cruise control TOYOTA PRIUS PLUG-IN HYBRID 2023 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2023, Model line: PRIUS PLUG-IN HYBRID, Model: TOYOTA PRIUS PLUG-IN HYBRID 2023Pages: 554, PDF Size: 107.79 MB
Page 286 of 554

Overschrijden van de ingestelde
snelheid
In de volgende situaties overschrijdt de
rijsnelheid de ingestelde snelheid en gaat
het hoofdscherm branden:
• Wanneer u het gaspedaal volledig
intrapt
• Wanneer u bergaf rijdt (er klinkt ook
een zoemer)
Automatische uitschakeling
snelheidsbegrenzer
De ingestelde snelheid wordt
automatisch geannuleerd in een van de
volgende situaties:
• De cruise control wordt ingeschakeld.
• Wanneer het VSC- en/of TRC-systeem
wordt uitgeschakeld door het
indrukken van de schakelaar VSC OFF.
Als “Speed Limiter Malfunction Visit
Your Dealer” (Storing
snelheidsbegrenzer. Ga naar uw
dealer.) op het multi-
informatiedisplay wordt weergegeven
Breng de auto op een veilige plaats tot
stilstand, zet het contact UIT en weer
AAN en stel vervolgens de
snelheidsbegrenzer in. Als de
snelheidsbegrenzer niet kan worden
ingesteld, is er mogelijk een storing
aanwezig in het systeem. Laat de auto
nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behorengekwalificeerde en uitgeruste
deskundige, ook al kan er normaal met
de auto worden gereden.
WAARSCHUWING!
Onbedoeld inschakelen van de
snelheidsbegrenzer voorkomen
Laat de snelheidsbegrenzer
uitgeschakeld wanneer deze niet in
gebruik is.
Situaties die niet geschikt zijn voor
gebruik van de snelheidsbegrenzer
Gebruik de snelheidsbegrenzer niet in
de volgende situaties. Als u dat wel
doet, kunt u de macht over het stuur
verliezen, waardoor ernstig letsel kan
ontstaan.
• Op gladde wegen, bijvoorbeeld
wegen die nat zijn of bedekt zijn met
ijs of sneeuw
• Op steile hellingen
OPMERKING
Wanneer wordt gewaarschuwd via een
weergave op het instrumentenpaneel
en een zoemer nadat de ingestelde
snelheidslimiet is overschreden
wanneer helling af wordt gereden,
trap dan het rempedaal in om te
decelereren.
5.5 Gebruik van de ondersteunende systemen
284 
Page 445 of 554

Waarschu-
wingslampje
systeemWaarschu-
wingszoemer
*Waarschuwing
Knippert — Klinkt nietGeeft een bepaalde situatie aan, bijvoor-
beeld wanneer een handeling onjuist is
uitgevoerd, of hoe een handeling op juiste
wijze moet worden uitgevoerd
De werking van de waarschuwingslampjes en waarschuwingszoemers kan afwijken van de
aangegeven werking. Voer in dit geval de correctieprocedure uit overeenkomstig de
weergegeven melding.
*: Een zoemer klinkt voor het eerst en er verschijnt een melding op het
multi-informatiedisplay.
Waarschuwingsmeldingen
De hieronder uitgelegde
waarschuwingsmeldingen verschillen
mogelijk van de werkelijke meldingen
overeenkomstig de bedrijfscondities en
voertuigspecificaties.
Waarschuwingslampjes systeem
Het centrale waarschuwingslampje gaat
in de volgende gevallen niet branden of
knipperen. In plaats daarvan gaat een
apart waarschuwingslampje van het
systeem branden terwijl er een melding
of afbeelding op het multi-
informatiedisplay verschijnt.
• “Antilock Brake System Malfunction
Visit Your Dealer” (Storing in
antiblokkeersysteem. Ga naar uw
dealer): Het waarschuwingslampje
ABS gaat branden. (→Blz. 437)
• “Braking Power Low Visit Your Dealer”
(Lage remkracht. Ga naar uw dealer):
Het waarschuwingslampje van het
remsysteem (geel) gaat branden.
(→Blz. 436)
• Geeft aan dat een portier/de
achterklep niet geheel is gesloten
terwijl de auto stilstaat: Het
waarschuwingslampje open
portier/achterklep gaat branden.
(→Blz. 438)Als “Visit Your Dealer” (ga naar uw
dealer) wordt weergegeven
Het systeem of onderdeel dat op het
multi-informatiedisplay wordt
weergegeven, is defect. Laat de auto
nakijken door een erkende Toyota-dealer
of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
Als er een melding over een bediening
wordt weergegeven
• Als er een melding over de bediening
van het gaspedaal of rempedaal wordt
weergegeven
–
Er wordt mogelijk een waarschuwing-
smelding over de bediening van het
rempedaal weergegeven terwijl de
ondersteunende systemen zoals het
PCS (Pre-Crash Safety-systeem) of het
Dynamic Radar Cruise Control-
systeem met volledig snelheidsbereik
in werking zijn. Als een waarschuwing-
smelding wordt weergegeven, dece-
lereer de auto dan of volg de instructie
op het multi-informatiedisplay.
– Er wordt een
waarschuwingsmelding
weergegeven wanneer het Brake
Override-systeem in werking is.
(→Blz. 213, blz. 447)
8.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
443
8
Bij problemen 
Page 450 of 554

• LTA (Lane Tracing Assist)
• AHS (Adaptive High Beam-systeem)
• RSA (Road Sign Assist)
• Dynamic Radar Cruise Control met
volledig snelheidsbereik
Als er een melding wordt weergegeven
dat er een storing in de radarsensor
aanwezig is
De onderstaande systemen worden
mogelijk tijdelijk uitgeschakeld tot het in
de melding aangegeven probleem is
opgelost. (→Blz. 249, blz. 436)
• PCS (Pre-Crash Safety-systeem)
• LTA (Lane Tracing Assist)
• Dynamic Radar Cruise Control met
volledig snelheidsbereik
Als “Radar Cruise Control Unavailable
See Owner's Manual” (Dynamic Radar
Cruise Control-systeem niet
beschikbaar. Zie handleiding) wordt
weergegeven
De Dynamic Radar Cruise Control met
volledig snelheidsbereik wordt tijdelijk
uitgeschakeld of tot het in de melding
aangegeven probleem is opgelost.
(Oorzaken en oplossingen:→blz. 249)
Als “Radar Cruise Control Unavailable”
(Radar Cruise Control niet
beschikbaar) wordt weergegeven
De Dynamic Radar Cruise Control met
volledig snelheidsbereik kan tijdelijk niet
gebruikt worden. Gebruik het systeem
wanneer dit weer beschikbaar is.
Als de schakelstand niet kan worden
gewijzigd of als het contact in stand
ACC is gezet, ook al wordt er
geprobeerd om het contact UIT te
zetten wanneer een
waarschuwingsmelding wordt
weergegeven
Als de 12V-accu is ontladen of als de
schakelregeling defect is, kan het
volgende zich voordoen.• Schakelstand P kan niet worden
geselecteerd. Parkeer de auto op een
vlakke ondergrond en activeer de
parkeerrem goed.
• Mogelijk start het hybridesysteem
niet.
• Het contact wordt mogelijk in stand
ACC gezet, ook al wordt er geprobeerd
om het contact UIT te zetten In dit
geval wordt het contact mogelijk UIT
gezet nadat de parkeerrem is
geactiveerd.
• De functie voor het automatisch
selecteren van stand P (→blz. 226)
werkt mogelijk niet. Druk alvorens het
contact UIT te zetten de schakelaar
stand P in en controleer of
schakelstand P is ingeschakeld door
de schakelstandindicator of het
controlelampje stand P te controleren.
Waarschuwingszoemer
→Blz. 441
OPMERKING
Als “Maintenance Required for
Traction Battery at Your Dealer”
(Onderhoud bij dealer vereist voor
tractiebatterij) wordt weergegeven
Het batterijpakket (tractiebatterij) moet
worden nagekeken of vervangen. Laat
de auto onmiddellijk nakijken door een
erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
• Wanneer u door blijft rijden zonder
het batterijpakket (tractiebatterij) te
laten nakijken, kan het
hybridesysteem niet worden gestart.
• Raadpleeg onmiddellijk een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige als het hybridesysteem
niet gestart kan worden.
8.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
448 
Page 547 of 554

Antidiefstalsysteem
Alarm*..................51
Deactiveren of uitschakelen van het
alarm...................51
Het alarm................51
Inbraaksensor (indien aanwezig) . .52
Inschakelen van de
supervergrendeling..........50
Inschakelen van het alarmsysteem .51
Startblokkering.............50
Supervergrendeling*.........50
Uitschakelen van de
supervergrendeling..........51
Bedienen van verlichting en
ruitenwissers
AHS
(Adaptive High Beam-systeem) . .231
Bedienen van de
ruitenwisserhendel..........235
Bedieningsinstructies.....229 , 235
Extended Headlight Lighting-
systeem................230
Handmatig in- en uitschakelen van
het grootlicht.............232
Het Adaptive High Beam-systeem
activeren................232
Inschakelen van het grootlicht . . .230
Lichtschakelaar............229
Ruitenwissers en -sproeiers. . . .235
Schakelaar mistlampen.......235
Belangrijke informatie
Alarmknipperlichten.........430
Als de auto onder water staat of het
water op de weg stijgt........431
Als uw auto in geval van nood tot
stilstand moet worden gebracht . .430
Gebruik van de airconditioning en de
achterruitverwarming
Activeren van de op afstand
bedienbare airconditioning.....359
Automatische airconditioning . . .352
Bedieningsinstructies........362
Bedieningspaneel airconditioning.352
Gebruik van de automatische
modus.................353
Geconcentreerde
luchtcirculatiemodus voorstoel
(S-FLOW-modus)..........353Op afstand bedienbare
airconditioning............359
Overige functies...........354
Stoelverwarming...........361
Uitstroomopeningen........355
Voor het verlaten van de auto . . .359
Gebruik van de interieurverlichting
Interieurverlichting achter.....363
Interieurverlichting voor......363
Leeslampjes voor...........363
Overzicht interieurverlichting . . .362
Gebruik van de ondersteunende
systemen
Als het TRC/VSC/ABS-systeem in
werking is...............345
Annuleren of stoppen van de
ondersteuningsmodus........323
Begeleidingsscherm.........322
BSM (Blind Spot Monitor)*.....285
De Blind Spot Monitor-functie . . .298
De detectiegebieden van de Blind
Spot Monitor-functie........298
De detectiegebieden van de Rear
Crossing Traffic Alert-functie. . . .301
De Rear Crossing Traffic
Alert-functie.............300
Detectiebereik van de sensoren . .307
Display.................305
Dynamic Radar Cruise Control met
Road Sign Assist...........278
Dynamic Radar Cruise Control met
volledig snelheidsbereik.......271
Fileparkeren (modus automatisch
fileparkeren)..............324
Functies die zijn opgenomen in het
LTA-systeem..............261
GPF-systeem (benzineroetfilter) .344
Hervatten van het rijden met de
volgregeling als de auto is stilgezet
door het systeem
(afstandsregelmodus)........277
Inschakelen/uitschakelen
Dynamic Radar Cruise Control
met Road Sign Assist.........279
Inschakelen van het LTA-systeem .262
Instellen van de rijsnelheid.....283
Instellen van de rijsnelheid
(afstandsregelmodus)........275
Trefwoordenlijst
545
Trefwoordenlijst