infotainment OPEL VIVARO B 2016 Handleiding Infotainment (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2016, Model line: VIVARO B, Model: OPEL VIVARO B 2016Pages: 161, PDF Size: 2.13 MB
Page 1 of 161

OPEL VIVARO / MOVANOHandleiding Infotainment
Page 4 of 161

4InleidingInleidingAlgemene aanwijzingen.................4
Overzicht bedieningselementen ....7
Antidiefstalfunctie ......................... 24 Gebruik ........................................ 25
Geluidsinstellingen ......................39
Volume-instellingen .....................41
Systeeminstellingen .....................43Algemene aanwijzingen
Het Infotainmentsysteem levert state- of-the-art informatie en vermaak in de
auto.
De radio is uitgerust met kanaalvoor‐
keuren die kunnen worden toegewe‐
zen voor FM-, AM- en DAB-frequen‐
tiebereik.
De audiospeler speelt audio-cd's,
mp3-cd's en ook wma-cd's af.
Externe gegevensopslagapparaten,
bijv. iPod, mp3-speler of USB-stick of een draagbare speler kunnen op het
Infotainmentsysteem worden aange‐
sloten. Externe geluidsbronnen kun‐ nen ook via Bluetooth worden aange‐
sloten.
De digitale soundprocessor biedt di‐
verse vooraf ingestelde klankinstellin‐ gen, waarmee u het geluid kunt opti‐
maliseren.
De dynamische routeplanning van
het navigatiesysteem brengt u op be‐
trouwbare wijze naar uw bestemming
en kan u helpen files en andere an‐
dere knelpunten te vermijden.Als optie kan het Infotainmentsys‐
teem worden gebruikt met de bedie‐ ningselementen op de stuurkolom, of
via het stemherkenningssysteem.
Het Infotainmentsysteem kan ook
worden uitgerust met een handsfree-
telefoonsysteem.
Door het goeddoordachte design van de bedieningselementen en de dui‐
delijke displays kunt u het systeem
gemakkelijk en intuïtief bedienen.
Let op
Deze handleiding beschrijft alle voor
de diverse Infotainmentsystemen
beschikbare opties en functies. Be‐
paalde beschrijvingen, zoals die
voor display- en menufuncties, gel‐
den vanwege de modelvariant,
landspecifieke uitvoeringen, speci‐
ale uitrusting en toebehoren wellicht
niet voor uw auto.
Page 5 of 161

Inleiding5Belangrijke informatie over de
bediening en de
verkeersveiligheid9 Waarschuwing
Rijd altijd veilig wanneer u het in‐
fotainment-systeem gebruikt.
Stop bij twijfel de auto voordat u het infotainment-systeem bedient.
Radio-ontvangst
Tijdens de radio-ontvangst kan gesis,
geruis, signaalvervorming of signaal‐
uitval optreden door:
● wijzigingen in de afstand tot de zender
● ontvangst van meerdere signa‐ len tegelijk door reflecties
● obstakels
Bij een slechte radio-ontvangst daalt
het volume automatisch voor een mi‐
nimaal storend effect.
Gebruik van deze handleiding
● Deze handleiding beschrijft func‐
ties waarover uw auto al dan niet beschikt aangezien deze optio‐
neel zijn of vanwege wijzigingen
na het ter perse gaan van deze
handleiding. Raadpleeg de aan‐
koopdocumentatie om na te gaan
of alle functies op de auto aan‐
wezig zijn.
● Mogelijk zijn bepaalde bedie‐ ningselementen en omschrij‐
vingen, waaronder symbolen, displays en menufuncties, niet op uw auto van toepassing wanneerer sprake is van een modelvari‐
ant, afwijkende landenspecifica‐
ties of speciale uitrusting of ac‐
cessoires.
● De inhoudsopgave aan het begin
van de handleiding en in de af‐
zonderlijke paragrafen geeft aan
waar u de informatie die u zoekt
kunt vinden.
● Met behulp van het trefwoorden‐ register kunt u specifieke infor‐matie zoeken.● De displays van het voertuig on‐ dersteunen mogelijkerwijs uw
taal niet.
● Displayteksten en opschriften in het interieur zijn vet gedrukt.
● De bediening die in deze hand‐ leiding wordt gegeven, verwijst
naar de bedieningselementen van het Infotainmentsysteem.
Voor gelijke bedieningselemen‐
ten op de stuurkolom kunt u het
overzicht van de bedieningsele‐
menten raadplegen 3 7.
Waarschuwing en voorzichtig9 Waarschuwing
Teksten met de vermelding
9 Waarschuwing wijzen op een
mogelijk gevaar voor ongelukken
of verwondingen. Het niet naleven
van deze richtlijnen kan tot ver‐
wondingen leiden.
Page 24 of 161

24InleidingBedieningselementen op
stuurkolom - Type C1 SOURCE/AUDIO -
Audiobron wijzigen ................25
2 78 ...................................... 133
Telefoongesprek
aannemen/beëindigen ........143
@ - Geluidsonderdrukking
inschakelen/opheffen ............25
3 5 - Stemherkenning
activeren ............................. 130
4 ! - Volume verhogen, ge‐
luidsonderdrukking
inschakelen/opheffen ............25
5 # - Volume verlagen, ge‐
luidsonderdrukking
inschakelen/opheffen ............25
6 MODE/OK - Handelingen
bevestigen, audiomodus
wijzigen ................................. 48
Telefoongesprek
aannemen/beëindigen ........143
7 Draaien: Displaymenu-
opties oproepen,
volgende/vorige
radiovoorkeur/
radiofrequentie/
audionummer ....................... 48Antidiefstalfunctie
Afhankelijk van het Infotainmentsys‐
teem is een elektronisch beveiligings‐ systeem inbegrepen om diefstal te
ontmoedigen. Het Infotainmentsys‐ teem werkt alleen in uw auto en is
daarom voor een dief waardeloos.
De beveiligingscode (apart geleverd)
moet worden ingevoerd bij het eerste
gebruik van het systeem en na lange
onderbrekingen van de voeding.
Let op
De beveiligingscode is niet vereist
voor R16 BT USB, CD18 BT USB.
Beveiligingscode invoeren
Wanneer het Infotainmentsysteem voor heet eerst wordt ingeschakeld,
verschijnt een bericht op het display‐
scherm om een beveiligingscode in te voeren, bijv. Radiocode, gevolgd
door 0000. Afhankelijk van het Info‐
tainmentsysteem is het mogelijk dat
het bericht alleen na een korte vertra‐
ging verschijnt.
Om het eerste cijfer van de beveili‐
gingscode in te voeren, drukt u her‐
haalde malen op de cijfertoets 1 op de
Page 25 of 161

Inleiding25eenheid totdat het gewenste nummer
wordt weergegeven. Voer op de‐
zelfde manier het tweede, derde en
vierde cijfer in met de toetsen 2,
3 en 4.
Wanneer de volledige code wordt
weergegeven, houdt u de toets 6 in‐
gedrukt tot er een akoestisch signaal
klinkt. Het systeem is ontgrendeld
wanneer de correcte code is inge‐
voerd.
NAVI 50 : Voer de beveiligingscode in
met behulp van de genummerde toet‐ sen 0 tot 9 op het aanraakscherm. Het
systeem is ontgrendeld wanneer de correcte code is ingevoerd.
Verkeerde code ingevoerd
Afhankelijk van het Infotainmentsys‐
teem wordt, nadat de beveiligings‐
code verkeerd is ingevoerd, een be‐
richt voor verkeerde code, bijv.
Codefout , gevolgd door een aftel‐
waarde, bijv. Wacht 100 , weergege‐
ven.
Wacht totdat het aftellen is afgelopen en voer dan de juiste code in. Elke
keer dat de code verkeerd wordt in‐gevoerd, kan de afteltijd worden ver‐
dubbeld, afhankelijk van het Infotain‐
mentsysteem.
Geografisch gebied veranderen Wanneer de beveiligingscode is inge‐
voerd, kunt u, afhankelijk van het In‐
fotainmentsysteem, gevraagd wor‐
den een geografisch gebied te kie‐
zen, bijvoorbeeld:
● Europa
● Azië
● Arabië
● Amerika
Schakel het Infotainmentsysteem uit
en druk tegelijk op de toets 1 en 5 en
m . Druk vervolgens op _ of 6 totdat
het gewenste gebied op het display‐
scherm wordt gemarkeerd en stel het in met toets 6.Gebruik
Bedieningselementen van
Infotainment
Het Infotainmentsysteem wordt be‐
diend met toetsen, draaiknoppen en/of displaymenu's.
Invoer kan plaatsvinden via: ● de centrale bedieningseenheid in
het instrumentenpaneel 3 7 of
● de bedieningselementen op de stuurkolom 3 7
● het stemherkenningssysteem (indien beschikbaar) 3 128
● het aanraakscherm (NAVI 50, NAVI 80) 3 7
Het Infotainmentsysteem in- of
uitschakelen
Schakel het Infotainmentsysteem
met X in.
De eerder gebruikte audiobron is ac‐
tief.
Druk op X (of houd deze ingedrukt,
afhankelijk van het Infotainmentsys‐
teem) om het Infotainmentsysteem
weer uit te schakelen.
Page 26 of 161

26InleidingLet op
Wanneer het infotainmentsysteem
is uitgeschakeld, wordt de klok weer‐ gegeven.NAVI 50:
Het Infotainmentsysteem schakelt
automatisch in/uit wanneer het con‐ tact in/uit wordt geschakeld. Of druk
zo nodig op X.
Let op
Wanneer het Infotainmentsysteem
is uitgeschakeld, worden de klok en
de buitentemperatuur (afhankelijk
van de versie) weergegeven.NAVI 80:
Het Infotainmentsysteem schakelt
automatisch in wanneer het contact
wordt ingeschakeld. Of druk zo nodig op X.
De volgende opties worden getoond: ● Instellingen wijzigen (om het de‐
len van gegevens goed te keuren of te weigeren)
Let op
Als het delen van gegevens is uitge‐
schakeld, werken bepaalde toepas‐ singen wellicht niet naar behoren.● Taal (om de systeemtaal te wijzi‐
gen)
● Gereed (om door te gaan naar de
startpagina)
Het Infotainmentsysteem schakelt automatisch uit wanneer u het con‐
tact uitschakelt en het bestuurders‐
portier opent. Of druk zo nodig op X.
Let op
Wanneer het infotainmentsysteem
is uitgeschakeld, worden de klok en
de buitentemperatuur weergege‐ ven.
Automatisch uitschakelen
Bij uitgeschakeld contact wordt het
Infotainmentsysteem automatisch
korte tijd na de invoer van de laatste
gebruiker uitgeschakeld, als het Info‐
tainmentsysteem met X ingescha‐
keld wordt. Afhankelijk van het Info‐
tainmentsysteem wordt het na 5 tot
20 minuten automatisch uitgescha‐ keld.
Als u X opnieuw indrukt, blijft het In‐
fotainmentsysteem nog eens 5 tot 20 minuten actief.Volume instellen
Draai aan de volumedraaiknop X of
druk op < of ].
Druk eventueel (met de knoppen op
de stuurkolom) op ! of #.NAVI 50:
Afhankelijk van de versie is het mo‐ gelijk om verschillende volumeni‐
veaus apart in te stellen (inclusief au‐ diospelers, verkeersberichten, navi‐
gatie-instructies, telefoongesprekken
en beltoon).
Druk in de startpagina op
ÿ Instellingen en dan op Audio, ge‐
volgd door Geluid op het display‐
scherm.
Raadpleeg (NAVI 50) "Volume-instel‐ lingen" 3 41.NAVI 80:
Om vanuit de startpagina de verschil‐
lende volumeniveaus (zoals voor na‐
vigatieaanwijzingen, verkeersberich‐
ten en telefoongesprekken) afzonder‐
lijk in te stellen, drukt u op MENU, ge‐
volgd door Systeem en Geluid op het
displayscherm.
Page 27 of 161

Inleiding27Raadpleeg (NAVI 80) "Systeemin‐
stellingen" 3 43.
Opgeslagen volume
Als het Infotainmentsysteem wordt
uitgeschakeld, wordt het huidige vo‐
lume opgeslagen.
Snelheidsafhankelijk volume
Wanneer snelheidsafhankelijk vo‐
lume ( 3 41) wordt geactiveerd,
wordt het volume automatisch aan‐
gepast om weg- en windlawaai te
compenseren.
Geluidsonderdrukking
Om het geluid van de huidige bron
(afhankelijk van het Infotainmentsys‐
teem) te onderdrukken drukt u kort op
X of draait u de knop helemaal
linksom.
Druk eventueel (met de knoppen op
de stuurkolom) op @ of 8 of druk te‐
gelijkertijd op ! en #.
Geluidsonderdrukking opheffen
Om de geluidsonderdrukking op te
heffen (afhankelijk van het Infotain‐ mentsysteem) drukt u weer kort op
X of draait u de knop rechtsom.Eventueel (met de knoppen op de
stuurkolom): Druk weer op @ of druk
weer tegelijkertijd op ! en #.
Let op
Wanneer verkeersinformatie wordt
uitgezonden, wordt de geluidson‐
derdrukking van het systeem auto‐
matisch uitgeschakeld.
Raadpleeg voor meer informatie
"Radio Data System" 3 55.
Bediening van displayscherm
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Bediening van displayscherm
● In het display omhoog/omlaag bewegen: Draai OK.
● Handelingen bevestigen: Druk op OK .
● Handelingen annuleren (en terug
naar vorige menu): Druk op /.CD35 BT USB - Bediening van
displayscherm
● In het display omhoog/omlaag bewegen: Draai aan de centrale
draaiknop.
● Handelingen bevestigen: Druk op de centrale draaiknop.
● Handelingen annuleren (en terug
naar vorige menu): Druk op /.
NAVI 50 - Bediening van
displayscherm
Gebruik het aanraakscherm voor de
volgende menu's die in de afzonder‐
lijke hoofdstukken worden beschre‐
ven:
● è/ñ RADIO
Raadpleeg het hoofdstuk "Radio"
3 48.
● t/ü MEDIA
Raadpleeg het hoofdstuk "USB- poort" 3 66.
● yTELEFOON
Raadpleeg het hoofdstuk "Tele‐ foon" 3 133.
Page 29 of 161

Inleiding29Raadpleeg (NAVI 80) "Bedie‐
ningsstanden" hieronder.
● tSysteem
Raadpleeg (NAVI 80) "Systeem‐
instellingen" 3 43.
● i: Naar vorige pagina
● j: Naar volgende pagina
● <: Pop-upmenu openen
● r: Terug naar vorige menu
U kunt het displayscherm ook bedie‐
nen met de onderstaande knoppen
op het paneel van het Infotainment‐
systeem:
● ;: Startpagina
● R: Lijsten weergeven; kaart om‐
hoog
Schuiven; schaal aanpassen
● Toets in het midden: Menukeuze,
acties bevestigen
● S: Lijsten weergeven; kaart om‐
laag
Schuiven; schaal aanpassenLet op
Afhankelijk van het voertuigmodel
wordt de bediening van het aanraak‐
scherm mogelijk beperkt tijdens het
rijden.
Bedieningsstanden
Radio
Audiobron overschakelen op radio:
Druk, afhankelijk van het Infotain‐
mentsysteem, op RADIO,
RADIO/CD of AUDIO/SOURCE .NAVI 50
U kunt op ieder gewenst moment naar het menu Radio gaan door op
7 te drukken, gevolgd door è/
ñ Radio op het displayscherm.NAVI 80
Om vanuit de startpagina naar het
menu Radio te gaan, drukt u op
MENU , gevolgd door Multimedia en
Radio op het displayscherm.
Gedetailleerde beschrijving van de
radiofuncties 3 48.
Audiospelers
Om de audiobron over te schakelen
naar CD, USB , AUX , Bluetooth of
iPod (indien van toepassing): Druk, afhankelijk van het Infotainmentsys‐
teem, op MEDIA, RADIO/CD of
AUDIO/SOURCE .
NAVI 50 : U kunt op ieder gewenst
moment naar het menu voor aange‐
sloten randapparatuur gaan ( USB,
iPod , BT (Bluetooth) of AUX) door op
7 te drukken, gevolgd door t/
ü Media op het displayscherm. Druk
in de linkerbovenhoek op S en selec‐
teer de externe bron.
Voor de AhaⓇ-toepassing (beschik‐
baar afhankelijk van de versie) kunt u
"Extra functies (NAVI 50)" hieronder raadplegen.
NAVI 80 : Om vanuit de startpagina
naar het menu voor randapparatuur
te gaan (USB, SD-kaart, AUX-ingang,
Audio-cd, Bluetooth), drukt u op
MENU , gevolgd door Multimedia en
Media op het displayscherm. Selec‐
teer de externe bron in de getoonde
lijst.
Page 33 of 161

Inleiding33● Portieren vergrendelen/ont‐grendelen tijdens het rijden
● Achterruitwisser activeren bij selectie van de achteruitver‐
snelling (schakelaar aan/uit)
● Dagrijverlichting (schakelaar aan/uit)
● Alleen bestuurdersportier ontgrendelen bij openen van
portier (schakelaar aan/uit)
● Gemakkelijke toegang (schakelaar aan/uit)
● Rijstijlindicator (brandstof‐ verbruiksmeter) in de instru‐
mentengroep (schakelaar
aan/uit)
● Eco-score (schakelaar aan/ uit)
Services (NAVI 80)
Om vanuit de startpagina naar het
menu Services te gaan, drukt u op
MENU , gevolgd door Services op het
displayscherm.
De volgende menu's zullen dan ver‐
schijnen:
● Opslaan
● Navigatieservices●Instellingen
● Toepassingen (bijv. rekenma‐ chine, lezer)Opslaan
Selecteer deze optie om naar de web‐
winkel te gaan en toepassingen voor
uw Infotainmentsysteem aan te
schaffen.
De volgende opties worden getoond: ● Selectie : Er verschijnt een lijst
met toepassingen.
● Populaire apps : De toepassingen
worden op populariteit gesor‐
teerd.
● Categorieën : De toepassingen
worden op thema weergegeven,
bijv. entertainment of kaarten.
● < (pop-upmenu):
● Zoek : Zoeken op trefwoord.
● Update : Zoek naar updates
voor toepassingen, services
en gedownloade content.● Mijn producten : Overzicht
van toepassingen, services
en gedownloade content en
de vervaldata ervan.
● Wettelijke informatie : Ver‐
schaft de wettelijke informa‐ tie met betrekking tot de win‐ kel.
Wanneer u nieuwe content hebt ge‐
selecteerd om te downloaden, drukt u op Aanschaffen om de betaalwijze te
kiezen; selecteer creditcard of debet‐
kaart. Selecteer het vakje om de ver‐
koopvoorwaarden te accepteren en
ga verder met de betaling.
Voer een geldig e-mailadres in en
druk op OK om te bevestigen.
Let op
Facturen worden verstuurd naar het ingevoerde e-mailadres, samen met
(indien nodig) de installatie-instruc‐
ties en gebruikersinformatie voor de
toepassingen, services of andere
gedownloade content.
Voer de gegevens van de betaalkaart
in. Druk op Gereed om te bevestigen.
Het downloaden wordt onmiddellijk
Page 38 of 161

38InleidingRitgegevens geeft gegevens weer
van de laatste reis, waaronder "Ge‐
middeld verbruik", "Totaal verbruik",
"Gemiddelde snelheid" en "Afstand
zonder verbruik". Gegevens kunnen
gereset worden door op Û te druk‐
ken.
Eco-score geeft een totaal score van
maximaal 100 voor zuinig rijden. Ho‐
gere getallen geven zuiniger rijden
aan. Sterren worden ook gegeven voor gemiddelde milieu-/rijprestaties
(accelereren), schakelefficiëntie (ver‐ snellingsbak) en remregeling (antici‐
perend).
Eco-coaching verschaft een beoorde‐
ling van uw rijstijl en geeft advies weer
voor optimaal brandstofverbruik.Aha Ⓡ-toepassing
De app AhaⓇ stelt u in staat om fa‐
voriete internetinhoud op de smart‐
phone te organiseren (bijv. podcasts,
audioboeken, internetradio, sociale
netwerksites enz.) en favorieten on‐
middellijk op te roepen. AhaⓇ kan
ook tijdens navigatie worden gebruikt om bijv. hotels en restaurants in debuurt te suggereren en weerberichten
en de huidige GPS-positie te geven.AhaⓇ moet eerst op uw smartphone
worden gedownload. Start de app op uw smartphone en maak een gebrui‐
kersaccount aan om gebruik via het
Infotainmentsysteem te activeren.
Om AhaⓇ via het Infotainmentsys‐
teem te verbinden moet een blue‐
tooth-verbinding worden opgesteld
tussen de smartphone en het Info‐
tainmentsysteem, d.w.z. het apparaat moet aan de auto worden gekoppeld
voordat het wordt gebruikt. Raad‐
pleeg "Bluetooth-verbinding" in het
hoofdstuk "Telefoon" 3 138 voor
meer informatie.
Let op
Het delen van gegevens en locatie‐
services moeten ingeschakeld zijn
op de smartphone om de app
AhaⓇ te kunnen gebruiken. Tijdens
gebruik kan gegevensoverdracht
extra kosten met zich meebrengen
die niet in het contract met uw net‐
werkprovider zijn opgenomen.
Wanneer een bluetooth-verbinding
actief is, kan AhaⓇ via het Infotain‐
mentsysteem worden opgeroepen.
Druk op de startpagina op üMedia
op het displayscherm. Druk op S inde linkerbovenhoek om de lijst met
externe bronnen weer te geven en
selecteer dan aha.
De volgende menu's zullen dan ver‐
schijnen:
● Speler
● Lijst
● Voorkeuren
● In de buurt
Selecteer Voorkeuren om naar uw
AhaⓇ-favorieten te gaan.
Als u een nuttige plaats (NP) in de
buurt wilt vinden met AhaⓇ terwijl u
het navigatiesysteem gebruikt
3 80, drukt u op In de buurt en se‐
lecteert u een groep (bijv. hotel, res‐
taurant). Een serie NP's in de buurt
wordt weergegeven; druk op de ge‐
wenste NP. De NP kan worden inge‐
steld als een bestemming of een way‐
point door op y te drukken.
Afhankelijk van het type NP kunnen
contactgegevens en verdere informa‐
tie worden weergegeven. Wanneer
telefoonnummers voor NP's worden
gegeven, kunnen ze ook worden ge‐
kozen met het handsfree-telefoon‐
systeem door op y te drukken.