TOYOTA GT86 2016 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2016, Model line: GT86, Model: TOYOTA GT86 2016Pages: 464, PDF Size: 18.15 MB
Page 211 of 464

211
2-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
2
Tijdens het rijden
FT86_EE
■
Dagrijverlichting
Auto's met halogeenkoplampen
Auto's met automatische transmissie: Om uw auto overdag beter zichtbaar
te maken voor andere weggebruikers wordt de dagrijverlichting automatisch
ingeschakeld als de motor wordt gestart, de selectiehendel in een andere
stand dan P wordt gezet en de parkeerrem wordt gedeactiveerd met de licht-
schakelaar uit of in de stand AUTO. Dagrijverlichting is niet ontworpen voor
gebruik in het donker.
Auto's met handgeschakelde transmissie: Om uw auto overdag beter zicht-
baar te maken voor andere weggebruikers, wordt de dagrijverlichting auto-
matisch ingeschakeld als de motor wordt gestart en de parkeerrem wordt
gedeactiveerd met de lichtschakelaar uit of in de stand AUTO. Dagrijverlich-
ting is niet ontworpen voor gebruik in het donker.
Auto's met gasontladingskoplampen
Auto's met een automatische transmissie: Om uw auto overdag beter zicht-
baar te maken voor andere weggebruikers wordt de dagrijverlichting auto-
matisch ingeschakeld als de motor wordt gestart, de selectiehendel in een
andere stand dan P wordt gezet en de parkeerrem wordt gedeactiveerd met
de lichtschakelaar uit of in de stand AUTO. (De parkeerlichten voor bran-
den.) Dagrijverlichting is niet ontworpen voor gebruik in het donker.
Auto's met handgeschakelde transmissie: Om uw auto overdag beter zichtbaar
te maken voor andere weggebruikers, wordt de dagrijverlichting automatisch
ingeschakeld als de motor wordt gestart en de parkeerrem wordt gedeacti-
veerd met de lichtschakelaar uit of in de stand AUTO. (De parkeerlichten voor
branden.) Dagrijverlichting is niet ontworpen voor gebruik in het donker.
■Sensor automatische verli chting (indien aanwezig)
De sensor voor de automatische verlich-
ting bevindt zich aan passagierszijde.
De werking van de sensor kan in negatieve
zin beïnvloed worden als er iets over de
sensor heen geplaatst wordt of als er iets
op de ruit wordt aangebracht waardoor de
sensor wordt afgeschermd.
Hierdoor kan de sensor niet op de juiste
manier de hoeveelheid omgevingslicht sig-
naleren, waardoor het automatische kop-
lampsysteem mogelijk onjuist functioneert.
86_OM_EE_OM18058E.book Page 211 Thursday, April 23, 2015 3:04 PM
Page 212 of 464

212
2-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
FT86_EE
■
Automatisch uitschakelsysteem verlichting (indien aanwezig)
Auto's zonder Smart En try-systeem en startknop
Wanneer de lichtschakelaar in de stand of staat: De koplam-
pen worden automatisch uitgeschakeld als de sleutel uit het contactslot
wordt genomen.
Zet om de verlichting weer in te schakelen het contact AAN of zet de licht-
schakelaar eenmaal in de stand UIT en daarna weer in stand
of
.
Auto's met Smart entr y-systeem en startknop
Wanneer de lichtschakelaar in stand of
staat: De koplampen
worden automatisch uitgeschakeld als het contact UIT wordt gezet.
Zet om de verlichting weer in te schakelen het contact AAN of zet de licht-
schakelaar een keer in de stand UIT en daarna weer in de stand
of
.
■ Zoemer verlichting
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop
Er klinkt een zoemer wanneer het contact UIT wordt gezet en het bestuur-
dersportier wordt geopend als de sleutel uit het contactslot is genomen en
de verlichting is ingeschakeld.
Auto's met Smart entr y-systeem en startknop
Er klinkt een zoemer wanneer het contact UIT of in stand ACC wordt gezet
en het bestuurdersportier wordt geopend terwijl de verlichting is ingescha-
keld.
■ Automatische verticale koplampverstelling (indien aanwezig)
De koplamphoogte wordt automatisch geregeld op basis van het aantal
passagiers in de auto en de mate van belading om verblinding van andere
weggebruikers door de koplampen te voorkomen.
86_OM_EE_OM18058E.book Page 212 Thursday, April 23, 2015 3:04 PM
Page 213 of 464

213
2-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
2
Tijdens het rijden
FT86_EE
■
Energiebesparende functie (indien aanwezig)
Onder de volgende omstandigheden gaan de koplampen en overige verlich-
ting na 20 minuten automatisch uit om te voorkomen dat de accu ontladen
raakt:
● De koplampen en/of achterlichten branden.
● De sleutel is uit het contactslot genomen (auto's zonder Smart entry-sys-
teem en startknop) of het contact is UIT gezet (auto's met Smart entry-
systeem en startknop).
● De lichtschakelaar staat in stand of .
Deze functie wordt onder de volgende omstandigheden uitgeschakeld:
● Als het contact AAN wordt gezet
● Wanneer de lichtschakelaar wordt bediend
● Wanneer een portier wordt geopend of gesloten
86_OM_EE_OM18058E.book Page 213 Thursday, April 23, 2015 3:04 PM
Page 214 of 464

214
2-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
FT86_EE
■
De dimlichten inschakelen wanneer de auto op een donkere plaats
geparkeerd staat
■ Persoonlijke voorkeursinstellingen die bij een erkende Toyota-dealer
of hersteller/reparateur of een ande re naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige kunn en worden geconfigureerd
De instellingen (bijv. gevoeligheid lichtsensor) kunnen worden gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen
→ Blz. 449)
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de accu
Laat de verlichting niet langer branden dan noodzakelijk is als de motor niet
draait.
Schakel de motor uit terwijl de licht-
schakelaar in stand of UIT staat,
trek de lichtschakelaar naar u toe en
laat hem los. De dimlichten gaan gedu-
rende ongeveer 30 seconden branden
om de omgeving van de auto te verlich-
ten.
De lichten doven onder de volgende
omstandigheden:
●Auto's zonder Smart entry-systeem
en startknop: Het contact wordt AAN
gezet.
● Auto's met Smart entry-systeem en
startknop: Het contact wordt AAN
gezet.
● De lichtschakelaar wordt ingescha-
keld.
● U trekt de lichtschakelaar naar u toe
en laat hem los.
86_OM_EE_OM18058E.book Page 214 Thursday, April 23, 2015 3:04 PM
Page 215 of 464

215
2-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
2
Tijdens het rijden
FT86_EE
Schakelaar mistlampen∗
∗: Indien aanwezig
De mistlampen zorgen voor uitstekend zicht bij ongunstige rij-
omstandigheden, zoals bij regen of mist.
Schakelaar mistachterlichten
Schakelt de mistachterlichten
in.
Als de schakelaarring los wordt
gelaten, keert de ring terug
naar de stand .
Door de schakelaarring nog-
maals te draaien, worden de
mistachterlichten uitgescha-
keld.
86_OM_EE_OM18058E.book Page 215 Thursday, April 23, 2015 3:04 PM
Page 216 of 464

216
2-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
FT86_EE
■
Mistlampen kunnen worden gebruikt als
Schakelaar mistachterlichten
De koplampen of parkeerlichten voor zijn ingeschakeld.
Schakelaar mistlampen voor/mistachterlicht
Mistlampen voor: De koplampen of park eerlichten voor zijn ingeschakeld.
Mistachterlichten:De mistlampen voor zijn ingeschakeld.
Schakelaar mistlampen voor/mistachterlicht Schakelt de mistlampen
voor en de mistachterlichten
uit
Schakelt de mistlampen
voor in
Schakelt mistlampen voor
en achter in
Als de schakelaarring los wordt
gelaten, keert de ring terug
naar de stand .
Door de schakelaarring nog-
maals te draaien, worden
alleen de mistachterlichten uit-
geschakeld.
86_OM_EE_OM18058E.book Page 216 Thursday, April 23, 2015 3:04 PM
Page 217 of 464

217
2-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
2
Tijdens het rijden
FT86_EE
Ruitenwissers en -sproeiers
Als de intervalstand wordt geselecteerd, kan het wisinterval worden
gewijzigd.
De werking van de ruitenwisser wordt geselecteerd door de hendel
als volgt te bewegen:Intervalstand
Lage snelheid ruitenwissers
Hoge snelheid ruitenwis-
sers
Enkele slag
Verlengt het interval van de
wisserwerking
Verkort het interval van de
wisserwerking
86_OM_EE_OM18058E.book Page 217 Thursday, April 23, 2015 3:04 PM
Page 218 of 464

218
2-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
FT86_EE
■
De ruitenwissers en ruitensproei ers kunnen worden bediend als
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
Auto's met Smart entr y-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
■ Als er geen vloeistof uit de ruitensproeiers komt
Controleer of er ruitensproeiervloeistof in het reservoir aanwezig is en con-
troleer als dat het geval is of de sproeierkoppen niet verstopt zijn.
WAARSCHUWING
■Waarschuwing met betrekking tot het gebruik van ruitensproeiervloei-
stof
Gebruik bij koud weer de ruitensproeiervloeistof pas wanneer de voorruit
warm is. De vloeistof kan anders op de voorruit bevriezen en zo het zicht
belemmeren. Dit kan leiden tot een ongeval waarbij ernstig letsel kan ont-
staan.
Gelijktijdig inschakelen
ruitensproeiers en ruiten-
wissers
De ruitenwissers zullen auto-
matisch een aantal slagen
maken als de ruitensproeiers
worden ingeschakeld.
Auto's met gasontladingslam-
pen: Als de koplampen aan
zijn en u de hendel naar u toe
getrokken houdt, werken de
koplampsproeiers één keer.
86_OM_EE_OM18058E.book Page 218 Thursday, April 23, 2015 3:04 PM
Page 219 of 464

219
2-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
2
Tijdens het rijden
FT86_EE
OPMERKING
■
Als de voorruit droog is
Gebruik de ruitenwissers niet als de voorruit droog is omdat hierdoor de\
voorruit beschadigd kan worden.
■ Als het sproeierreservoir leeg is
Bedien de schakelaar niet omdat anders de ruitensproeierpomp oververhit
kan raken.
■ Wanneer een sproeier verstopt raakt
Neem in dat geval contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
Probeer als een sproeierkop verstopt is geraakt deze niet schoon te maken
met een naald of iets dergelijks. Hi erdoor kan de sproeierkop beschadigd
raken.
86_OM_EE_OM18058E.book Page 219 Thursday, April 23, 2015 3:04 PM
Page 220 of 464

220
FT86_EE
2-4. Gebruik van overige rijsystemen
Cruise control∗
Met de cruise control kan een ingestelde snelheid worden vastge-
houden zonder dat hiervoor het gasp edaal hoeft te worden ingetrapt.
Controlelampjes
Cruise control-schakelaar
■ Instellen van de rijsnelheid
Druk op de toets ON-OFF om
de cruise control in te schake-
len.
Het controlelampje cruise con-
trol (groen) gaat branden.
Druk nogmaals op de toets om
de cruise control uit te schake-
len.
Accelereer of decelereer naar
de gewenste snelheid en druk
de hendel naar beneden om
de snelheid in te stellen.
Het controlelampje SET zal
gaan branden.
De rijsnelheid op het moment
dat de schakelaar wordt losge-
laten, wordt de ingestelde snel-
heid.
STAP1
STAP2
: Indien aanwezig
86_OM_EE_OM18058E.book Page 220 Thursday, April 23, 2015 3:04 PM