PEUGEOT 508 2023 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2023, Model line: 508, Model: PEUGEOT 508 2023Pages: 244, PDF Size: 7.37 MB
Page 41 of 244

39
Toegang
2A.Met de elektronische sleutel van het Sleutelloos
instap- en startsysteem-systeem
B. Met de knop aan de buitenzijde van de
achterklep
C. Met de knop aan de binnenzijde van de
achterklep
D. Met de knop op het dashboard
Als de elektrische werking van de achterklep
is uitgeschakeld, open de achterklep met
deze functie (gedeeltelijk geopend).
Openen
► Druk lang op de middelste toets ( A) van de
elektronische sleutel.
of
►
Druk kort op de knop (
B) aan de buitenzijde van
de achterklep terwijl u de elektronische sleutel bij u
hebt.
of
►
Druk twee keer achter elkaar op de knop (
D) op
het dashboard.
De achterklep gaat volledig open (standaardinstelling) of tot de vooraf
opgeslagen positie.
Als de elektrische werking van de achterklep is
uitgeschakeld, wordt de achterklep door deze
acties op een kier gezet.
Wanneer de auto is vergrendeld, wordt de
auto ontgrendeld bij het openen van het
kofferdeksel met schakelaar A of B. Als de
selectieve ontgrendeling is geactiveerd voordat
het kofferdeksel wordt geopend, gaat alleen het
kofferdeksel open.
Sluiten
► Druk kort op de knop ( C) aan de binnenzijde van
de achterklep.
U kunt het openen of sluiten van de achterklep op elk moment onderbreken.
Als u nogmaals een van deze methoden gebruikt,
wordt de beweging onderbroken.
Een openingshoek opslaan
U kunt de openingshoek van de elektrisch
bedienbare achterklep beperken:
►
open de achterklep handmatig of door op de
toets te drukken tot de gewenste hoek.
►
houd toets
C of knop B aan de buitenzijde
langer dan 3 seconden ingedrukt (het opslaan wordt
bevestigd door een kort geluidssignaal).
Wanneer er een nieuwe stand wordt opgeslagen,
wordt de vorige stand vervangen.
Opslaan is alleen mogelijk vanaf een openingshoogte groter dan of gelijk aan 1
meter tussen de onderste en bovenste positie
van de achterklep.
Handmatige bediening
De achterklep kan met de hand worden bewogen,
zelfs als de elektrische werking ingeschakeld is.
De achterklep mag niet bewegen.
► Beweeg de achterklep zo langzaam en vloeiend
mogelijk.
Bij het handmatig openen en sluiten van de
elektrisch bedienbare achterklep is er geen
ondersteuning van gasveren. Het is daarom normaal
dat u weerstand ondervindt bij het openen en
sluiten.
Bij oververhitting van de motor Als de achterklep herhaaldelijk elektrisch
wordt geopend en gesloten, kan het voorkomen
dat de elektromotor te warm wordt waardoor
elektrische bediening tijdelijk niet meer mogelijk
is.
Wacht ten minste 10 minuten met het bedienen
van de achterklep om de elektromotor te laten
afkoelen.
Bedien het kofferdeksel handmatig als u niet zo
lang wilt wachten.
Handmatig sluiten van
de elektrisch bedienbare
achterklep bij een storing
Deze procedure is alleen nodig bij een storing of
bij uitschakeling/verlies van de achterklepmotor.
Als de storing wordt veroorzaakt door de accu,
wordt aanbevolen deze opnieuw op te laden of te
vervangen bij gesloten achterklep.
In deze situatie is wellicht veel kracht nodig om de
achterklep te sluiten.
Page 42 of 244

40
Toegang
► Sluit de achterklep voorzichtig (zo langzaam
mogelijk) zonder hem dicht te slaan door op het
midden van de achterklep te duwen.
Sluit de achterklep niet door op een van de zijkanten te duwen, dit kan schade
veroorzaken!
Gebruiksvoorschriften
Onder winterse omstandigheden Voorkom bedieningsproblemen door
sneeuw van de achterklep te verwijderen voordat
deze automatisch wordt geopend.
Bij het wassen van de auto Als u de auto in een automatische wasstraat
laat wassen, vergeet dan niet om de auto eerst te
vergrendelen en uit de buurt van de auto te lopen
om te voorkomen dat de achterklep per ongeluk
wordt geopend.
Handsfree-functie
(Handsfree toegang
achterklep)
(Afhankelijk van de uitvoering)
Wanneer u de elektronische sleutel bij u hebt, kan
met deze functie de elektrisch bedienbare achterklep
worden geopend, gesloten of gestopt met een
"schoppende" beweging onder de achterbumper.
De functie "Handsfree openen van de achterklep" wordt geconfigureerd in de app
Instellingen
> Voertuig op het touchscreen.
Zorg ervoor dat u stabiel staat wanneer u de "schoppende" beweging onder de
achterbumper maakt.
Raak het uitlaatsysteem niet aan; het kan nog
warm zijn – kans op brandwonden!
Plug-in hybrideauto's Deze functie is niet beschikbaar als de auto
is aangesloten.
► Ga achter de auto ter hoogte van de
kentekenplaat staan en maak een "schoppende"
beweging in de detectiezone
"OK".
Maak een vloeiende en niet te snelle "schoppende"
beweging voorwaarts, waarbij u uw voet verticaal
van beneden naar boven beweegt. Haal de voet
voldoende omhoog en haal hem meteen weer weg.
De detectie van de "schoppende" beweging
wordt bevestigd door het branden van de
richtingaanwijzers.
Zijwaartse "schoppende" bewegingen werken niet. Als de "schoppende" beweging
Page 43 of 244

41
Toegang
2niet is gedetecteerd, wacht dan minimaal 2
seconden voordat u het weer probeert.
Maak niet meerdere "schoppende" bewegingen
achter elkaar.
Als de elektrisch bedienbare achterklep niet opent of
sluit, controleer dan het volgende:
–
De functie is geactiveerd.
–
U hebt de elektronische sleutel bij u en deze
bevindt zich buiten de auto en in de detectiezone
aan de achterzijde.
–
U hebt een "schoppende" beweging in de
detectiezone gemaakt, dicht genoeg bij de bumper.
–
U hebt uw voet snel genoeg bij de bumper
vandaan gehaald.
Automatische vergrendeling
U kunt de auto automatisch vergrendelen met
behulp van de handsfreefunctie (Handsfree toegang
achterklep).
De functie "Handsfree afsluiten van de achterklep" wordt geconfigureerd in de app
Instellingen
> Voertuig op het touchscreen.
Wanneer de auto is vergrendeld, wordt de auto door het verzoek voor het openen van
de achterklep met deze functie ontgrendeld, of
alleen de achterklep wanneer de selectieve
ontgrendeling is geactiveerd, voordat de
achterklep wordt geopend.
Wanneer de achterklep met de functie Handsfree
toegang achterklep wordt gesloten, kunt u de
gehele auto vergrendelen.
Adviezen over de handsfree- functie (Handsfree toegang
achterklep)
Als het systeem niet werkt, controleer dan of de
elektronische sleutel wellicht wordt gestoord door
hoogfrequente signalen (bijvoorbeeld van een
smartphone).
De functie kan worden uitgeschakeld bij zware
regenval en als er een laag sneeuw op de
achterklep ligt.
De functie werkt wellicht niet correct bij een
prothesebeen.
In sommige gevallen gaat de achterklep mogelijk
vanzelf open of dicht, met name:
–
bij het vast- of loskoppelen van een aanhanger
.
–
bij gebruik van een sleepvoorziening.
–
bij het bevestigen of verwijderen van een
fietsendrager.
–
bij het plaatsen of verwijderen van fietsen op / van
een fietsendrager.
–
wanneer u iets neerzet of optilt achter de auto.
–
wanneer een dier de achterbumper nadert.
–
als de auto wordt gewassen.
–
bij het uitvoeren van onderhoud aan de auto.
–
bij het pakken van het reservewiel.
Houd de elektronische sleutel uit de buurt van de
detectiezone of deactiveer de handsfree-functie om
dergelijke problemen te voorkomen.
Trekhaak De montage van een trekhaak kan het
detectiesysteem verstoren.
► Maak een "schoppende" beweging aan de
rechterzijde van de trekhaak.
Elektrische ruitbediening
1. Linksvoor
2. Rechtsvoor
3. Rechtsachter
4. Linksachter
5. Uitschakeling van de elektrische ruitbediening bij
de achterbank
Vergrendelen van de achterdeuren - Elektrische
kinderbeveiliging (afhankelijk van de uitvoering)
Zie het betreffende hoofdstuk voor meer informatie
over de Elektrische kinderbeveiliging.
Handmatige bediening
► Openen/sluiten van de ruit: druk op of trek
aan de schakelaar zonder het weerstandspunt te
passeren; de ruit stopt zodra de schakelaar wordt
losgelaten.
Automatische werking
► Wanneer u de ruit wil openen/sluiten, druk op of
trek aan de schakelaar voorbij het weerstand: de ruit
Page 44 of 244

42
Toegang
opent of sluit volledig wanneer de schakelaar wordt
losgelaten.
Bedien de schakelaar opnieuw om het openen of
sluiten te stoppen.
De ruitbediening kan nog ongeveer 45 seconden na het uitschakelen van het
contact of na vergrendeling van de auto worden
bediend.
Daarna wordt de bediening uitgeschakeld. U kunt
de bediening weer inschakelen door het contact
in te schakelen of de auto te ontgrendelen.
Beveiliging tegen beknellen
Als de ruit tijdens het sluiten een obstakel
tegenkomt, stop de ruit onmiddellijk en gaat
gedeeltelijk weer omlaag.
De beveiliging tegen beknellen overnemen
Als de beveiliging tegen beknellen is geactiveerd,
controleer of de beweging van de ruit niet door
obstakels wordt belemmerd.
Probeer de ruit opnieuw te sluiten.
Als het sluiten van de ruit 3 keer achter elkaar
door de beveiliging tegen beknellen wordt
onderbroken (max. 10
seconden tussen elke
actie), dan werkt de beveiliging tegen beknellen
niet meer.
Zonder deze beveiliging kan de ruit alleen
handmatig worden gesloten - kans op letsel!
Blokkering van de
ruitbediening voor de
elektrische achterruiten
Druk vanwege de veiligheid van uw kinderen (met
het contact of de motor ingeschakeld) op toets 5 om
de elektrische ruitbediening voor de achterruiten uit
te schakelen, ongeacht hun positie.
Het rode controlelampje in de toets gaat branden en
er wordt een melding ter bevestiging weergegeven.
Het lampje blijft branden totdat de bediening weer
wordt ingeschakeld.
De elektrische achterruiten kunnen nog altijd
worden bediend met de ruitbediening bij de
bestuurderspositie.
Bij een ernstige botsing wordt de bediening van de elektrische achterruiten weer
ingeschakeld als deze was uitgeschakeld.
Resetten van de ruitbediening
Wanneer de accu opnieuw is aangesloten of
wanneer de ruit een abnormale beweging maakt,
moet de beveiliging tegen beknellen gereset.
Automatisch sluiten van de ruiten is niet meer beschikbaar; alleen handmatig sluiten
is mogelijk.
Het op afstand sluiten van de ruiten met de
elektronische sleutel is dan ook niet meer
mogelijk.
De beveiliging tegen beknellen wordt tijdens de
volgende handelingen uitgeschakeld.
Doe het volgende voor elke ruit:
►
Open de ruit volledig en sluit de ruit.
Telkens
als de schakelaar omhoog wordt gedrukt, sluit de
ruit enkele centimeters. Laat de schakelaar los en
trek deze opnieuw omhoog totdat de ruit volledig is
gesloten.
►
Blijf nog minimaal één seconde aan de
schakelaar trekken nadat de ruit is gesloten.
Wanneer er tijdens het bedienen van de ruit iets tussen de elektrische ruit en de
sponning bekneld raakt, moet de ruit weer
worden geopend. Druk hiervoor op de
betreffende schakelaar.
Wanneer de bestuurder de elektrische
ruitbediening van een van de andere portieren
bedient, moet hij / zij controleren of de ruit zonder
problemen kan worden gesloten.
Het is belangrijk dat passagiers de elektrische
ruiten juist gebruiken.
Let bij het bedienen van de ruiten vooral goed op
kinderen.
Let goed op passagiers en/of andere personen
die aanwezig zijn wanneer ruiten op afstand met
de elektronische sleutel worden gesloten.
Page 45 of 244

43
Toegang
2Steek uw hoofd of armen bij geopende ruiten
niet naar buiten wanneer de auto rijdt – kans op
ernstig letsel!
Panoramadak
Het panoramadak bestaat uit een beweegbaar
glazen deel dat over het dak schuift en een
zonnescherm dat onafhankelijk kan worden
geopend. Als het panoramadak wordt geopend,
opent automatisch het zonnescherm.
►
Gebruik de knoppen in de dakconsole om het
panoramadak of het zonnescherm te bedienen.
A. Bediening zonnescherm
B. Bediening schuif-/kanteldak
Het schuif-/kanteldak of zonnescherm kan worden
bediend wanneer het contact is aangezet (als de
accu voldoende is geladen), bij een draaiende
motor, in de STOP-stand van Stop & Start, en 45
seconden na het afzetten van het contact of na het
vergrendelen van de auto.
Voorzorgsmaatregelen
Steek uw hoofd of armen niet door het schuif- / kanteldak wanneer de auto rijdt
- kans op ernstig letsel!
Bedien het schuif- / kanteldak niet als er dakdragers zijn gemonteerd - kans op
ernstige schade!
Leg geen zware voorwerpen op het beweegbare
glazen deel van het schuif- / kanteldak.
Als het dak door regen of het wassen van de auto nat is geworden, wacht dan totdat het
volledig droog is voordat u het dak bedient.
Open het dak niet als het met sneeuw of ijs is
bedekt - Kans op beschadiging!
Gebruik alleen kunststof ijskrabbers om het dak
sneeuw- of ijsvrij te maken.
Controleer regelmatig de staat van de rubbers van het schuif- / kanteldak
(aanwezigheid van vuil, dode bladeren enz).
Als u de auto in een wasstraat of met een
hogedrukreiniger gaat reinigen, controleer dan
eerst of het dak volledig is gesloten en houd de
hogedrukreiniger altijd op meer dan 30 cm van
de rubbers.
Laat de auto nooit achter met geopend dak.
Werking
Wanneer u het schuif- / kanteldak volledig opent,
beweegt het beweegbare glazen deel eerst naar
de gedeeltelijk geopende positie en schuift het
vervolgens over het dak. Elke tussenstand is
mogelijk.
Afhankelijk van de rijsnelheid kan de
gedeeltelijk geopende positie verschillen om
het geluidscomfort te verbeteren.
Voor het bedienen van de knoppen van het dak en zonnescherm moet u controleren of
geen voorwerpen of personen de verplaatsing
kunnen belemmeren.
Let vooral op kinderen tijdens het bedienen van
het dak of het zonnescherm.
Als er iets klem komt te zitten tijdens de
bediening van het schuif-/kanteldak of het
zonnescherm, moet u de beweging van het
schuif-/kanteldak of zonnescherm omdraaien
door op de desbetreffende schakelaar te
drukken.
De bestuurder moet zich ervan vergewissen
dat de passagiers het dak en het zonnescherm
correct bedienen.
Beveiliging tegen beknellen
Als het dak of zonnescherm tijdens het sluiten op
een obstakel stuit, wordt de beweging automatisch
omgedraaid.
Page 46 of 244

44
Toegang
De beveiliging tegen beknellen van het dak werkt
doeltreffend tot een snelheid van 120 km/h.
Openen / sluiten
► Om het schuif-/kanteldak of het zonnescherm
te openen, bedient u het deel van de knop dat naar
achteren is gericht.
►
Om het schuif-/kanteldak of het zonnescherm
te openen, bedient u het deel van de knop dat naar
voren is gericht.
Bediening van knoppen
► Door voorbij het weerstandspunt van de knop te
drukken, wordt het schuif-/kanteldak of zonnescherm
volledig geopend of gesloten.
►
Door nog een keer op de knop te drukken stop
de huidige beweging.
►
W
anneer u een knop ingedrukt houdt (zonder
voorbij het weerstandspunt te gaan), stopt het
bewegen van het schuif-/kanteldak wanneer deze
knop wordt losgelaten.
►
Schuif-/kanteldak gesloten: druk de knop één
keer in zonder het weerstandspunt te passeren om
het schuif-/kanteldak in de gedeeltelijk geopende
positie te zetten.
►
Schuif-/kanteldak gedeeltelijk open: druk één
keer op de knop zonder voorbij het weerstandspunt
te gaan om het schuif-/kanteldak helemaal te
openen of te sluiten.
Het schuifdak en de ramen, en vervolgens het zonnescherm, kunnen worden gesloten
door de portiervergrendelingsknop ingedrukt te
houden. De beweging stopt zodra de
vergrendelingsknop wordt losgelaten.
Het sluiten van het zonnescherm is beperkt door de stand van het schuif-/kanteldak: het
scherm kan slechts tot het voorste gedeelte van
het beweegbare deel van het dak worden
gesloten. Tijdens gelijktijdige bewegingen van het
schuif-/kanteldak en het zonnescherm, stopt of
hervat, afhankelijk van de stand van het schuif-/
kanteldak, het zonnescherm automatisch de
beweging.
Resetten
Na het loskoppelen en weer aansluiten van de
accu, bij een storing van het schuif-/kanteldak of het
zonnescherm of bij het schokkerig bewegen hiervan,
is een reset nodig:
►
Controleer dat niets het dak of het zonnescherm
belemmert en dat de afdichtingen schoon zijn.
►
Sluit bij aangezet contact het dak en het
zonnescherm volledig.
►
Houd het voorste deel van de schakelaar
B
ingedrukt tot het dak en het zonnescherm iets
bewegen, en houd de schakelaar vervolgens nog 1
seconde ingedrukt voordat u hem loslaat.
►
W
acht 2 seconden en houd vervolgens het
voorste deel van de schakelaar B ingedrukt. Het
zonnescherm en het dak zullen een voor een
openen en sluiten. Houd wanneer ze beide weer
volledig gesloten zijn de schakelaar nog 2 seconden
ingedrukt voordat u hem loslaat.
Voer bij een storing de hele procedure nogmaals uit.
Page 47 of 244

45
Ergonomie en comfort
3Zitpositie
Juiste zitpositie
Een goede rijhouding zorgt voor meer comfort en
bescherming voor de bestuurder.
Ook het zicht rondom en de bereikbaarheid van de
bedieningsfuncties worden hierdoor geoptimaliseerd.
Bepaalde stoelafstellingen die in dit hoofdstuk
worden beschreven, zijn afhankelijk van het
uitrustingsniveau en het land waar de auto is
verkocht.
Bestuurdersstoel
Volg deze aanbevelingen zo nauwgezet mogelijk op
basis van het postuur van de bestuurder.
Neem plaats op de stoel en zorg ervoor dat uw
bekken, uw rug en uw schouders goed tegen de
rugleuning steunen.
Wijzig de hoogte van de zitting zodat uw ogen op
gelijke hoogte zijn met het midden van de voorruit.
Zorg er bij het verstellen van de stoel in
lengterichting voor dat u de pedalen volledig kunt
intrappen zonder uw benen geheel te strekken.
De juiste stand van de hoofdsteun is als de
bovenzijde van de hoofdsteun zich ter hoogte van
de bovenzijde van het hoofd bevindt.
Stel de lengte van de zitting af zodat uw
bovenbenen goed worden ondersteund.
Stel de lendensteun af op de vorm van de
wervelkolom.
Stel het bereik van het stuurwiel zo af dat u het met
uw armen licht gebogen kunt vasthouden.
Stel de hoogte van het stuurwiel af zodat het
stuurwiel het zicht op de informatie van het
instrumentenpaneel niet belemmert.
Verstel de stoel uit veiligheidsoverwegingen uitsluitend als de auto staat geparkeerd.
Elektrisch verstelbare stoelenZet het contact aan om de afstellingen uit
te voeren.
Passagierszijde
Neem plaats op de stoel en zorg ervoor dat uw
bekken, uw rug en uw schouders goed tegen de
rugleuning steunen.
Zorg bij het verstellen van de stoel in de
lengterichting voor een afstand van ten minste
25
cm tot het dashboard.
De juiste stand van de hoofdsteun is als de
bovenzijde van de hoofdsteun zich ter hoogte van
de bovenzijde van het hoofd bevindt.
Voordat u gaat rijden
Stel de buitenspiegels en de binnenspiegel af om de
dode hoeken te minimaliseren.
Doe uw veiligheidsgordel om: plaats het
schoudergedeelte van de gordel in het midden van
uw schouder en trek het heupgedeelte goed aan ter
hoogte van uw bekken.
Controleer of alle passagiers hun gordel goed
hebben omgedaan.
Page 48 of 244

46
Ergonomie en comfort
Elektrisch verstelbare buitenspiegelsZet het contact aan om de afstellingen uit
te voeren.
Tijdens het rijden
Houd een goede zitpositie aan en houd het stuurwiel
met beide handen vast op 'kwart over negen', zodat
u op elk moment alle bedieningsfuncties binnen
handbereik hebt.
Verstel de stoelen en het stuurwiel nooit tijdens het rijden.
Houd uw voeten altijd op de vloer.
Voorstoelen
Zorg er bij het naar achteren schuiven van de stoel voor dat de beweging van de stoel
niet kan worden gehinderd door personen of
voorwerpen.
Kans op bekneld raken van de achterpassagiers
of op blokkeren van de stoel als grote
voorwerpen op de vloer achter de stoel zijn
geplaatst.
Hoofdsteunen vóór
In hoogte verstellen
Omhoog:
► T rek de hoofdsteun omhoog in de gewenste
positie; u voelt dat de hoofdsteun in positie klikt.
Omlaag:
►
Afhankelijk van de uitrusting drukt u het
ontgrendelknopje (A ) of de toets (B) in. Houd het
knopje ingedrukt en zet ondertussen de hoofdsteun
omhoog.
De hoofdsteun is goed afgesteld wanneer de bovenkant gelijk ligt met de bovenkant
van het hoofd.
Een hoofdsteun verwijderen
► Beweeg de hoofdsteun omhoog tot aan de
aanslag.
►
Druk de pal (
A) in om de hoofdsteun te
ontgrendelen en trek de hoofdsteun omhoog.
►
Berg de hoofdsteun veilig op.
Een hoofdsteun terugplaatsen
► Steek de pennen van de hoofdsteun in de
geleiders van de betreffende rugleuning.
►
Duw de hoofdsteun omlaag tot aan de aanslag.
►
Druk het ontgrendelknopje (
A) in om de
hoofdsteun los te halen en duw deze omlaag.
►
Stel de hoogte van de hoofdsteun af.
Ga nooit rijden als de hoofdsteunen zijn verwijderd. Deze moeten zijn geplaatst en
goed zijn afgesteld voor de betreffende
inzittende.
Handmatig verstelbare stoelen
Verstellen in lengterichting
► Beweeg de stang omhoog en schuif de stoel
naar voren of naar achteren.
►
Laat de stang los om de stoel in de betreffende
positie te vergrendelen.
Page 49 of 244

47
Ergonomie en comfort
3Hoogte
► Trek de hendel omhoog voor omhoog zetten
of duw deze omlaag voor omlaag zetten totdat de
gewenste stand is bereikt.
Rugleuninghoek
► Draai de knop voor de gewenste hoek.
Stoelen met elektrisch
verstelbare lendensteun
Naast de eerder genoemde handmatige
afstellingen beschikt deze stoel over elektrische
lendensteunverstelling.
Elektrische verstelling van de
lendensteun
Met deze schakelaar kan de lendensteun zowel in
diepte als in hoogte worden versteld.
► Houd het voorste of het achterste
gedeelte van de schakelaar ingedrukt om de
mate van steun voor de lendenen te vergroten of te
verkleinen.
►
Houd het bovenste of onderste gedeelte van
de schakelaar ingedrukt om de lendensteun te
verhogen of te verlagen.
Stoelen met
AGR-kwaliteitslabel
Naast de eerder genoemde handmatige afstellingen
en elektrische lendensteunverstelling beschikt
deze stoel ook over handmatige afstelling van de
zittinglengte en elektrische zittinghoekverstelling.
Lengte van de zitting
► Trek de handgreep naar voren om de zitting te
ontgrendelen en beweeg vervolgens het voorste
deel van de zitting naar voren of naar achteren.
Verstellen van het zitgedeelte
► Houd het voorste of achterste gedeelte van de
toets ingedrukt om het voorste deel van de zitting
omhoog of omlaag te bewegen.
Elektrisch verstelbare stoelen,
AGR gecertificeerd
Om veiligheidsredenen mag de stoel alleen worden versteld als het voertuig stilstaat.
Voer deze verstellingen alleen bij draaiende motor uit om te voorkomen dat de accu leeg
raakt.
Page 50 of 244

48
Ergonomie en comfort
Deze stoel is ook voorzien van de eerder genoemde
handmatige in lengte verstelbare zitting en elektrisch
verstelbare lendensteun.
Verstellen in lengterichting
► Duw de schakelaar naar voren of naar achteren
om de stoel in lengterichting in de gewenste stand
te zetten.
Rugleuninghoek
► Duw de schakelaar naar voren of naar achteren.
Hoogte en hoek van de zitting
► Duw de achterzijde van de schakelaar omhoog
of omlaag voor de gewenste hoogte.
►
Duw de voorzijde van de schakelaar omhoog of
omlaag om de zitting in de gewenste hoek te zetten.
Zitposities opslaan
Deze functie, die is gekoppeld aan de elektrisch
verstelbare bestuurdersstoel, biedt de mogelijkheid
om twee standen van de bestuurdersstoel in het
geheugen op te slaan. Dit vergemakkelijkt het
instellen van de stoel als de auto regelmatig door
een andere bestuurder wordt gebruikt.
Het slaat de elektrisch afgestelde posities van de
stoel en de buitenspiegels op.
Met de toetsen M / 1 / 2
► Stap in de auto en zet het contact aan.
►
Zet uw stoel en de buitenspiegels in de gewenste
stand.
►
Druk op toets
M en vervolgens binnen 4
seconden op toets 1 of 2.
Het opslaan wordt bevestigd door een
geluidssignaal.
Het opslaan van een andere stand annuleert de
vorige, in het geheugen opgeslagen stand.
Oproepen van een opgeslagen zitpositie
Zorg ervoor dat het verplaatsen van de stoel niet gehinderd wordt door voorwerpen of
personen.
Contact aan of draaiende motor
►
Druk op toets
1 of 2 om de betreffende zitpositie
op te roepen.
Er klinkt een geluidssignaal wanneer de stoelpositie
volledig is aangepast.
U kunt de beweging onderbreken door op de toets
M , 1 of 2 te drukken of door één van de schakelaars
van de stoelverstelling te bedienen.
U kunt een zitpositie niet oproepen tijdens het rijden.
Het opvragen van een opgeslagen zitpositie is tot
ongeveer 45 seconden na het afzetten van het
contact mogelijk.
Stoelverwarming
De functie werkt alleen als de motor draait en als de
buitentemperatuur lager dan 20 °C is.
►
Druk op de toets voor uw stoel.