dashboard TOYOTA MIRAI 2022 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2022, Model line: MIRAI, Model: TOYOTA MIRAI 2022Pages: 578, PDF Size: 99.29 MB
Page 142 of 578

140
Handleiding_Europa_M62060_nl
4-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren en de achterklep
■Bagageruimteverlichting
●De bagageruimteverlichting gaat branden
als de achterklep wordt geopend.
●Als de bagageruimteverlichting aan wordt
gelaten wanneer het contact UIT wordt
gezet, gaat de verlichting na 20 minuten
automatisch uit.
■Functie die voorkomt dat de achterklep
wordt vergrendeld terwijl de elektroni-
sche sleutel zich in de bagageruimte
bevindt
●Er klinkt een geluidssignaal als de achter-
klep wordt gesloten terwijl alle portieren
zijn vergrendeld en de elektronische sleu-
tel zich in de bagageruimte bevindt.
In dat geval kan de achterklep worden
geopend door op de schakelaar van de
achterklep te drukken.
●Als de elektronische reservesleutel zich in
de bagageruimte bevindt en alle portieren
zijn vergrendeld, kan de beveiligingsfunctie
tegen het insluiten van de sleutel worden
geactiveerd, zodat de achterklep kan wor-
den geopend. Neem alle elektronische
sleutels mee als u de auto achterlaat om
diefstal te voorkomen.
●Als de elektronische sleutel zich in de
bagageruimte bevindt en alle portieren zijn
vergrendeld, wordt de sleutel mogelijk niet
gesignaleerd afhankelij k van de locatie van
de sleutel en de aanwezige radiogolven. In
dit geval kan de beveili ging sleutel insluiten
niet worden geactiveerd, zodat de portie-
ren zullen worden vergrendeld als de ach-
terklep wordt gesloten. Zorg ervoor dat de
sleutel zich niet in de auto bevindt als u de
achterklep sluit.
●De beveiliging sleutel insluiten kan niet
worden geactiveerd als een van de portie-
ren ontgrendeld is. Open in dit geval de
achterklep met het openingssysteem van
de achterklep.
■Gebruik van de mechanische sleutel
De achterklep kan ook worden geopend met
de mechanische sleutel. ( →Blz. 450)
■Wanneer het Smart entry-systeem met
startknop of de afstandsbediening niet
goed werkt
Gebruik de mechanische sleutel om de ach-
terklep te ontgrendelen. ( →Blz. 450)
Vervang de sleutelbatterij door een nieuw
exemplaar als deze ontladen raakt.
■Waarschuwingszoemer open portier/
achterklep
→ Blz. 136
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
Bepaalde functies kunnen worden aangepast
aan de persoonlijke voorkeur. ( →Blz. 472)
De schakelaar van het openingssys-
teem van de achterklep kan tijdelijk
worden uitgeschakeld om bagage in de
bagageruimte tegen diefstal te
beschermen.
Schakel de hoofdschakelaar in het
dashboardkastje uit om het openings-
systeem van de achterklep uit te scha-
kelen.
Aan
Uit
De achterklep kan nu ook niet worden
geopend met de afstandsbediening of de
instapfunctie.
■Wanneer u een sleutel achterlaat bij een
parkeerwachter
→ Blz. 132
Beveiligingssysteem
bagageruimte
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 140 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 145 of 578

143
4
Handleiding_Europa_M62060_nl
4-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren en de achterklep
Voordat u gaat rijden
■Omstandigheden die de werking kunnen
beïnvloeden
Het Smart entry-systeem met startknop
maakt gebruik van zwakke radiogolven. In de
volgende situaties kunnen storingen optre-
den in de communicatie tussen de elektroni-
sche sleutel en de auto, waardoor het Smart
entry-systeem met startknop, de afstandsbe-
diening en de startblokkering mogelijk niet
goed werken: (Oplossingen: →Blz. 449)
●Wanneer de batterij van de elektronische
sleutel leeg is
●In de buurt van een televisiezendmast,
elektriciteitscentrale, tankstation, radiozen-
der, videowall, luchthaven of andere loca-
tie waar sterke radiogolven of elektromag-
netische velden aanwezig zijn
●Als u een draagbare radio, mobiele tele-
foon, draadloze telefoon of een ander
draadloos communicatiem iddel bij u draagt
●Wanneer de elektronische sleutel tegen
een van de volgende metalen voorwerpen
wordt gehouden of erdoor wordt bedekt
• Kaarten met aluminiumfolie
• Sigarettenpakjes met aluminiumfolie erin
• Metalen portemonnees of tassen
• Muntgeld
• Metalen handwarmers
• Media zoals CD's en DVD's
●Als er andere sleutels met afstandsbedie-
ning (die radiogolven uitzenden) in de
buurt gebruikt worden
●Als u de elektronische sleutel bij u draagt
samen met de volgende apparaten die
radiogolven uitzenden
• Een andere elektronische sleutel of afstandsbediening die radiogolven uitzendt
• Computers of pda's
• Digitale audioapparatuur
• Draagbare spelcomputers
●Als een metalen coating of metalen voor-
werpen aan de achterruit zijn bevestigd
●Wanneer de elektronische sleutel in de
buurt van een batterijlader of elektronische
apparaten wordt gehouden
●Wanneer de auto op een parkeerplaats
voor betaald parkeren staat waar radio-
golven worden verzonden.
■Aanwijzing voor de instapfunctie
●Zelfs als de elektronische sleutel zich bin-
nen het detectiegebied bevindt, werkt het
systeem in de volgen de gevallen mogelijk
niet juist:
• De elektronische sleutel bevindt zich te dicht bij de ruit of buitenportiergreep, te
dicht bij de grond of te hoog als de portie-
ren worden vergrendeld of ontgrendeld.
• De elektronische sleutel bevindt zich te dicht bij de grond of te hoog of te dicht bij
het midden van de achterbumper bij het
ontgrendelen van de achterklep.
• De elektronische sleutel ligt op het dash- board, de hoedenplank of de vloer achter
of in een portiervak of het dashboardkastje
als het brandstofcelsysteem wordt gestart
of de standen van het contact worden
gewijzigd.
●Laat de elektronische sleutel niet boven op
het dashboard of in de buurt van de por-
tiervakken liggen wanneer u de auto ver-
laat. Afhankelijk van de ontvangst van de
radiogolven wordt de sleutel mogelijk
gesignaleerd door de antenne buiten het
interieur en kunnen de portieren worden
vergrendeld vanaf de buitenzijde, waar-
door de elektronische sleut el mogelijk in de
auto wordt opgesloten.
●Zolang de elektronisch e sleutel zich bin-
nen het detectiegebied bevindt, kunnen de
portieren door een willekeurige persoon
worden vergrendeld en ontgrendeld. De
auto kan echter alleen worden ontgrendeld
via de portieren die de elektronische sleu-
tel signaleren.
●Zelfs als de elektronische sleutel zich bui-
ten de auto bevindt, kan het brandstofcel-
systeem mogelijk worden gestart als de
elektronische sleutel zich in de buurt van
de ruit bevindt.
●Als de sleutel zich binnen het ontvangstge-
bied bevindt en er een grote hoeveelheid
water op de portiergreep terechtkomt (bij-
voorbeeld tijdens een zware regenbui of
het wassen van de auto), kunnen de por-
tieren worden ontgrendeld of vergrendeld.
(Als de portieren niet worden geopend en
gesloten, worden deze na ongeveer 30
seconden automatisch weer vergrendeld.)
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 143 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 175 of 578

173
5
Handleiding_Europa_M62060_nl
5-1. Voordat u gaat rijden
Rijden
WAARSCHUWING
●Zet de selectiehendel niet in een andere
stand wanneer het gaspedaal ingetrapt
is. Als de selectiehendel in een andere
stand dan P of N wordt gezet, kan de
auto onverwacht snel accelereren,
waardoor een aanrijding en ernstig letsel
kunnen ontstaan.
Nadat u de schakelstand gewijzigd hebt,
moet u de actuele schakelstand controle-
ren die op de schakelstandindicator in het
instrumentenpaneel wordt weergegeven.
■Als u een piepend of krassend geluid
hoort (slijtage-indicatoren remblok-
ken)
Laat de remblokken zo snel mogelijk nakij-
ken en indien nodig vervangen door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
De remschijven kunnen beschadigd raken
als de remblokken niet op tijd worden ver-
vangen.
Het rijden met een auto waarvan de rem-
blokken en/of de remschijven de slijtage-
limiet hebben overschreden, is gevaarlijk.
■Bij stilstaande auto
●Trap het gaspedaal niet onnodig in.
Als de selectiehendel in een andere
stand dan P of N staat, kan de auto
onverwachts in beweging komen, waar-
door er een ongeval kan ontstaan.
●Houd, om ongevallen door het wegrol-
len van de auto te voorkomen, altijd het
rempedaal ingetrapt zolang het contro-
lelampje READY brandt en activeer de
parkeerrem indien nodig.
●Voorkom voor- of achteruitrollen van de
auto bij stoppen op een helling, waar-
door een ongeval kan ontstaan: trap
altijd het rempedaal in en activeer de
parkeerrem indien nodig.
■Als de auto geparkeerd is
●Laat geen brillen, aanstekers, spuitbus-
sen of blikken frisdrank in de auto liggen
als deze in de zon geparkeerd staat.
Dit kan resulteren in het volgende:
• Een aansteker of spuitbus kan gas gaan lekken, waardoor brand kan ontstaan.
• De temperatuur in de auto kan zo hoog oplopen dat kunststof brillenglazen en
kunststof monturen kunnen vervormen
of barsten.
• Blikjes frisdrank kunnen openbarsten, waardoor de inhoud in het interieur
terechtkomt. Bovendien kan de vloeistof
kortsluiting in de elektrische componen-
ten van de auto veroorzaken.
●Laat geen aanstekers achter in de auto.
Als een aansteker in het dashboard-
kastje of op de vloer ligt, kan deze per
ongeluk gaan branden als er bagage
wordt geplaatst of een stoel wordt afge-
steld en brand veroorzaken.
●Plak geen parkeerschijven op de voor-
ruit of andere ruiten. Plaats geen reser-
voirs zoals luchtverfrissers op het instru-
mentenpaneel of dashboard. Deze par-
keerschijven of re servoirs kunnen als
een lens werken en brand veroorzaken
in de auto.
●Laat geen portier of ruit open als het
gebogen glas van naastliggende gebou-
wen voorzien is van een gemetalli-
seerde film, bijvoorbeeld een zilverkleu-
rige folie. Weerkaatst zonlicht kan van
het glas een lens maken en brand ver-
oorzaken.
●Activeer altijd de parkeerrem, zet de
selectiehendel in stand P, schakel het
brandstofcelsysteem uit en sluit de auto
af.
Laat de auto niet onbeheerd achter als
het controlelampje READY brandt.
Als de auto is geparkeerd met de selec-
tiehendel in stand P, maar de parkeer-
rem niet is geactiveerd, zou de auto in
beweging kunnen komen, wat kan lei-
den tot een ongeval.
■Als u even gaat slapen in de auto
Schakel het brandstofcelsysteem altijd uit.
Anders zou u per ongeluk de selectiehen-
del kunnen verplaatsen of het gaspedaal
in kunnen trappen, waardoor de auto
onbedoeld in beweging kan komen, het-
geen kan leiden tot een ongeval dat resul-
teert in ernstig letsel.
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 173 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 178 of 578

176
Handleiding_Europa_M62060_nl
5-1. Voordat u gaat rijden
Lading en bagage
Lees onderstaande informatie
over voorzorgsmaatregelen,
laadvermogen en belading
zorgvuldig door:
WAARSCHUWING
■Zaken die niet in de bagageruimte
vervoerd mogen worden
De volgende zaken kunnen brand veroor-
zaken als ze in de bagageruimte vervoerd
worden:
●Jerrycans met benzine
●Spuitbussen
■Voorzorgsmaatregelen bij opbergen
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan ertoe leiden dat de peda-
len niet goed kunnen worden ingetrapt, dat
het zicht van de bestuurder wordt gehin-
derd of dat de bestuurder of passagiers
door voorwerpen geraakt worden, wat een
ongeval kan veroorzaken.
●Vervoer lading en bagage indien moge-
lijk altijd in de bagageruimte.
●Leg geen lading of bagage op de vol-
gende plaatsen:
• In de voetenruimte bij de bestuurder
• Op de voorpassagiersstoel of de achter- stoelen (als er goederen op elkaar
gestapeld worden)
• Op de hoedenplank
• Op het instrumentenpaneel
• Op het dashboard
●Zorg dat alle voorwerpen die zich in het
passagierscompartiment bevinden, zijn
opgeborgen of vastgezet.
■Lading en gewichtsverdeling
●Overlaad uw auto niet.
●Verdeel het gewicht gelijkmatig.
Een onjuiste belading kan de besturing
en de remwerking in negatieve zin beïn-
vloeden, waardoor een ongeval met
ernstig letsel zou kunnen ontstaan.
OPMERKING
■Dakfolie (auto's met elektrisch
bedienbaar zonnescherm)
Bevestig geen dakdrager op de dakfolie.
Anders kan de laag beschadigd raken.
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 176 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 343 of 578

341
6
Handleiding_Europa_M62060_nl
6-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Voorzieningen in het interieur
Achter
1 Richt de luchtstroom naar links of
rechts, boven of beneden
2 De uitstroomopening openen
3 De uitstroomopening sluiten
*: Indien aanwezig
■Bedieningspaneel achter
De airco achter kan worden bediend
door het bedieningspaneel achter in te
schakelen m.b.v. de AAN-/UIT-schake-
laar.
Wanneer de airco voor de voorstoelen
is uitgeschakeld, kan de airco achter
niet afzonderlijk worden ingeschakeld.
AAN-/UIT-schakelaar multifunctio-
neel bedieningspaneel achter
WAARSCHUWING
■Voorkomen dat de werking van de
voorruitontwaseming wordt gehinderd
Plaats geen voorwerpen op het dashboard
die de uitstroomopeningen kunnen bedek-
ken. Anders raakt de luchtstroom mogelijk
geblokkeerd, waardoor de voorruitverwar-
ming de voorruit niet kan ontwasemen.
Automatische
airconditioning achter*
De uitstroomopeningen en de
aanjagersnelheid worden
automatisch geregeld op basis
van de ingestelde temperatuur.
Bedieningspaneel
airconditioning achter
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 341 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 351 of 578

349
6
Handleiding_Europa_M62060_nl
6-3. Gebruik van de opbergmogelijkheden
Voorzieningen in het interieur
6-3.Gebruik van de opbergmogelijkheden
Extra opbergvakken* (→Blz. 351)
Bekerhouders ( →Blz. 350)
Consolevak ( →Blz. 351)
Pasjeshouders ( →Blz. 351)
Dashboardkastje ( →Blz. 350)
*: Indien aanwezig
Overzicht van opbergmogelijkheden
Plaats van de opbergmogelijkheden
WAARSCHUWING
■Zaken die niet in de opbergvakken
moeten worden achtergelaten
Laat geen brillen, aanstekers of spuitbus-
sen in de opbergvakken liggen. Als u dat
wel doet, kan dat bij hoge temperaturen
leiden tot het volgende:
●Brillen kunnen vervormen als de tempe-
ratuur in de auto te hoog oploopt of bar-
sten als ze in contact komen met
andere voorwerpen.
●Aanstekers en spuitbussen kunnen
exploderen. Als ze in contact komen
met andere voorwerpen, kunnen aan-
stekers vlam vatten en kunnen spuit-
bussen gas gaan lekken, waardoor
brand kan ontstaan.
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 349 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 352 of 578

350
Handleiding_Europa_M62060_nl
6-3. Gebruik van de opbergmogelijkheden
Trek de hendel omhoog om het dash-
boardkastje te openen.
1Ontgrendelen met de mechanische
sleutel
2 Vergrendelen met de mechanische
sleutel
■Verlichting dashboardkastje
De verlichting van het dashboardkastje gaat
branden als de achterlichten branden.
■Hoofdschakelaar openingssysteem
achterklep
In het dashboardkastje bevindt zich de hoofd-
schakelaar van de achterklepontgrendeling.
( → Blz. 140)
Voor
Achter (auto's zonder stoelverwar-
ming achter)
Druk de knop in en laat deze vervolgens
los.
Achter (auto's met stoelverwarming
achter)
Druk de knop in en laat deze vervolgens
los.
Dashboardkastje
WAARSCHUWING
■Wees voorzichtig tijdens het rijden
Houd het dashboardkastje gesloten. Bij
plotseling remmen of uitwijken kan letsel
ontstaan doordat een inzittende wordt
geraakt door het open dashboardkastje of
door items in het dashboardkastje.
Bekerhouders
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 350 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 365 of 578

363
6
Handleiding_Europa_M62060_nl
6-4. Gebruik van de overige voorzieningen in het interieur
Voorzieningen in het interieur
Op de accessoireaansluiting kunnen
12V-accessoires worden aangesloten
die minder dan 10 A verbruiken.
Open het consolevak en open het
klepje.
■De accessoireaansluiting kan worden
gebruikt als
Het contact in stand ACC of AAN staat.
■Bij het uitschakelen van het brandstof-
celsysteem
Koppel aangesloten elektrische apparaten
met een oplaadfunctie, zoals een powerbank,
los. Als dergelijke apparaten niet worden los-
gekoppeld, wordt het brandstofcelsysteem
mogelijk niet op de normale manier uitge-
schakeld.
Kledinghaakjes
WAARSCHUWING
■Zaken die niet aan het kledinghaakje
mogen worden gehangen
Hang geen kleerhanger, hard voorwerp of
voorwerp met scherpe punten aan het kle-
dinghaakje. Als de curtain airbags geacti-
veerd worden, kunnen deze voorwerpen
projectielen worden en ernstig letsel ver-
oorzaken.
Accessoireaansluiting
OPMERKING
■Voorkomen van schade aan de
accessoireaansluiting
Sluit de accessoireaansluiting af met het
kapje als de aansluiti ng niet in gebruik is.
Vreemde voorwerpen of vloeistoffen die in
de accessoireaansluiting terechtkomen,
kunnen kortsluiting veroorzaken.
■Voorkomen dat de zekering door-
brandt
Sluit geen accessoires aan die meer dan
12 V/10 A verbruiken.
■Onjuiste werking van de auto voor-
komen
Zorg ervoor dat alle laadaccessoires,
zoals draagbare laders, powerbanks, enz.
losgekoppeld zijn van de accessoireaan-
sluiting als het contact UIT wordt gezet.
Als een dergelijk access oire niet losgekop-
ppeld is, kan het volgende gebeuren:
●De portieren kunnen niet worden ver-
grendeld met het Smart entry-systeem
met startknop of de afstandsbediening.
●Het beginscherm wordt op het multi-
informatiedisplay weergegeven.
●De interieurverlichting, de dashboard-
verlichting, enz. gaan branden.
■Voorkomen van ontlading van de
12V-accu
Gebruik de accessoireaansluiting niet lan-
ger dan noodzakelijk is als het brandstof-
celsysteem is uitgeschakeld.
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 363 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 371 of 578

369
7
Handleiding_Europa_M62060_nl
7-1. Onderhoud en verzorging
Onderhoud en verzorging
Verwijder vuil en stof met een stof-
zuiger. Veeg vuile oppervlakken
schoon met een in lauw water
gedompelde doek.
Als het vuil niet kan worden verwij-
derd, verwijder het dan met een
zachte doek met water met onge-
veer 1% reinigingsmiddel.
Verwijder alle sporen van het reini-
gingsmiddel en water grondig met
een schone, vochtige doek.
■Schoonmaken van de vloerbedekking
Er zijn verschillende reinigingsmiddelen op
schuimbasis in de handel verkrijgbaar.
Gebruik een spons of een borstel om het
schuim aan te brengen. Wrijf met elkaar
overlappende cirkels. Gebruik geen water.
Veeg vuile oppervlakken schoon en laat ze
drogen. Het beste resultaat wordt verkregen
als de vloerbedekking zo droog mogelijk
wordt gehouden.
■Omgaan met de veiligheidsgordels
Maak de veiligheidsgordels schoon met een
mild sop, lauw water en een doek of spons.
Controleer ook de gordels regelmatig op
overmatige slijtage, rafels en scheuren.
■Bij het reinigen van de beklede delen
van het dashboardkastje, het console-
vak, enz.
Wanneer er plakband met sterke hechting
wordt gebruikt, kan het oppervlak van de
bekleding beschadigd raken.
OPMERKING
●Houd de sproeierkop op ten minste 30
cm van de carrosserie. Anders kunnen
kunststof delen, zoals lijsten en bum-
pers, vervormd of beschadigd raken.
Houd de sproeierkop ook niet de hele tijd
op dezelfde plek.
●Spuit niet continu met water op het
onderste gedeelte van de voorruit.
Daar bevindt zich de luchtinlaatopening
voor de airconditioning en als daar water
doorheen komt, werkt de airconditioning
mogelijk niet goed.
●Reinig de onderzijde van de auto niet
met een hogedrukreiniger.
Reinigen en beschermen
van het interieur van uw
auto
Reinig de onderdelen en materialen
op de daarvoor juiste wijze.
Beschermen van het interieur
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 369 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 372 of 578

370
Handleiding_Europa_M62060_nl
7-1. Onderhoud en verzorging
WAARSCHUWING
■Water in de auto
●Mors geen vloeistof in de auto, zoals op
de vloer, in de ventilatieopeningen van
de tractiebatterij of in de bagageruimte.
(→ Blz. 99)
Anders kunnen de tractiebatterij, elektri-
sche onderdelen en dergelijke defect
raken of vlam vatten.
●Voorkom dat onderdelen of de bedra-
ding van het airbagsysteem in het interi-
eur nat worden. ( →Blz. 39)
Een elektrische storing kan ervoor zor-
gen dat de airbags worden geactiveerd
of niet op de juiste wijze werken, waar-
door ernstig letsel kan ontstaan.
■Reinigen van het interieur (met name
het dashboard)
Gebruik geen autowas of lakcleaner. Het
dashboard kan in de voorruit worden weer-
kaatst; hierdoor kan het gezichtsveld van
de bestuurder worden belemmerd wat een
ernstig ongeval tot gevolg kan hebben.
OPMERKING
■Reinigingsmiddelen
●Gebruik de volgende reinigingsmidde-
len niet, omdat ze verkleuring van het
interieur of strepen en beschadigingen
van gelakte oppervlakken kunnen ver-
oorzaken:
• Andere gebieden dan de stoelen of het stuurwiel: organische reinigingsmidde-
len zoals wasbenzine of terpentine,
alkalische of zuurhoudende middelen,
textielverf of bleekmiddel
• Stoelen: Alkalische en zuurhoudende middelen, zoals thinner, wasbenzine en
alcohol
• Stuurwiel: organische reinigingsmidde- len, zoals thinner, en reinigingsmiddelen
met alcohol
●Gebruik geen autowas of lakcleaner. Het
dashboard of andere gelakte delen van
het interieur kunnen beschadigd raken.
■Voorkomen van beschadiging van
lederen bekleding
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht om beschadiging en vroegtijdige slij-
tage van lederen bekleding te voorkomen:
●Verwijder stof en vuil onmiddellijk van
de bekleding.
●Stel de auto niet langdurig bloot aan
direct zonlicht. Parkeer uw auto in de
schaduw, vooral bij warm weer.
●Leg geen vinyl of plastic voorwerpen of
artikelen die was bevatten op de bekle-
ding, aangezien ze bij hoge temperatu-
ren in het interieur mogelijk aan het leer
vast blijven kleven.
■Water op de vloerbedekking
Was de vloerbedekking van de auto niet
met water.
Water dat in contact komt met elektrische
onderdelen boven of onder de vloerbedek-
king, kan schade aan de verschillende
systemen van de auto veroorzaken, bij-
voorbeeld aan het audiosysteem. Water
kan bovendien roest aan de carrosserie
veroorzaken.
■Bij het schoonmaken van de binnen-
zijde van de voorruit
Zorg ervoor dat er geen glasreiniger op de
lens terechtkomt. Raak de lens ook niet
aan. ( →Blz. 213)
■Schoonmaken van de binnenzijde
van de achterruit
●Gebruik geen ruitenreiniger om de ach-
terruit schoon te maken. Hierdoor kun-
nen de verwarmingsdraden en antenne
beschadigd raken. Veeg de ruit voor-
zichtig schoon met een doek en lauw
water. Veeg de ruit schoon in dezelfde
richting als de verwarmingsdraden en
antenne.
●Voorkom beschadiging van de verwar-
mingsdraden en de antenne.
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 370 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM