keyless entry Peugeot 508 2014 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2014, Model line: 508, Model: Peugeot 508 2014Pages: 352, PDF Size: 13.66 MB
Page 6 of 352

4
In één oogopslag
Elektronische sleutel: Keyless entry and start
Met dit systeem kunt u de auto openen en sluiten en de motor starten zonder dat u de sleutel uit uw zak hoeft te halen. De sleutel moet zich wel in het detectiegebied bevinden. moet zich wel in het detectiegebied bevinden.
4 4, 101
Intelligente parkeerhulp
Dit systeem meet de grootte van de parkeerplek en geeft vervolgens aan of er genoeg ruimte is om in te parkeren.
13 4
Buitenzijde
Stop & Start Stop & Start
Dit systeem zet de motor tijdelijk af als u stopt (bij rood licht, opstoppingen enz.). De motor wordt automatisch weer gestart als u weer weg wilt rijden. Het Stop & Start-systeem zorgt voor een lager brandstofverbruik, minder uitstoot van schadelijke stoffen en een aangename rust in het interieur tijdens het wachten.
121
Page 8 of 352

6
In één oogopslag
Openen
A. Uitklappen/inklappen van de sleutel. B. Ontgrendelen van de auto.
Sleutel met afstandsbediening
1. Openen van de brandstofvulklep.
Brandstoftank
64
Openen
Houd uw hand, ter wijl de elektronische sleutel zich in het detectiegebied bevindt, achter de buitenportiergreep om de auto te ontgrendelen, trek vervolgens aan de portiergreep om het portier te openen.
Sluiten
Houd, ter wijl de elektronische sleutel zich in het detectiegebied bevindt, een vinger tegen de portiergreep (bij de merktekens) om de auto te vergrendelen.
Keyless entry and start-
systeem
2. Openen en bevestigen van de brandstoftankdop. Inhoud van de brandstoftank: ongeveer 72 liter (of 55 liter, afhankelijk van de uitvoering).
Overige beschikbare functies...C. Vergrendelen van de auto. Lokaliseren van de auto.
44
43
Page 46 of 352

44
Toegang tot de auto
508_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Systeem waarmee de auto geopend, gesloten en gestart kan worden zonder dat u de elektronische sleutel tevoorschijn hoeft te halen. Kan ook worden gebruikt als afstandsbediening.
"Keyless entry and start"-systeem
Openen van de auto
Volledig ontgrendelen
Met de sleutel
Draai de sleutel in de richting van de voorzijde van de auto om de auto te ontgrendelen.
Met de afstandsbediening
Druk op het geopende hangslot om de auto te ontgrendelen.
Met de elektronische sleutel
Als u de elektronische sleutel op zak hebt binnen de detectiezone, kunt u de auto ontgrendelen door uw hand op de achterzijde van de portiergreep te leggen. Trek vervolgens aan de portiergreep om het portier te openen. Ook uw passagiers kunnen de portieren (maar niet de achterklep) openen als de elektronische sleutel zich in de detectiezone bevindt.
Als deze knop ingedrukt wordt gehouden, worden de ruiten automatisch geopend.
Het ontgrendelen wordt bevestigd door het gedurende ongeveer 2 seconden snel knipperen van de
richtingaanwijzers. Tegelijkertijd worden, afhankelijk van de uitvoering van de auto, de buitenspiegels uitgeklapt.
Raadpleeg om te voorkomen dat na het vergrendelen de ruiten per ongeluk geopend kunnen blijven het PEUGEOT-netwerk om deze functie te laten uitschakelen.
Omwille van de veiligheid en ter voorkoming van diefstal: laat nooit de elektronische sleutel in de auto achter, ook niet wanneer u in de buurt bent. Het is raadzaam de sleutel bij u te houden, bijvoorbeeld in uw kleding of tas.
Page 54 of 352

52
Toegang tot de auto
508_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Sleutels, afstandsbediening, elektronische sleutel verloren
Ga met het kentekenbewijs van de auto en uw legitimatiebewijs naar het PEUGEOT-netwerk. Het PEUGEOT-netwerk kan de speciale code van de sleutel en de transponder opzoeken en een nieuwe bestellen.
Afstandsbediening
De radiografische afstandsbediening is een systeem met een groot bereik. Het is raadzaam om niet met de knop van de afstandsbediening te spelen om te voorkomen dat de portieren per ongeluk ontgrendeld worden. Druk nooit op de knoppen van uw afstandsbediening buiten het bereik en het zicht van uw auto. De afstandsbediening kan dan onbruikbaar
worden en moet in dat geval opnieuw worden gesynchroniseerd. De afstandsbediening kan niet functioneren als de sleutel in het contactslot zit, zelfs als het contact uitstaat.
Vergrendelen van de auto
Het rijden met vergrendelde portieren kan in geval van nood de toegang tot het interieur belemmeren. Neem uit veiligheidsover wegingen (kinderen in de auto) de sleutel met afstandsbediening of de elektronische sleutel mee als u de auto verlaat, zelfs al is dit voor korte duur.
Elektrische storingen
De elektronische sleutel van het Keyless entry and start-systeem werkt in sommige gevallen niet correct in de nabijheid van elektronische apparatuur: telefoon, laptop, sterke magnetische velden, ...
Diefstalbeveiliging
Breng geen wijzigingen aan in de elektronische startblokkering; dit kan tot storingen leiden. Vergeet niet aan het stuur wiel te draaien om het stuurslot te activeren.
Bij het aanschaffen van een gebruikte auto
Laat uw sleutels door het PEUGEOT-netwerk in het elektronische geheugen van de auto opslaan, zodat u er zeker van kunt zijn dat de in uw bezit zijnde sleutels de enige zijn waarmee de auto kan worden gestart.
Page 55 of 352

2
53
Toegang tot de auto
508_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Dit systeem beveiligt uw auto tegen inbraak en diefstal. Het systeem bestaat uit de volgende typen beveiliging:
Alarm
- Omtrekbeveiliging
Dit systeem houdt de te openen carrosseriedelen van de auto in de gaten. Het alarm gaat af als iemand een portier, de
achterklep of de motorkap probeert te openen.
- Interieurbeveiliging
Dit systeem treedt in werking als er bewegingen in het interieur worden waargenomen.
Het alarm gaat af als er een ruit wordt ingeslagen, als iets of iemand de auto
binnendringt of als iets of iemand in de auto
beweegt.
- Wegsleepbeveiliging
Dit systeem treedt in werking als er veranderingen in de wagenhoogte worden waargenomen. Het alarm gaat af als de auto wordt opgetild, verplaatst of aangestoten.
Automatische
beveiligingsfunctie
Dit systeem treedt in werking als iemand probeert het alarm te saboteren. Het alarm gaat af als iemand probeert de accu, de bedieningseenheid of de kabels van de sirene uit te schakelen of te beschadigen.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats alvorens wijzigingen aan het alarmsysteem aan te brengen.
Vergrendelen van de auto met
volledig ingeschakeld alarm
Inschakelen
Zet het contact af en verlaat de auto.
Druk op de vergrendelknop van de afstandsbediening of
vergrendel de auto met het "Keyless entry and start"-systeem.
Het alarmsysteem is geactiveerd: het verklikkerlampje van de knop zal één keer per seconde knipperen. De inbraakbeveiliging wordt 5 seconden nadat de vergrendelknop van de afstandsbediening is ingedrukt of nadat de auto met het "Keyless entry and start"-systeem vergrendeld is, geactiveerd. De interieurbeveiliging wordt
45 seconden en de wegsleepbeveiliging 90 seconden nadat de vergrendelknop van de afstandsbediening is ingedrukt, geactiveerd. Indien een portier of de achterklep niet goed is gesloten, wordt de auto niet vergrendeld, maar wordt de omtrekbeveiliging na 45 seconden wel ingeschakeld.
Druk op de ontgrendelknop van de afstandsbediening of
ontgrendel de auto met het "Keyless entry and start"-systeem.
Uitschakelen van de interieurbeveiliging
De interieurbeveiliging wordt uitgeschakeld; het verklikkerlampje
van de knop gaat uit.
Page 56 of 352

54
Toegang tot de auto
508_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Vergrendelen van de
auto met alleen de
omtrekbeveiliging
ingeschakeld
Schakel de interieur- en wegsleepbeveiliging uit om te voorkomen dat het alarm onnodig wordt ingeschakeld als bijvoorbeeld: - een ruit op een kier blijft staan, - de auto wordt gewassen, - een wiel wordt ver wisseld, - de auto wordt gesleept, - de auto op een boot wordt vervoerd.
Uitschakelen van de interieur- en wegsleepbeveiliging
Zet het contact af en druk binnen 10 seconden op deze knop tot het verklikkerlampje blijft branden. Verlaat de auto.
Druk onmiddellijk op de vergrendelknop van de afstandsbediening of vergrendel de auto met het "Keyless entry and start"-systeem.
Alleen de omtrekbeveiliging wordt ingeschakeld; het verklikkerlampje van de knop zal één keer per seconde knipperen. De interieur- en wegsleepbeveiliging worden uitsluitend uitgeschakeld als deze procedure elke keer na het afzetten van het contact wordt uitgevoerd.
Opnieuw inschakelen van de interieur- en wegsleepbeveiliging
Afgaan van het alarm
Als het alarm afgaat, treedt de sirene in werking en knipperen de richtingaanwijzers
gedurende dertig seconden. Als het alarm voor de 11 e keer afgaat, worden de alarmsystemen uitgeschakeld.
Druk op de ontgrendelknop van de afstandsbediening of ontgrendel de auto met het "Keyless entry and start"-systeem om de omtrekbeveiliging uit te schakelen. Druk op de vergrendelknop van de afstandsbediening of vergrendel de auto met het "Keyless entry and start"-systeem om alle alarmsystemen in te schakelen.
Het verklikkerlampje van de knop zal opnieuw één keer per seconde knipperen.
Als het verklikkerlampje van de knop snel knippert bij het ontgrendelen van de auto met de afstandsbediening of met het "Keyless entry and start"-systeem, is het alarm tijdens uw afwezigheid afgegaan. Het lampje stopt met knipperen als het contact wordt aangezet.
Storing afstandsbediening
Om de alarmsystemen uit te schakelen:
Ontgrendel de auto met de sleutel in het slot van het bestuurdersportier. Open het portier; het alarm gaat af. Zet het contact aan, het alarm stopt. Het verklikkerlampje van de knop gaat uit.
Vergrendelen van de auto
zonder het alarm in te schakelen
Vergrendel de auto of schakel de supervergrendeling in met de sleutel in het slot van het bestuurdersportier.
Storing
Als bij het aanzetten van het contact het verklikkerlampje van de knop blijft branden, duidt dit op een storing in het systeem. Laat het systeem controleren door het PEUGEOT-netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
* Volgens land van bestemming.
Automatisch inschakelen *
Het systeem wordt 2 minuten nadat het laatste portier of de achterklep is gesloten, automatisch ingeschakeld. Om het afgaan van het alarm bij het openen van een portier of de achterklep te voorkomen, moet eerst op de ontgrendelknop van de afstandsbediening worden gedrukt of moet de auto ontgrendeld worden met het "Keyless entry and start"-systeem.
Page 343 of 352

.
341
Visuele index
Exterieur Berline
Sleutel met afstandsbediening/elektronische sleutel 43 -52 - openen/sluiten - diefstalbeveiliging - starten - batterij
Instapverlichting 143 Verlichting buitenspiegels 143 Dynamische bochtverlichting 136 -142, 145 Statische bochtverlichting 146 Koplampverstelling 144 Lampen vervangen 192-196 - koplampen - mistlampen vóór - zijknipperlichten
Ruitenwissers 147-149 Ruitenwisserbladen vervangen 150, 209
Intelligente parkeerhulp 134-135
Portieren 44-52 - Keyless entry and start - openen/sluiten - centrale vergrendeling - noodbediening Alarmsysteem 53 -54 Ruitbediening 55-56
Brandstoftank, tankbeveiliging 64-66
Schuif-/kanteldak 61-62 Allesdragers 214 Accessoires 215 -216
ESC: ABS, AFU, ASR, CDS 169 -171 Detectie te lage bandenspanning 167-168 Bandenspanning 247 Wiel verwisselen 185-191 - gereedschap - demonteren/monteren
Kofferdeksel 57, 60 - openen/sluiten - noodbediening Bandenreparatieset 179-184
Lampen vervangen 197, 200 - achterlichten - derde remlicht - kentekenplaatverlichting - mistachterlichten
Par keer hulp 132-13 3 Trekhaak 212-213 Slepen 210 -211
Buitenspiegels 74-75
Page 344 of 352

342
Visuele index
Exterieur SW
Sleutel met afstandsbediening/elektronische sleutel 43 -52 - openen/sluiten - diefstalbeveiliging - starten - batterij
Instapverlichting 143 Verlichting buitenspiegels 143 Dynamische bochtverlichting 136 -142, 145 Statische bochtverlichting 146 Koplampverstelling 144 Lampen vervangen 192-196 - koplampen - mistlampen vóór - zijknipperlichten
Ruitenwissers 147-149 Ruitenwisserbladen vervangen 150, 209
Buitenspiegels 74-75
Portieren 44-52 - Keyless entry and start - openen/sluiten - centrale vergrendeling - noodbediening Alarmsysteem 53 -54 Ruitbediening 55-56
Brandstoftank, tankbeveiliging 64-66
Achterklep 57, 60 - openen/sluiten - noodbediening Elektrisch bedienbare achterklep 58 - 59 Bandenreparatieset 179-184
Lampen vervangen 198-199 - achterlichten - derde remlicht - kentekenplaatverlichting - mistachterlichten
Par keer hulp 132-13 3 Trekhaak 212-213 Slepen 210 -211
Schuif-/kanteldak 61-62 Panoramadak 63 Allesdragers 214 Accessoires 215 -216
ESC: ABS, AFU, ASR, CDS 169 -171 Detectie te lage bandenspanning 167-168 Bandenspanning 247 Wiel verwisselen 185-191 - gereedschap - demonteren/monteren
Intelligente parkeerhulp 134-135