isofix Peugeot 508 2020 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2020, Model line: 508, Model: Peugeot 508 2020Pages: 276, PDF Size: 8.45 MB
Page 4 of 276

2
Inhoudsopgave
■
Overzicht
■
Eco-rijden
1Instrumentenpaneel
Digitale instrumentenpanelen 9
Waarschuwings- en verklikkerlampjes 11
Meters 17
Handmatige controle 21
Kilometerteller 21
Dimmer dashboardverlichting 22
Boordcomputer 22
Touchscreen 23
Op afstand bedienbare functies (hybride) 26
2Toegang tot de auto
Elektronische sleutel met afstandsbediening
en ingebouwde fysieke sleutel, 27
Keyless entry and start 29
Noodprocedures 31
Centrale vergrendeling 33
Alarm 34
Portieren 36
Achterklep 37
Handsfree achterklep 38
Elektrische ruitbediening 42
Panoramadak 43
3Ergonomie en comfort
Zitpositie 46
Voorstoelen 47
Het stuurwiel verstellen 51
Spiegels 51
Achterbank 52
Verwarming en ventilatie 54
Automatische airconditioning met gescheiden
regeling
55
Ontwasemen - ontdooien voorruit en voorste
zijruiten
58
Voorruitverwarming 59
Ontwasemen - ontdooien achterruit 59
Extra verwarmings-/ventilatiesysteem 59
Voorverwarming (hybride) 61
Voorzieningen vóór 62
Plafonniers 65
Sfeerverlichting interieur 66
Voorzieningen achter 66
Voorzieningen in de bagageruimte 67
4Verlichting en zicht
Lichtschakelaar 73
Richtingaanwijzers 74
Hoogteverstelling van de koplampen 75
Automatisch inschakelen van de verlichting 75
Follow me home- en instapverlichting 76
Grootlichtassistent 76
Statische bochtverlichting 77
Night Vision 78
Ruitenwisserschakelaar 79
Ruitenwisserbladen vervangen 81
Automatische ruitenwissers 82
5Veiligheid
Algemene aanbevelingen met betrekking
tot de veiligheid 83
Alarmknipperlichten 83
Claxon 84
Geluidssignaal voor voetgangers (hybride) 84
Urgence-noodoproep of Assistance-
pechhulpoproep
84
Elektronisch stabiliteitsprogramma (ESP) 86
Veiligheidsgordels 88
Airbags 90
Actieve motorkap 93
Kinderzitjes 94
De airbag vóór aan passagierszijde
uitschakelen
96
ISOFIX-kinderzitjes 99
i-Size-kinderzitjes 102
Kinderslot 103
6Rijden
Rijadviezen 105
Starten/afzetten van de motor 106
Hybride auto's starten 107
Elektrische parkeerrem 109
Handgeschakelde versnellingsbak 111
Automatische transmissie 11 2
Elektrische automatische transmissie
(hybride)
11 5
Hill Start Assist 11 6
Active Suspension Control 11 7
Rijstanden 11 7
Schakelindicator 11 9
Stop & Start 11 9
Bandenspanningscontrolesysteem 121
Rij- en parkeerhulpsystemen -
Algemene adviezen
122
snelheidslimietherkennings- en
snelheidsadviessysteem
124
Snelheidsbegrenzer 127
Page 96 of 276

94
Veiligheid
Dit systeem werkt slechts één keer. Als
er een tweede aanrijding plaatsvindt
(tijdens hetzelfde of een volgend ongeval),
wordt de actieve motorkap niet meer
geactiveerd.
Laat na een aanrijding of diefstal van uw auto
het systeem controleren.
Kom niet aan de pyrotechnische systemen
onder de motorkap, in de buurt van de
steunen - risico van explosie!
Laat werkzaamheden aan dit systeem
alleen door het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats uitvoeren.
Storing
Als dit waarschuwingslampje op het instrumentenpaneel gaat branden in
combinatie met een geluidssignaal en een
melding op het display van het
instrumentenpaneel, laat het systeem dan
controleren door het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
De kans bestaat dat de actieve motorkap bij een
aanrijding niet wordt geactiveerd.
Kinderzitjes
De regelgeving met betrekking tot het
vervoer van kinderen verschilt per land.
Raadpleeg de in uw land geldende regels.
Volg voor een optimale veiligheid de volgende
adviezen op:
–
Conform de Europese wetgeving dienen
kinderen jonger dan 12 jaar of kleiner
dan 1,50 m in goedgekeurde, aan het
lichaamsgewicht aangepaste kinderzitjes
op
met veiligheidsgordels of ISOFIX-bevestigingen
uitgeruste plaatsen te worden vervoerd.
–
V
olgens de statistieken is de achterbank
van uw auto de veiligste plaats voor het
vervoeren van een kind.
–
Kinderen lichter dan 9 kg moeten in
een naar achteren gerichte positie in de
auto worden geplaatst, op de voorstoel of
achterbank van de auto.
Het wordt aanbevolen om kinderen op
de achterzitplaatsen van de auto te
vervoeren:
–
tot 3 jaar "
met de rug in de rijrichting ",
–
vanaf 3 jaar "
met het gezicht in de
rijrichting ".
Zorg ervoor dat de veiligheidsgordel
correct is bevestigd en aangetrokken.
Zorg er bij kinderzitjes met een steun voor dat
de steun goed contact maakt met de vloer.
Advies
Een onjuist geïnstalleerd kinderzitje kan
de veiligheid van het kind in gevaar
brengen in het geval van een ongeval.
Controleer of er geen veiligheidsgordel of
gesp van de veiligheidsgordel onder het
kinderzitje zit; dat zou de stabiliteit van het
zitje in gevaar kunnen brengen.
Zorg ervoor dat de veiligheidsgordels of het
tuigje van het kinderzitje, zelfs bij korte ritten,
worden vastgemaakt waarbij de speling ten
opzichte van het lichaam van het kind zoveel
mogelijk moet worden beperkt.
Zorg er bij het bevestigen van het kinderzitje
met de veiligheidsgordel voor dat de
veiligheidsgordel correct tegen het kinderzitje
is gespannen en dat de gordel het kinderzitje
stevig op zijn plaats houdt. Schuif de
passagiersstoel, wanneer deze versteld kan
worden, indien nodig naar voren.
Verwijder de hoofdsteun alvorens
een kinderzitje met rugleuning op een
passagierszitplaats te bevestigen.
Berg de hoofdsteun zorgvuldig op om te
voorkomen dat de hoofdsteun door de
auto vliegt bij krachtig afremmen. Plaats de
hoofdsteun terug zodra het kinderzitje is
verwijderd.
Page 99 of 276

97
Veiligheid
5De airbag vóór aan passagierszijde
uit- of inschakelen
Bij auto's met deze schakelaar bevindt deze zich
aan de zijkant van het dashboardkastje.
Bij afgezet contact:
► Steek de sleutel in de schakelaar voor de
airbag en draai deze in de stand " OFF" om de
airbag uit te schakelen.
►
Draai de sleutel in de stand " ON
" om de
airbag weer in te schakelen.
Als het contact wordt aangezet:
Dit waarschuwingslampje gaat branden
en blijft branden om aan te geven dat de
airbag is uitgeschakeld.
Of
Dit waarschuwingslampje gaat ongeveer
1 minuut branden om aan te geven dat de
airbag is ingeschakeld.
Aanbevolen kinderzitjes
Deze aanbevolen kinderzitjes kunnen met
een driepuntsveiligheidsgordel worden
vastgemaakt.
Categorie 0+: vanaf geboorte tot 13 kg.
L1
"RÖMER Baby-Safe Plus"
Wordt naar achteren gericht geplaatst.
Categorie 2 en 3: van 15 tot 36 kg
Categorie 2 en 3: van 15 tot 36 kg
L5
"RÖMER KIDFIX XP"
Kan aan de ISOFIX-bevestigingspunten van de auto worden bevestigd.
Het kind wordt beschermd door de veiligheidsgordel.
Alleen op de buitenste zitplaatsen van de achterbank geplaatst.
De hoofdsteun van de stoel moet worden verwijderd.
Categorie 2 en 3: van 15 tot 36 kg
L6
"GRACO Booster"
Het kind wordt beschermd door de veiligheidsgordel.
Mag alleen op de stoel van de voorpassagier of op de buitenste zitplaatsen van de achterbank worden geplaatst.
Page 101 of 276

99
Veiligheid
5(e)Als u een kinderzitje met de rug of het
gezicht in de rijrichting op een zitplaats
achterin bevestigt, moet u de voorstoel naar
voren schuiven en de rugleuning ervan
rechtop zetten zodat er voldoende ruimte
is voor het kinderzitje en de benen van het
kind.
(f) Plaats een kinderzitje met steun nooit op de
middelste zitplaats achter.
(g) Voordat er een kinderzitje op de middelste
zitplaats wordt bevestigd, moet de
gordelsluiting aan de rechterzijde in de
hiertoe bestemde ruimte in de zitting worden
opgeborgen.
"ISOFIX"-bevestigingen
De hieronder aangegeven zitplaatsen
zijn uitgerust met de voorgeschreven
ISOFIX-bevestigingen:
* Afhankelijk van het land waar de auto is
verkocht.
Elke zitplaats is voorzien van drie
bevestigingsringen die worden aangegeven door
een markering:
–
T
wee ringen, A, tussen de rugleuning en de
zitting van de stoel.
De 2 vergrendelingen van ISOFIX-kinderzitjes
worden hieraan bevestigd.
–
Een ring,
B, achter de stoel wordt TOP
TETHER genoemd en is bedoeld om zitjes te
bevestigen middels een bovenste riem.
Voorstoel
Achterbank
Dit systeem voorkomt dat het kinderzitje naar
voren kantelt bij een frontale aanrijding.
Met de ISOFIX-bevestigingen kan een kinderzitje
veilig, degelijk en snel in de auto worden
gemonteerd.
Kinderzitje vastmaken aan de TOP TETHER:
►
V
erwijder de hoofdsteun van de zitplaats
waarop u het kinderzitje wilt plaatsen en berg de
hoofdsteun op (plaats de hoofdsteun terug zodra
het kinderzitje weer is verwijderd).
Page 102 of 276

100
Veiligheid
► Leid de riem van het kinderzitje achter
de rugleuning van het zitje, tussen de 2
bevestigingspunten van de hoofdsteun in.
►
Maak de haak van de bovenste riem aan ring
B
vast.
►
T
rek de bovenste riem strak.
Voor u een ISOFIX-kinderzitje op de
linker zitplaats van de achterbank plaatst,
moet u eerst de middelste veiligheidsgordel
achter naar het midden van de auto
verplaatsen zodat deze gordel normaal
gebruikt kan blijven worden.
Een onjuist geïnstalleerd kinderzitje kan
de veiligheid van het kind in gevaar
brengen in geval van een ongeval.
Houd u nauwkeurig aan de
montagevoorschriften die zijn vermeld in de
gebruiksaanwijzing van het kinderzitje.
Raadpleeg het overzicht voor meer
informatie over de bevestiging van
ISOFIX-kinderzitjes in uw auto.
Aanbevolen ISOFIX-kinderzitjes
Raadpleeg voor het aanbrengen en
verwijderen van het kinderzitje de
gebruiksaanwijzing van de fabrikant.
“RÖMER Baby-Safe Plus met ISOFIX-basis”
(lengtecategorie: E)
Categorie 0+: vanaf geboorte tot 13 kg.
Dit kinderzitje wordt met de rug in de
rijrichting geplaatst met behulp van een
ISOFIX-basis die aan de ogen ( A) wordt
bevestigd.
Mag alleen op de stoel van de voorpassagier of op de buitenste zitplaatsen van de achterbank worden geplaatst.
De basis is voorzien van een in hoogte
verstelbare steun die op de vloer van de auto rust.
Dit kinderzitje kan ook worden bevestigd met een veiligheidsgordel. In dat geval wordt het
zitje zonder basis met de driepuntsgordel op de zitplaats van de auto bevestigd.
"RÖMER Duo Plus ISOFIX "
(lengtecategorie: B1)
Groep 1: van 9 tot 18 kg
Dit zitje wordt uitsluitend met het gezicht in de rijrichting geplaatst.
Het wordt aan de ringen ( A) en (B), en met de
bovenste riem, de TOP TETHER, bevestigd.
Mag alleen op de stoel van de voorpassagier of op de buitenste zitplaatsen van de
achterbank worden geplaatst. De hoofdsteun van de stoel moet worden verwijderd.
Drie standen: rechtop, ruststand en ligstand. Dit kinderzitje kan ook worden gebruikt op
zitplaatsen die niet zijn voorzien van ISOFIX- bevestigingspunten. In dat geval moet het
zitje met de driepuntsveiligheidsgordel op de stoel van de auto worden bevestigd. Stel de
voorstoel zo af dat de voeten van het kind de rugleuning niet kunnen raken.
Page 103 of 276

101
Veiligheid
5Overzicht voor het bevestigen van ISOFIX-kinderzitjes
Overeenkomstig de Europese wetgeving geeft dit overzicht de mogelijkhede\
n aan voor het bevestigen van een ISOFIX-kinderzitje op een plaats in de\
auto
voorzien van ISOFIX-bevestigingen.
Bij universele en semi-universele ISOFIX-kinderzitjes wordt de ISOFIX-ma\
at op het kinderzitje naast het i-Size-logo aangegeven met een letter (\
A t/m G).
Gewicht van het kind/leeftijdsindicatie
Lichter dan 10
kg
(groep 0)
Tot ca. 6 maanden Lichter dan 10
kg
Tot 13
kg
(groep 0)
(groep 0+)
Tot ongeveer 1 jaar Van 9 tot 18
kg
(groep 1)
Van 1 tot ongeveer 3 jaar
Type ISOFIX-kinderzitje Reiswieg "Rug in de rijrichting" "Rug in de
rijrichting""Gezicht in de rijrichting"
ISOFIX-maat F G C D E C D A B B1
Zitplaats Airbag
voorpassagier
Zitrij 1 (a) Passagiersstoel
met
hoogteverstelling Uitgeschakeld:
"OFF" X
IL ILIUF/IL
Ingeschakeld: "ON" X
XXIUF/IL
Zitrij 2 (b) Buitenste zitplaatsen achter
ILIL (c) IL (c)IUF/IL (c)
Middelste zitplaats achter Geen ISOFIX
IUF: zitplaats geschikt voor de bevestiging met behulp van een bovenste riem\
van een ISOFIX universeel kinderzitje met het gezicht in de rijrichting
(F)
.
IL: zitplaats geschikt voor de bevestiging van een ISOFIX Semi-Universeel kinderzitje:
–
"met de rug in de rijrichting", bevestigd met behulp van een bovenste ri\
em of een steun.
–
met het gezicht in de rijrichting, bevestigd met behulp van een steunpoo\
t.
–
een reiswieg voorzien van een bovenste riem of een steun.
Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over het vastzetten met de bovenste riem en de ISOFIX-bevestigingen.
X
: zitplaats niet geschikt voor een ISOFIX-kinderzitje of reiswieg uit de\
aangegeven gewichtscategorie.
Page 104 of 276

102
Veiligheid
(A) Raadpleeg de wettelijke bepalingen van uw land voordat u een kinderzitj\
e op deze plaats bevestigt.
(B) Als een reiswieg op deze zitplaats is bevestigd, kunnen één of bei\
de andere zitplaatsen van dezelfde zitrij mogelijk niet meer worden gebr\
uikt.
(C) Verwijder de hoofdsteunen.
i-Size-kinderzitjes
i-Size-kinderzitjes zijn voorzien van twee sloten die aan de twee bevest\
igingsringen A kunnen worden vastgemaakt.
Deze i-Size-kinderzitjes zijn ook uitgerust met:
–
een bovenste bevestigingsriem die kan worden vastgemaakt aan bevestiging\
sring B
.
–
of een steun die op de vloer rust, vóór de voor i-Size kinderzitje\
s geschikte zitplaats van de auto.
Ze voorkomen dat het kinderzitje bij een ongeval naar voren kantelt.
Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over ISOFIX-bevestigingen.
Overeenkomstig de Europese wetgeving geeft dit overzicht de mogelijkhede\
n aan voor het bevestigen van een i-Size-kinderzitje op een plaats in de\
auto
voorzien van ISOFIX-bevestigingen die voor i-Size-kinderzitjes zijn goed\
gekeurd.
Zitplaats Airbag voorpassagieri-Size-bevestigingssysteem
Zitrij 1 (a) Passagiersstoel (b)
Uitgeschakeld: "OFF" i-U
Ingeschakeld: "ON" i-UF
Zitrij 2 Buitenste zitplaatsen achter
i-U
Middelste zitplaats achter
Geen i-Size
Page 267 of 276

265
Trefwoordenregister
Flacon AdBlue® 183
Follow me home-verlichting
29, 76
Follow me home verlichting ~
Follow-me-home-verlichting
29, 76
Frequentie (radio)
252
Full Park Assist
158
Functie i-Cockpit® Amplify
50
G
Geheugen instellingen bestuurder 49
Gekoppeld navigatiesysteem
245–248
Geluidssignaal voor voetgangers
84
Geprogrammeerd laden
26, 167, 170–171
Gereedschap
188–189
Gereedschapskist
71
Gesproken commando''''s ~
Spraakcommando''''s
239–242
Gevarendriehoek
187
Gewichten
213–215, 217
GPS
245
Grootlicht
196–197
Grootlichtassistent
76–77
H
Halogeenlampen 75, 197
Handgeschakelde versnellingsbak ~
Versnellingsbak,
handgeschakeld
111–112, 117, 120, 181
Handgrepen 62
Handopvoerpomp
188
Handsfree achterklep
38, 40–41
Handsfree set
230–231, 254–255
Handsfree toegang
40
Helderheid
232
Het opslaan van de snelheid
131–132
Hifisysteem
63
Hill-Holder ~ Hill Start Assist
116–117
Hoedenplank
68
Hoek van de stoel
48
Hoek van de stoel verstellen
48
Hoofdsteunen achter
52–54
Hoofdsteunen verstellen
47
Hoofdsteunen vóór
47
Hoogte- en diepteverstelling stuurwiel ~
Stuurverstelling
51
Hulpoproep
84–85
Hybride
24, 107, 166, 218
Hybridemotor
218
I
Identificatiegegevens 220
Identificatieplaatjes constructeur
220
Identificatie (stickers)
220
Indeling achter
66
Indeling bagageruimte ~ Bagageruimte,
indeling
67
Indeling interieur ~ Interieurindeling
62
Indicator laadniveau
21
Inductielader 64
Infraroodcamera
78, 123
Inhoud brandstoftank ~ Brandstoftank
(inhoud)
164
Instapverlichting
76
Instellen van de uitrustingen
23, 25
Instellingen bestuurder (opslaan) ~
Bestuurdersplaats (instellingen)
49
Instellingen van het systeem
232, 258
Instrumentenpaneel
9–10, 21, 21–22, 123
Instrumentenpaneel (Hybride)
9
Interieurfilter
55, 180
Interieurfilter (vervangen)
180
Interieurverlichting
66–67
ISOFIX (bevestigingen)
99
ISOFIX bevestigingen
99
ISOFIX kinderzitjes
99–101
J
Jack 253
Jack-aansluiting
253
Jack-kabel
253
K
Kaartenhouder 62
Kaartleeslampjes
66–67
Keyless entry and start
29–31, 107
Kilometerteller
21