traction control OPEL MOVANO_B 2017.5 Gebruikershandleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2017.5, Model line: MOVANO_B, Model: OPEL MOVANO_B 2017.5Pages: 267, PDF Size: 6.21 MB
Page 13 of 267
Kort en bondig111Vaste uitstroomkanalen .....132
2 Koplampreikwijdte
instellen .............................. 111
Park pilot met
ultrasoonsensoren ..............166
Traction Control-systeem ....160
Elektronisch stabiliteits‐
programma (ESP) ..............161
3 Zijdelingse
uitstroomkanalen ...............131
4 Lichtschakelaar ..................109
Richtingaanwijzers .............112
Grootlicht en dimlicht,
lichtsignaal ......................... 110
Stadslichten ........................ 109
Automatische verlichting ....109
Omgevingsverlichting ......... 116
Mistlampen ......................... 113
Mistachterlicht ....................113
Grootlichtassistentie ............ 1105 Instrumenten ........................ 91
Versnellingsbakdisplay .........94
Driver Information Centre .... 103
Boordcomputer ...................105
6 Claxon .................................. 85
Bestuurdersairbag ...............61
7 Afstandsbediening op
stuurwiel ................................ 85
Cruise control .....................163
8 Voorruitwissers,
voorruitsproeiers ..................86
Boordcomputer ...................105
9 Munthouder .......................... 73
10 Elektrische aansluiting,
USB-sleuf .............................. 89
11 Middelste
uitstroomkanalen ...............131
12 Opbergvak ............................ 73
13 Infodisplay ........................... 103
14 Passagiersairbag ..................61
15 Opbergvak ........................... 73
16 Handschoenenkastje ...........7417Gordelverklikker ....................97
Passagiersairbag
deactiveren ........................... 62
18 Bekerhouders ....................... 74
19 Verwarming en ventilatie ...117
Elektronische
klimaatregeling (ECC) .........119
20 Aansteker ............................. 90
Stekkerdoos ......................... 89
21 Schakelhefboom,
handgeschakelde
versnellingsbak ...................153
Geautomatiseerde
versnellingsbak ...................153
22 Cruise control en snel‐
heidsbegrenzer ..................163
Geautomatiseerde
versnellingsbak,
winter- en beladingsmodus . 156
Stationair-toerentalregeling . 138
Stop/Start-systeem .............138
Modus ECO ........................ 135
23 Contactslot met stuurslot ...136
Page 102 of 267
100Instrumenten en bedieningsorganenElektronisch stabiliteitspro‐
gramma (ESP)
b knippert of brandt geel.
Brandt korte tijd als het contact wordt ingeschakeld.
Knippert tijdens het rijden Het systeem grijpt actief in. Het
motorvermogen kan worden
begrensd en de auto kan automatisch iets worden afgeremd 3 161.
Brandt onderweg Het systeem is niet beschikbaar.
Kan samen met de controlelamp A
oplichten 3 98. Een bijbehorend
bericht verschijnt ook op het Driver
Information Center 3 103.
ESP® Plus
3 161, Traction Control-
systeem 3 160.
Elektronisch stabiliteitspro‐
gramma uit
Ø brandt groen.Als ESP® Plus
gedeactiveerd is met
Ø op het instrumentenpaneel, dan
brandt controlelamp Ø en verschijnt
een bijbehorend bericht op het Driver Information Center 3 103.
ESP® Plus
3 161, Traction Control-
systeem 3 160.
Koelvloeistoftemperatuur W brandt rood.
Brandt korte tijd als het contact wordt ingeschakeld.
Brandt bij een draaiende motor Als W brandt (mogelijk in combinatie
met controlelampje C), stop dan de
auto en schakel de motor uit.Voorzichtig
Koelvloeistoftemperatuur is te
hoog.
Koelvloeistofpeil controleren 3 182.
Is het koelvloeistofpeil hoog genoeg,
dan de hulp van een werkplaats
inroepen.
Voorverwarming
! brandt geel.
De voorverwarming is geactiveerd.
Wordt alleen bij lage buitentempera‐
turen ingeschakeld.
AdBlue
Õ brandt geel.
Het AdBlue-peil is te laag. Tank zo
spoedig mogelijk AdBlue bij, opdat de motor blijft starten.
Licht samen met controlelamp A op
als aanduiding van een systeemsto‐
ring of als waarschuwing dat de motor na het bepaalde afstand wellicht niet
kan worden gestart. Onmiddellijk hulp
van een werkplaats inroepen.
Er verschijnt een bijbehorend bericht
op het Driver Information Center
3 103.
AdBlue 3 145.
Bandenspanningscontrole‐ systeem
w brandt of knippert geel.
Page 136 of 267
134Rijden en bedieningRijden en bedieningRijtips......................................... 135
Economisch rijden ...................135
Controle over de auto ..............135
Sturen ...................................... 135
Starten en bediening .................136
Nieuwe auto inrijden ................136
Contactslotstanden ..................136
Motor starten ........................... 137
Regeling stationair toerental ....138
Uitrol-brandstofafsluiter ...........138
Stop/Start-systeem ..................138
Parkeren .................................. 141
Luchtvering .............................. 142
Uitlaatgassen ............................. 144
Roetfilter .................................. 144
Katalysator .............................. 145
AdBlue ..................................... 145
Handgeschakelde versnellings‐
bak ............................................. 153
Geautomatiseerde versnellings‐
bak ............................................. 153
Versnellingsbakdisplay ............153
Motor starten ........................... 154
Keuzehendel ........................... 154
Handgeschakelde modus ........155Elektronische rijprogramma's ..156
Storing ..................................... 157
Stroomonderbreking ................157
Remmen .................................... 157
Antiblokkeersysteem ...............157
Handrem .................................. 158
Remassistentie ........................159
Hellingrem ............................... 159
Rijregelsystemen .......................160
Traction Control .......................160
Elektronisch stabiliteitsprogramma (ESP) .. 161
Achteras met gedeeltelijke
blokkering ............................... 162
Bestuurdersondersteuningssys‐ temen ......................................... 163
Cruise control .......................... 163
Snelheidsbegrenzer ................166
Parkeerhulp ............................. 166
Achteruitkijkcamera .................168
Lane Departure Warning .........170
Brandstof ................................... 172
Brandstof voor dieselmotoren . 172
Tanken .................................... 172
Brandstofverbruik - CO 2-uitstoot
........................... 173
Trekhaak .................................... 174
Algemene informatie ...............174
Rijgedrag en aanhangertips ....174Aanhanger trekken ..................175
Aanhangerstabilisatie ..............176
Extra functies ............................. 176
PTO (krachtafnemer) ...............176
Page 162 of 267
160Rijden en bedieningRijregelsystemenTraction Control
Traction Control (TC) is een onder‐
deel van het elektronische stabiliteits‐
programma (ESP® Plus
) dat helpt bij
het behoud van de rijstabiliteit, onge‐ acht wegdek en grip van de banden,en voorkomt dat de wielen gaan door‐ slippen.
Zodra de aandrijfwielen beginnen
door te slaan, wordt het motorvermo‐
gen verminderd en wordt het wiel met de meeste slip afzonderlijk afgeremd.
Daardoor wordt de rijstabiliteit van de
auto op een glad wegdek aanmerke‐
lijk verbeterd.
TC is bedrijfsklaar zodra het contact
wordt ingeschakeld en de controle‐
lamp b op de instrumentengroep
dooft. Een bijbehorend bericht
verschijnt ook op het Driver Informa‐
tion Center 3 103.
Wanneer TC ingrijpt, knippert b.9 Waarschuwing
Laat u door dit speciale veilig‐
heidssysteem niet verleiden tot
een roekeloze rijstijl.
Snelheid aan de staat van het
wegdek aanpassen.
Controlelamp b 3 100.
Aanhangerstabilisatie (TSA) 3 176.
De functie Meer tractie
Indien nodig kan het Traction Control-
systeem (TC) worden uitgeschakeld
voor meer grip op zachte grond of
modderige of besneeuwde wegen:
Druk op Ø op het instrumentenpa‐
neel.
Controlelamp Ø brandt op de instru‐
mentengroep en er verschijnt een
bijbehorend bericht op het Driver
Information Center 3 103.
Wanneer de snelheid 50 km/u
bereikt, schakelt het systeem auto‐
matisch van Meer tractie naar TC.
Controlelamp Ø dooft op de instru‐
mentengroep.
U kunt TC weer activeren door
nogmaals op Ø te drukken. Contro‐
lelampje Ø dooft.
Page 163 of 267
Rijden en bediening161De TC wordt ook opnieuw geacti‐
veerd wanneer u het contact de
volgende keer weer inschakelt.
Storing
Als het systeem een storing detec‐
teert, gaat de controlelamp b 3 100
samen met A 3 98 op de instrumen‐
tengroep branden en verschijnt er
een bijbehorend bericht op het Driver Information Center 3 103.
Het Traction Control-systeem (TC) werkt niet. Oorzaak van de storingonmiddellijk door een werkplaats
laten verhelpen.
Boordinformatie 3 104.
Elektronisch
stabiliteitsprogramma (ESP)
Het elektronische stabiliteitspro‐
gramma (ESP® Plus
) verbetert zo
nodig de rijstabiliteit ongeacht de
staat van het wegdek of de grip van
de banden. Het voorkomt ook dat de
aangedreven wielen doorslaan.Zodra de auto dreigt uit te breken
(onderstuur/overstuur) wordt het
motorvermogen verminderd en
worden de wielen afzonderlijk afge‐
remd. Daardoor wordt de rijstabiliteit
van de auto op een glad wegdek
aanmerkelijk verbeterd.
ESP® Plus
is bedrijfsklaar zodra het
contact wordt ingeschakeld en de
controlelamp b op de instrumenten‐
groep dooft. Een bijbehorend bericht
verschijnt ook op het Driver Informa‐
tion Center 3 103.
Wanneer ESP® Plus
ingrijpt, gaat b
knipperen.9 Waarschuwing
Laat u door dit speciale veilig‐
heidssysteem niet verleiden tot
een roekeloze rijstijl.
Snelheid aan de staat van het
wegdek aanpassen.
Controlelamp b 3 100.
Aanhangerstabilisatie (TSA) 3 176.
De functie Meer tractie
Indien nodig kan ESP® Plus
worden
uitgeschakeld voor meer grip op
zachte grond of modderige of
besneeuwde wegen:
Druk op Ø op het instrumentenpa‐
neel.
Page 264 of 267
262Reparatie ongevalschade...........255
Reservewiel ............................... 215
Richtingaanwijzer ........................97
Richtingaanwijzers ..................... 112
Richtingaanwijzers vooraan ......192
Ritverslag.................................... 105
Roetfilter .................................... 144
Ruitbescherming........................... 80
Ruiten ........................................... 39
Rijgedrag en aanhangertips ......174
Rijhoogte .................................... 142
Rijregelsystemen ................160, 162
Rijverlichting ........................ 12, 102
S
Schakel motor uit ..........................99
Scheidingsrooster bagageruimte ..80
Schuifdeur ................................... 28
Selectieve katalysatorreductie ....145
Service ............................... 133, 225
Service-display ......................93, 98
Service-indicatie .......................... 98
Service-informatie ...................... 225
Sjorogen ...................................... 76
Sleepoog .................................... 220
Sleutels ........................................ 20
Sleutels, sloten ............................. 20
Sneeuwkettingen .......................209
Snelheidsbegrenzer .............91, 166
Snelheidsmeter ............................ 91Spanbanden ................................. 76
Spiegels .................................. 36, 38
Spiegelverstelling ..........................8
Sproeiervloeistof ........................184
Stadslichten ................................ 109
Startbeveiliging ............................ 36
Starten en bedienen ...................136
Starthulp gebruiken ...................218
Stoelpositie .................................. 45
Stoelverstelling ........................7, 46
Stoelverwarming ........................... 50
Stop/Start-systeem ...............17, 138
Stop-startsysteem....................... 102
Storing ....................................... 157
Storingsindicatielamp ..................98
Stroomonderbreking ..................157
Sturen ......................................... 135
Stuurbedieningsknoppen .............85
Stuurbekrachtigingsvloeistof ......183
Stuurwiel instellen .......................... 9
Stuurwielverstelling ...................... 85
Symbolen ....................................... 4
T
Tachograaf ......................... 102, 107
Tanken ....................................... 172
Technische gegevens ........232, 233
Te laag brandstofpeil .................101
Toerenteller ................................. 92
Top-Tether .................................... 64Traction Control .........................160
Trekhaak .................................... 175
Trekken....................................... 174
Trekken van een aanhanger ......175
Trekstang.................................... 174
Tripcomputer ............................. 105
Typeplaatje ................................ 231
U
Uitlaatgassen .............................. 144
Uitrol-brandstofafsluiter .............138
Uitstapverlichting .......................116
Uittrekbare handrem ...................158
USB-aansluiting ............................ 89
Uw autogegevens ..........................3
V Van banden- en velgmaat veranderen ............................. 208
Vaste luchtroosters ....................132
Veiligheidsgordel ...........................8
Veiligheidsgordels .......................54
Veiligheidsnet .............................. 80
Velgen en banden .....................204
Ventilatie ..................................... 117
Ventilatieopeningen ....................131
Verbanddoos ............................... 81
Vergrendelingssysteem ...............34
Verlichting ................................... 109
Verlichtingsfuncties..................... 116
Versnellingsbak ........................... 16