PEUGEOT 3008 2023 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2023, Model line: 3008, Model: PEUGEOT 3008 2023Pages: 292, PDF Size: 9.31 MB
Page 31 of 292

29
Toegang
2Wanneer u nogmaals op de knop drukt voordat de
tijd is verstreken, wordt de verlichting onmiddellijk
uitgeschakeld.
Advies
AfstandsbedieningDe afstandsbediening is een gevoelig
apparaat dat met hoge frequentie werkt; zit niet
aan de afstandsbediening terwijl u deze in uw
zak hebt, omdat u dan per ongeluk de auto kunt
ontgrendelen.
Druk niet op de toetsen van de afstandsbediening
wanneer u buiten het bereik van de auto
bent, omdat dat ervoor kan zorgen dat de
afstandsbediening niet meer werkt. In dat geval
moet de afstandsbediening worden gereset.
Diefstalbeveiliging Pas de elektronische startblokkering niet
aan, omdat er dan storingen kunnen ontstaan.
Vergeet niet om aan het stuurwiel te draaien om
het stuurslot te activeren.
Vergrendelen van de auto Wanneer de portieren onder het rijden
zijn vergrendeld, kunnen hulpdiensten in
noodgevallen lastig in de auto komen.
Neem uit veiligheidsoverwegingen de
elektronische sleutel mee als u de auto verlaat,
zelfs wanneer dit voor korte duur is.
Bij het aanschaffen van een gebruikte auto
Laat uw sleutels door een PEUGEOT-dealer in
het elektronische geheugen van de auto opslaan,
zodat u zeker weet dat de sleutels in uw bezit de
enige sleutels zijn waarmee de auto kan worden
gestart.
Sleutelloos instap- en
startsysteem
Met dit systeem kunt u de auto ontgrendelen,
vergrendelen en starten terwijl u de elektronische
sleutel op zak heeft in het detectiegebied (A ).
Ontgrendelen van de auto
De selectieve ontgrendeling
(bestuurdersportier, achterklep) kan worden
ingesteld in het menu Rijverlichting/ Auto
van het
touchscreen.
De selectieve ontgrendeling is standaard
uitgeschakeld.
Volledig ontgrendelen
► Leg uw hand achter de portiergreep van een van
de voorportieren of druk op de schakelaar voor het
openen van de achterklep.
Als de elektrische bediening van de achterklep
is ingeschakeld, activeert u zo de automatische
opening.
Openen van de ruiten
Afhankelijk van de uitvoering kunt u de ruiten tot in
de gewenste positie openen door uw hand achter
de handgreep te houden of de schakelaar voor het
openen van de achterklep in te drukken.
Selectieve ontgrendeling
Bestuurdersportier en brandstofvulklep/laadklep
Page 32 of 292

30
Toegang
► Leg uw hand achter de portiergreep van het
bestuurdersportier.
►
W
anneer u de volledige auto wilt ontgrendelen,
legt u uw hand achter de portiergreep van een van
de passagiersportieren terwijl de elektronische
sleutel zich in de buurt van dit portier bevindt.
De volledige of selectieve ontgrendeling en,
afhankelijk van de uitvoering, uitschakeling van het
alarm worden bevestigd door het knipperen van de
richtingaanwijzers.
Afhankelijk van de uitvoering worden de
buitenspiegels uitgeklapt.
Selectieve ontgrendeling van de
achterklep
► Druk op de schakelaar voor het openen van
de achterklep om uitsluitend de achterklep te
ontgrendelen.
De portieren blijven vergrendeld.
Als de selectieve ontgrendeling van de achterklep is uitgeschakeld, worden bij het
indrukken van deze knop ook de portieren
ontgrendeld.
Vergrendelen van de auto
Normale vergrendeling
► Druk op de handgreep van een van de
voorportieren (bij de markeringen) of de
vergrendelknop op de achterklep.
De auto kan niet worden vergrendeld als een van
de elektronische sleutels is achtergebleven in het
interieur van de auto.
Sluiten van de ruiten en het schuif-/kanteldak
Als u de voorportiergreep of de vergrendelknop op
de achterklep ingedrukt houdt, worden de ruiten en,
afhankelijk van de uitvoering, het schuif-/kanteldak
gesloten tot u de knop loslaat.
Hierbij wordt ook het zonnescherm van het schuif-/
kanteldak gesloten.
Zorg ervoor dat het sluiten van de ruiten en het schuif-/kanteldak niet gehinderd wordt
door voorwerpen of personen.
Let vooral goed op als kinderen de ruiten
bedienen.
De vergrendeling en, afhankelijk van de uitvoering,
de inschakeling van het alarm worden bevestigd
door het oplichten van de richtingaanwijzers
Afhankelijk van de uitvoering worden de
buitenspiegels ingeklapt.
Supervergrendeling
Als de supervergrendeling is ingeschakeld, werken de binnenportiergrepen niet. Ook
wordt de toets van de centrale vergrendeling
uitgeschakeld.
De claxon blijft werken.
Schakel nooit de supervergrendeling in als er
zich iemand in de auto bevindt.
► Druk op de handgreep van een van de
voorportieren (bij de markeringen) of de
vergrendelknop op de achterklep om de auto te
vergrendelen.
►
Druk er binnen 5 seconden nog een keer op om
de supervergrendeling van de auto in te schakelen
(de richtingaanwijzers gaan kort knipperen om dit te
bevestigen).
Page 33 of 292

31
Toegang
2Advies
Als een van de portieren of de achterklep nog open is of als de elektronische sleutel
van het Sleutelloos instap- en startsysteem-
systeem in de auto is achtergebleven, werkt de
centrale vergrendeling niet.
Als de auto echter is uitgerust met een
alarmsysteem, dan wordt dit na ongeveer 45
seconden ingeschakeld.
Als de auto wordt ontgrendeld maar de portieren of de achterklep worden
vervolgens niet geopend, dan wordt de auto
automatisch na ongeveer 30 seconden weer
vergrendeld. Als de auto is uitgerust met een
alarmsysteem, dan wordt dit automatisch weer
ingeschakeld.
Afhankelijk van de uitvoering kan de functie voor het automatisch in- en uitklappen van
de buitenspiegels via het menu Rijverlichting /
Auto
van het touchscreen worden ingesteld.
Deze instelling kan ook door een PEUGEOT-
dealer of een bevoegde werkplaats worden
ingesteld.
Laat de auto uit veiligheidsoverwegingen nooit onbeheerd achter, zelfs niet voor korte
tijd, zonder de elektronische sleutel van het
Sleutelloos instap- en startsysteem-systeem mee
te nemen.
Vergeet niet dat de auto kan worden gestolen
als de sleutel nog in een van de aangegeven
gebieden aanwezig is terwijl de auto niet is
vergrendeld.
De handsfree functies worden in de ruststand gezet als ze 21 dagen niet worden
gebruikt, zodat de batterij in de elektronische
sleutel en de accu van de auto niet leeg lopen.
Druk op een van de toetsen van de
afstandsbediening of houd de elektronische
sleutel tegen de lezer en start de motor om het
systeem weer te activeren.
Zie het betreffende hoofdstuk voor meer
informatie over het Sleutelloos instap- en
startsysteem-systeem.
Elektrische storingen De elektronische sleutel werkt in
sommige gevallen niet goed in de nabijheid
van elektronische apparatuur (zoals mobiele
telefoons (ingeschakeld of in stand-by), laptops
en sterke magnetische velden). Als dat het geval
is, moet u de elektronische sleutel verder weg
van de elektronische apparatuur houden.
Centrale vergrendeling
Handmatig
► Druk op deze toets om de auto (portieren en
bagageruimte) van binnenuit te vergrendelen/
ontgrendelen.
Het controlelampje gaat branden om te bevestigen
dat de centrale vergrendeling is ingeschakeld.
De centrale vergrendeling werkt niet als een van de portieren is geopend.
Bij vergrendeling/supervergrendeling van buitenaf
Als de auto van buitenaf is vergrendeld of de
supervergrendeling van buitenaf is ingeschakeld,
knippert het verklikkerlampje en werkt de knop
niet.
►
Als de auto is vergrendeld, trek dan aan de
binnenportiergreep van een van de portieren om
de auto te ontgrendelen.
►
Als de supervergrendeling is ingeschakeld,
moet u de afstandsbediening, het Sleutelloos
instap- en startsysteem-systeem of de
Page 34 of 292

32
Toegang
geïntegreerde sleutel gebruiken om de auto te
ontgrendelen.
Automatisch (beveiliging tegen agressie)
De portieren en de achterklep worden tijdens het
rijden automatisch vergrendeld (bij een snelheid
hoger dan 10
km/h).
De functie is standaard ingeschakeld. Voor uit- of
weer inschakelen:
►
Druk op de toets totdat er een geluidssignaal
klinkt en er ter bevestiging een melding wordt
weergegeven.
Vervoer van lange of grote voorwerpen Druk op de knop van de centrale
vergrendeling om met geopende achterklep en
vergrendelde portieren te kunnen rijden. Anders
hoort u de sloten terugspringen telkens wanneer
de auto harder dan 10 km/h rijdt en wordt er een
waarschuwing weergegeven.
Noodprocedures
Sleutels, afstandsbediening of
elektronische sleutel verloren
Ga met het kentekenbewijs van de auto, uw
legitimatiebewijs en indien mogelijk de sleutelcode
naar een PEUGEOT-dealer. De PEUGEOT-dealer kan de sleutelcode en de
transpondercode uitlezen, waardoor er een nieuwe
sleutel kan worden besteld.
De auto volledig met de
sleutel ontgrendelen/
vergrendelen
Gebruik deze procedure in de volgende situaties:
–
De batterij van de afstandsbediening is leeg.
–
Een storing in de afstandsbediening.
–
De accu van de auto is leeg.
–
De auto staat in een gebied met sterke
elektromagnetische straling.
In het eerste geval moet u de batterij van de
afstandsbediening vervangen.
In het tweede geval kunt u het probleem mogelijk
verhelpen door de afstandsbediening te resetten.
Zie de betreffende hoofdstukken.
► Steek de sleutel in het portierslot.
► Draai de sleutel in de richting van de voorzijde
/ achterzijde om de auto te ontgrendelen /
vergrendelen.
►
Draai de sleutel binnen 5 seconden
nogmaals naar de achterzijde van de auto om de
supervergrendeling van de auto in te schakelen.
Als de auto is uitgerust met een alarmsysteem, wordt het alarm niet
ingeschakeld bij het vergrendelen met de sleutel.
Als het alarmsysteem is ingeschakeld, klinkt de
sirene bij het openen van de deur. De sirene
stopt als het contact wordt ingeschakeld.
Centrale vergrendeling werkt
niet
Gebruik deze procedures in de volgende situaties:
– Storing in de centrale vergrendeling.
–
Accu losgekoppeld of leeg.
Bij een storing in het centrale-vergrendelingssysteem moet de accu
worden losgekoppeld, zodat de auto volledig is
vergrendeld.
Portier linksvoor
► Steek de sleutel in het slot en draai deze
naar de achterkant van de auto om het portier
te vergrendelen of naar de voorkant om het te
ontgrendelen.
Overige portieren / deuren
Ontgrendelen
► Trek aan de binnenportiergreep.
Page 35 of 292

33
Toegang
2Vergrendelen
► Open de portieren.
► Controleer of het kinderslot van de
achterportieren niet is geactiveerd.
Zie het betreffende deel.
►
V
erwijder het zwarte dopje op de zijkant van
het portier met behulp van de sleutel.
►
Steek de sleutel zonder te forceren in de opening
en draai het slot richting de binnenkant van het
portier.
►
V
erwijder de sleutel en plaats de zwarte dop
terug.
►
Sluit de portieren en controleer van buitenaf of de
auto goed is vergrendeld.
Vervangen van de batterij
Er wordt een melding op het instrumentenpaneel
weergegeven zodra de batterij moet worden
vervangen.
Batterijtype: CR2032 / 3 V.
► Wip het deksel met een kleine schroevendraaier
bij de uitsparing los en zet het deksel omhoog.
►
V
erwijder de lege batterij.
►
Plaats de nieuwe batterij en let goed op de plus-
en minkant. Steek de batterij eerst in de contacten in
de hoek en klik het deksel daarna erop.
►
Synchroniseer de afstandsbediening.
Zie het betreffende hoofdstuk voor meer
informatie over het synchroniseren van de
afstandsbediening.
Gooi batterijen van de afstandsbediening niet weg: ze bevatten metalen die
schadelijk zijn voor het milieu. Lever ze in bij een
speciaal inzamelpunt.
Deze apparatuur bevat een knoopcelbatterij. Slik de batterij niet in. Kans op chemische
brandwonden!
Wanneer de batterij wordt ingeslikt, kunnen er in
slechts 2 uur ernstige inwendige brandwonden
ontstaan, die dodelijk kunnen zijn.
Als batterijen zijn ingeslikt of elders in het lichaam
zijn gestoken, moet u onmiddellijk medische hulp
inroepen.
Bewaar nieuwe en gebruikte batterijen buiten het
bereik van kinderen.
Als het batterijvakje niet goed sluit, mag u het
product niet meer gebruiken en moet u het buiten
bereik van kinderen houden.
Risico van explosie als de batterij door een verkeerd type wordt vervangen!
Vervang de batterij door hetzelfde type.
Risico van explosie of lekkage van ontvlambare vloeistof of gas!
U mag dit product niet gebruiken, opbergen of
plaatsen in een omgeving met een zeer hoge
temperatuur of bij een zeer lage druk door een
zeer grote hoogte.
Probeer een gebruikte batterij niet te verbranden,
te verbrijzelen of door te zagen / knippen.
De afstandsbediening resetten
Na het vervangen van de batterij of bij een storing
moet de afstandsbediening mogelijk worden gereset.
Page 36 of 292

34
Toegang
► Steek de mechanische sleutel (uit de
afstandsbediening) in het slot om de auto te openen.
►
Houd de elektronische sleutel tegen de
noodsleutellezer op de stuurkolom totdat u het
contact hebt aangezet.
►
Zet bij een auto
met een handgeschakelde
versnellingsbak
de versnellingshendel in de
neutraalstand en trap het koppelingspedaal volledig
in.
►
Bij een auto met een automatische
transmissie:
trap met de selectiehendel in stand P
op het rempedaal.
►
Zet het contact aan door op de toets
START/
STOP
te drukken.
Als de storing na het resetten niet is verholpen,
neem zo snel mogelijk contact op met een
PEUGEOT-dealer of een gekwalificeerde
werkplaats.
Portieren
Openen
Van buitenaf
► Wanneer u de auto hebt ontgrendeld of de
elektronische sleutel van het Sleutelloos instap-
en startsysteem-systeem zich in de detectiezone
bevindt, trekt u aan de portierhandgreep.
Van binnenuit
► Trek aan de binnenportiergreep van een portier;
de auto wordt dan volledig ontgrendeld.
Als de selectieve ontgrendeling is geactiveerd:
–
W
anneer het bestuurdersportier wordt
geopend, wordt alleen het bestuurdersportier
ontgrendeld (als de auto nog niet volledig was
ontgrendeld).
–
W
anneer een van de passagiersportieren
wordt geopend, wordt de auto volledig
ontgrendeld.
Achterklep
Openen van de achterklep
► Druk op de middelste knop van de achterklep
wanneer de auto is ontgrendeld, of wanneer de
elektronische sleutel zich in de detectiezone bevindt.
►
Open de achterklep.
Als de selectieve ontgrendeling is geactiveerd, moet de elektronische sleutel
zich bij de achterzijde van de auto bevinden.
De achterklep is niet geschikt voor de bevestiging van een fietsendrager.
Sluiten van de achterklep
► Trek de achterklep omlaag met behulp van de
handgrepen aan de binnenzijde van de klep.
►
Laat de handgrepen los en duw de achterklep
dicht.
Bij een storing of wanneer de achterklep lastig opent en sluit, moet u de auto
onmiddellijk door een PEUGEOT-dealer of in een
gekwalificeerde werkplaats laten nakijken om te
voorkomen dat het probleem verergert en de
Page 37 of 292

35
Toegang
2achterklep plotseling dicht valt, waarbij ernstig
letsel kan ontstaan.
Noodbediening
Hiermee kan bij een lege accu of een eventuele
storing van de centrale vergrendeling de achterklep
mechanisch ontgrendeld worden.
Ontgrendelen
► Klap de achterbank naar voren om bij het slot in
de bagageruimte te komen.
► Steek een kleine schroevendraaier in de opening
A van het slot om de achterklep te ontgrendelen.
►
V
erplaats de nok naar links.
Vergrendeling na het sluiten
Wanneer de achterklep weer wordt gesloten, wordt
deze weer vergrendeld als het probleem niet is
verholpen.
Als de centrale vergrendeling niet werkt, moet de accu worden losgekoppeld om de
bagageruimte te kunnen vergrendelen zodat de
auto volledig is vergrendeld.
Handsfree achterklep
(Afhankelijk van de uitvoering)
De elektrisch bedienbare achterklep mag alleen
worden geopend of gesloten als de auto stilstaat.
Controleer of er voldoende ruimte achter de auto is om de elektrisch bedienbare
achterklep te openen.
Steek uw vinger nooit in het vergrendelingssysteem van de elektrisch
bedienbare achterklep – kans op ernstig letsel!
Beveiliging tegen beknellen
De elektrisch bedienbare achterklep is voorzien
van een obstakeldetectiesysteem. Als de klep op
een obstakel stuit, wordt de beweging van de klep
automatisch door dit systeem onderbroken waarna
de klep een klein stukje terug beweegt zodat het
obstakel kan worden verwijderd.
Let op: deze beveiliging tegen beknellen werkt niet
aan het einde van de sluitbeweging van de klep
(vanaf ongeveer 1
cm vóór het volledig sluiten van
de klep).
Om letsel door beknelling vóór en tijdens het openen en sluiten van de elektrisch
bedienbare achterklep te voorkomen:
–
moet
u erop letten dat niemand zich in de buurt
van de achterzijde van de auto bevindt.
–
houdt u de achterpassagiers in de gaten, met
name kinderen.
Fietsendrager / trekhaak
De elektrisch bedienbare achterklep is niet geschikt
voor de bevestiging van een fietsendrager.
Als er een fietsendrager op de trekhaak is
bevestigd en de kabel ervan is aangesloten op de
aanhangeraansluiting, dan wordt de werking van
de elektrisch bedienbare achterklep automatisch
uitgeschakeld.
Bij gebruik van een niet door PEUGEOT goedgekeurde trekhaak of fietsendrager
moet de werking van de elektrisch bedienbare
achterklep worden uitgeschakeld.
Page 38 of 292

36
Toegang
Elektrische bediening
Elektrische bediening van de achterklep wordt in het menu Rijverlichting / Auto op
het touchscreen ingesteld.
U kunt de achterklep op verschillende manieren
openen of sluiten:
A. Met de elektronische sleutel van het Sleutelloos
instap- en startsysteem-systeem
B. Met de knop aan de buitenzijde van de
achterklep
C. Met de knop aan de binnenzijde van de
achterklep
D. Met de knop op het dashboard*
Openen
► Druk lang op de middelste toets ( A) van de
elektronische sleutel.
of
* Afhankelijk van de uitvoering.
► Druk kort op de knop ( B) aan de buitenzijde van
de achterklep terwijl u de elektronische sleutel bij u
hebt.
of
►
Druk twee keer achter elkaar op de knop (
D) op
het dashboard.
De achterklep gaat volledig open (standaardinstelling) of tot de vooraf
opgeslagen positie.
Als de elektrische werking van de achterklep is
uitgeschakeld, wordt de achterklep door deze
acties op een kier gezet.
Wanneer de auto is vergrendeld, wordt de
auto ontgrendeld bij het openen van het
kofferdeksel met schakelaar A of B. Als de
selectieve ontgrendeling is geactiveerd voordat
het kofferdeksel wordt geopend, gaat alleen het
kofferdeksel open.
Sluiten
► Druk kort op de knop ( C) aan de binnenzijde van
de achterklep.
U kunt het openen of sluiten van de achterklep op elk moment onderbreken.
Als u nogmaals een van deze methoden gebruikt,
wordt de beweging onderbroken.
Handsfree-functie (Handsfree toegang
achterklep)
(Afhankelijk van de uitvoering)
Wanneer u de elektronische sleutel bij u hebt, kan
met deze functie de elektrisch bedienbare achterklep
worden geopend, gesloten of gestopt met een
"schoppende" beweging onder de achterbumper.
De functie "Handsfree achterklep / toegang" stelt u in via het menu Rijverlichting / Auto
op het touchscreen.
Zorg ervoor dat u stabiel staat wanneer u de "schoppende" beweging onder de
achterbumper maakt.
Raak het uitlaatsysteem niet aan; het kan nog
warm zijn – kans op brandwonden!
Plug-in hybrideauto's Deze functie is niet beschikbaar als de auto
is aangesloten.
Page 39 of 292

37
Toegang
2
► Ga achter de auto ter hoogte van de
kentekenplaat staan en maak een "schoppende"
beweging in de detectiezone
"OK".
Maak een vloeiende en niet te snelle "schoppende"
beweging voorwaarts, waarbij u uw voet verticaal
van beneden naar boven beweegt. Haal de voet
voldoende omhoog en haal hem meteen weer weg.
Wanneer de "schoppende" beweging is
gedetecteerd, gaan de richtingaanwijzers aan en
klinkt er een geluidssignaal.
Zijwaartse "schoppende" bewegingen werken niet. Als de "schoppende" beweging
niet is gedetecteerd, wacht dan minimaal 2
seconden voordat u het weer probeert.
Maak niet meerdere "schoppende" bewegingen
achter elkaar.
Als de elektrisch bedienbare achterklep niet open
gaat, controleer dan of:
–
de functie is geactiveerd.
–
u de elektronische sleutel bij u hebt en dat deze
zich buiten de auto en in de detectiezone aan de
achterzijde bevindt.
–
de "schoppende" beweging is uitgevoerd in de
detectiezone, dicht genoeg bij de bumper.
–
u uw voet snel genoeg bij de bumper vandaan
hebt gehaald.
Automatische vergrendeling met de
handsfree-functie
► Druk op deze toets om de automatische
vergrendeling van de auto bij het sluiten van de
achterklep met de handsfree-functie in / uit te
schakelen.
Het groene controlelampje brandt om aan te geven
dat de functie is ingeschakeld.
Wanneer de auto is vergrendeld, wordt de auto door het verzoek voor het openen van
de achterklep met deze functie ontgrendeld, of
alleen de achterklep wanneer de selectieve
ontgrendeling is geactiveerd, voordat de
achterklep wordt geopend.
Wanneer de achterklep met de functie Handsfree
toegang achterklep wordt gesloten, kunt u de
gehele auto vergrendelen.
Adviezen over de handsfree-functie (Handsfree toegang achterklep)
Als het systeem niet werkt, controleer dan of de
elektronische sleutel wellicht wordt gestoord door
hoogfrequente signalen (bijvoorbeeld van een
smartphone).
De functie kan worden uitgeschakeld bij zware
regenval en als er een laag sneeuw op de
achterklep ligt.
De functie werkt wellicht niet correct bij een
prothesebeen.
In sommige gevallen gaat de achterklep mogelijk
vanzelf open of dicht, met name:
–
bij het vast- of loskoppelen van een aanhanger;
–
gebruik van een sleepvoorziening;
–
bij het bevestigen of verwijderen van een
fietsendrager;
–
bij het plaatsen of verwijderen van fietsen op / van
een fietsendrager;
–
wanneer u iets neerzet of optilt achter de auto;
–
wanneer een dier de achterbumper nadert;
–
als de auto wordt gewassen;
Page 40 of 292

38
Toegang
– bij het uitvoeren van onderhoud aan de auto;
– bij het pakken van het reservewiel.
Houd de elektronische sleutel uit de buurt van de
detectiezone of deactiveer de handsfree-functie om
dergelijke problemen te voorkomen.
Trekhaak De montage van een trekhaak kan het
detectiesysteem verstoren.
►
Maak een "schoppende" beweging aan de
rechterzijde van de trekhaak.
Opslaan van een
openingshoek
Voor het opslaan van de positie voor het beperken
van de openingshoek bij een elektrisch bedienbare
achterklep:
►
open de achterklep handmatig of door op de
knop te drukken tot de gewenste hoek.
►
houd de knop
C of de knop B aan de buitenzijde
langer dan 3 seconden ingedrukt (het opslaan wordt
bevestigd door een kort geluidssignaal).
Opslaan is alleen mogelijk vanaf een openingshoogte groter dan of gelijk aan 1
meter tussen de onderste en bovenste positie
van de achterklep.
Voor het wissen van de opgeslagen openingshoek:
►
open de achterklep tot een willekeurige positie.
►
houd de knop
C of de knop B aan de buitenzijde
langer dan 3 seconden ingedrukt (het wissen wordt
bevestigd door een kort geluidssignaal).
Handmatige bediening
De achterklep kan met de hand worden bewogen,
zelfs als de elektrische werking ingeschakeld is.
De achterklep mag niet bewegen.
Bij het handmatig openen en sluiten van de
elektrisch bedienbare achterklep is er geen
ondersteuning van gasveren. Het is daarom normaal
dat u weerstand ondervindt bij het openen en
sluiten.
Als de achterklep herhaaldelijk elektrisch wordt geopend en gesloten, kan het
voorkomen dat de elektromotor te warm wordt
waardoor elektrische bediening tijdelijk niet meer
mogelijk is.
Wacht ten minste 10 minuten met het bedienen
van de achterklep om de elektromotor te laten
afkoelen.
Bedien de achterklep handmatig als u niet zo
lang wilt wachten.
Handmatig sluiten van
de elektrisch bedienbare
achterklep bij een storing
Deze procedure is alleen nodig in het geval van
een storing van de achterklepmotor.
Als de storing wordt veroorzaakt door de accu,
wordt aanbevolen deze opnieuw op te laden of te
vervangen bij gesloten achterklep.
In deze situatie is wellicht veel kracht nodig om de
achterklep te sluiten.
► Sluit de achterklep voorzichtig (zo langzaam
mogelijk) zonder hem dicht te slaan door op het
midden van de achterklep te duwen.
Sluit de achterklep niet door op een van de zijkanten te duwen, dit kan schade
veroorzaken!
Gebruiksvoorschriften
Onder winterse omstandigheden Voorkom bedieningsproblemen door
sneeuw van de achterklep te verwijderen voordat
deze automatisch wordt geopend.
Bij het wassen van de auto Als u de auto in een automatische wasstraat
laat wassen, vergeet dan niet om de auto eerst te
vergrendelen en uit de buurt van de auto te lopen
om te voorkomen dat de achterklep per ongeluk
wordt geopend.
Alarm
(Afhankelijk van de uitvoering)