ESP OPEL VIVARO B 2016 Handleiding Infotainment (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2016, Model line: VIVARO B, Model: OPEL VIVARO B 2016Pages: 161, PDF Size: 2.13 MB
Page 133 of 161

Telefoon133TelefoonAlgemene aanwijzingen.............133
Verbinding .................................. 136
Bluetooth-verbinding ..................138
Noodoproep ............................... 143
Bediening ................................... 143
Mobiele telefoons en
CB-zendapparatuur  ..................153Algemene aanwijzingen
Het handsfree-telefoonsysteem biedt
u de mogelijkheid om via de micro‐
foon en luidsprekers van de auto mo‐ biele telefoongesprekken te voeren
en met het Infotainmentsysteem de
belangrijkste functies van de mobiele
telefoon te bedienen.
Om het handsfree-telefoonsysteem
te kunnen gebruiken, moet de mo‐
biele telefoon via  Bluetooth aangeslo‐
ten zijn.
Niet alle functies van het handsfree-
telefoonsysteem worden door elke mobiele telefoon ondersteund. Welke
telefoonfuncties mogelijk zijn, hangt
af van de desbetreffende mobiele te‐
lefoon en van de netwerkprovider.
Raadpleeg de bedieningsinstructies
voor uw mobiele telefoon of uw net‐
werkprovider.Belangrijke informatie voor de
bediening en de
verkeersveiligheid9 Waarschuwing
Het gebruik van het handsfree-te‐
lefoonsysteem tijdens het rijden
kan gevaarlijk zijn omdat uw con‐
centratie afneemt tijdens het tele‐
foneren. Parkeer de auto voordat
u het handsfree-telefoonsysteem
gebruikt.
Volg de voorschriften van het land op waarin u rijdt.
Volg ook de speciale voorschriften die in sommige gebieden gelden
op en zet uw mobiele telefoon al‐
tijd uit als mobiel telefoneren ver‐ boden is, als de mobiele telefoon
storing veroorzaakt of als zich ge‐
vaarlijke situaties kunnen voor‐
doen. 
Page 134 of 161

134Telefoon9Waarschuwing
Mobiele telefoons hebben invloed
op uw omgeving. Daarom zijn vei‐ ligheidsvoorschriften opgesteld
waarvan u zich op de hoogte moet stellen voordat u de telefoon ge‐
bruikt.
Bluetooth
Het telefoonportal is gecertificeerd
door de Bluetooth Special Interest
Group (SIG).
Meer informatie over de specificatie
vindt u op internet op http://www.blue‐
tooth.com
Telefoonbedieningselementen Bedieningselementen op het Infotain‐
mentsysteem of de stuurkolom:
● 6 TEL
- of -
● TEL
- of -
● yTELEFOON  op het 7 startme‐
nuscherm (NAVI 50)
- of -
TELEFOON  op het hoofdmenu‐
scherm (NAVI 80)
Druk hierop om het menu
Telefoon  te openen.
Bedieningselementen op de stuurko‐
lom:
● 7, 8 : Gesprek aannemen, ge‐
sprek beëindigen/weigeren.
- of -
● MODE/OK : Gesprek aannemen,
gesprek beëindigen/weigeren,
een handeling bevestigen.
● 5: Stemherkenning activeren/
deactiveren.
Afhankelijk van het Infotainmentsys‐
teem kunnen sommige functies van
het handsfree-telefoonsysteem ook
met stemherkenning worden bediend 3  130.Bediening van displayscherm
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Bediening van displayscherm
● In het display omhoog/omlaag bewegen: Draai  OK.
● Handelingen bevestigen: Druk op OK .
● Handelingen annuleren (en terug
naar vorige menu): Druk op  /.
CD35 BT USB - Bediening van
displayscherm
● In het display omhoog/omlaag bewegen: Draai aan de centrale
draaiknop.
● Handelingen bevestigen: Druk op de centrale draaiknop.
● Handelingen annuleren (en terug
naar vorige menu): Druk op  /.
NAVI 50 - Bediening van
displayscherm
Naar het menuscherm Telefoon
gaan: druk op  7, gevolgd door
y Telefoon  op het displayscherm. 
Page 135 of 161

Telefoon135De volgende submenu's zijn beschik‐
baar:
● Telefoonboek
● Gesprekkenlijsten
● Bellen
Druk op  S in de linkerbovenhoek om
tussen submenu's te wisselen.
● In het display omhoog/omlaag bewegen: Druk op  R of  S.
● Handelingen bevestigen: Druk op OK .
● Handelingen annuleren (en terug
naar vorige menu/startpagina):Druk op  r/7 .
NAVI 80 - Bediening van
displayscherm
Om het menu "Telefoon" te openen
vanuit de startpagina, drukt u op MENU , gevolgd door  Telefoon op het
displayscherm.
De volgende submenu's zijn beschik‐ baar:
● Telefoonboek
● Gesprekkenlijsten
● Een nummer kiezen●Voicemail
● Instellingen
● In het display omhoog/omlaag bewegen: Druk op  4 of  1.
● Handelingen annuleren ( en/of te‐
rug naar vorige menu): Druk op
r .
● Pop-upmenu openen (bijv. om contactpersonen toe te voegenaan een favorietenlijst): Druk op
< .
Let op
U hebt op elk moment toegang tot de
favorieten door op de startpagina op f  te drukken.
Toetsenborden op het display
bedienen
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Toetsenborden op het display
bedienen
Binnen het numerieke toetsenbord op het displayscherm bewegen en te‐
kens erop invoeren: Draai aan en
druk op  OK.Ingevoerde gegevens kunnen wor‐
den gecorrigeerd met het toetsen‐
bordteken ←.
Druk op  / om niet meer met het toet‐
senbord te werken en terug naar het
vorige scherm te gaan.
CD35 BT USB - Toetsenborden op
het display bedienen
Binnen zowel het alfabetische en het
numerieke toetsenbord op het dis‐
playscherm bewegen en tekens erop
invoeren: Draai aan de centrale draai‐ knop en druk deze in.
Ingevoerde gegevens kunnen wor‐
den gecorrigeerd met het toetsen‐
bordteken ←.
Druk op  / om niet meer met het toet‐
senbord te werken en terug naar het
vorige scherm te gaan.
NAVI 50, NAVI 80 - Toetsenborden
op het display bedienen
Gebruik de aanraaktoetsen op het
displayscherm om tekens in te voeren en tussen tekens te bewegen met het
numerieke toetsenbord. 
Page 136 of 161

136TelefoonIngevoerde gegevens kunnen wor‐
den gecorrigeerd met het toetsen‐
bordteken  k.
Druk op  r om niet meer met het toet‐
senbord te werken en terug naar het
vorige scherm te gaan.
Verbinding
Een mobiele telefoon moet op het
handsfree-telefoonsysteem zijn aan‐
gesloten om de functies ervan te re‐
gelen via het Infotainmentsysteem.
Er kan geen telefoon op het systeem
zijn aangesloten tenzij deze eerst ge‐
koppeld is. Raadpleeg het gedeelte
Bluetooth-verbinding  (3  138) voor
het koppelen van een mobiele tele‐ foon aan het handsfree-telefoonsys‐
teem via Bluetooth.
Bij ingeschakeld contact zoekt het
handsfree-telefoonsysteem naar ge‐
koppelde telefoons in de omgeving.
Bluetooth  moet geactiveerd zijn op de
mobiele telefoon; anders herkent het
handsfree-telefoonsysteem de tele‐
foon niet. Het zoeken gaat door toteen gekoppelde telefoon is gevon‐
den. Een displaybericht geeft aan dat de telefoon is aangesloten.
Let op
Wanneer een Bluetooth-verbinding
actief is, wordt bij gebruik van het
handsfree-telefoonsysteem de bat‐
terij van de mobiele telefoon sneller
ontladen.
Automatische verbinding
Uw telefoon wordt wellicht alleen au‐
tomatisch verbonden terwijl het sys‐
teem ingeschakeld is, als de automa‐ tische  Bluetooth -verbindingsfunctie
op uw mobiele telefoon geactiveerd is; raadpleeg de bedieningsinstruc‐
ties van de mobiele telefoon.
Let op
Afhankelijk van het Infotainmentsys‐
teem wordt, wanneer een gekop‐
pelde telefoon opnieuw wordt ver‐
bonden of wanneer 2 gekoppelde te‐ lefoons zich binnen het bereik van
het handsfree-telefoonsysteem be‐
vinden, ofwel de telefoon met voor‐
rang (indien gedefinieerd) ofwel de
laatst verbonden telefoon automa‐
tisch verbonden, zelfs als deze tele‐foon zich buiten de auto maar nog
binnen het bereik van het handsfree- telefoonsysteem bevindt.
Tijdens een automatisch verbinding
schakelt de conversatie automatisch
naar de microfoon en luidsprekers
van de auto als een gesprek reeds
aan de gang is.
Als de verbinding mislukt: ● controleer of de telefoon inge‐ schakeld is
● controleer of de batterij van de telefoon niet leeg is
● controleer of de telefoon reeds gekoppeld is
De Bluetooth-functie van de mobiele
telefoon en van het handsfree-tele‐
foonsysteem moet ingeschakeld zijn
en de mobiele telefoon moet geconfi‐
gureerd zijn om het verbindingsver‐
zoek van het systeem te accepteren. 
Page 138 of 161

138TelefoonCD35 BT USB - Telefoon
ontkoppelen
Voor het ontkoppelen van een tele‐ foon van het Infotainmentsysteemdrukt u op  SETUP / TEXT  en selec‐
teert u  Bluetooth-verbinding . Selec‐
teer het gewenste apparaat uit de ap‐ paratenlijst en selecteer vervolgensApparaat loskoppelen  door de cen‐
trale draaiknop te draaien en in te
drukken. Een displaybericht bevestigt
het ontkoppelen van de telefoon.
NAVI 50 - Telefoon ontkoppelen
Om een telefoon van het Infotain‐
mentsysteem te ontkoppelen drukt u,
afhankelijk van de versie, op  7, ge‐
volgd door  ÿINSTELLINGEN  en dan
Bluetooth  op het displayscherm (of
selecteer  yTelefoon  op de startpa‐
gina).
Selecteer vervolgens  Bluetooth-
apparatenlijst bekijken  en druk op de
aangesloten telefoon die op de weer‐ gegeven lijst staat, om hem te ont‐
koppelen;  I verschijnt naast de tele‐
foon om het ontkoppelen aan te dui‐
den.NAVI 80 - Telefoon ontkoppelen
Om vanuit de startpagina een tele‐
foon te ontkoppelen van het Infotain‐
mentsysteem, drukt u op  MENU, ge‐
volgd door  Telefoon en Instellingen
op het displayscherm.
Selecteer vervolgens  Apparaten
beheren . Selecteer in de getoonde
lijst de verbonden telefoon die ont‐ koppeld moet worden.
Telefoon met voorrang definiëren
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Telefoon met voorrang definiëren
De telefoon met voorrang is de laatst
verbonden telefoon.
Na het inschakelen van het contact
zal het handsfree-telefoonsysteem
eerst naar de telefoon met voorrangs‐
koppeling gaan zoeken. Het zoeken
gaat door tot een gekoppelde tele‐
foon is gevonden.
CD35 BT USB - Telefoon met
voorrang definiëren
De telefoon met voorrang is de laatst
verbonden telefoon.Na het inschakelen van het contact
zal het handsfree-telefoonsysteem
eerst naar de telefoon met voorrangs‐ koppeling gaan zoeken. Het zoeken
gaat door tot een gekoppelde tele‐
foon is gevonden.
Bluetooth-verbinding Bluetooth is een radiografische norm
voor het draadloos verbinden van
bijv. een telefoon met andere appa‐
ratuur.
Informatie zoals een contactlijst voor de mobiele telefoon en gesprekken‐
lijsten kunnen worden overgedragen. Welke functies er beschikbaar zijn,hangt af van het model telefoon.
Voorwaarden Aan de volgende voorwaarden moetworden voldaan om een Bluetooth-
compatibele mobiele telefoon via het
Infotainmentsysteem te regelen:
● De Bluetooth-functie van het In‐ fotainmentsysteem moet geacti‐
veerd zijn. 
Page 143 of 161

Telefoon143Druk in de startpagina op MENU, ge‐
volgd door  Telefoon en Instellingen
op het displayscherm.
Selecteer  Apparaten beheren  en druk
op  < om een pop-upmenu te openen.
Selecteer vervolgens  Verwijderen en
verwijder het geselecteerde apparaat van de lijst.
Noodoproep9 Waarschuwing
Het tot stand brengen van de ver‐
binding kan niet onder alle om‐
standigheden worden gegaran‐
deerd. Vertrouw daarom niet al‐
leen op een mobiele telefoon bij
gesprekken van levensbelang
(bijv. bij het inroepen van medi‐
sche hulp).
Voor sommige netwerken kan het
noodzakelijk zijn dat er op de juiste manier een geldige simkaart in de
mobiele telefoon is aangebracht.
9 Waarschuwing
Denk eraan dat u met uw mobiele
telefoon alleen kunt bellen en ont‐ vangen indien u zich in een gebied
bevindt met een voldoende sterk
signaal.
Onder bepaalde omstandigheden
kunnen nooddiensten niet op alle
mobiele telefoonnetwerken wor‐
den gebeld; mogelijkerwijs kun‐
nen deze oproepen ook niet ge‐
daan worden wanneer bepaalde
netwerkdiensten en/of telefoon‐
functies actief zijn. Raadpleeg uw
netwerkprovider voor meer infor‐
matie.
Het alarmnummer verschilt afhan‐ kelijk van het land of de regio. Wij
raden u aan het juiste alarmnum‐
mer voor het relevante land of de
relevante regio van tevoren op te
vragen.
Kies het alarmnummer (zie "Bedie‐
ning"  3 143); er wordt verbinding ge‐
maakt met de alarmcentrale.
Beantwoord de vragen van het per‐
soneel over de noodoproep.
9 Waarschuwing
Beëindig het gesprek pas als de
alarmcentrale u daarom vraagt.
NAVI 50
Het alarmnummer voor de huidige lo‐
catie zien: Druk op  7, gevolgd door
s KAART  (beschikbaar afhankelijk
van de versie) op het displayscherm.
Druk op  Opties en vervolgens op
Waar ben ik? .
Wanneer het scherm  Waar ben ik?
verschijnt, drukt u op  Opties, gevolgd
door  Landinformatie  op het display‐
scherm: Het alarmnummer (bijv. 112) verschijnt op het display.
Bediening
Inleiding Wanneer een Bluetooth-verbinding
tot stand is gebracht tussen uw mo‐
biele telefoon en het handsfree-tele‐
foonsysteem, kunnen bepaalde func‐ ties van uw mobiele telefoon via de 
Page 144 of 161

144Telefoonbedieningselementen van het
Infotainmentsysteem of het display
worden bediend.
Het is bijvoorbeeld mogelijk om de
contacten en telefoonnummers die in
uw mobiele telefoon zijn opgeslagen, in het handsfree-telefoonsysteem te
importeren.
Nadat de verbinding tot stand is ge‐
bracht, worden de gegevens van de
mobiele telefoon naar het handsfree-
telefoonsysteem gezonden. Afhanke‐ lijk van het model telefoon kan dit
enige tijd duren. Tijdens deze periode is het bedienen van de mobiele tele‐foon via het Infotainmentsysteem
slechts beperkt mogelijk.
Let op
Niet elke mobiele telefoon onder‐ steunt de functies van het hands‐
free-telefoonsysteem. Daarom kan
het bereik aan beschreven functies
afwijken.Menu Telefoon
Het  Telefoon -menu weergeven:
● druk op  6TEL
- of -
● druk op  TEL
- of -
● druk op  7, gevolgd door
y Telefoon  op het displayscherm
(NAVI 50)
druk vanuit de startpagina op
MENU , gevolgd door  Telefoon op
het displayscherm (NAVI 80)
Volumeregeling
R15 BT, R16 BT USB, CD16 BT,
CD18 BT USB - Volumeregeling
Draai tijdens een oproep aan  m of
druk op  ! of  # (op de knoppen op de
stuurkolom) om het volume van de
oproep te wijzigen.
CD35 BT USB - Volumeregeling
Om het volume voor gesprekken,
stemherkenning of de beltoon vooraf
in te stellen, drukt u opSETUP / TEXT  en selecteert u  Tele‐
fooninstellingen  uit het instellingen‐
menu, gevolgd door  Volume.
Selecteer de gewenste optie (bijv.
Beltoonvolume ) en stel het volume af
met de centrale draaiknop.
Draai tijdens een oproep aan de vo‐
lumedraaiknop of druk op  ! of  # (op
de knoppen op de stuurkolom) om het volume van de oproep te wijzigen.
NAVI 50 - Volumeregeling
Druk tijdens een gesprek op   ] of  <
van het Infotainmentsysteem om het
gespreksvolume te wijzigen.
Druk eventueel (met de knoppen op
de stuurkolom) op   ! of  #.
NAVI 80 - Volumeregeling
Draai tijdens een gesprek aan  X op
het Infotainmentsysteem om het ge‐
spreksvolume te wijzigen.
Druk eventueel (met de knoppen op
de stuurkolom) op   ! of  #. 
Page 145 of 161

Telefoon145Een telefoonnummer bellenEr zijn verschillende opties beschik‐
baar voor het bellen van telefoon‐
nummers, waaronder het bellen van
een contact in het telefoonboek of
vanuit een gesprekkenlijst. Nummers
kunnen natuurlijk ook handmatig wor‐
den gekozen.
Handmatig een nummer invoeren
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Handmatig een nummer invoeren
Terwijl het  Telefoon-menu wordt
weergegeven, selecteert u  Kiezen uit
de lijst.
Voer het gewenste nummer in met
het numerieke toetsenbord ( 3 133)
en selecteer  7 om het kiezen te star‐
ten.
Kies het laatste nummer opnieuw
door  TEL ingedrukt te houden.
CD35 BT USB - Handmatig een
nummer invoeren
Terwijl het  Telefoon-menu wordt
weergegeven, selecteert u  Nummer
kiezen  uit de lijst.Voer het gewenste nummer in met
het numerieke toetsenbord ( 3 133)
en selecteer het pictogram  y op het
display. Druk op de centrale draai‐
knop om het kiezen te starten.
NAVI 50 - Handmatig een nummer
invoeren
Als het menu  yTelefoon  wordt weer‐
gegeven, drukt u op  S in de linkerbo‐
venhoek en selecteert u  Kiezen uit de
lijst.
Voer het gewenste nummer in met
het numerieke toetsenbord en selec‐
teer  y om het kiezen te starten.
Raadpleeg (NAVI 50) "Toetsenbor‐
den op het display bedienen" in het
hoofdstuk "Algemene informatie"
3  133.
Ingevoerde gegevens kunnen wor‐
den gecorrigeerd met het toetsen‐
bordteken  k. Houd  k ingedrukt om
alle nummers tegelijk te wissen.
NAVI 80 - Handmatig een nummer
invoeren
Druk in de startpagina op  MENU, ge‐
volgd door  Telefoon en Een nummer
kiezen  op het displayscherm.Voer het gewenste nummer in met
het numerieke toetsenbord en druk
op  Bellen  om het kiezen te starten.
Ingevoerde gegevens kunnen wor‐
den gecorrigeerd met het toetsen‐
bordteken  k.
Telefoonboek Het telefoonboek telefoon bevat con‐tactlijsten die alleen beschikbaar zijn
voor de huidige autogebruiker. Van‐
wege vertrouwelijkheidsredenen kan
elke gedownloade contactenlijst al‐
leen worden bekeken wanneer de bij‐
behorende telefoon is aangesloten.
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Telefoonboek
Nadat de mobiele telefoon aan het In‐ fotainmentsysteem is gekoppeld,
wordt de contactlijst van de mobiele
telefoon naar het handsfree-telefoon‐
systeem gedownload.
Om een nummer uit het telefoonboek
van de telefoon te kiezen terwijl het
menu  Telefoon  wordt weergegeven, 
Page 146 of 161

146Telefoonselecteert u Telefoonboek  en het ge‐
wenste contact uit de alfabetische
lijst. Druk op  OK om het kiesproces te
starten.
CD35 BT USB - Telefoonboek
Na het tot stand brengen van de ver‐
binding wordt de contactlijst van de
mobiele telefoon naar het handsfree-
telefoonsysteem gedownload. Tel‐
kens wanneer de telefoon wordt aan‐
gesloten, wordt het telefoonboek van
het systeem automatisch bijgewerkt.
U kunt het telefoonboek ook handma‐ tig bijwerken terwijl de telefoon is aan‐
gesloten. Selecteer hiervoor het
menu  Telefooninstellingen , gevolgd
door  Bijwerken . Selecteer de optie
Bijwerken  en bevestig deze door de
centrale draaiknop te draaien en in te drukken.
Er kunnen maximaal 500 contacten
en 4 nummers per contact worden ge‐
download. Wanneer de opslagcapa‐
citeit wordt overschreden, verschijnt er een oproep om overtollige contac‐
ten te verwijderen. Gewiste contacten blijven in de mobiele telefoon opge‐slagen, maar worden uit het geheu‐
gen van het systeem gewist.Een nummer vanuit het telefoonboek
bellen
Om een nummer uit het telefoonboek
te kiezen terwijl het menu  Telefoon
wordt weergegeven, selecteert u  Te‐
lefooninstellingen  om de contacten‐
lijst weer te geven.
Selecteer de eerste letter van de ge‐
wenste naam door aan de centrale
draaiknop te draaien. Druk op de
knop om de contacten voor die letter,
indien van toepassing, weer te geven.
Draai de draaiknop om het gewenste
contact te selecteren en druk de knop in om de bijbehorende gegevens
weer te geven. Selecteer het betref‐
fende nummer voor het contact en
druk op de knop om het kiezen te
starten.Contacten toevoegen aan telefoon‐
boek
U kunt contacten aan het telefoon‐
boek toevoegen door de volgende
menuopties te selecteren:
● Telefooninstellingen
● Contact toevoegenGebruik de alfabetische en nume‐
rieke toetsenborden ( 3 133) om een
naam en maximaal 4 nummers in te
voeren voor het nieuwe contact.
Verkeerde namen en nummers die
via de toetsenborden zijn ingevoerd, kunnen ook tijdens het aanmaken
van het contact worden verwijderd.
NAVI 50 - Telefoonboek
Nadat de mobiele telefoon aan het In‐ fotainmentsysteem is gekoppeld,
wordt de contactlijst van de mobiele
telefoon naar het handsfree-telefoon‐
systeem gedownload.
Als het menu  yTelefoon  wordt weer‐
gegeven, drukt u op  S in de linkerbo‐
venhoek en selecteert u
Telefoonboek  uit de lijst.
Om een nummer uit het telefoonboek
te kiezen, selecteert u de gewenste
contactpersoon uit de lijst.
In plaats daarvan kunt u op het dis‐
play op  Zoeken op naam  drukken en
vervolgens de naam van de contact‐
persoon invoeren met behulp van het
toetsenbord. 
Page 147 of 161

Telefoon147Raadpleeg (NAVI 50) "Toetsenbor‐
den op het display bedienen" in het hoofdstuk "Algemene informatie"
3  133.
NAVI 80 - Telefoonboek
Nadat de mobiele telefoon aan het In‐ fotainmentsysteem is gekoppeld,
wordt de contactlijst van de mobiele
telefoon naar het handsfree-telefoon‐
systeem gedownload.
Let op
Het delen van gegevens moet wor‐ den toegestaan op uw telefoon.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing
van uw mobiele telefoon of neem
contact op met uw netwerkprovider.
De functie "Telefoongegevens auto‐ matisch downloaden" moet even‐
eens worden ingeschakeld in het
menu Telefooninstellingen van het
infotainmentsysteem. Raadpleeg
(NAVI 80) "Telefooninstellingen"
hieronder.
Druk in de startpagina op  MENU, ge‐
volgd door  Telefoon en
Telefoonboek  op het displayscherm.Om een nummer uit het telefoonboek
te kiezen, selecteert u de gewenste
contactpersoon uit de lijst. Als een
contactpersoon meer dan één opge‐
slagen nummer heeft, selecteer dan
het gewenste nummer wanneer daar
om wordt gevraagd.
Na de eerste koppeling van de tele‐
foon met het Infotainmentsysteem,
kan het systeem worden bijgewerkt
met de nieuwste contacten op uw mo‐
biele telefoon. Druk op  < om een pop-
upmenu te openen en selecteer
Telefoongegevens bijwerken . Selec‐
teer zo nodig  Help in het pop-upmenu
voor ondersteuning.
Om een contactpersoon aan uw fa‐
vorietenlijst toe te voegen, drukt u op
<  en selecteert u  Contact aan de
favorietenpagina toevoegen .
Let op
U hebt op elk moment toegang tot de
favorieten door op de startpagina op f  te drukken.
Ga voor meer informatie naar
(NAVI 80) "Favorieten" in het hoofd‐
stuk "Inleiding"  3 25.Gesprekkenlijsten
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Gesprekkenlijsten
Om een nummer uit de gesprekken‐
lijsten te kiezen (bijv. gekozen num‐
mers, ontvangen oproepen, gemiste oproepen), selecteert u de relevante
optie, bijv.  Recente oproepen  uit het
menu  Gesprekkenlijst . Selecteer het
gewenste contact en druk op  OK om
het kiesproces te starten.
CD35 BT USB - Gesprekkenlijsten
Om een nummer uit de gesprekken‐
lijsten (bijv. gekozen nummers, ont‐
vangen oproepen, gemiste oproe‐
pen) te kiezen, selecteert u de rele‐
vante optie, bijv.  Gekozen nummers
uit het menu  Geschiedenis . Selecteer
het gewenste contact en druk op de centrale draaiknop om het kiezen te
starten.
NAVI 50 - Gesprekkenlijsten
Nadat de mobiele telefoon aan het In‐ fotainmentsysteem is gekoppeld,
wordt de lijst met gekozen nummers,