oil temperature Seat Ateca 2017 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: SEAT, Model Year: 2017, Model line: Ateca, Model: Seat Ateca 2017Pages: 348, PDF Size: 5.98 MB
Page 113 of 348
Instrumenten en controlelampjes
branden, zelfs tot in het hoogste bereik. Dit
i s
g een pr
obleem zolang het controlelampje
in het display van het instrumentenpaneel
niet oplicht.
Temperatuurbereik
Als de led's in het bovenste deel van de
schaal en het controlelampje in het dis-
play in het instrumentenpaneel oplichten, is
de koelvloeistoftemperatuur hoog ››› pag.
305. VOORZICHTIG
● Voor een lan g
e levensduur van de motor
wordt geadviseerd om hoge toerentallen,
plankgas en het sterk belasten van de motor
gedurende de eerste 15 minuten na de start
bij een koude motor te vermijden. De tijd die
de motor heeft om op bedrijfstemperatuur te
komen, hangt mede af van de omgevingstem-
peratuur. In dat geval kunt u kijken naar de
motorolietemperatuur* ›››
pag. 35.
● Extra lampen en andere aanbouwdelen
vóór de koelluchtin
laat verslechteren de koe-
lende werking van de koelvloeistof. Bij hoge
buitentemperaturen en sterke motorbelasting
bestaat dan het gevaar voor oververhitting
van de motor!
● De voorspoiler zorgt ook voor de juiste ver-
deling van de k
oellucht tijdens het rijden. Als
de spoiler is beschadigd, wordt de koelende
werking minder en bestaat het gevaar van
oververhitting van de motor. Roep de hulp
van vakmensen in. Brandstofpeil
Afb. 117
Brandstofindicator. De weergave
6
› ›
› afb . 115 verschijnt alleen
b
ij ingeschakeld contact. Zodra de wijzer in
het reservebereik komt, gaan de rode led on-
derin en het controlelampje branden
››› pag. 107. Zodra het brandstofpeil extreem
laag wordt, gaat de led onderin rood knippe-
ren.
Het nog af te leggen aantal km met de nog
beschikbare brandstof wordt in het display
van het instrumentenpaneel 3
› ›
› afb . 115
w
eergegeven.
De inhoud van de brandstoftank van uw wa-
gen staat in de Technische gegevens
››› pag. 50. VOORZICHTIG
Nooit de tank helemaal leegrijden. De onre-
gelmatig e br
andstofvoorziening kan tot over- slaan van de ontsteking leiden. Op deze wijze
kan onv
erbr
ande brandstof in het uitlaatsys-
teem komen, dit zou oververhitting van de
katalysator en schade hieraan kunnen veroor-
zaken. Controlelampjes
Contro l
e- en waarschuwingslampjes Lees aandachtig de aanvullende informatie
› ›
›
p
ag. 40.
De controle- en waarschuwingslampjes zijn
indicatoren voor mededelingen ››› , storin-
g en
›
››
of bepaalde functies. Een aantal
c ontr
ol
e- en waarschuwingslampjes gaat aan
wanneer het contact wordt ingeschakeld en
moet weer doven wanneer de motor in werk-
ing wordt gezet, of tijdens het rijden.
Naargelang het model kunnen op het display
van het instrumentenpaneel bijkomende
tekstberichten verschijnen, die informatie be-
vatten of u aansporen om een bepaalde actie
te ondernemen ››› pag. 107, Instrumenten.
Volgens de uitvoering van de wagen is het
mogelijk dat, in plaats van het branden van
een lampje, een symbool weergegeven wordt
op het display van het instrumentenpaneel. »
111
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Vastzetten