PEUGEOT 2008 2021 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2021, Model line: 2008, Model: PEUGEOT 2008 2021Pages: 260, PDF Size: 7.71 MB
Page 1 of 260

MY PEUGEO
INSTRUCTIEBOEKJE
Page 2 of 260

Toegang tot het instructieboekje
ONLINE
Bekijk of download het instructieboekje via het
volgende adres:
http://public.servicebox.peugeot.com/APddb/Scan deze QR-code voor directe
toegang.
Met dit symbool wordt de meest
recente informatie aangeduid.
Selecteer:
–
de taal,
–
het model en de carrosserievariant van uw auto,
–
de uitgifteperiode van het instructieboekje die
overeenkomt met de datum van de 1e tenaamstelling
van de auto.
MOBIELE
Installeer de
Scan -app
(de inhoud is
00521089004C0051004800030045004800560046004B004C004E0045004400440055000C0011
Ook beschikbaar in de app MYPEUGEOT .
Page 3 of 260

Welkom
Wij danken u voor uw keuze voor de Peugeot 2008 of de Peugeot e-2008.
Dit boekje bevat alle belangrijke informatie en adviezen die u nodig heb\
t om optimaal en
in alle veiligheid gebruik te maken van de mogelijkheden van uw voertuig. Wij adviseren
u om dit boekje aandachtig door te lezen, evenals het garantie- en onderhoudsboekje.
Uw voertuig kan, afhankelijk van het uitrustingsniveau, het type, de uitvoering en de
0056
van de uitrusting in dit boekje zijn voorzien.
Aan de beschrijvingen en afbeeldingen kunnen geen rechten worden ontleend.
Automobiles PEUGEOT behoudt zich het recht voor om de technische kenmerken,
uitrusting en accessoires te wijzigen zonder verplicht te zijn dit docum\
ent aan te passen.
Overhandig dit i bij verkoop van de auto aan de nieuwe eigenaar.
Legenda
Veiligheidswaarschuwing
Aanvullende informatie
Milieubeschermingsfunctie
Auto's met stuur links
Auto's met stuur rechts
Locatie van uitrusting / toets, aangeduid met een zwart
gebied
Page 4 of 260

2
Inhoudsopgave
■
Overzicht
■
Eco-rijden
1InstrumentenpaneelInstrumentenpanelen 9
Waarschuwings- en verklikkerlampjes 12
Meters 18
Handmatige controle 23
Kilometerteller 23
Dimmer verlichting 23
Boordcomputer 24
Touchscreen 25
Extra op afstand bedienbare functies (elektrische auto) 27
2 ToegangAfstandsbediening/sleutel 28
Proximity Keyless Entry and Start 30
Centrale vergrendeling 32
Noodprocedures 33
Portieren 35
Achterklep 35
Alarm 36
Elektrische ruitbediening 38
Schuif- / kanteldak 38
3Ergonomie en comfortPEUGEOT i-Cockpit 41
Voorstoelen 41
Het stuurwiel verstellen 43
Spiegels 43
Achterbank 45
Verwarming en ventilatie 46
Handbediende airconditioning 47
Automatische airconditioning 48
Ontwasemen - ontdooien voorruit 50
Voorruitverwarming 50
Ontwasemen - ontdooien achterruit 50
Voorverwarmen/voorkoelen (Elektrisch) 50
Voorzieningen in het interieur 51
Plafonnier 53
Sfeerverlichting 54
Voorzieningen in de bagageruimte 55
4Verlichting en zichtLichtschakelaar 56
Richtingaanwijzers 57
Hoogteverstelling van de koplampen 58
Automatisch inschakelen van de koplampen 58
Follow me home- en instapverlichting 59
Automatische verlichtingssystemen - Algemene
aanbevelingen
59
Grootlichtassistent 60
Statische bochtverlichting 60
Ruitenwisserschakelaar 61
Ruitenwisserbladen vervangen 63
Automatische stand ruitenwissers 63
5VeiligheidAlgemene aanbevelingen met betrekking
tot de veiligheid 65
Alarmknipperlichten 65
Claxon 66
Geluidssignaal voor voetgangers (elektrisch) 66
Noodoproep of pechhulpoproep 66
Elektronisch stabiliteitsprogramma (ESP) 68
Advanced Grip Control 70
Hill Assist Descent Control 71
Veiligheidsgordels 72
Airbags 74
Kinderzitjes 76
De airbag vóór aan passagierszijde uitschakelen 78
ISOFIX-kinderzitjes 79
i-Size-kinderzitjes 81
Kinderzitjes plaatsen 82
Kinderbeveiliging 84
6RijdenRijadviezen 86
Starten / afzetten van de motor met de sleutel 88
Starten / afzetten van de motor met
Elektronische sleutel
89
Handbediende parkeerrem 91
Elektrische parkeerrem 92
Handgeschakelde 6-versnellingsbak 94
Automatische transmissie (EAT6) 94
Automatische transmissie (EAT8) 96
Keuzeschakelaar 99
Rijstanden 101
Hill Start Assist 102
Schakelindicator 102
Stop & Start 103
Bandenspanningscontrolesysteem 104
Rij- en parkeerhulpsystemen - Algemene adviezen 106
Verkeersbordherkenning 107
Snelheidsbegrenzer 11 0
Snelheidsregelaar - Specifieke adviezen 11 2
Snelheidsregelaar 11 2
Drive Assist Plus 11 4
Adaptieve snelheidsregelaar 11 4
Lane Positioning Assist 11 8
Page 5 of 260

3
Inhoudsopgave
Active Lane Departure Warning System 122
Dodehoekbewaking 125
Active Safety Brake met Collision Risk Alert
en Intelligente noodremassistentie
127
Systeem voor detecteren van onoplettendheid 129
Parkeerhulp 130
Visiopark 1 132
Park Assist 134
7Praktische informatieCompatibiliteit van brandstoffen 139
Tanken 139
Tankbeveiliging (diesel) 140
Laadsysteem (elektrisch) 140
De tractiebatterij laden (elektrisch) 146
Trekhaak 149
Trekhaak met afneembare kogel 150
Dakdragers 153
Sneeuwkettingen 154
Sneeuwscherm 154
Eco-stand 155
Motorkap 156
Onder de motorkap 157
Niveaus controleren 157
Controles 159
AdBlue® (BlueHDi) 161
Vrijloop 163
Onderhoudstips 164
8In geval van pechGevarendriehoek 166
Brandstoftank leeg (diesel) 166
Boordgereedschap 166
Bandenreparatieset 168
Reservewiel 170
Een lamp vervangen 173
Zekeringen 175
Accu van 12 V / Hulpaccu 176
De auto slepen 179
9Technische gegevensTechnische gegevens motoren
en aanhangergewichten 182
Benzinemotoren 183
Dieselmotoren 185
Elektromotor 186
Afmetingen 187
Identificatie 187
10PEUGEOT Connect RadioDe eerste stappen 188
Stuurkolomschakelaars 189
Menu's 190
Applicaties 191
Radio 191
Digitale radio (DAB, Digital Audio Broadcasting) 193
Media 193
Telefoon 195
Configuratie 198
Veelgestelde vragen 199
11PEUGEOT Connect NavDe eerste stappen 201
Stuurkolomschakelaars 202
Menu's 202
Gesproken commando's 204
Navigatie 207
Online navigatie 210
Applicaties 212
Radio 215
Digitale radio (DAB, Digital Audio Broadcasting) 216
Media 216
Telefoon 218
Configuratie 220
Veelgestelde vragen 222
12Event Data Recorders (EDR)
■
Trefwoordenregister
bit.ly/helpPSA
Toegang tot aanvullende video's
Page 6 of 260

4
Overzicht
Cockpit
Deze afbeeldingen en beschrijvingen dienen slechts als
voorbeeld. De aanwezigheid en locatie van bepaalde
elementen kunnen variëren, afhankelijk van de
uitvoering of het uitrustingsniveau.
1.Plafonnier / leeslampjes vóór
Toetsen noodoproep en pechhulpoproep
Schuif- / kanteldak
Waarschuwingslampjes voor veiligheidsgordels en
airbag vóór aan passagierszijde
2. Binnenspiegel
3. Instrumentenpaneel
4. Zekeringkast
5. Elektrische ruitbediening
Elektrisch verstelbare buitenspiegels
6. Ontgrendeling motorkap
7. Airbag vóór aan passagierszijde
8. Dashboardkastje
1. Touchscreen
2. Motor aan- / afzetten
3. Centraal geplaatste bedieningselementen
4. USB-aansluiting(en) 5.
Opbergruimte of draadloze smartphonelader
6. Opbergruimte / 12V-aansluiting
7. Versnellingspook of selectiehendel
8. Elektrische parkeerrem
9. Selectie van de rijstand
Advanced Grip Control
10. Hill Assist Descent Control
Schakelaars op of rondom het stuurwiel
1.Schakelaar verlichting / richtingaanwijzers /
onderhoudsindicator
2. Schakelaars ruitenwissers/ruitensproeiers /
boordcomputer
3. Schakelflippers automatische transmissie
4. Bediening audiosysteem
A. Selecteren van de weergavemodus
instrumentenpaneel
Page 7 of 260

5
Overzicht
B.Gesproken commando's
C. Volume verlagen / verhogen
D. Selecteren van de vorige / volgende media
Een selectie bevestigen
E. Toegang tot het menu Telefoon
Gesprekken beheren
F. Selecteren van een audiobron
G. Weergave van de lijst van radiozenders /
muzieknummers
5. Claxon / airbag vóór aan bestuurderszijde
6. Bediening snelheidsregelaar / snelheidsbegrenzer /
Adaptieve snelheidsregelaar
Bedieningselementen zijkant
1. Afstelling van straal van koplampen met halogeen-
of ledtechnologie
2. Active Lane Departure Warning System
3. Lane Positioning Assist
4. Voorruitverwarming
5. Alarm
6. Elektrische kinderbeveiliging
Bedieningselementen midden
1. Stoelverwarming
2. Toegang tot de menu's van het touchscreen
3. Touchscreen aan/uit / volume aanpassen
4. Recirculatie van interieurlucht
5. Thermisch-comfortsysteem uitschakelen
6. Maximale stand van de airconditioning
7. Alarmknipperlichten
8. Centrale vergrendeling
9. Ontwasemen / ontdooien voorruit en voorste
zijruiten
10. Achterruitverwarming
Elektromotor
1.Laadaansluiting
2. Tractiebatterij
3. 12V-accu
4. Warmtepomp
5. Geïntegreerde lader
6. Elektromotor
7. Laadkabel
Via laadaansluiting
1
kan de auto op 3 manieren
worden opgeladen:
–
Opladen via een normaal stopcontact en de
bijbehorende laadkabel 7
(Mode 2).
–
V
ersneld opladen via een lader voor versneld laden
(wallbox) (Mode 3).
–
Snelladen via een openbaar snellaadpunt (Mode 4).
De tractiebatterij van 400
V 2
is een lithium-ionbatterij.
Deze slaat energie op die voor de elektromotor, de
airconditioning en de verwarming wordt gebruikt.
Het laadniveau wordt met een meter weergegeven.
Page 8 of 260

6
Overzicht
Bovendien bevindt zich op het instrumentenpaneel een
waarschuwingslampje voor een laag laadniveau.
12V-accu
3
levert stroom aan het normale elektrische
systeem van de auto. Deze wordt automatisch via de
geïntegreerde lader door de tractiebatterij opgeladen.
Warmtepomp
4
zorgt voor de verwarming van het
interieur en regelt de koeling van de tractiebatterij en
geïntegreerde lader.
De geïntegreerde lader 5
regelt het opladen via
een normaal stopcontact (modus 2) en het versneld
opladen (modus 3) van de tractiebatterij, maar ook het
opladen van de 12V-accu.
De elektromotor
6 zorgt voor de aandrijving op basis
van de geselecteerde rijstand en de rijomstandigheden.
De elektromotor wint ook energie terug bij het remmen
en vaart minderen van de auto.
Stickers
Deel "Ergonomie en comfort - Voorzieningen vóór -
Draadloze smartphonelader":
Delen "Verlichting en zicht - Lichtschakelaar" en "In
geval van pech - Een gloeilamp vervangen":
Delen "Veiligheid - Kinderzitjes - Kinderzitjes
voorin":
Deel "Veiligheid - ISOFIX-bevestigingen":
i-SizeTOP TETHER
Deel "Rijden - Elektrische parkeerrem":
Deel "Rijden - Stop & Start" en "Praktische
informatie - Motorkap":
Deel "Praktische informatie - Compatibiliteit van
brandstoffen":
Deel "Praktische informatie - Laadsysteem
(elektrische auto)":
Deel "Praktische informatie- Opladen tractiebatterij
(elektrische auto)":
Deel "Praktische informatie - Motorkap":
Deel "Praktische informatie - Niveaus controleren":
Deel "In geval van pech - Bandenreparatieset":
Deel "In geval van pech - Reservewiel":
Deel "In geval van pech- 12V-accu": 24V12V-+
Page 9 of 260

7
Eco-rijden
Eco-rijden
Door in de dagelijkse praktijk een aantal aanwijzingen
op te volgen kan de bestuurder het energieverbruik
van zijn auto (brandstof en / of elektriciteit) en de CO
2-
uitstoot optimaliseren.
Het gebruik van de versnellingsbak /
transmissie optimaliseren
Als uw auto is voorzien van een handgeschakelde
versnellingsbak, rijd dan rustig weg en schakel zo snel
mogelijk naar de tweede versnelling. Schakel bij het
accelereren bij voorkeur snel over naar een hogere
versnelling.
Met een automatische transmissie kunt u het beste de
automatische modus gebruiken. Trap het gaspedaal
niet heel diep of plotseling in.
De schakelindicator adviseert u de versnelling te kiezen
die het best geschikt is voor de rijomstandigheden. Volg
het schakeladvies op het instrumentenpaneel zo snel
mogelijk op.
Bij een auto met een automatische transmissie wordt
de schakelindicator alleen in de handmatige stand
weergegeven.
Kies voor een soepele rijstijl
Houd afstand van de auto's voor u, rem bij voorkeur af
op de motor in plaats van het rempedaal te gebruiken
en trap het gaspedaal geleidelijk in. Op deze manier
verlaagt u het energieverbruik en de CO
2-emissies, en
neemt het algemene geluidsniveau van het verkeer af.
Gebruik bij voorkeur de rijstand Eco door deze te
selecteren met de knop DRIVE MODE. Bij een EAT8-transmissie kunt u met de selectiehendel
in stand
D
, behalve in stand Sport, de vrijloop
gebruiken door uw voet geleidelijk van het gaspedaal te
halen om zo brandstof te besparen.
Wanneer het verkeer goed doorstroomt, kunt u de
snelheidsregelaar inschakelen.
Gebruik de elektrische voorzieningen op de
juiste manier
Als bij het instappen blijkt dat de temperatuur in het
interieur hoog is opgelopen, open dan alle ruiten en
de ventilatieroosters voordat u de airconditioning
inschakelt.
Sluit de ruiten bij snelheden hoger dan 50
km/h, maar
laat de ventilatieroosters geopend.
Maak gebruik van alle voorzieningen die kunnen
bijdragen aan een verlaging van de temperatuur in
het interieur (zoals het zonnescherm van het schuif- /
kanteldak en de zonneschermen van de zijruiten).
Schakel de airconditioning uit zodra de gewenste
temperatuur is bereikt (behalve bij auto's met een
automatische airconditioning).
Schakel de achterruitverwarming en de ontwaseming
uit zodra deze niet meer nodig zijn, als deze niet
automatisch worden geregeld.
Schakel de stoelverwarming zo snel mogelijk uit.
Pas uw gebruik van de (mist)verlichting aan het zicht
aan, in overeenstemming met de geldende wetgeving
in het land waar u rijdt.
Laat de motor vooral 's winters (behalve onder zeer
winterse omstandigheden: bij temperaturen lager dan
-23 °C) na het starten niet stationair draaien. De auto
warmt onder het rijden veel sneller op. Sluit als passagier zo weinig mogelijk multimedia-
apparaten (voor bijvoorbeeld films, muziek of spelletjes)
aan om het energieverbruik te beperken.
Koppel alle draagbare apparatuur los als u de auto
verlaat.
Beperk de oorzaken van een hoger
brandstofverbruik
Verdeel het gewicht gelijkmatig over de auto: plaats
de zwaarste voorwerpen in de bagageruimte zo dicht
mogelijk bij de achterbank.
Beperk de belading en de luchtweerstand van uw auto
(onder meer door dakdragers, imperiaal, fietsendrager
en aanhanger). Gebruik bij voorkeur een dakkoffer voor
het vervoer van bagage op het dak.
Verwijder de dakdragers en het imperiaal na gebruik.
Vervang de winterbanden na de winter zo snel mogelijk
door zomerbanden.
Gebruik de stand Sport niet te lang om het
energieverbruik te beperken.
Houd u aan de onderhoudsvoorschriften
Controleer de bandenspanning regelmatig (bij koude
banden) en houd u daarbij aan de bandenspanning
die staat vermeld op de sticker op de sponning van het
bestuurdersportier.
Controleer de bandenspanning met name:
–
voorafgaand aan een lange rit;
–
bij de wisseling van de seizoenen;
–
als de auto gedurende langere tijd niet is gebruikt.
V
ergeet daarbij het reservewiel en de wielen van een
aanhanger of caravan (indien van toepassing) niet.
Laat uw auto regelmatig onderhouden (motorolie
verversen, oliefilter, luchtfilter en interieurfilter
Page 10 of 260

8
Eco-rijden
vervangen enz.). Houd u aan het onderhoudsschema
van de fabrikant.
Bij uitvoeringen met een BlueHDi-dieselmotor: bij een
storing in het SCR-systeem stoot de auto schadelijke
stoffen uit. Ga zo snel mogelijk naar een PEUGEOT-
dealer of een gekwalificeerde werkplaats om de
hoeveelheid stikstofoxide tot wettelijke niveaus te
verlagen.
Laat het vulpistool bij het tanken niet meer dan drie
keer afslaan; zo voorkomt u dat brandstof uit de tank
stroomt.
U zult bij een nieuwe auto merken dat het gemiddelde
brandstofverbruik zich pas na 3000 km stabiliseert.
De actieradius optimaliseren (elektrisch
voertuig)
Het elektriciteitsverbruik van de voertuig hangt
grotendeels af van de route, de rijsnelheid en uw rijstijl.
Probeer in het gebied "ECO" op de vermogensmeter te
blijven door gelijkmatig te rijden en de snelheid niet te
veel te variëren.
Anticipeer op de situatie op de weg zodat u op tijd
en geleidelijk kunt remmen; rem zo veel mogelijk
op de motor af om energie terug te winnen. De
vermogensmeter zal dan in het gebied CHARGE staan.
Gebruik de airconditioning in plaats van de verwarming
om het interieur te ontwasemen.