sensor TOYOTA MIRAI 2022 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2022, Model line: MIRAI, Model: TOYOTA MIRAI 2022Pages: 578, PDF Size: 99.29 MB
Page 433 of 578

431
8
Handleiding_Europa_M62060_nl
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
■Controlelampjes veiligheidsgordel achterpassagiers*1 (waarschuwings-
zoemer)*2
*1: Dit lampje brandt op het multi-informatiedisplay.
*2: Waarschuwingszoemer veilighei dsgordel achterpassagiers:
De waarschuwingszoemer voor de veilighei dsgordel herinnert de achterpassagiers eraan 
de veiligheidsgordel om te doen. Als de veili gheidsgordel wordt losgemaakt klinkt de zoe-
mer gedurende een bepaalde tijd met tussenpozen wanneer de auto een bepaalde snel-
heid heeft bereikt.
■Waarschuwingszoemer
In sommige gevallen is  de zoemer niet hoor-
baar door omgevingsgeluiden of geluid van 
het audiosysteem.
■Detectiesensor voorpassagier, contro-
lelampje veiligheidsgordel en waar-
schuwingszoemer
●Als er bagage wordt geplaatst op de pas-
sagiersstoel kan de detectiesensor het 
controlelampje laten knipperen en de 
waarschuwingszoemer laten klinken, ook 
al zit er niemand op de passagiersstoel.
●Als er op de stoel een kussen wordt 
geplaatst, werkt de sensor wellicht niet 
goed, waardoor ook het waarschuwings-
lampje niet goed werkt.
■Waarschuwingslampje (waarschu-
wingszoemer) elektrische stuurbe-
krachtiging
Als de spanning van de 12V-accu laag is of 
tijdelijk daalt, kan het  waarschuwingslampje 
van de elektrische stuurbekrachtiging gaan 
branden en kan er een waarschuwingszoe-
mer klinken.
■Als het waarschuwingslampje lage ban-
denspanning gaat branden
Controleer het uiterlijk van de banden om na 
te gaan of er een band lek is.
Als een band lek is:  →Blz. 437
Als geen van de banden lek is:
Zet het contact UIT en vervolgens AAN. Con-
troleer of het waarschuwingslampje lage ban-
denspanning gaat branden of knipperen. 
Als het waarschuwingslampje lage banden-
spanning gedurende ongeveer 1 minuut 
knippert en vervolgens blijft branden
Er kan een storing aanwezig zijn in het ban-
denspanningswaarschuwingssysteem. Laat 
de auto onmiddellijk nakijken door een 
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
Als het waarschuwingslampje lage ban-
denspanning gaat branden
1 Controleer de bandenspanning voor 
iedere band nadat de banden voldoende 
zijn afgekoeld en breng de banden op de 
voorgeschreven spanning.
2 Als het waarschuwingslampje zelfs na 
enkele minuten niet uitgaat, controleer 
dan of de bandenspanning voor iedere 
band in orde is en voer de initialisatie uit. 
(→ Blz. 388)
■Het waarschuwingslampje lage banden-
spanning gaat mogelijk branden door 
een natuurlijke oorzaak
Het waarschuwingslampje lage bandenspan-
ning gaat mogelijk branden door een natuur-
lijke oorzaak, zoals het  onvermijdelijke span-
ningsverlies dat op den duur optreedt of een 
veranderde bandenspanning die veroorzaakt 
wordt door temperatuurveranderingen. In dat 
geval zal het waarschuwingslampje na een 
paar minuten uitgaan als de banden weer op 
de juiste spanning gebracht zijn.
■Omstandigheden waaronder het ban-
denspanningswaarschuwingssysteem 
mogelijk niet juist werkt
→ Blz. 386
Waarschuwings-
lampjeDetails/handelingen
Waarschuwt de achterpassagiers om de veiligheidsgordel om te doen
→Doe de veiligheidsgordel om.
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book  Page 431  Thursday, July 15, 2021  1:59 PM 
Page 436 of 578

434
Handleiding_Europa_M62060_nl
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
■Als “Stop Vehicle in a Safe Place Push 
P Switch” (Breng de auto op een veilige 
plaats tot stilstand. Druk schakelaar 
stand P in.) wordt weergegeven
Er is mogelijk een storing aanwezig in het 
brandstofcelsysteem of de selectiehendel 
heeft lange tijd in stand N gestaan. Breng de 
auto onmiddellijk tot stilstand en neem contact 
op met een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren 
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■Als “Shift Out of N Release Accelerator 
Before Shifting” (Zet selectiehendel in 
andere stand dan N. Laat vóór het scha-
kelen het gaspedaal los) wordt weerge-
geven
Het gaspedaal wordt ingetrapt terwijl de 
selectiehendel in stand N staat.
Laat het gaspedaal los en zet de selectiehen-
del in stand D of R.
■Als “Press brake when vehicle is stop-
ped FCV system may overheat” (Trap 
rempedaal in wanneer auto stilstaat. 
Brandstofcelsysteem is mogelijk over-
verhit) wordt weergegeven
De melding wordt mogelijk weergegeven 
wanneer het gaspedaal wordt ingetrapt om 
de auto op een helling op zijn plaats te hou-
den, enz. Het brandstofcelsysteem kan over-
verhit raken. Laat het gaspedaal los en trap 
het rempedaal in.
■Als “Auto Power OFF to Conserve Bat-
tery” (Auto power off-functie ingescha-
keld om accu te sparen) wordt weerge-
geven
Het contact is UIT gezet door de automati-
sche power off-functie. Bedien de volgende 
keer dat u het brandstofcelsysteem start het 
brandstofcelsysteem gedurende ongeveer 5 
minuten om de 12V-accu op te laden.
■Als “Headlight System Malfunction Visit 
Your Dealer” (Storing in koplampsys-
teem. Ga naar uw dealer) wordt weerge-
geven
Er is mogelijk een storing in de onderstaande 
systemen aanwezig. Laat de auto onmiddellijk 
nakijken door een erkende Toyota-dealer of 
hersteller/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
●De led-koplampen
●De automatische verticale koplampverstel-
ling
●AHS (Adaptive High Beam-systeem) 
(indien aanwezig)
●AHB (Automatic High Beam) (indien aan-
wezig)
■Als “Radar Cruise Control Temporarily 
Unavailable See Owner’s Manual” 
(Dynamic Radar Cruise Control-sys-
teem tijdelijk niet beschikbaar, zie hand-
leiding) wordt weergegeven
De Dynamic Radar Cruise Control met volle-
dig snelheidsbereik word t tijdelijk uitgescha-
keld of tot het in de melding aangegeven pro-
bleem is opgelost. (Oorzaken en oplossin-
gen: → Blz. 216)
■Als “Radar Cruise Control Unavailable” 
(Dynamic Radar Cruise Control-systeem 
niet beschikbaar) wordt weergegeven
De Dynamic Radar Cruise Control met volle-
dig snelheidsbereik kan ti jdelijk niet gebruikt 
worden. Gebruik het systeem wanneer dit 
weer beschikbaar is.
■Als er een melding wordt weergegeven 
dat er een storing in de camera voor 
aanwezig is
De onderstaande systemen worden mogelijk 
tijdelijk uitgeschakeld tot het in de melding 
aangegeven probleem is opgelost. 
( → Blz. 216, 423)
●PCS (Pre-Crash Safety-systeem)
●LTA (Lane Tracing Assist)
●AHS (Adaptive High Beam-systeem) 
(indien aanwezig)
●Automatic High Beam-systeem (indien 
aanwezig)
●RSA (Road Sign Assist)
●Dynamic Radar Cruise Control met volle-
dig snelheidsbereik
■Als er een melding wordt weergegeven 
dat er een storing in de radarsensor 
aanwezig is
De onderstaande systemen worden mogelijk 
tijdelijk uitgeschakeld tot het in de melding 
aangegeven probleem is opgelost. 
( → Blz. 216, 423)
●PCS (Pre-Crash Safety-systeem)
●LTA (Lane Tracing Assist)
●Dynamic Radar Cruise Control met volle-
dig snelheidsbereik
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book  Page 434  Thursday, July 15, 2021  1:59 PM 
Page 447 of 578

445
8
Handleiding_Europa_M62060_nl
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
3Neem de slang los van het ventiel, verwij-
der het dopje van de slang en sluit dan 
de slang weer aan.
4 Zet de compressor aan, wacht enkele 
seconden en zet de compressor weer uit. 
Controleer of de bandenspanningsmeter 
de voorgeschreven spanning aangeeft. 
(→ Blz. 471)
Zet de compressor weer aan als de spanning 
onder de voorgeschreven waarde ligt en vul 
de band tot de juiste spanning is bereikt.
■Het ventiel van een gerepareerde band
Nadat de band met de bandenreparatieset is 
gerepareerd, moet het ventiel bij een defini-
tieve reparatie worden vervangen.
■Nadat een band is gerepareerd met de 
bandenreparatieset
●Vervang de bandenspanningssensor en -
zender.
●Zelfs als de bandenspanning op het voor-
geschreven niveau ligt, gaat mogelijk het 
waarschuwingslampje lage bandenspan-
ning branden/knipperen.
WAARSCHUWING
■Rijd niet door als de auto een lekke 
band heeft
Rijd niet door met een lekke band.
Zelfs als er over een korte afstand met een 
lekke band wordt doorgereden, kunnen 
band en velg zodanig beschadigd worden 
dat reparatie niet meer mogelijk is.
Door het rijden met een lekke band kan er 
op de wang rondom een groef ontstaan. In 
zo'n geval kan de band bij het gebruik van 
een reparatieset exploderen.
■Bij het repareren van een lekke band
●Parkeer de auto op een veilige plaats en 
een vlakke ondergrond.
●Raak de wielen of het gedeelte rond de 
remmen direct nadat met de auto is 
gereden niet aan.
Nadat met de auto is gereden, zijn de 
wielen en het gedeelte rond de remmen 
mogelijk zeer heet. Wanneer u deze 
delen met uw handen, voeten of andere 
lichaamsdelen aanraakt, kan dit leiden 
tot brandwonden.
●Sluit de slang stevig aan op het ventiel 
terwijl het wiel aan de auto bevestigd is. 
Als de slang niet goed op het ventiel is 
aangesloten, kan er lekkage van lucht 
optreden waarbij bandenreparatievloei-
stof naar buiten spuit.
●Als de slang tijdens het vullen loskomt 
van het ventiel, is het mogelijk dat de 
slang abrupte bewegingen maakt van-
wege de luchtdruk.
●Nadat de band gevuld is, kunnen er 
spetters bandenreparatievloeistof naar 
buiten komen als de slang wordt losge-
maakt of wanneer u lucht uit de band 
laat ontsnappen.
●Volg voor het repareren van de band de 
volgende procedure. Als u de procedu-
res niet volgt, kan de bandenreparatie-
vloeistof naar buiten spuiten.
●Bewaar afstand tot de band wanneer 
deze gerepareerd wordt, omdat de band 
kan klappen. Zet de schakelaar van de 
compressor direct uit als u ziet dat de 
band scheurtjes vertoont of vervormt.
●De reparatieset kan oververhit raken als 
deze langere tijd achter elkaar wordt 
gebruikt. Gebruik de reparatieset niet 
langer dan 40 minuten achter elkaar.
●Delen van de reparatieset worden tij-
dens het gebruik heet. Wees voor en na 
gebruik voorzichtig met de reparatieset. 
Raak het metalen deel rond de verbin-
ding tussen de fles en de compressor 
niet aan. Dit is namelijk zeer heet.
●Plak de waarschuwingssticker voor de 
rijsnelheid alleen op de aangegeven 
plaats. Als de sticker wordt aangebracht 
op een plaats waar zich een airbag 
bevindt, zoals op het stuurwielkussen, 
werkt de airbag mogelijk niet goed meer.
●Laat ter voorkoming van beschadiging 
of ernstige lekkage de fles niet vallen. 
Voer vóór gebruik een visuele controle 
van de fles uit. Gebruik uitsluitend onbe-
schadigde en niet-lekkende flessen. In 
dergelijke gevallen direct vervangen.
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book  Page 445  Thursday, July 15, 2021  1:59 PM 
Page 448 of 578

446
Handleiding_Europa_M62060_nl
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
WAARSCHUWING
■Rijden om de bandenreparatievloei-
stof gelijkmatig te verdelen
Neem om de kans op ongevallen te beper-
ken de volgende voorzorgsmaatregelen in 
acht.
Als u dat niet doet kunt u de macht over 
het stuur verliezen, waardoor ernstig letsel 
kan ontstaan.
●Rijd langzaam en voorzichtig. Wees 
extra voorzichtig bij het maken van 
bochten.
●Breng de auto tot stilstand wanneer de 
auto niet rechtuit wil rijden of als u voelt 
dat er aan het stuurwiel wordt getrokken 
en controleer het volgende.
• Toestand van de band. De band kan  van de velg zijn afgelopen.
• Bandenspanning. Als de bandenspan- ning 130 kPa (1,3 kg/cm
2 of bar, 19 psi) 
of lager is, is de band mogelijk ernstig 
beschadigd.
OPMERKING
■Een noodreparatie uitvoeren
●Een band mag alleen met de bandenre-
paratieset worden gerepareerd indien 
de beschadiging is veroorzaakt door 
perforatie van het loopvlak door een 
scherp voorwerp, zoals een spijker of 
een schroef.
Verwijder de spijker of de schroef niet 
uit de band. Door het verwijderen van 
de spijker of de schroef kan het gat gro-
ter worden waardoor de band niet meer 
tijdelijk gerepareerd kan worden.
●De reparatieset is niet waterbestendig. 
Zorg dat de bandenreparatieset niet in 
aanraking komt met water, bijvoorbeeld 
bij gebruik tijdens regen.
●Zet de bandenreparatieset niet op een 
stoffige ondergrond, zoals in het zand of 
in de berm. Als de reparatieset stof e.d. 
opzuigt, kunnen er storingen optreden.
●Houd de fles tijdens het gebruik niet 
ondersteboven, om schade aan de 
compressor te voorkomen.
■Voorzorgsmaatregelen voor de ban-
denreparatieset
●De reparatieset heeft als voeding 12V-
gelijkstroom nodig. Sluit de reparatieset 
niet aan op andere voedingsbronnen.
●Als er brandstofdruppels op de repara-
tieset terechtkomen, kan de set bescha-
digd raken. Zorg dat de set niet met 
brandstof in aanraking kan komen.
●Berg de reparatieset op, zodat de set 
beschermd is tegen vuil en vocht.
●Berg de reparatieset op in de bagage-
ruimte, buiten bereik van kinderen.
●Demonteer de reparatieset niet en 
breng geen wijzigingen aan. Stel onder-
delen als de bandenspanningsmeter 
niet bloot aan schokken. Hierdoor kun-
nen storingen optreden.
■Voorkomen van schade aan de ban-
denspanningssensoren en -zenders
Als een band is gerepareerd met banden-
reparatievloeistof, werken de bandenspan-
ningssensor en -zender mogelijk niet 
goed. Neem wanneer bandenreparatie-
vloeistof is gebruikt  zo snel mogelijk con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of 
hersteller/reparateur of een andere naar 
behoren gekwalificeerde en uitgeruste 
deskundige. Vervang na het gebruik van 
bandenreparatievloeistof de bandenspan-
ningssensor en -zender wanneer de band 
wordt gerepareerd of vervangen. 
( → Blz. 387)
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book  Page 446  Thursday, July 15, 2021  1:59 PM 
Page 480 of 578

478
Handleiding_Europa_M62060_nl
9-2. Persoonlijke voorkeursinstellingen
■Elektrisch bedienbare ruiten (→Blz. 166)
■Waarschuwingszoemer achteruitrijden ( →Blz. 185)
■Richtingaanwijzerschakelaar (→Blz. 188)
■Automatische verlichting (→Blz. 196)
FunctieStandaard-
instellingPersoonlijke 
voorkeursinstelling
Bediening gekoppeld aan 
gebruik van de mechanische 
sleutel
UitAan——O
Koppeling van werking aan 
afstandsbedieningUitAan——O
Koppeling van werking aan 
afstandsbediening (zoemer)AanUit——O
FunctieStandaard-
instellingPersoonlijke 
voorkeursinstelling
Signaal (zoemer) wanneer de 
selectiehendel in stand R staatEenmaligIntermitterend——O
FunctieStandaard- instellingPersoonlijke 
voorkeursinstelling
Aantal keren knipperen bij het 
veranderen van rijstrook3Uit——O4 - 7
FunctieStandaard- instellingPersoonlijke 
voorkeursinstelling
Gevoeligheid lichtsensorStandaard-2 - 2O—O
Extended Headlight Lighting-
systeem (tijd die verstrijkt voor-
dat de koplampen automatisch 
worden uitgeschakeld)
30 seconden
60 seconden
——O90 seconden
120 seconden
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book  Page 478  Thursday, July 15, 2021  1:59 PM 
Page 483 of 578

481
9
Handleiding_Europa_M62060_nl
9-2. Persoonlijke voorkeursinstellingen
Voertuigspecificaties
■BSM (Blind Spot Monitor)* (→ Blz. 257)
*: Indien aanwezig
■Toyota Parking Assist-sensor* (→Blz. 262)
*: Indien aanwezig
■RCTA (Rear Crossing Traffic Alert)* ( →Blz. 271)
*: Indien aanwezig
FunctieStandaard-
instellingPersoonlijke 
voorkeursinstelling
BSM (Blind Spot Monitor)AanUit—O—
Helderheid indicator in buiten-
spiegelHelderGedimd—O—
Timing waarschuwing voor 
aanwezigheid van naderende 
auto (gevoeligheid)
Gemiddeld
Vroeg
—O—
Laat
Alleen wanneer  een auto wordt 
gesignaleerd in de  dode hoek
FunctieStandaard-instellingPersoonlijke 
voorkeursinstelling
Toyota Parking Assist-sensorAanUit—O—
ZoemervolumeNiveau 2Niveau 1—O—Niveau 3
FunctieStandaard- instellingPersoonlijke 
voorkeursinstelling
RCTA (Rear Crossing Traffic 
Alert)AanUit—O—
ZoemervolumeNiveau 2Niveau 1—O—Niveau 3
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book  Page 481  Thursday, July 15, 2021  1:59 PM 
Page 491 of 578

489
Handleiding_Europa_M62060_nl
Wat moet u doen als... (Problemen oplossen)
Hebt u op de startknop gedrukt ter-
wijl u het rempedaal ingetrapt hield? 
(→Blz. 178)
 Kan de elektronische sleutel in de 
auto worden gesignaleerd? 
(→Blz. 141)
 Is het stuurslot ontgrendeld? 
(→Blz. 179)
 Is de batterij van de elektronische 
sleutel zwak of leeg?
Het brandstofcelsysteem kan in dit geval op 
een tijdelijke manier worden gestart. 
(→ Blz. 451)
 Is de 12V-accu ontladen? 
(→Blz. 452)
 Het wordt automatisch vergrendeld 
om diefstal van de auto te voorko-
men. ( →Blz. 179)
 Is de blokkeerschakelaar van de ruit-
bediening ingedrukt?
De elektrisch bedienbare ruiten, behalve die 
van het bestuurdersportier, kunnen niet wor-
den bediend als de blokkeerschakelaar van 
de ruitbediening wordt ingedrukt. 
(→ Blz. 168)
 De auto power off-functie wordt 
bediend als het contact gedurende 
een bepaalde tijd in stand ACC 
staat. ( →Blz. 183)
 Het controlelampje van de veilig-
heidsgordel knippert
Dragen de bestuurder en de voorpassagier 
hun veiligheidsgordel? (→ Blz. 430)
Het waarschuwingslampje van de 
parkeerrem brandt
Is de parkeerrem gedeactiveerd? 
(→ Blz. 189)
Afhankelijk van de situatie klinken er 
mogelijk ook andere soorten waarschu-
wingszoemers. ( →Blz. 423, 433)
 Heeft iemand een portier geopend of 
bewoog er iets in de auto tijdens het 
instellen van het alarm?
De sensor signaleert dit en laat het alarm 
klinken. ( →Blz. 79)
Voer een van de onderstaande hande-
lingen uit om het alarm te deactiveren 
of uit te schakelen:
 Ontgrendel de portieren of de ach-
terklep met de instapfunctie of de 
afstandsbediening.
Als u denkt dat er iets mis is
Het brandstofcelsysteem kan 
niet worden gestart
Het stuurwiel kan niet worden 
gedraaid nadat het brandstof-
celsysteem is uitgeschakeld
De ruiten kunnen niet worden 
geopend of gesloten met de 
schakelaars van de ruitbediening
Het contact wordt automatisch 
UIT gezet
Tijdens het rijden klinkt een 
waarschuwingszoemer
Er wordt een alarm geactiveerd 
en de claxon klinkt (indien 
aanwezig)
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book  Page 489  Thursday, July 15, 2021  1:59 PM 
Page 494 of 578

492
Handleiding_Europa_M62060_nl
Alfabetische index
Alarm ....................................................... 79 Waarschuwingszoemer ..................... 423
Alarmknipperlichten............................. 414
ALL AUTO-regeling .............................. 332
Als de brandstof opraakt ....................... 91
Antennes (Smart entry-systeem 
met startknop) .................................... 141
Antiblokkeersysteem (ABS) ................ 321 Waarschuwingslampje ...................... 425
Antidiefstalsysteem Alarm ................................................... 79
Hellingsensor ...................................... 80
Inbraaksensor ..................................... 80
Startblokkering .................................... 77
Supervergrendeling ............................. 78
Armsteun............................................... 362
ASC (Active Sound Control)................ 194
Automatic High Beam-systeem .......... 202
Automatisch knipperende  alarmknipperlichten achter ............... 322
Automatische airconditioning............. 333 ECO-modus airconditioning .............. 335
Automatische airconditioning 
achter .................................................. 341
Automatische verlichting .................... 196
Automatische verticale 
koplampverstelling ............................ 197
B
Baby- en kinderzitjes ............................. 51 Punten om rekening mee te houden... 51
Rijden met kinderen in de auto ........... 50
Bagageruimte ....................................... 138
Afstandsbediening ............................ 139
Bagageruimteverlichting ................... 140
Handgreep achterklep ...................... 139
Hoofdschakelaar openingssysteem achterklep ....................................... 140
Ontgrendelschakelaar achterklep ..... 139
Smart entry-systeem met startknop .. 139
Voorzieningen bagageruimte ............ 352
Bagageruimtematten ........................... 352
Bagageruimteverlichting ..................... 140
Banden .................................................. 384 Als uw auto een lekke band heeft ..... 437
Bandenmaat ..................................... 471
Bandenreparatieset .......................... 437
Bandenspanning ............................... 395
Bandenspannings-waarschuwingssysteem ................. 386
Bandenspanningsweergavefunctie ... 386
Controle ............................................ 384
Sneeuwkettingen .............................. 329
Vervangen......................................... 392
Waarschuwingslampje ...................... 430
Winterbanden ................................... 328
Wisselen van banden ....................... 385
Bandenreparatieset Opbergmogelijkheden....................... 438
Bandenreparatieset ............................. 437
Bandenspanning .................................. 395 Bandenspanningsweergavefunctie ... 386
Onderhoudsgegevens ...................... 471
Waarschuwingslampje ...................... 430
Bandenspannings-
waarschuwingssysteem ................... 386Functie .............................................. 386
Initialisatie ......................................... 388
Plaatsen van bandenspannings- sensoren en -zenders..................... 387
Registreren van identificatiecodes .... 390
Waarschuwingslampje ...................... 430
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book  Page 492  Thursday, July 15, 2021  1:59 PM 
Page 496 of 578

494
Handleiding_Europa_M62060_nl
Alfabetische index
D
Dagrijverlichting ................................... 196
Dagtellers .............................................. 110
Dakfolie ................................................. 367
Dashboardkastje .................................. 350
Derde remlichtLampen vervangen ........................... 410
Digitale binnenspiegel ......................... 154
Dimmer dashboardverlichting ............ 110
Display Dynamic Radar Cruise Control 
met volledig snelheidsbereik........... 244
Head-up display ................................ 120
LTA (Lane Tracing Assist) .................. 235
Multi-informatiedisplay ...................... 112
Parking Support Brake-functie  (voor voetgangers die 
achterlangs lopen) .......................... 289
RCD (Rear Camera Detection) ......... 277
Rear Camera Detection (RCD) ......... 277
Toyota Multi-Operation Touch............ 354
Toyota Parking Assist-sensor ............ 263
Toyota Teammate Advanced Park ..... 294
Waarschuwingsmelding .................... 433
Display bandenspanning ..................... 386
Draadloze lader..................................... 358
Dynamic Radar Cruise Control  met volledig snelheidsbereik............ 244Naderingswaarschuwing ................... 251
Road Sign Assist (RSA) .................... 253
Waarschuwingsmelding .................... 255
Dynamic Radar Cruise 
Control-systeem (Dynamic Radar 
Cruise Control met volledig 
snelheidsbereik) ................................ 244
E
eCall ........................................................ 67 Toets SOS........................................... 67
ECB (elektronisch geregeld  remsysteem) ...................................... 321
Waarschuwingslampje ...................... 424
Eco Score ............................................. 115
Elektrisch bedienbaar zonnescherm ... 355
Bediening .......................................... 355
Elektrisch bedienbare ruiten Aan portierslot gekoppelde 
werking ruiten ................................. 167
Bediening .......................................... 166
Blokkeerschakelaar  ruitbediening ..... 168
Klembeveiliging................................. 166
Elektrische stuurbekrachtiging  (EPS) ................................................... 322
Waarschuwingslampje ...................... 426
Elektromotor (tractiemotor) ............ 86, 89 Plaats .................................................. 89
Elektronisch geregeld remsysteem  (ECB) .................................................. 321Waarschuwingslampje ...................... 424
Elektronische sleutel ........................... 130 Als de elektronische sleutel niet goed werkt ............................... 449
Batterij vervangen ............................. 403
Energiebesparende functie ............... 142
Energiemonitor .................................... 124
EPS (elektrische  stuurbekrachtiging)........................... 322Waarschuwingslampje ...................... 426
Ergonomisch geheugen ...................... 147 Geheugenoproepfunctie ................... 149
Power Easy Access-systeem............ 147
Extended Headlight Lighting .............. 198
Extra opbergvakken............................. 351
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book  Page 494  Thursday, July 15, 2021  1:59 PM 
Page 497 of 578

495
Handleiding_Europa_M62060_nl
Alfabetische index
G
Gemiddeld brandstofverbruik ............. 114
Gemiddelde rijsnelheid ........................ 117
Gereedschap......................................... 438
Gevarendriehoek .................................. 353
GewichtGewicht ............................................. 466
H
HakenBevestigingshaken (vloermat) ............. 32
Kledinghaakjes .................................. 363
Handgrepen .......................................... 362
Head-up display.................................... 120 Aan navigatiesysteem 
gekoppelde weergave..................... 120
Buitentemperatuur............................. 120
Displayzone ondersteunend 
systeem .......................................... 123
Displayzone rij-informatie .................. 120
Indicator brandstofcelsysteem .......... 124
Instellingen ........................................ 122
Pop-updisplay ................................... 123
Toets HUD (head-up display) ............ 122
Hellingsensor.......................................... 80
Hendel Ontgrendelingshendel motorkap ....... 375
Richtingaanwijzerschakelaar............. 188
Ruitenwisserhendel ........................... 206
Selectiehendel................................... 183
Veiligheidshaak ................................. 375
Hill Start Assist Control ....................... 322
Hoofdsteunen ....................................... 150
Hoogspanningsonderdelen ................... 89
I
Identificatie
Auto .................................................. 466
Inbraaksensor ........................................ 80
Indicator brandstofcelsysteem ... 114, 124
Initialisatie Bandenspannings-waarschuwingssysteem ................. 388
Elektrisch bedienbaar zonnescherm .. 356
Elektrisch bedienbare ruiten ............. 166
Parking Support Brake...................... 284
Te initialiseren onderdelen ................ 486
Instapverlichting .................................. 346
Instapverlichting spiegelvoet ............. 346
Instrumentenpaneel Actieradius ........................................ 108
Bedieningstoetsen 
instrumentenpaneel ........................ 113
Controlelampjes ................................ 106
Dimmer dashboardverlichting ........... 110
Instellingen........................................ 117
Klok ................................................... 108
Multi-informatiedisplay ...................... 112
Tellers ............................................... 108
Waarschuwingslampjes ............ 105, 423
Waarschuwingsmelding .................... 433
Interieurfilter ......................................... 398
Interieurverlichting .............................. 346
Ionenfilter................................................ 92
K
Kentekenplaatverlichting Lampen vervangen ........................... 410
Lichtschakelaar ................................. 196
Kilometerteller ...................................... 110
Kindersloten ......................................... 137
Kledinghaakjes..................................... 363
Klembeveiliging Elektrisch bedienbare ruiten ............. 166
Klok ....................................................... 108
Knie-airbags ........................................... 39
Knop wijzigen weergave ..................... 110
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book  Page 495  Thursday, July 15, 2021  1:59 PM