TOYOTA PRIUS 2016 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2016, Model line: PRIUS, Model: TOYOTA PRIUS 2016Pages: 704, PDF Size: 63.32 MB
Page 71 of 704

711-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
1
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
Verklaring van lettercodes in de bovenstaande tabel:
X: Zitpositie niet geschikt voor ISOfix-baby- of kinderzitjes in deze
gewichtsgroep en/of grootteklasse.
IUF: Geschikt voor een in de rijric hting geplaatst universeel ISOfix-
baby- of kinderzitje dat is goedgekeurd voor gebruik in deze
gewichtsgroep.
IL: Geschikt voor een ISOfix-baby- of kinderzitje uit de categorie “specifieke voertuigen”, “beper kt” of “semi-universeel” dat is
goedgekeurd voor gebruik in deze gewichtsgroep.
*: Verwijder indien mogelijk de hoofdsteun indien deze de werking van het baby- of kinderzitje hindert.
Zet anders de hoofdsteun in de hoogste stand.
Gewichts-groepenGrootte- klasse
Zitpositie
Aanbevolen baby- en
kinderzitjesVoorstoelAchterstoel
Passa-
giersstoelBuitensteMiddelste
Reiswieg FXXX
—
GXXX
0
Minder dan
10 kg EX IL X
TOYOTA MINI
TOYOTA MIDI
0+
Minder dan
13 kg EX IL X
DX IL X
CX IL X
I
9 - 18 kg DX IL X
—
CX IL X
BX IUF
*
IL*XTOYOTA MIDI
B1 X IUF
*
IL*X
TOYOTA DUO+
TOYOTA MIDI
AX IUF
*
IL*XTOYOTA MIDI
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 71
Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 72 of 704

721-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
Bij het vastzetten van sommige typen baby- of kinderzitjes op de
achterstoel kunnen de veiligheidsgordels op de plaatsen naast het
zitje mogelijk niet goed worden gebruikt en komen ze mogelijk in
aanraking met het zitje. Ook kan de werking van de veiligheidsgor-
del negatief worden beïnvloed. Draag uw veiligheidsgordel goed
aansluitend over uw schouder en laag over uw heupen. Wanneer
dit niet het geval is of wanneer hij in aanraking komt met het zitje,
ga dan ergens anders zitten. Het ni et in acht nemen van de voor-
zorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot gevolg hebben.
De in de tabel genoemde baby- en kinderzitjes zijn mogelijk niet
verkrijgbaar buiten de EU.
● Verstel bij het plaatsen van een baby- of kinderzitje op de achter-
stoelen de voorstoel zodanig dat de ze niet in aanraking komt met
het kind of het baby- of kinderzitje.
● Wanneer een TOYOTA MINI- of TOYOTA MIDI-zitje wordt
gebruikt, past u de steunpoot en de ISOfix-koppelingen als volgt
aan:
Vergrendel de ISOfix-kop-
pelingen bij nr. 3.
Vergrendel de steunpoot
op het punt waar 5 openin-
gen zichtbaar zijn.
1
2
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 72 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 73 of 704

731-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
1
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
■Tabel m.b.t. geschiktheid i-Size baby- en kinderzitjes vastgezet
met ISOfix (ECE R129)
Als uw baby- of kinderzitje een “i-Size” zitje is, kunt u het plaatsen
op de in de onderstaande tabel aangegeven posities i-U.
De categorie van baby- of kinderzitjes staat in de handleiding van
het baby- of kinderzitje.
Verklaring van lettercodes in de bovenstaande tabel:
X: Niet geschikt voor gebruik met i-Size baby- of kinderzitjes.
i-U: Geschikt voor een in de rijrichting of tegen de rijrichting in geplaatst “universeel” i-Size baby- of kinderzitje.
*: Verwijder indien mogelijk de hoofdsteun indien deze de werking van hetbaby- of kinderzitje hindert.
Zet anders de hoofdsteun in de hoogste stand.
Bij het vastzetten van sommige typen baby- of kinderzitjes op de
achterstoel kunnen de veiligheidsgordels op de plaatsen naast het
zitje mogelijk niet goed worden gebruikt en komen ze mogelijk in
aanraking met het zitje. Ook kan de werking van de veiligheidsgor-
del negatief worden beïnvloed. Draag uw veiligheidsgordel goed
aansluitend over uw schouder en laag over uw heupen. Wanneer
dit niet het geval is of wanneer hij in aanraking komt met het zitje,
ga dan ergens anders zitten. Het ni et in acht nemen van de voor-
zorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot gevolg hebben.
● Verstel bij het plaatsen van een baby- of kinderzitje op de achter-
stoelen de voorstoel zodanig dat de ze niet in aanraking komt met
het kind of het baby- of kinderzitje.
Zitpositie
VoorstoelAchterstoel
PassagiersstoelBuitensteMiddelste
i-Size baby- en
kinderzitjesXi-U*X
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 73 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 74 of 704

741-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)■
Plaatsen met ISOfix-bevestigingssysteem (ISOfix-baby- of
kinderzitje)
Plaats het baby- of kinderzitje
aan de hand van de bijgesloten
handleiding.
Verwijder indien mogelijk de hoofds teun indien deze de plaatsing
van het baby- of kinderzitje hi ndert. Zet anders de hoofdsteun in
de hoogste stand. ( →Blz. 216)
Verwijder de klepjes van de
bevestigingspunten en plaats
het baby- of kinderzitje op de
stoel.
De stangen worden achter de
klepjes van de bevestigingspun-
ten geplaatst.
Beweeg het baby- of kinderzitje na het plaatsen naar achteren en
naar voren om te controleren of het goed vastzit. ( →Blz. 68)
1
2
WAARSCHUWING
■Als er een baby- of kinderzitje geplaatst wordt
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
● Verstel de rugleuning niet meer nadat het baby- of kinderzitje is geplaatst.
● Controleer bij het gebruik van de onderste bevestigingspunten of er geen
vreemde voorwerpen rond de bevestigingspunten aanwezig zijn en of de
gordel niet klem zit achter het baby- of kinderzitje.
● Volg bij het plaatsen van een baby- of kinderzitje altijd de gebruiksaanwij-
zing van de fabrikant.
3
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 74 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 75 of 704

751-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
1
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
■Bevestigingssteunen (bovenste gordel)
De buitenste zitplaatsen achter
zijn voorzien van bevestigings-
steunen.
Gebruik de bevestigingssteu-
nen bij het vastmaken van de
bovenste gordel.
■Bovenste gordel vastmaken aan de bevestigingssteun
Plaats het baby- of kinderzitje aan de hand van de bijgesloten
handleiding.
Zet de hoofdsteun in de
hoogste stand.
Verwijder indien mogelijk de
hoofdsteun indien deze de
plaatsing van het baby- of kin-
derzitje of de bovenste gordel
hindert. ( →Blz. 216)
Maak de haak vast aan de
bevestigingssteun en maak
de bovenste riem vast.
Controleer of de bovenste gor-
del goed vastzit. ( →Blz. 68)
Wanneer u het baby- of kinder-
zitje plaatst terwijl de hoofdsteun
omhoog staat, zorg er dan voor
dat de bovenste gordel onder de
hoofdsteun door loopt.
Gebruik van een bevestigingssteun (bovenste gordel)
Bevestigingssteunen
Bovenste gordel
1
Haak
Bovenste gordel
2
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 75
Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 76 of 704

761-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
WAARSCHUWING
■Als er een baby- of kinderzitje wordt geplaatst
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
● Bevestig de bovenste gordel stevig en controleer of de gordel niet
gedraaid is.
● Bevestig de bovenste gordel uitsluitend aan de bevestigingssteun.
● Verstel de rugleuning niet meer nadat het baby- of kinderzitje is geplaatst.
● Volg bij het plaatsen van een baby- of kinderzitje altijd de gebruiksaanwij-
zing van de fabrikant.
● Wanneer u het baby- of kinderzitje plaatst terwijl de hoofdsteun omhoog
staat, nadat de hoofdsteun omhoog is gezet en de bevestigingssteun ver-
volgens is vastgemaakt, zet de hoofdsteun dan niet in een lagere stand.
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 76 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 77 of 704

77
1
1-3. Hybridesysteem
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
Kenmerken hybridesysteem
De afbeelding dient slechts ter illustratie en wijkt mogelijk af van de
werkelijkheid.
Benzinemotor
Elektromotor (tractiemotor)
Uw auto is een hybridevoertuig. De eigenschappen van uw auto
zijn anders dan die van conventi onele auto's. Zorg ervoor dat u
de eigenschappen van uw auto goed leert kennen en gebruik de
functies voorzichtig.
Bij het hybridesysteem werken een benzinemotor en een elek-
tromotor (tractiemotor) samen, afhankelijk van de rijomstandig-
heden, om het brandstofverbruik en de uitstoot van uitlaatgas-
sen te verminderen.
1
2
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 77 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 78 of 704

781-3. Hybridesysteem
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
◆Bij stilstand/tijdens wegrijden
Wanneer de auto stilstaat, wordt de benzinemotor uitgeschakeld*.
Bij het wegrijden wordt de auto aangedreven door de elektromotor
(tractiemotor). Bij het rijden met lage snelheid of bij het afrijden van
een flauwe helling wordt de benzinemotor uitgeschakeld* en wordt
de elektromotor (tractiemotor) ingeschakeld.
Wanneer de selectiehendel in stand N staat, wordt het batterijpak-
ket (tractiebatterij) niet opgeladen.
*: Wanneer het batterijpakket (tractiebatterij) moet worden opgeladen of wanneer de motor aan het opwarmen is, enz., wordt de benzinemotor niet
automatisch uitgeschakeld. ( →Blz. 79)
◆Tijdens normaal rijden
De auto wordt voornamelijk aangedreven door de benzinemotor.
De elektromotor (tractiemotor) laadt zo nodig het batterijpakket
(tractiebatterij) op.
◆Tijdens sterk accelereren
Wanneer het gaspedaal volledig wordt ingetrapt, wordt de energie
van het batterijpakket (tractiebatterij) toegevoegd aan de energie
die de benzinemotor levert vi a de elektromotor (tractiemotor).
◆Tijdens het remmen (regeneratief remmen)
De wielen drijven de elektromotor (tractiemotor) aan, waardoor
energie wordt opgewekt en het batter ijpakket (tractiebatterij) wordt
opgeladen.
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 78 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 79 of 704

791-3. Hybridesysteem
1
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
■Regeneratief remmen
In de volgende situaties wordt kinetische energie omgezet in elektrische
energie en wordt er een afremmingskracht gegenereerd terwijl tegelijkertijd
het batterijpakket (tractiebatterij) wordt opgeladen.
●Het gaspedaal wordt losgelaten terwijl er wordt gereden in stand D of B.
● Het rempedaal wordt ingetrapt terwijl er wordt gereden in stand D of B.
■ Hybridesysteemindicator
■ Omstandigheden waarin de benzinemot or mogelijk niet wordt uitgescha-
keld
De benzinemotor wordt automatisch gestart en uitgeschakeld. Hij wordt ech-
ter mogelijk niet automatisch uitgeschakeld onder de volgende omstandighe-
den
*:
● Tijdens de opwarmfase van de benzinemotor
● Tijdens het opladen van het batterijpakket (tractiebatterij)
● Als de temperatuur van het batterijpakket (tractiebatterij) hoog of laag is
● Als de verwarming is ingeschakeld
*: Afhankelijk van de omstandigheden wordt de benzinemotor mogelijk ook
niet automatisch uitgeschakeld in andere dan de hiervoor genoemde situa-
ties.
■ Opladen van het batterijpakket (tractiebatterij)
Omdat het batterijpakket (tractiebatterij) indien nodig door de benzinemotor
wordt opgeladen, hoeft het niet door een externe bron te worden opgeladen.
Als de auto echter gedurende lange tijd wordt geparkeerd, wordt het batte-
rijpakket (tractiebatterij) langzaam ontladen. Daarom moet u ervoor zorgen
dat er elke paar maanden gedurende minimaal 30 minuten of 16 km met de
auto wordt gereden. Als het batterijpakket (tractiebatterij) volledig ontladen
raakt en u het hybridesysteem niet meer kunt starten, neem dan contact op
met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Opladen van de 12V-accu
→Blz. 645 De hybridesysteemindicator geeft het uit-
gaande vermogen en het regeneratieni-
veau van het hybridesysteem weer.
(→Blz. 132)
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 79 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 80 of 704

801-3. Hybridesysteem
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)■
Als de 12V-accu leeg is, vervangen is of verwijderd is geweest.
De benzinemotor stopt mogelijk niet, ook niet als de auto door het batterijpak-
ket (tractiebatterij) wordt aangedreven. Als dit een paar dagen aanhoudt,
neem dan contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Geluiden en trillingen die kenme rkend zijn voor een hybrideauto
Mogelijk zijn er geen motorgeluiden hoorbaar of trillingen voelbaar terwijl de
auto wel kan rijden en het controlelampje READY brandt. Activeer uit veilig-
heidsoverwegingen de parkeerrem en zorg dat u stand P hebt ingeschakeld
wanneer u de auto parkeert.
De volgende geluiden of trillingen kunnen hoorbaar of voelbaar zijn als het
hybridesysteem in werking is en deze duiden niet op een defect:
● Er kunnen motorgeluiden hoorbaar zijn uit het motorcompartiment.
● Als het hybridesysteem wordt in- of uitgeschakeld, kunnen er geluiden hoor-
baar zijn die afkomstig zijn van het batterijpakket (tractiebatterij).
● Bij het inschakelen of uitschakelen van het hybridesysteem zijn er mogelijk
werkingsgeluiden van het relais te horen, zoals een klik of een vaag geram-
mel, dat afkomstig is van het batterijpakket (tractiebatterij) achter de achter-
stoelen.
● Als de achterklep open is, kunnen er geluiden van het hybridesysteem hoor-
baar zijn.
● Als de benzinemotor start of stopt, bij rijden met lage snelheden of als de
motor met stationair toerental draait, kunnen er geluiden hoorbaar zijn van
de transmissie.
● Bij sterk accelereren kunnen er motorgeluiden hoorbaar zijn.
● Als het rempedaal wordt ingetrapt of het gaspedaal wordt losgelaten, kun-
nen er geluiden hoorbaar zijn die worden veroorzaakt door het regeneratief
remmen.
● Als de benzinemotor start of stopt, kunnen trillingen voelbaar zijn.
● Via de ventilatieopening kunnen geluiden hoorbaar zijn die afkomstig zijn
van de koelventilator. ( →Blz. 82)
■ Onderhoud, reparatie, recycling en afvoer
Neem voor onderhoud, reparatie, recycling en afvoer contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige. Sloop de auto niet zelf.
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 80 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM