenten en bedieningsorganen71Claxon
j indrukken.
De claxon klinkt ongeachte de stand
van de contactschakelaar.
Knoppen op stuurkolomBepaalde functies van het infotain‐
mentsysteem kunnen ook via de toet‐
sen op de stuurkolom worden be‐
diend.
Meer informatie staat in de handlei‐
ding van het infotainment-systeem.
Wis-/wasinstallatie voorruit
VoorruitwissersK=intervalschakeling1=langzaam2=snel
Niet inschakelen wanneer de voorruit bevroren is.
Uitschakelen in wasstraten.
Automatische wisfunctie met
regensensorK=Automatische wisfunctie met
regensensor
De regensensor registreert de hoe‐
veelheid neerslag op de voorruit en
stuurt automatisch de wissnelheid
van de voorruitwissers aan.
Na het uitschakelen van het contact
moet automatisch wissen steeds op‐ nieuw worden geselecteerd.
Page 75 of 205

Instrumenten en bedieningsorganen739Waarschuwing
Ook bij een aanduiding van enkele
graden boven 0 °C kan het weg‐
dek al beijzeld zijn.
Klok
Afhankelijk van het specifieke model
kan de actuele tijd en/of datum ver‐
schijnen op het informatiedisplay
3 85 of in het Driver Information
Center 3 85.
Tijd en datum op
informatiedisplay instellen
De uren en minuten kunnen worden
aangepast met de betreffende knop‐
pen naast het display of de bedie‐
ningsorganen van het infotainment‐
systeem.
Nadere informatie vindt u in de
infotainment-handleiding.
Tijd instellen in Driver Information Center
Geef de klokfunctie weer door de
knop aan het uiteinde van de ruiten‐
wisserhendel meerdere malen in te
drukken. Als de tijd knippert (na circa 2 seconden):
■ Onderste knop ingedrukt houden
■ Uren knipperen
■ Bovenste knop indrukken om uren aan te passen
■ Onderste knop ingedrukt houden om uren in te stellen
■ Minuten knipperen
■ Bovenste knop indrukken om minu‐
ten aan te passen
■ Onderste knop ingedrukt houden om minuten in te stellen en instel‐
modus af te sluiten.
Elektrische aansluitingen
Page 115 of 205

Rijden en bediening113
Bepaalde instellingen van het airco‐
systeem kunnen een Autostop ver‐
hinderen. Zie het hoofdstuk Klimaat‐
regeling voor nadere informatie 3 96.
Onmiddellijk na het rijden op de snel‐ weg kan mogelijk geen Autostop ge‐
beuren.
Autostop is mogelijk ook tijdelijk ge‐
blokkeerd, als de accu met een extern
apparaat is opgeladen.
Nieuwe auto inrijden 3 109.
Ontlaadbeveiliging accu
Om het betrouwbaar opnieuw starten van de motor te garanderen, zijn er
verschillende ontlaadbeveiligingen
van de accu ingevoerd als onderdeel
van het stop-startsysteem.
Herstarten van de motor door de bestuurder
Trap het koppelingspedaal in om de
motor te herstarten. Als de keuzehen‐
del uit de stand N is gehaald of aan
andere voorwaarden niet wordt vol‐
daan, start dan met de contactsleutel.Controlelampje Ï op de instrumen‐
tengroep dooft wanneer de motor op‐ nieuw wordt gestart.
Als de keuzehendel uit de stand N
wordt gehaald voordat het koppe‐
lingspedaal wordt ingetrapt, zal de
motor niet opnieuw starten.
Herstarten van de motor doorhet stop-startsysteem De keuzehendel moet in N staan om
automatisch herstarten mogelijk te maken.
Als er zich een van de volgende om‐
standigheden voordoet tijdens een
Autostop, dan zal de motor automa‐
tisch door het stop-startsysteem wor‐
den herstart. Controlelampje Ï knip‐
pert groen op de instrumentengroep
bij het automatisch opnieuw starten
van de auto.
■ Het stop-startsysteem is manueel uitgeschakeld
■ de motortemperatuur is te laag ■ de accu is ontladen
■ het remvacuüm is niet voldoende
■ de auto begint te bewegen■ de ontdooifunctie is geactiveerd
■ het aircosysteem vereist het starten
van de motor
■ de vooraf ingestelde tijdsduur is overschreden
Als een elektrisch accessoire, bijv.
een draagbare cd-speler op de elek‐
trische aansluiting is aangesloten,
merkt u mogelijk een korte span‐
ningsdaling tijdens het herstarten.
Als het Infotainmentsysteem actief is,
wordt het audiogeluid tijdens opnieuw starten mogelijk kort gereduceerd ofonderbroken.
Geluidssignalen 3 86.
Storing
Als controlelampje Ï geel oplicht, is
er een storing in het Stop/Start-sys‐ teem 3 83. De hulp van een werk‐
plaats inroepen.
Page 156 of 205

154Verzorging van de auto
SymboolStroomkringnAirconditioningVVerwarmde voorruit
Zekeringenkast
instrumentenpaneel
Achter het afwerkingspaneel aan de
linkerkant van het instrumentenpa‐
neel. Afwerkingspaneel vanaf de bo‐
venkant lostrekken.
Geen voorwerpen achter dit paneel
opbergen.
Bepaalde functies worden mogelijk
door meerdere zekeringen beveiligd.SymboolStroomkringZInfotainmentsysteem,
stoelverwarming, autodis‐
play, audioaansluitingen,
alarm?StekkerdoosÌAanstekereInstrumentenpaneelUCentrale vergrendelingORichtingaanwijzers,
mistachterlichten, carros‐
serieregelmoduleDIAGDiagnosestekkeruABS, elektronisch stabili‐
teitsprogrammadBinnenverlichting,
remlichtenZCarrosserieregelmoduleSTOPRemlichtSymboolStroomkringICarrosserieregelmodule,
elektrisch bediende ruiten,
airconditioningmVerwarmbare achterruit
linksnVerwarmbare achterruit
rechtsRVoorruitsproeiersMElektronische startbeveili‐
gingUStoelverwarmingFBLBochtlichtlHandsfree-aansluiting&TachograafPTOPTO (krachtafnemer)jClaxonÍDieselbrandstoffilter voor‐
verwarmenxAircoventilator