cruise control TOYOTA HIGHLANDER 2022 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2022, Model line: HIGHLANDER, Model: TOYOTA HIGHLANDER 2022Pages: 562, PDF Size: 97.72 MB
Page 238 of 562

2364-1. Voordat u gaat rijden
■Informatie over de transmissie
Rijd teneinde effectief op de motor te
kunnen blijven afremmen en de laadca-
paciteit op peil te houden niet in stand
D. In stand S moet de selectiehendel in
stand 5 of lager staan. ( Blz. 242)
■Als het hybridesysteem oververhit
raakt
Het rijden met een aanhangwagen op
een lange, steile helling bij buitentem-
peraturen hoger dan 30°C kan ertoe lei-
den dat het hybridesysteem oververhit
raakt. Als de koelvloeistoftemperatuur-
meter aangeeft dat het hybridesysteem
oververhit raakt, schakel dan direct de
airconditioning uit en breng de auto op
een veilige plaats tot stilstand.
(Blz. 514)
■Bij het parkeren
Plaats altijd wielblokken onder de wie-
len van de auto en de aanhangwagen.
Activeer de parkeerrem en zet de
selectiehendel in stand P.
WAARSCHUWING
Volg alle aanwijzingen in dit hoofdstuk op.
Anders kunnen zich ongevallen voordoen
die tot ernstig letsel kunnen leiden.
■Voorzorgsmaatregelen bij het rijden
met een aanhangwagen
Controleer bij het rijden met een aanhang-
wagen of de maximaal toegestane gewich-
ten niet worden overschreden.
( Blz. 232)
■Voorkomen van een ongeval of letsel
●Auto's met compact reservewiel: Rijd
niet met een aanhangwagen wanneer
het compacte reservewiel onder uw
auto is gemonteerd.
●Gebruik de volgende systemen niet bij
het rijden met een aanhangwagen.
• Dynamic Radar Cruise Control met vol- ledig snelheidsbereik
• LTA (Lane Tracing Assist)
• PCS (Pre-Crash Safety-systeem)
• BSM (Blind Spot Monitor)
■Rijsnelheid bij het rijden met een
aanhangwagen
Overschrijd de maximum snelheid voor het
rijden met een aanhangwagen niet.
■Voor het afrijden van een lange hel-
ling
Minder snelheid en schak el terug. Schakel
bij het afdalen van een lange of steile hel-
ling echter niet plotseling terug.
■Werking van het rempedaal
Trap het rempedaal niet veelvuldig of
gedurende een langere periode achtereen
in. Anders kan het remsysteem oververhit
raken of kan de remwerking teruglopen.
Highlander-Hybrid_OM_Europe_OM48M 30E_1_2110.book Page 236 Wednesday, August 4, 2021 2:39 PM
Page 244 of 562

2424-2. Rijprocedures
■Maximale rijafstand in EV-modus
De maximale rijafstand in de EV-modus vari-
eert van een paar honderd meter tot onge-
veer 1 km. Er zijn afhankelijk van de omstan-
digheden van de auto echter situaties waarbij
de EV-modus niet kan worden gebruikt.
(De maximale rijafstand is afhankelijk van de
laadtoestand van het batterijpakket [tractie-
batterij] en de rijomstandigheden.)
■Brandstofverbruik
Het hybridesysteem is ontworpen voor een
zo laag mogelijk brandstofverbruik onder nor-
male rijomstandigheden (aandrijving door
benzinemotor en elektromotor [tractiemotor]).
Als de EV-modus vaker wordt gebruikt dan
nodig is, zal het brandstofverbruik hoger zijn.
■Als “EV Mode Unavailable” (EV-modus
niet beschikbaar) wordt weergegeven
op het multi-informatiedisplay
De EV-modus is niet beschikbaar. De reden
dat de EV-modus niet bes chikbaar is (motor
draait stationair, ladingstoestand batterijpak-
ket is laag, rijsnelheid is hoger dan de snel-
heid waarbij de EV-modus werkt of gaspe-
daal is te ver ingetrapt) kan worden weerge-
geven. Gebruik de EV-modus wanneer deze
beschikbaar is.
■Als “EV Mode Deactivated” (EV-modus
uitgeschakeld) wordt weergegeven op
het multi-informatiedisplay
De EV-modus is automatisch uitgeschakeld.
De reden dat de EV-modus niet beschikbaar
is (ladingstoestand batterijpakket is laag, rij-
snelheid is hoger dan de snelheid waarbij de
EV-modus werkt of gaspedaal is te ver inge-
trapt) kan worden weergegeven. Rijd een
tijdje met de auto alvorens te proberen de
EV-modus weer in te schakelen.
*1: Zet de selectiehendel onder normale
rijomstandigheden in stand D voor een
zo laag mogelijk brandstofverbruik en
een zo laag mogelijke geluidsproductie.
*2: Door in stand S een schakelbereik te selecteren, kunt u de mate van accelere-
ren en afremmen op de motor beïnvloe-
den.
■Tijdens het rijden met ingeschakelde
Dynamic Radar Cruise Control met vol-
ledig snelheidsbereik
Ook wanneer er van de rijmodus naar de
sportmodus wordt geschakeld om op de
motor af te remmen, wordt er niet afgeremd
op de motor omdat het Dynamic Radar
Cruise Control-systeem met volledig snel-
heidsbereik niet wo rdt uitgeschakeld.
■Beperken plotseling wegrijden (wegrij-
regeling)
Blz. 223
WAARSCHUWING
■Wees voorzichtig tijdens het rijden
Controleer tijdens het rijden in de EV-
modus zorgvuldig de omgeving van de
auto. Omdat er geen motorgeluiden zijn,
merken voetgangers, fietsers of andere
verkeersdeelnemers en voertuigen in de
omgeving mogelijk niet dat de auto weg-
rijdt of hen nadert. Wees dus tijdens het rij-
den extra alert. Wees daarom tijdens het
rijden extra voorzichtig, zelfs als het
akoestische voertuig waarschuwingssys-
teem actief is.
Hybridetransmissie
Selecteer de schakelstand op
basis van uw doel en de situatie.
Doel en functie van de
schakelstanden
Schakel-
standDoel of functie
PParkeren van de auto/inscha-
kelen van het hybridesysteem
RAchteruit
NNeutraalstand
DNormaal rijden*1
SRijden in stand S*2
( Blz. 245)
Highlander-Hybrid_OM_Europe_OM48M 30E_1_2110.book Page 242 Wednesday, August 4, 2021 2:39 PM
Page 266 of 562

2644-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4-5.Gebruik van de ondersteunende systemen
■PCS (Pre-Crash Safety-systeem)
Blz. 276
■LTA (Lane Tracing Assist)
Blz. 287
■AHB (Automatic High Beam)
Blz. 255
■RSA (Road Sign Assist)*
Blz. 309
*: Indien aanwezig
■Dynamic Radar Cruise Control
met volledig snelheidsbereik
Blz. 297
Twee soorten sensoren, die zich achter
de grille en de voorruit bevinden, signa-
leren informatie die nodig is voor de wer-
king van de ondersteunende systemen.
Radarsensor
Camera voor
Toyota Safety Sense
Toyota Safety Sense bestaat uit de
volgende ondersteunende syste-
men en draagt bij aan een veilige
en comfortabele rijervaring:
Ondersteunend systeem
WAARSCHUWING
■Toyota Safety Sense
Toyota Safety Sense is ontworpen om te
werken met als uitgangspunt dat de
bestuurder voorzichtig rijdt om te helpen
de gevolgen van een aanrijding voor de
inzittenden en de auto te beperken of de
bestuurder te assisteren onder normale
rijomstandigheden.
Vertrouw niet blindelings op het systeem,
aangezien er een grens is aan de mate
van nauwkeurigheid bij de herkenning en
de ondersteunende mogelijkheden die dit
systeem kan bieden. Het is altijd de ver-
antwoordelijkheid van de bestuurder om
de omgeving van de auto in de gaten te
houden en veilig te rijden.
Sensoren
WAARSCHUWING
■Voorkomen van storingen in de
radarsensor
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht.
Als u dat niet doet, werkt de radarsensor
mogelijk niet goed, hetgeen kan leiden tot
een ongeval waarbij ernstig letsel kan ont-
staan.
Highlander-Hybrid_OM_Europe_OM48M 30E_1_2110.book Page 264 Wednesday, August 4, 2021 2:39 PM
Page 289 of 562

287
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
●In bepaalde situaties, zoals onderstaande,
wordt er mogelijk onvoldoende remkracht
of stuurkracht (regio A) gegenereerd,
waardoor het systeem niet goed werkt:
• Als de remmen niet op volle sterkte kun- nen werken, bijvoorbeeld wanneer de
onderdelen van het remsysteem extreem
koud, extreem heet of nat zijn
• Als de auto niet goed wordt onderhouden (extreem versleten remdelen of banden,
onjuiste bandenspanning, enz.)
• Als er met de auto gereden wordt op grind of een andere gladde ondergrond
• Bij diepe spoorvorming in het wegdek
• Als op een helling wordt gereden
• Bij het rijden over wegen met hellingen links of rechts
■Als de VSC wordt uitgeschakeld
●Als de VSC wordt uitgeschakeld
( Blz. 358), worden ook de Pre-Crash
Brake Assist-functie en de Pre-Crash
Brake-functie uitgeschakeld.
●Het waarschuwingslampje PCS gaat bran-
den en “VSC Turned OFF Pre-Collision
Brake System Unavailable” (VSC uitge-
schakeld, Pre-Crash Brake-systeem niet
beschikbaar) wordt weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
LTA (Lane Tracing Assist)
Als wordt gereden op een weg met
duidelijke witte (gele) rijstrook-
markeringen, waarschuwt het LTA-
systeem de bestuurder wanneer
de auto de huidige rijstrook of
koers dreigt te verlaten
*. Het sys-
teem kan ook het stuurwiel enigs-
zins bedienen om te helpen voor-
komen dat de rijstrook of koers
wordt verlaten
*. Wanneer de Dyna-
mic Radar Cruise Control met vol-
ledig snelheidsbereik ( Blz. 297)
is ingeschakeld, bedient dit sys-
teem het stuurwiel ook om de auto
goed op de rijstrook te houden.
Het LTA-systeem herkent witte
(gele) rijstrookmarkeringen of de
rijbaan
* met behulp van de camera
voor. Het detecteert ook voorlig-
gers met behulp van de camera
voor en de radar.
*: De grens tussen asfalt en de kant van de weg, zoals gras, grond of een stoep-
rand
Highlander-Hybrid_OM_Europe_OM48M 30E_1_2110.book Page 287 Wednesday, August 4, 2021 2:39 PM
Page 294 of 562

2924-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
■Waarschuwingsfunctie slingeren
auto
Wanneer de auto in een rijstrook slin-
gert, klinkt er een zoemer en wordt er
een melding weergegeven op het multi-
informatiedisplay om de bestuurder te
waarschuwen.■Lane Centering-functie
Deze functie is gekoppeld aan het
Dynamic Radar Cruise Control-sys-
teem met volledig snelheidsbereik en
levert de benodigde assistentie door
het stuurwiel te bedienen om de auto
op zijn huidige rijstrook te houden.
Als het Dynamic Radar Cruise Control-sys-
teem met volledig snelheidsbereik niet
werkt, werkt de Lane Centering-functie niet.
In gevallen waarin de witte (gele) rijstrook-
markeringen niet (goed) zichtbaar zijn, bij-
voorbeeld wanneer u in een file staat, treedt
deze functie in werking om te helpen een
voorligger te volgen door de positie van die
voorligger in de gaten te houden.
Highlander-Hybrid_OM_Europe_OM48M 30E_1_2110.book Page 292 Wednesday, August 4, 2021 2:39 PM
Page 297 of 562

295
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
●Stuurassistentiefunctie
Deze functie werkt wanneer niet alleen aan
alle werkingsvoorwaarden voor de Lane
Departure Alert-functie wordt voldaan, maar
ook aan alle onderstaande voorwaarden.
• Er wordt niet in een vastgestelde mate of sneller geaccelereerd of gedecelereerd.
• Het stuurwiel wordt niet bediend met een stuurkracht die geschikt is voor het veran-
deren van rijstrook.
• Het ABS, de VSC, de TRC en het PCS werken niet.
• De TRC of VSC is niet uitgeschakeld.
●Waarschuwingsfunctie slingeren auto
Deze functie werkt wanneer aan alle onder-
staande voorwaarden wordt voldaan.
• De instelling voor “Sway Warning” (waar-
schuwing voor slingeren) in van het
multi-informatiedisplay is “On” (aan).
( Blz. 112)
• De rijsnelheid is ongeveer 50 km/h of hoger.• De breedte van de rijstrook is ten minste
ongeveer 3 m.
• Er worden geen systeemstoringen gesig- naleerd. ( Blz. 296)
●Lane Centering-functie
Deze functie werkt wanneer aan alle onder-
staande voorwaarden wordt voldaan.
• LTA is ingeschakeld.
• De instelling voor “Lane Center” (midden
rijstrook) in van het multi-informatie-
display is “On” (aan). ( Blz. 112)
• Deze functie herkent witte (gele) rijstrook- markeringen of de positie van een voorlig-
ger (behalve bij kleine voorliggers, zoals
een motorfiets).
• De Dynamic Radar Cruise Control met vol- ledig snelheidsbereik werkt in de afstands-
regelmodus.
• De breedte van de rijstrook is ongeveer 3 - 4 m.
• De richtingaanwijzersc hakelaar wordt niet
bediend.
• Er wordt niet gereden in een scherpe bocht.• Er worden geen systeemstoringen gesig- naleerd. ( Blz. 296)
• Er wordt niet in een vastgestelde mate of sneller geaccelereerd of gedecelereerd.
• Het stuurwiel wordt niet bediend met een stuurkracht die geschikt is voor het veran-
deren van rijstrook.
• Het ABS, de VSC, de TRC en het PCS werken niet.
• De TRC of VSC is niet uitgeschakeld. • De waarschuwing handen van het stuur-
wiel wordt niet weergegeven. ( Blz. 296)
• De auto rijdt in het midden van een rijstrook.• Stuurassistentiefunctie is niet in werking.
■Tijdelijk uitschakelen van functies
●Als niet langer aan de werkingsvoorwaar-
den wordt voldaan, wordt een functie
mogelijk tijdelij k uitgeschakeld. Als echter
weer aan de werkingsvoorwaarden wordt
voldaan, wordt de werking van de functie
automatisch hervat. ( Blz. 294)
●Als niet langer aan de werkingsvoorwaar-
den ( Blz. 294) wordt voldaan terwijl de
Lane Centering-functie in werking is, klinkt
er mogelijk een zoemer om aan te geven
dat de functie tijdelij k is uitgeschakeld.
■Stuurassistentiefunctie/Lane Centering-
functie
●Afhankelijk van de rijsnelheid, de situatie
rondom het verlaten van de rijstrook, de
wegomstandigheden, enz. merkt de
bestuurder mogelijk niet dat de functie in
werking is of werkt de functie mogelijk
helemaal niet.
●De bediening van het stuurwiel door de
bestuurder krijgt prioriteit t.o.v. de stuurre-
geling van de functie.
●Probeer niet zelf de werking van de
stuurassistentiefunctie te testen.
■Lane Departure Alert-functie
●De waarschuwingszoemer is mogelijk
slecht te horen door geluiden van buiten,
afspelen van muziek, enz.
●Als de rand van de rijbaan* niet duidelijk of
niet recht is, werkt de Lane Departure
Alert-functie mogelijk niet.
●Het systeem kan mogelijk niet vaststellen
of er een gevaar bestaat voor een aanrij-
ding met een voertuig op een aangren-
zende rijstrook.
●Probeer niet zelf de werking van de Lane
Departure Alert-functie te testen.
*: De grens tussen asfalt en de kant van de
weg, zoals gras, grond of een stoeprand
Highlander-Hybrid_OM_Europe_OM48M 30E_1_2110.book Page 295 Wednesday, August 4, 2021 2:39 PM
Page 299 of 562

297
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■Weergave instrumentenpaneel
Multi-informatiedisplay
Ingestelde snelheid
Controlelampjes
■BedieningsschakelaarsAfstandsschakelaar
Schakelaar +RES
Cruise control-hoofdschakelaar
Uitschakeltoets
Schakelaar -SETDynamic Radar Cruise
Control met volledig
snelheidsbereik
Wanneer de afstandsregelmodus
is ingeschakeld, accelereert,
decelereert en stopt de auto
automatisch overeenkomstig de
veranderingen in snelheid van de
voorligger, zelfs wanneer het
gaspedaal niet wordt ingetrapt.
In de constante-snelheidsregel-
modus rijdt de auto met een con-
stante snelheid.
Gebruik de Dynamic Radar Cruise
Control met volledig snelheidsbe-
reik op autowegen en snelwegen.
Afstandsregelmodus ( Blz. 300)
Constante-snelheidsregelmodus
(Blz. 305)
Systeemonderdelen
WAARSCHUWING
■Voordat u de Dynamic Radar Cruise
Control met volledig snelheidsbereik
gebruikt
●Voor veilig rijden is alleen de bestuurder
verantwoordelijk. Vertrouw niet alleen
op het systeem en rijd voorzichtig door
altijd goed op de omgeving te letten.
●De Dynamic Radar Cruise Control met
volledig snelheidsbereik biedt onder-
steuning bij het rijden om de bestuurder
te ontlasten. Er zijn echter grenzen aan
de geboden ondersteuning.
Lees de hierna gegeven aanwijzingen
aandachtig door. Vertrouw niet blinde-
lings op dit systeem en rijd altijd voor-
zichtig.
• Omstandigheden waarin de sensor voorliggers mogelijk niet op de juiste
manier signaleert: Blz. 308
• Omstandigheden waaronder de afstandsregelmodus mogelijk niet goed
werkt: Blz. 308
Highlander-Hybrid_OM_Europe_OM48M 30E_1_2110.book Page 297 Wednesday, August 4, 2021 2:39 PM
Page 300 of 562

2984-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
WAARSCHUWING
●Stel de geschikte snelheid in op basis
van de snelheidslimiet, de verkeersin-
tensiteit, de wegcondities, de weersom-
standigheden, enz. De bestuurder is
verantwoordelijk voor het controleren
van de ingestelde snelheid.
●Zelfs als het systeem normaal werkt,
kan de door het systeem gesignaleerde
status van de voorligger afwijken van de
door de bestuurder waargenomen sta-
tus. Daarom moet de bestuurder altijd
alert blijven, het gevaar van elke situatie
inschatten en veilig rijden. Volledig ver-
trouwen op het systeem of aannemen
dat het systeem de veiligheid garan-
deert tijdens het rijden kan leiden tot
een ongeval met ernstig letsel als
gevolg.
●Schakel de Dynamic Radar Cruise Con-
trol met volledig snelheidsbereik uit met
de cruise control-hoofdschakelaar als
deze niet wordt gebruikt.
■Waarschuwingen met betrekking tot
de ondersteunende systemen
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht, aangezien er grenzen zijn aan de
door het systeem geboden ondersteuning.
Als u dat niet doet, kunt u een ongeval ver-
oorzaken, waardoor ernstig letsel kan ont-
staan.
●De bestuurder helpen bij het meten van
de volgafstand
De Dynamic Radar Cruise Control met vol-
ledig snelheidsbereik dient alleen ter
ondersteuning van de bestuurder bij het
bepalen van de volgafstand tussen de
eigen auto en een bepaalde voorligger.
Het systeem is niet bedoeld om zorgeloos
of roekeloos rijgedrag te rechtvaardigen
en kan de bestuurder ook niet helpen tij-
dens het rijden bij slecht zicht.
Het blijft noodzakelij k dat de bestuurder
zelf de omgeving van de auto goed in de
gaten houdt.
●De bestuurder helpen bij het bepalen
van de juiste volgafstand
De Dynamic Radar Cruise Control met vol-
ledig snelheidsbereik bepaalt of de volgaf-
stand tussen de eigen auto en een
bepaalde voorligger binnen een vastge-
legd bereik ligt. Het systeem kan geen
andere beoordelingen maken. Het is
daarom strikt noodzakelijk dat u zelf alert
blijft en inschat of een situatie mogelijk
gevaarlijk is.
●De bestuurder helpen bij het bedienen
van de auto
De Dynamic Radar Cruise Control met vol-
ledig snelheidsberei k heeft geen functies
om aanrijdingen met een voorligger te
voorkomen of vermijden. Daarom dient u
wanneer er gevaar dreigt direct de con-
trole over de auto te nemen en juist te han-
delen om de veiligheid van alle betrokke-
nen te garanderen.
■Situaties waarin de Dynamic Radar
Cruise Control met volledig snel-
heidsbereik niet kan worden gebruikt
Gebruik de Dynamic Radar Cruise Control
met volledig snelheidsbereik niet in de vol-
gende situaties. Als u dat wel doet, wordt
de snelheid mogelijk niet goed geregeld,
waardoor een ongeval met ernstig letsel
kan ontstaan.
●Op wegen met voetgangers, fietsers,
enz.
●In druk verkeer
●Op wegen met scherpe bochten
●Op slingerende wegen
●Op wegen die door regen, ijs of sneeuw
glad zijn
●Op steile hellingen bergafwaarts of op
afwisselend sterk dalende en sterk stij-
gende wegen
Bij het afdalen van een steile helling kan
de rijsnelheid de ingestelde snelheid
overschrijden.
●Op invoegstroken van autowegen en
snelwegen
Highlander-Hybrid_OM_Europe_OM48M 30E_1_2110.book Page 298 Wednesday, August 4, 2021 2:39 PM
Page 303 of 562

301
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
Het oordeel van het systeem met betrekking tot
wat een rijstrook voor inhalen is, is mogelijk
alleen gebaseerd op de positie van het stuurwiel in de auto (bestuurder links of rechts) Als de
auto rijdt in een regio waar de rijstrook voor inhalen zich aan de andere kant bevindt dan waar
de auto normaal rijdt, accelereert de auto mogelijk wanneer de richtingaanwijzerschakelaar
wordt bediend in de tegengestelde richting van de ri jstrook voor inhalen (bijv. als de bestuur-
der normaal rijdt in een regio waar de rijstrook voor inhalen zich rechts bevindt, maar de
bestuurder rijdt nu in een regio waar de rijstrook voor inhalen zich links bevindt, accelereert de
auto mogelijk als de richtingaanwij zer rechts wordt ingeschakeld).
Voorbeeld van acceleratie
Als er geen voorliggers meer zijn die langzamer rijden dan de ingestelde snel-
heid
Het systeem verhoogt de snelheid totdat de inges telde snelheid bereikt wordt. Het systeem
schakelt vervolgens weer over op het rijden met constante snelheid.
1Druk op de cruise control-hoofd-
schakelaar om de cruise control in
te schakelen.
Het controlelampje van de Dynamic Radar
Cruise Control gaat branden en er wordt een
melding weergegeven op het multi-informa-
tiedisplay. Druk nogmaals op de schakelaar
om de cruise control uit te schakelen.
Als de cruise control-hoofdschakelaar gedu-
rende ten minste 1,5 seconden ingedrukt
wordt gehouden, schakelt het systeem over
op de constante-snelheidsregelmodus.
( Blz. 305)
2Accelereer of decelereer met behulp
van het gaspedaal naar de gewenste
rijsnelheid (ongeveer 30 km/h of
hoger) en druk op de schakelaar -
SET om de snelheid op te slaan.
Het controlelampje cruise control SET gaat
branden.
De rijsnelheid op het moment dat de schake-
laar wordt losgelaten, wordt de ingestelde
snelheid.
Instellen van de rijsnelheid
(afstandsregelmodus)
Highlander-Hybrid_OM_Europe_OM48M 30E_1_2110.book Page 301 Wednesday, August 4, 2021 2:39 PM
Page 305 of 562

303
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
Selecteer een afstand in de onder-
staande tabel. Houd er rekening mee
dat de aangegeven afstanden overeen-
komen met een rijsnelheid van 80 km/
h. De tussenafstand is afhankelijk van
de rijsnelheid. Wanneer de auto wordt
stilgezet door het systeem, stopt de
auto op een bepaalde tussenafstand,
afhankelijk van de situatie.
Druk op de schakelaar +RES als uw
voorligger begint te rijden.
Het volgen van uw voorligger wordt ook
hervat als u het gaspedaal intrapt wan-
neer uw voorligger begint te rijden.
1
Als u op de uitschakeltoets drukt,
wordt de snelheidsregeling uitge-
schakeld.
De snelheidsregeling wordt eveneens uitge-
schakeld als het rempedaal wordt ingetrapt.
(Als de auto is stilgezet door het systeem,
wordt de snelheidsinstelling niet geannu-
leerd als het rempedaal wordt ingetrapt.)
2 Als u op de schakelaar +RES drukt,
wordt de cruise control hervat en
wordt de ingestelde rijsnelheid her-
vat.
Instellingen tussenafstand
(afstandsregelmodus)
AfstandsoptiesTussenafstand
LangOngeveer 50 m
GemiddeldOngeveer 40 m
KortOngeveer 30 m
Hervatten van het rijden met de
volgregeling als de auto is
stilgezet door het systeem
(afstandsregelmodus)
Uitschakelen en hervatten van
de snelheidsregeling
Highlander-Hybrid_OM_Europe_OM48M 30E_1_2110.book Page 303 Wednesday, August 4, 2021 2:39 PM