sensor TOYOTA PRIUS 2017 Instruksjoner for bruk (in Norwegian)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2017, Model line: PRIUS, Model: TOYOTA PRIUS 2017Pages: 708, PDF Size: 64.76 MB
Page 334 of 708

3344-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)
In de volgende situaties waarschuwt het RSA-systeem de bestuurder
m.b.v. een waarschuwingsdisplay.
● Wanneer de rijsnelheid de drempelwaarde voor de snelheidswaar-
schuwing in relatie tot de maximumsnelheid op het op het hoofd-
scherm of het multi-informatied isplay weergegeven verkeersbord
overschrijdt, verandert de kleur van het verkeersbord.
● Als wordt gesignaleerd dat uw auto een ander voertuig inhaalt t er-
wijl er een verkeersbord voor een inhaalverbod wordt weergegeve n
op het multi-informatiedisplay, gaat het verkeersbord knipperen .
Afhankelijk van de situatie wordt de verkeerssituatie (richting en snel-
heid van het verkeer en hoeveelheid verkeer) mogelijk niet goed gesig-
naleerd en werkt he t waarschuwingsdispla y mogelijk niet goed.
■Automatisch uitschakelen van weergave verkeersborden RSA
In de volgende situaties worden een of meer verkeersborden auto matisch uit-
geschakeld.
● Een nieuw verkeersbord wordt over een bepaalde afstand niet herkend.
● De weg verandert als gevolg van een afslag naar links of rechts, enz.
■ Omstandigheden waaronder de functie mogelijk niet goed werkt of niet
goed signaleert
In de volgende situaties werkt de RSA niet normaal en worden ve rkeersbor-
den mogelijk niet herkend, worden onjuiste verkeersborden weerg egeven,
enz. Dit duidt echter niet op een storing.
● De camerasensor is niet goed uitgelijnd doordat de sensor, enz. is blootge-
steld aan hevige schokken.
● Er zit(ten) vuil, sneeuw, stickers, enz. op de voorruit in de b uurt van de
camerasensor.
● Onder barre weersomstandigheden, bijvoorbeeld bij zware regenva l, mist,
sneeuw of zandstormen
● Licht van een tegenligger, de zon, enz. dringt de camerasensor binnen.
● Het verkeersbord is vuil, vervaagd, gekanteld of krom of, in ge val van een
elektronisch verkeersbord, het contrast is slecht.
● Het verkeersbord gaat helemaal of gedeeltelijk verscholen achte r boombla-
deren, een paal, o.i.d.
● Het verkeersbord is alleen korte tijd zichtbaar voor de cameras ensor.
● De omgeving (bij afslaan, rijstrookwisseling, enz.) wordt onjui st beoordeeld.
● Ook wanneer een verkeersbord niet van toepassing is op de rijst rook waar
op dat moment op wordt gereden, staat dit bord wel direct na ee n vertakking
van de snelweg of bij een aangrenzende rijstrook net voordat ri jstroken
samenkomen.
● Er zitten stickers op de achterzijde van de voorligger.
Waarschuwingsscherm
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 334 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM
Page 335 of 708

3354-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)●
Er wordt een verkeersbord herkend dat lijkt op een verkeersbord dat com-
patibel is met het systeem.
● Er wordt met de auto in een land gereden waar het verkeer aan d e andere
kant rijdt.
● Mogelijk worden verkeersborden met de snelheidslimiet voor para llelwegen
gesignaleerd en weergegeven (wanneer deze in het zicht van de c amera-
sensor staan) terwijl de auto op de hoofdweg rijdt.
● Mogelijk worden verkeersborden met de maximaal toegestane snelh eid
voor afslagen van rotondes gesignaleerd en weergegeven (wanneer deze in
het zicht van de camerasensor staan) terwijl de auto op de rotonde rijdt.
● De snelheidsinformatie die op het instrumentenpaneel wordt weer gegeven
verschilt mogelijk met de informatie die wordt weergegeven op h et naviga-
tiesysteem (indien aanwezig) als gevolg van de gebruikte kaartgegevens
van het navigatiesysteem.
■ Rijden in een land met een andere eenheid voor snelheid
Aangezien de RSA verkeersborden herkent aan de hand van de inge stelde
eenheid voor snelheid, is het noodzakelijk om de ingestelde een heid van het
instrumentenpaneel te wijzigen. Stel de ingestelde eenheid van het instru-
mentenpaneel in op de eenheid van snelheid van de verkeersborde n op de
actuele locatie. ( →Blz. 678)
■ In-/uitschakelen van het systeem
■ Weergave verkeersbord snelheidslimiet
Als het contact de laatste keer UIT werd gezet terwijl er een v erkeersbord
met de maximaal toegestane snelheid op het hoofdscherm of het multi-infor-
matiedisplay werd weergegeven, wordt datzelfde verkeersbord wee r weerge-
geven wanneer het contact AAN wordt gezet.
■ Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen voor het waarschuw ingsdisplay, de waarschuwingszoemer
*,
de drempelwaarde voor de waarschu wing voor te hard rijden, enz. kunnen
worden gewijzigd. (Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voor-
keursinstellingen: →Blz. 678)
*: Als de snelheidslimiet met aanvullend teken wordt overschreden, werkt de
waarschuwingszoemer niet.
Selecteer op het instelscherm
(
→Blz. 127)
Druk op op het stuurwiel.
1
2
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 335 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM
Page 338 of 708

3384-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)
WAARSCHUWING
■Onbedoeld activeren van de Dynamic Radar Cruise Control met vol le-
dig snelheidsbereik voorkomen
Schakel de Dynamic Radar Cruise Control met volledig snelheidsb ereik uit
met de toets ON-OFF als deze niet wordt gebruikt.
■ Situaties waarin de Dynamic Rada r Cruise Control met volledig snel-
heidsbereik niet kan worden gebruikt
Gebruik de Dynamic Radar Cruise Control met volledig snelheidsb ereik niet
in de volgende situaties.
Als u dat wel doet, wordt de snelheid mogelijk niet goed gerege ld, waardoor
een ongeval met ernstig letsel kan ontstaan.
● Op wegen met voetgangers, fietsers, enz.
● In druk verkeer
● Op wegen met scherpe bochten
● Op slingerende wegen
● Op wegen die door regen, ijs of sneeuw glad zijn
● Op steile afdalingen of bij afwisselend sterk dalende en sterk stijgende
wegen
Bij het afdalen van een helling kan de rijsnelheid de geprogram meerde
snelheid overschrijden.
● Op invoegstroken van autowegen en snelwegen
● Als de weersomstandigheden zo slecht zijn dat ze een juiste sig nalering
door de sensoren onmogelijk zouden kunnen maken (mist, sneeuw, zand-
storm, zware regenval, enz.)
● Als er regen, sneeuw, enz. op de voorzijde van de radarsensor of de
camerasensor zit
● In verkeersomstandigheden waarbij herhaaldelijk accelereren en decele-
reren noodzakelijk is
● Bij het rijden met een aanhangwagen of tijdens het slepen in ee n noodge-
val
● Als er vaak een naderingswaarschuwing hoorbaar is
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 338 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM
Page 339 of 708

3394-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)
In deze modus registreert een radarsensor of er binnen ongeveer 120
meter voor u een voertuig rijdt. Deze sensor wordt tevens gebru ikt om
de afstand tussen uw auto en de voorligger te berekenen en een
geschikte afstand tu ssen uw auto en de vo orligger te handhaven.
Let erop dat de afstand tot uw voorligger kleiner wordt als u e en lange hel-
ling afrijdt.
Rijden in de afstandsregelmodus
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 339 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM
Page 346 of 708

3464-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)
Wanneer de constante-snelheidsregeling is geselecteerd, blijft de
auto met een ingestelde snelheid rijden, zonder de tussenafstan d te
regelen. Selecteer deze modus alleen wanneer de afstandsregel-
modus niet goed werkt als gevolg van een vuile radarsensor, enz.
Houd bij uitgeschakelde cruise
control de toets ON-OFF gedu-
rende ten minste 1,5 seconden
ingedrukt.
Direct nadat op de toets ON-OFF
is gedrukt, gaat het controlelampje
Dynamic Radar Cruise Control
branden. Vervolgens gaat het con-
trolelampje cruise control branden.
Overschakelen naar de constante-
snelheidsregelmodus is alleen
mogelijk als de hendel wordt
bediend terwijl de cruise control uit
staat.
Accelereer of decelereer met
behulp van het gaspedaal naar
de gewenste rijsnelheid (hoger
dan ongeveer 50 km/h) en druk
de hendel naar beneden om de
snelheid op te slaan.
Het controlelampje cruise control
SET gaat branden.
De rijsnelheid op het moment dat
de hendel wordt losgelaten, wordt
de ingestelde snelheid.
Wijzigen van de ingestelde snelheid: →Blz. 342
Uitschakelen en hervatten van de snelheidsregeling: →Blz. 344
Selecteren van de constante-snelheidsregelmodus
1
2
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 346 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM
Page 347 of 708

3474-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)
■De Dynamic Radar Cruise Control met volledig snelheidsbereik ka n wor-
den gebruikt als
● Schakelstand D is geselecteerd.
● De rijsnelheid hoger is dan ongeveer 50 km/h.
Als echter een voorligger wordt gesignaleerd, kan de Dynamic Ra dar Cruise
Control met volledig snelheidsbereik zelfs worden ingeschakeld als de rij-
snelheid ongeveer 50 km/h of lager is.
■ Accelereren na het instellen van de rijsnelheid
Bedien het gaspedaal om te accelereren. Na het accelereren gaat de auto
weer rijden met de ingestelde snelheid. Als de afstandsregelmod us is inge-
schakeld, neemt de rijsnelheid echter mogelijk af tot onder de ingestelde
snelheid, zodat de afstand tot de voorligger gehandhaafd blijft .
■ Automatisch uitschakelen van de afstandsregelmodus
De afstandsregelmodus wordt automatisch uitgeschakeld in de vol gende situ-
aties.
● De werkelijke rijsnelheid zakt onder ongeveer 40 km/h en er wor den geen
voorliggers gesignaleerd.
● De voorligger verlaat de rijstrook terwijl uw auto rijdt met een lagere rijsnel-
heid dan ongeveer 40 km/h. Anders kan de sensor de auto niet op de juiste
manier signaleren.
● De VSC is geactiveerd.
● De TRC is gedurende een bepaalde periode geactiveerd.
● Wanneer de VSC of TRC wordt uitgeschakeld door de schakelaar VSC OFF
in te drukken.
● De sensor kan niet goed signaleren omdat hij ergens door bedekt is.
● Pre Crash Brake-systeem wordt ingeschakeld.
● Intelligent sonarsysteem is in werking. (indien aanwezig)
● De parkeerrem is geactiveerd.
● De auto wordt door het systeem stilgezet op een steile helling.
● Als de auto door het systeem is stilgezet, wordt het volgen van de voorligger
in de volgende gevallen niet hervat:
• De bestuurder draagt geen veiligheidsgordel.
• Het bestuurdersportier wordt geopend.
• De auto staat langer dan 3 minuten stil.
In dit geval wordt mogelijk automatisch schakelstand P ingeschakeld.
( →Blz. 271)
Als de afstandsregelmodus om een andere dan de hierboven genoem de
redenen automatisch uitgeschakeld wordt, kan er een storing in het systeem
aanwezig zijn. Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 347 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM
Page 348 of 708

3484-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)■
Automatisch uitschakelen van de constante-snelheidsregelmodus
De constante-snelheidsregelmodus wordt automatisch uitgeschakeld in de
volgende situaties:
● Actuele rijsnelheid zakt tot meer dan ongeveer 16 km/h onder de ingestelde
rijsnelheid.
● Werkelijke rijsnelheid zakt onder ongeveer 40 km/h.
● De VSC is geactiveerd.
● De TRC is gedurende een bepaalde periode geactiveerd.
● Wanneer de VSC of TRC wordt uitgeschakeld door de schakelaar VSC OFF
in te drukken.
● Pre Crash Brake-systeem wordt ingeschakeld.
● Intelligent sonarsysteem is in werking. (indien aanwezig)
Als de constante-snelheidsregelmodus om een andere dan de hierb oven
genoemde redenen automatisch uitgeschakeld wordt, kan er een st oring in
het systeem aanwezig zijn. Neem contact op met een erkende Toyo ta-dealer
of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifice erde en uitge-
ruste deskundige.
■ Waarschuwingsmeldingen en zoemers voor de Dynamic Radar Cruise
Control met volledig snelheidsbereik
Waarschuwingsmeldingen en zoemers worden gebruikt om een systee msto-
ring aan te geven of om de bestuurder te informeren dat hij tij dens het rijden
extra moet opletten. Lees de op het multi-informatiedisplay wee rgegeven
waarschuwingsmelding en volg de aanwijzingen op.
■ Omstandigheden waarin de sensor voorliggers mogelijk niet op de juiste
manier signaleert
Bedien in onderstaande gevallen en afhankelijk van de omstandigheden het
rempedaal wanneer het systeem onvoldoende decelereert of bedien het gas-
pedaal wanneer moet worden geaccelereerd.
Omdat de sensor deze voertuigen wellicht niet op de juiste manier signaleert,
wordt er mogelijk geen naderingswaarschuwing ( →Blz. 345) gegeven.
● Auto's die plotseling voor u invoegen
● Auto's die met lage snelheden rijden
● Auto's die niet op dezelfde rijstrook rijden
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 348 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM
Page 349 of 708

3494-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)●
Voertuigen met een relatief kleine achterzijde (aanhangwagens z onder
lading, enz.)
● Motorfietsen die op dezelfde rijstrook rijden
● Als door omringend verkeer opgeworpen water of sneeuw de signal ering
door de sensor hindert
● Als de achterzijde van de auto ver inge-
zakt is (omdat er zware lading in de
bagageruimte vervoerd wordt, enz.)
● De voorligger heeft een extreem grote
bodemvrijheid
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 349 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM
Page 350 of 708

3504-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)■
Omstandigheden waaronder de afstandsregelmodus mogelijk niet goed
werkt
Bedien indien nodig in onderstaande gevallen het rempedaal (of, afhankelijk
van de situatie, het gaspedaal).
Doordat de sensor voorliggers mogelijk niet op de juiste manier signaleert,
werkt het systeem mogelijk niet goed.
● Als uw voorligger plotseling decelereert
●
Als de weg erg bochtig is of de rijstroken
erg smal zijn
● Als u veelvuldig stuurcorrecties moet uit-
voeren of frequent van rijstrook wisselt
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 350 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM
Page 353 of 708

3534-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE)
WAARSCHUWING
■Situaties die niet geschikt zijn voor gebruik van de Dynamic Ra dar
Cruise Control
Gebruik de Dynamic Radar Cruise Control niet in de volgende sit uaties.
Als u dat wel doet, wordt de snelheid mogelijk niet goed gerege ld, waardoor
een ongeval met ernstig letsel kan ontstaan.
● Op wegen met voetgangers, fietsers, enz.
● In druk verkeer
● Op wegen met scherpe bochten
● Op slingerende wegen
● Op wegen die door regen, ijs of sneeuw glad zijn
● Op steile afdalingen of bij afwisselend sterk dalende en sterk stijgende
wegen
Bij het afdalen van een helling kan de rijsnelheid de geprogram meerde
snelheid overschrijden.
● Op invoegstroken van autowegen en snelwegen
● Als de weersomstandigheden zo slecht zijn dat ze een juiste sig nalering
door de sensoren onmogelijk zouden kunnen maken (mist, sneeuw, zand-
storm, zware regenval, enz.)
● Als er regen, sneeuw, enz. op de voorzijde van de radarsensor of de
camerasensor zit
● In verkeersomstandigheden waarbij herhaaldelijk accelereren en decele-
reren noodzakelijk is
● Bij het rijden met een aanhangwagen of tijdens het slepen in ee n noodge-
val
● Als er vaak een naderingswaarschuwing hoorbaar is
PRIUS_OM_OM47B56E_(EE).book Page 353 Friday, July 29, 2016 1 1:35 AM