OPEL ZAFIRA C 2016.5 Handleiding Infotainment (in Dutch)
Manufacturer: OPEL, Model Year: 2016.5, Model line: ZAFIRA C, Model: OPEL ZAFIRA C 2016.5Pages: 181, PDF Size: 2.91 MB
Page 141 of 181

Inleiding141Radio-ontvangst
Tijdens de radio-ontvangst kan gesis,
geruis, signaalvervorming of signaal‐
uitval optreden door:
● wijzigingen in de afstand tot de zender
● ontvangst van meerdere signa‐ len tegelijk door reflecties
● obstakels
Antidiefstalfunctie
Het Infotainmentsysteem is voorzien
van een elektronisch beveiligingssys‐ teem dat het systeem tegen diefstalbeveiligt.
De beveiliging houdt in dat het Info‐
tainmentsysteem alleen in uw auto
werkt en daarom voor een eventuele
dief waardeloos is.
Page 142 of 181

142InleidingOverzicht bedieningselementenCD 400plus
Page 143 of 181

Inleiding1431 RADIO................................. 151
Radio inschakelen of van
frequentiebereik wisselen ...151
2 CD ....................................... 160
Cd/mp3/wma-weergave
starten ................................. 161
3 Achterwaarts zoeken ..........151
Radio: achterwaarts
zoeken ................................ 151
Cd/mp3/wma: naar vorige
titel springen ........................ 161
4 m......................................... 145
Drukken: in-/uitschakelen ..145
Infotainment-systeem ......... 145
Draaien: volume
aanpassen .......................... 145
5 Voorwaarts zoeken .............151
Radio: voorwaarts zoeken ..151
Cd/mp3/wma: naar
volgende titel springen ........1616Radiozendertoetsen 1...6 ....152
Lang drukken: station opslaan ............................... 152
Kort drukken: station
selecteren ........................... 152
7 FAV 1/2/3 ............................ 152
Lijst met favorieten
(voorkeuzezenders) ............152
8 AS 1/2 ................................. 152
Automatische
geheugenniveaus
(voorkeuzezenders) ............152
Kort drukken: selecteren
lijst automatisch opslaan .....152
Lang drukken: station
automatisch opslaan ...........152
9 TP ....................................... 156
Activeren of deactiveren
verkeersberichten ...............156
Als het Infotainment‐
systeem uitgeschakeld is:
weergave van tijd en datum 156
10 Cd uitwerpen ....................... 16111 CONFIG.............................. 150
Openen instellingenmenu ...150
12 INFO ................................... 142
Radio: informatie over de
momenteel afspelende
zender ................................. 151
Cd/mp3/wma: informatie
over de momenteel
geplaatste cd ...................... 161
13 Cd-sleuf ............................... 161
14 Multifunctionele toets ..........146
Draaien: menuopties
markeren of numerieke
waarden instellen ...............146
Drukken: selecteren/
activeren van
gemarkeerde optie;
bevestigen ingestelde
waarde; functie in-/
uitschakelen ........................ 146
15 BACK .................................. 146
Menu: een niveau terug ......146
Invoer: wissen laatste teken of gehele invoer ........146
Page 144 of 181

144Inleiding16 TONE.................................. 149
Geluidsinstellingen ..............149
17 7 / i ................................... 169
Openen hoofdmenu
telefoon ............................... 173
Demping activeren/
deactiveren ......................... 145
18 AUX ..................................... 163
Wisselen naar externe
audiobron ............................ 163Audiobedieningsknoppen aan
stuurwiel
1 qw
Kort drukken:
telefoongesprek aannemen 169
of nummer bellen in
oproeplijst ............................ 173
Lang drukken: oproeplijst
tonen ................................... 173
2 SRC (bron).......................... 145
Drukken: selecteren
audiobron ............................ 145
Bij actieve radio: omhoog/
omlaag zetten om
volgende/vorige
voorkeurszender te
selecteren ........................... 151
Bij actieve cd-speler:
omhoog/omlaag zetten
om volgende/vorige cd/
mp3/wma-track te
selecteren ........................... 161
Bij actief telefoonportaal:
omhoog/omlaag draaien
om volgende/vorige optie
in oproepenlijst te
selecteren ........................... 173
Bij actief telefoonportaal
en gesprekken in de
wacht: omhoog/omlaag
draaien om tussen
gesprekken te wisselen ......173
3 w
Volume verhogen ................145
4 ─
Volume verlagen .................145
Page 145 of 181

Inleiding1455xn
Kort drukken: gesprek
beëindigen/weigeren ...........173
of oproeplijst sluiten ............173
of geluidsonderdrukking
activeren/deactiveren ..........145Gebruik
Bedieningselementen Het Infotainmentsysteem wordt be‐
diend met behulp van functietoetsen,
een multifunctionele knop en menu's
op het display.
Invoer kan naar keuze plaatsvinden via:
● het bedieningspaneel op het In‐ fotainmentsysteem 3 142
● audioknoppen op het stuurwiel 3 142
Het Infotainmentsysteem in- of
uitschakelen
Druk kort op X. Na het inschakelen
wordt de laatst geselecteerde Info‐
tainmentbron actief.
Druk opnieuw op X om het systeem
uit te schakelen.
Automatisch uitschakelen
Wanneer u het Infotainmentsysteem,
terwijl het contact uitgeschakeld is,
met behulp van X inschakelt, danwordt het 10 minuten na de laatste in‐
voer automatisch weer uitgescha‐
keld.
Volume instellen Draai m. De actuele instelling ver‐
schijnt op het display.
Bij het inschakelen van het Infotain‐
mentsysteem wordt automatisch het
laatst geselecteerde volume inge‐
steld mits deze instelling het maxi‐
male volume bij het starten niet over‐ schrijdt (zie onderstaand).
U kunt het volgende afzonderlijk in‐
voeren:
● het maximale inschakelvolume 3 150
● het volume van verkeersberich‐ ten 3 150
Voor snelheid gecompenseerd
volume
Na inschakelen van het voor snelheid
gecompenseerd volume 3 150 wordt
het volume automatisch zodanig aan‐ gepast dat u geen geluid van het weg‐
dek of van de rijwind hoort.
Page 146 of 181

146InleidingStiltefunctie
Druk op 7 / i of i (indien het tele‐
foonportaal beschikbaar is: enkele
seconden indrukken) om het geluid
van audiobronnen te onderdrukken.
Geluidsonderdrukkingsfunctie annu‐ leren: draai m of druk op 7 / i (als
het telefoonportaal beschikbaar is:
enkele seconden indrukken) of weer
op i.
Volumebeperking bij hoge
temperaturen
Bij erg hoge temperaturen binnen de
auto beperkt het Infotainmentsys‐
teem het maximaal instelbare vo‐
lume. Indien nodig wordt het maxi‐
male volume automatisch verlaagd.
Bedieningsstanden
Radio
Druk op RADIO om het radiohoofd‐
menu te openen of te wisselen tussen de verschillende frequentiebereiken.
Druk op de multifunctionele knop om
naar de frequentiebereikmenu's met
opties voor zenderselectie te gaan.Voor een gedetailleerde beschrijving
van de radiofuncties 3 151.
Audiospelers
Druk één of meerdere keren op CD of
AUX om naar het hoofdmenu USB,
iPod of AUX (indien beschikbaar) te
gaan of om tussen deze menu's te
wisselen.
Druk op de multifunctionele knop om
naar de betreffende menu's met op‐
ties voor trackselectie te gaan.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van CD-spelerfuncties 3 160, AUX-
functies 3 163, USB-poortfuncties
3 164 en functies voor streaming au‐
dio via Bluetooth 3 167.
Telefoon
Druk kort op 7 / i om het telefoon‐
menu te openen.
Druk op de multifunctionele knop om naar het telefoonmenu met opties
voor het invoeren en selecteren van
nummers te gaan.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van het telefoonportaal 3 169.Systeeminstellingen
De taal aanpassen
De menuteksten op het display van
het Infotainmentsysteem zijn be‐
schikbaar in diverse talen.
Druk op CONFIG om het menu
Instellingen te openen.
Selecteer de menuoptie Talen
(Languages) in het menu
Instellingen om het betreffende menu
weer te geven.
Kies de gewenste taal voor de menu‐ teksten.
Let op
Voor een gedetailleerde beschrij‐ ving van de menubediening 3 146.
Tijd- en datuminstellingen
Raadpleeg het Instructieboekje voor
een gedetailleerde beschrijving.
Basisbediening Multifunctionele toets
De multifunctionele knop is het cen‐
trale bedieningselement voor de me‐
nu's.
Page 147 of 181

Inleiding147Draai aan de multifunctionele knop:● een menuoptie markeren
● een numerieke waarde instellen
Druk op de multifunctionele knop: ● de gemarkeerde optie selecteren
of inschakelen
● een ingestelde waarde bevesti‐ gen
● een systeemfunctie in- of uit‐ schakelen
BACK-toets
Druk kort op BACK:
● om een menu te verlaten
● om van een submenu naar het volgende, hogere menuniveau te
gaan
● om het laatste teken van een te‐ kenreeks te wissen
Houd BACK enkele seconden inge‐
drukt om de hele invoer te wissen.Voorbeelden van de
menubediening
Selecteren van een optie
Draai aan de multifunctionele knop
om de cursor (= gekleurde achter‐
grond) naar de gewenste optie te ver‐ plaatsen.
Druk op de multifunctionele knop om
de gemarkeerde optie te selecteren.
Submenu's
Een pijltje aan de rechterkant van het menu geeft aan dat na er na het se‐
lecteren van die optie een submenu met verdere opties verschijnt.
Een instelling activeren
Draai aan de multifunctionele knop
om de gewenste instelling te marke‐
ren.
Druk op de multifunctionele knop om de instelling te activeren.
Page 148 of 181

148InleidingInstellen van een waarde
Draai aan de multifunctionele knop
om de actuele waarde van de instel‐
ling te wijzigen.
Druk op de multifunctionele knop om de ingestelde waarde te bevestigen.
De cursor gaat daarna naar de vol‐
gende waarde. Als alle waarden zijn
ingesteld, gaat u automatisch terug
naar het naasthogere menuniveau.
Een instelling aanpassen
Draai aan de multifunctionele knop
om de instelling aan te passen.
Druk op de multifunctionele knop om de instelling te bevestigen.
In- of uitschakelen van een functie
Draai aan de multifunctionele knop
om de functie die u in of uit wilt scha‐
kelen te markeren.
Druk op de multifunctionele knop om
tussen de instellingen Aan en Uit te
wisselen.
Page 149 of 181

Inleiding149Invoeren van een tekenreeks
Tekenreeksen invoeren, bijv. pinco‐
des of telefoonnummers:
Draai aan de multifunctionele knop
om het gewenste teken te markeren.
Druk op de multifunctionele knop om het gemarkeerde teken te bevesti‐
gen.
Het laatste teken in de tekenreeks
kan worden gewist met k op het dis‐
play of door op BACK op het instru‐
mentenpaneel te drukken. Door
BACK ingedrukt te houden wordt de
complete invoer verwijderd.
Wijzig de positie van de cursor in de
al ingevoerde tekenreeks door ◀ of ▶
op het display te selecteren.
Geluidsinstellingen
In het geluidsinstellingenmenu kunt u voor elk radiofrequentiebereik en
voor elke audiospeler afzonderlijk de
geluidskarakteristieken instellen.
Druk op TONE om het geluidsinstel‐
lingenmenu te openen.
Lage, middelhoge en hoge tonen
instellen
Blader door de lijst en selecteer Bas,
Midrange of Treble .
Stel voor de geselecteerde optie de
gewenste waarde in.
Volumeverdeling voor en achter
instellen
Blader door de lijst en selecteer
Fader .
Stel de gewenste waarde in.Volumeverdeling rechts en links
instellen
Blader door de lijst en selecteer
Balans .
Stel de gewenste waarde in.
Een geluidsstijl selecteren Blader door de lijst en selecteer EQ
(equalizer). Het menu EQ-
instellingen wordt weergegeven.
De getoonde opties bieden voor de
desbetreffende muziekstijl geoptima‐
liseerde voorkeursinstellingen voor
de lage, middelhoge en hoge tonen.
Selecteer de gewenste optie.
Page 150 of 181

150InleidingTerugzetten van een persoonlijke
instelling op "0"
Selecteer de gewenste optie en druk
enkele seconden op de multifunctio‐ nele knop.
De waarde wordt teruggezet op "0".
Alle instellingen op "0" of "UIT"
zetten
Druk enkele seconden op TONE.
Alle waarden worden op "0" terugge‐
zet, de EQ-voorkeuzeinstelling wordt
op " UIT" gezet.
Volume-instellingen Snelheidsgecompenseerd
volume aanpassen
Druk op CONFIG om het menu
Instellingen te openen.
Selecteer Radio-instellingen en ver‐
volgens Autom. volumeregeling .
De functie Autom. volumeregeling
kan worden gedeactiveerd of de mate van volumeaanpassing kan worden
geselecteerd in het getoonde menu.Selecteer de gewenste optie.
Maximaal opstartvolume
aanpassen
Druk op CONFIG om het menu
Instellingen te openen.
Selecteer Radio-instellingen en ver‐
volgens Maximaal startvolume .
Stel de gewenste waarde in.
Volume van verkeersberichten
aanpassen
Het volume van verkeersberichten
kan zodanig vooraf worden ingesteld dat het met het normale audiovolume
toe- of afneemt.
Druk op CONFIG om het menu
Instellingen te openen.
Selecteer Radio-instellingen , RDS-
opties en vervolgens TA-volume.
Stel de gewenste waarde in.
Volume van de beltoon
aanpassen
Druk op CONFIG om het menu
Instellingen te openen.Selecteer Telefooninstellingen ,
Geluid & Signalen en vervolgens
Belvolume .
Stel de gewenste waarde in.