service reset PEUGEOT EXPERT 2023 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2023, Model line: EXPERT, Model: PEUGEOT EXPERT 2023Pages: 324, PDF Size: 10.33 MB
Page 18 of 324

16
Instrumentenpaneel
Storing noodremassistentie (bij elektrische
parkeerrem)
Permanent, in combinatie met de melding "Storing parkeerrem".
De noodremassistentie werkt niet optimaal.
Als automatisch uitschakelen niet mogelijk is,
schakel de functie handmatig uit of zie (3).
Hill Start AssistBrandt permanent, in combinatie met de melding "Storing in
antiterugrolsysteem".
Er is een storing in het systeem.
Voer (3) uit.
Dynamische stabiliteitsregeling (DSC) /
antispinregeling (ASR)
Brandt permanent. De functie is uitgeschakeld.
De functie DSC / ASR wordt automatisch weer
ingeschakeld als de motor opnieuw wordt gestart en
vanaf een snelheid van ongeveer 50 km/h.
Bij een snelheid lager dan 50 km/h kan de functie
handmatig weer worden ingeschakeld.
Bandenspanning te laagBrandt permanent, in combinatie met een geluidssignaal en een melding.
De bandenspanning van een of meerdere banden
is te laag.
Controleer zo snel mogelijk de bandenspanning.
Reset het controlesysteem na het aanpassen van de
bandenspanning.
Het waarschuwingslampje voor te lage bandenspanning knippert en brandt vervolgens permanent, en
waarschuwingslampje Service brandt permanent.
Er is een storing in het
bandenspanningscontrolesysteem.
Het systeem kan geen lage bandenspanning meer
aangeven.
Controleer de bandenspanning zo snel mogelijk en
zie (3).
Voorverwarmen motor (Diesel)Brandt tijdelijk
(tot ongeveer 30 seconden bij lage
temperaturen).
Wanneer het contact wordt aangezet, als de
weersomstandigheden en de motortemperatuur dit
noodzakelijk maken.
Wacht met starten totdat het waarschuwingslampje
uit gaat.
Wanneer het waarschuwingslampje uit gaat, wordt
de motor onmiddellijk gestart wanneer u:
–
bij een auto met een handgeschakelde
versnellingsbak het koppelingspedaal ingetrapt
houdt.
–
bij een auto met een automatische transmissie het
rempedaal ingetrapt houdt.
Als de motor niet start, druk dan nogmaals op de
knop START/STOP terwijl u het pedaal ingetrapt
houdt.
Airbag vóór aan passagierszijde (ON)Brandt permanent. De airbag vóór aan passagierszijde is
geactiveerd.
De schakelaar staat in de stand "ON". Plaats in dit geval GEEN kinderzitje "met de rug
in de rijrichting" op de voorpassagiersstoel -
risico op zwaar letsel!
Airbag vóór aan passagierszijde (OFF)Brandt permanent.
De airbag vóór aan passagierszijde is
uitgeschakeld.
De schakelaar is in de stand "OFF" gezet.
Er kan een kinderzitje met de rug in de rijrichting
worden geplaatst, tenzij er een probleem met de
airbags is (waarschuwingslampje airbags aan).
AirbagsBrandt permanent. Een van de airbags of pyrotechnische
gordelspanners is defect.
Voer (3) uit.
Laag brandstofniveau (Diesel)Brandt permanent (lampje of led), met de naald in het rode gebied
(afhankelijk van de uitvoering), in combinatie met
een geluidssignaal en een melding.
Als het lampje gaat branden, zit er nog minder dan
8 liter brandstof in de tank.
Zolang er geen brandstof wordt getankt, wordt deze
waarschuwing iedere keer herhaald wanneer het
contact wordt aangezet, en met een toenemende
frequentie naarmate het brandstofniveau verder zakt
en de nul nadert.
Tank bij de eerstvolgende gelegenheid om een lege
brandstoftank te voorkomen.
Page 20 of 324

18
Instrumentenpaneel
Auto klaar om te rijden (Elektrisch)Brandt permanent, in combinatie met een geluidssignaal als het gaat branden.
De auto is klaar om te rijden en de verwarmings- en
airconditioningsfuncties zijn beschikbaar.
Het controlelampje gaat uit wanneer er een snelheid
van ongeveer 5 km/h is bereikt en gaat weer
branden als de auto tot stilstand komt.
Het lampje gaat uit als u de motor afzet en uit de
auto stapt.
DodehoekbewakingPermanent. De functie is geactiveerd.
Lane Departure WarningKnippert in combinatie met een geluidssignaal.
Er wordt een overschrijding van een
rijstrookmarkering links of rechts gedetecteerd.
Stuur de andere kant op om de auto weer op de
juiste baan te brengen.
Zie het deel Rijden voor meer informatie.
Brandt permanent, in combinatie met een melding op het scherm.
Er is een storing in het systeem.
Let goed op en rijd voorzichtig. Zie daarna (3).
RichtingaanwijzersKnippert, met geluidssignaal. De richtingaanwijzers zijn ingeschakeld.
ParkeerlichtenBrandt permanent.De lampen zijn ingeschakeld.
DimlichtBrandt permanent.De lampen zijn ingeschakeld.
Mistlampen vóórBrandt permanent.De mistlampen vóór zijn ingeschakeld.
Blauwe verklikkerlampjes
Grootlicht
Brandt permanent.De lampen zijn ingeschakeld.
Zwarte/witte waarschuwingslampjes
Voet op het rempedaal
Brandt permanent.Rempedaal niet of onvoldoende stevig
ingetrapt.
De keuzeschakelaar uit stand P halen bij
uitvoeringen met automatische transmissie bij
draaiende motor en vóór het uitschakelen van de
parkeerrem.
Meters
Onderhoudsindicator
De onderhoudsindicator wordt weergegeven op het
instrumentenpaneel. Afhankelijk van de uitvoering
van de auto:
–
de kilometerteller geeft de resterende kilometers
tot de eerstvolgende onderhoudsbeurt aan of
de afgelegde afstand sinds de vorige verstreken
onderhoudsdatum, voorafgegaan door het teken “-”. –
een waarschuwingsmelding geeft de resterende
kilometers en de tijd tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt aan of verstreken is.
OnderhoudssleutelBrandt tijdelijk bij het aanzetten van het contact.
Er kan nog 1.000 tot 3.000 km worden gereden
totdat de eerstvolgende beurt moet worden
uitgevoerd.
Permanent, bij het aanzetten van het contact. De volgende onderhoudsbeurt moet binnen
1.000 km worden uitgevoerd.
Laat zeer binnenkort een onderhoudsbeurt aan uw
auto uitvoeren.
Onderhoudssleutel knippertKnippert en brandt vervolgens permanent, bij het inschakelen van
het contact.
(Bij uitvoeringen met de BlueHDi-dieselmotor, in
combinatie met het waarschuwingslampje Service.)
Het interval voor de onderhoudsbeurt is
overschreden.
Laat zo spoedig mogelijk een onderhoudsbeurt aan
uw auto uitvoeren.
Onderhoudsindicator resetten
Na elke onderhoudsbeurt moet de
onderhoudsindicator weer op nul gezet worden.
►
Zet het contact af.
Page 290 of 324

288
3D Connect-navigatie
► Wis de bestanden die standaard op de USB-
geheugenstick staan, en beperk het aantal
submappen in de mappenstructuur van de
USB-geheugenstick.
Na het insteken van een USB-geheugenstick kan
het even duren voordat deze wordt afgespeeld.
Het systeem leest verschillende data (map, titel,
artiest, enz.). Dit kan een paar seconden duren,
maar ook een paar minuten.
Dit is volkomen normaal.
Het kan zijn dat sommige informatietekens in
de huidige afspeelmedia niet correct worden
weergegeven.
Het audiosysteem kan bepaalde typen tekens niet
verwerken.
►
Gebruik standaard karakters voor de benaming
van nummers en mappen.
Het afspelen van streaming-bestanden start niet.
Het aangesloten apparaat start afspelen niet
automatisch.
►
Start het afspelen via het apparaat.
T
itels van nummers en afspeeltijden worden
niet op het scherm voor audiostreaming
weergegeven.
De Bluetooth-verbinding biedt deze mogelijkheid
niet.
Telefoon
Het lukt niet om mijn Bluetooth-telefoon te
koppelen.
Het is mogelijk dat de Bluetooth-functie van de
telefoon is uitgeschakeld of dat uw toestel niet
zichtbaar is voor het systeem. ►
Controleer of de Bluetooth-functie van de
telefoon is ingeschakeld.
►
Controleer bij de instellingen van uw telefoon of
deze op "zichtbaar voor alle apparaten" staat.
►
Schakel de Bluetooth-functie van de telefoon uit
en weer in.
De Bluetooth-telefoon is niet compatibel met het
systeem..
►
U kunt de compatibiliteit van uw telefoon
controleren op de website van het merk (services).
Android Auto en/of CarPlay werken niet.
Android Auto en CarPlay worden niet ingeschakeld
wanneer de USB-kabels van slechte kwaliteit zijn.
►
Gebruik originele USB-kabels om de
compatibiliteit te waarborgen.
Android Auto en/of CarPlay werken niet.
Android Auto en CarPlay zijn niet in alle landen
beschikbaar.
►
Controleer de lijst met ondersteunde landen via
deze websites: Google Android Auto of Apple.
Het volume van de via Bluetooth verbonden
telefoon is te laag.
Het volume is afhankelijk van het systeem en van
de telefoon.
►
V
erhoog het volume van het audiosysteem,
indien nodig, tot maximaal en verhoog het volume
van de telefoon indien nodig.
Omgevingsgeluid is van invloed op de kwaliteit van
een telefoongesprek.
► Beperk geluid uit de omgeving (sluit bijvoorbeeld
ramen, zet de ventilatie lager of ga langzamer
rijden). Sommige contacten komen in de lijst dubbel
voor.
U kunt contacten op de volgende manieren
synchroniseren: u kunt de contacten op de simkaart
synchroniseren, de contacten op de telefoon
synchroniseren, of beide. Wanneer u beide
synchronisaties selecteert, kan het zijn dat sommige
contacten dubbel voorkomen.
►
Selecteer "Contacten van simkaart weergeven"
of "Contacten van telefoon weergeven".
De contacten staan niet op alfabetische
volgorde.
Sommige telefoons hebben speciale weergave-
opties. Afhankelijk van de instellingen kunnen
contacten in een bepaalde volgorde worden
overgenomen.
►
V
erander de instellingen voor de weergave van
contacten in de telefoon.
Het systeem ontvangt geen sms-tekstberichten.
In de modus Bluetooth kunnen er geen sms-
tekstberichten naar het systeem worden gestuurd.
Instellingen
Wanneer ik de instellingen voor hoge en lage
tonen wijzig, wordt geluidssfeer uitgeschakeld.
Wanneer de geluidssfeer wordt gewijzigd,
worden de instellingen voor hoge en lage tonen
gereset.
De geluidssfeer is gekoppeld aan de hoge en lage
tonen.
►
Wijzig de instelling van de hoge en de lage
tonen of wijzig de geluidssfeer om de gewenste
geluidskwaliteit te verkrijgen.