TOYOTA PROACE 2020 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2020, Model line: PROACE, Model: TOYOTA PROACE 2020Pages: 430, PDF Size: 48.7 MB
Page 221 of 430

221
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Storing
Afhankelijk van de uitvoering van uw auto:
Laat het nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.Als er in de STOP-stand een storing zou optreden, kan het zijn dat de motor niet meer wil aanslaan of direct afslaat.Alle verklikkerlampjes gaan branden.Afhankelijk van de uitvoering kan er daarnaast een waarschuwingsmelding verschijnen, waarbij verzocht wordt om de selectiehendel in de stand N te zetten en opnieuw het rempedaal in te trappen.U moet, bij stilstaande auto, het contact uitzetten en de motor opnieuw starten.
Het Stop & Start-systeem maakt gebruik van een speciale 12V-accu.
Het lampje van deze knop knippert en er wordt een melding weergegeven in combinatie met een geluidssignaal.
Bij een storing in het systeem gaat dit verklikkerlampje op het instrumentenpaneel knipperen.Alle werkzaamheden aan dit type accu moeten door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige worden uitgevoerd.Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer informatie over de 12V-accu.
6
Rijden
Page 222 of 430

222
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
1. Aan.2. Uit (lang indrukken).3. Regeling lichtsterkte.4. Hoogteverstelling weergave.
Als het head-up display is ingeschakeld, geeft het de volgende informatie weer:A. De snelheid van uw auto.B. De informatie van de snelheidsregelaar/-begrenzer.C. Indien uw auto met deze systemen is uitgerust: informatie van de Distance Alert, het automatisch noodremsysteem en het navigatiesysteem.D. Indien uw auto met dit systeem is uitgerust: informatie van de snelheidsbegrenzer.
Systeem dat bepaalde informatie op een getint scherm projecteert, in het directe gezichtsveld van de bestuurder zodat deze zijn ogen niet van de weg hoeft af te wenden.
Schakelaars
Informatie op het head-up
display
Head-up display
Raadpleeg voor meer informatie over het navigatiesysteem de rubriek "Audio en datacommunicatie".
F Druk bij draaiende motor op de toets 1 om het systeem in te schakelen en het scherm uit te klappen.
Inschakelen/uitschakelen
F Houd de toets 2 ingedrukt om het systeem uit te schakelen en het scherm in te klappen.
De ingeschakelde/uitgeschakelde status van het head-up display blijft behouden als de motor opnieuw wordt gestart.
Rijden
Page 223 of 430

223
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
F Stel bij draaiende motor de lichtsterkte van het display in met de toetsen 3:- "zon" om de lichtsterkte te verhogen,- "maan" om de lichtsterkte te verlagen.
Regelen van de lichtsterkteHoogteverstelling
Bij bepaalde weersomstandigheden (regen en/of sneeuw, zeer zonnig weer, ...) kan de informatie op het head-up display tijdelijk minder goed leesbaar zijn.Sommige zonnebrillen kunnen het lezen van de informatie hinderen.Gebruik een schone en zachte doek (bijvoorbeeld een brillendoekje of microvezeldoekje) om het projectiescherm te reinigen. Gebruik nooit een droge doek, een schuurspons, of een schoonmaak- of oplosmiddel om te voorkomen dat er krassen ontstaan op het scherm of de anti-
reflecterende laag beschadigd raakt.
Het is raadzaam de toetsen uitsluitend bij stilstaande auto te bedienen.Leg nooit voor werpen rondom het scherm (of in de uitsparing) zodat het uitklappen en de goede werking van het scherm niet verhinderd worden.
Dit systeem werkt bij draaiende motor
en de instellingen worden opgeslagen bij het afzetten van het contact.
F Stel het display bij draaiende motor op de gewenste hoogte af met de toetsen 4:- omhoog om het display hoger af te stellen,- omlaag om het display lager af te stellen.
6
Rijden
Page 224 of 430

224
MEM
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Adjustable Speed Limiter (ASL)
Programmeren
Met behulp van deze functie kunt u snelheden opslaan die u vervolgens kunt gebruiken voor de configuratie van de twee functies snelheidsbegrenzer (maximumsnelheid) en snelheidsregelaar (kruissnelheid).U kunt voor beide functies zes snelheden opslaan in het geheugen van het systeem.
Voer deze handelingen omwille van de veiligheid alleen uit als de auto stilstaat.
F Selecteer de functie waar voor u nieuwe snelheden wilt opslaan:
● snelheidsbegrenzer
of
F Druk op de toets van de snelheid die u wilt wijzigen.
● snelheidsregelaar.
U kunt de opgeslagen snelheden weergeven door op deze toets te drukken.
F Voer de nieuwe waarde in met de nummertoetsen en bevestig.F Bevestig om de wijzigingen op te slaan en sluit het menu af.
De snelheidsdrempels kunnen worden ingesteld via het configuratiemenu van de auto met behulp van het touchscreen.
Rijden
Page 225 of 430

225
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Road Sign Assist
Dit systeem geeft de door de camera gedetecteerde toegestane maximumsnelheid weer op het instrumentenpaneel.Specifieke snelheidslimieten, bijvoorbeeld die voor vrachtwagens, worden niet weergegeven.De op het instrumentenpaneel weergegeven snelheidslimiet wordt bijgewerkt als u een bord met een snelheidslimiet bestemd voor personenauto's en lichte bedrijfswagens passeert.
Werkingsprincipes
Afhankelijk van de uitvoering gebruikt het systeem de informatie over snelheidslimieten afkomstig van de kaartgegevens van het navigatiesysteem.
De eenheid van de weergegeven snelheidslimiet (km/h of mph) is afhankelijk van het land waar u zich bevindt.Houd hier rekening mee als u zich aan de toegestane maximumsnelheid wilt houden.Als u in een ander land rijdt, werkt het
systeem alleen correct als de eenheid van de snelheid op het instrumentenpaneel overeenkomt met de eenheid voor de snelheid die in dat land wordt gebruikt.
Afhankelijk van de uitvoering detecteert dit systeem met behulp van een boven aan de voorruit geplaatste camera de borden met snelheidslimieten en leest het de informatie op deze borden.
Afhankelijk van de uitvoering gebruikt dit systeem de informatie van de camera en van de kaartgegevens van het navigatiesysteem.
Om de goede werking van het systeem te garanderen is het raadzaam het gedeelte van de voorruit vóór de camera regelmatig te reinigen.
De automatische snelheidslimietherkenning is een rijhulpsysteem. Het systeem geeft niet altijd de juiste snelheidslimiet aan.De op de borden langs of boven de weg weergegeven snelheidslimieten gaan altijd voor de door het systeem weergegeven snelheden.Ondanks de aanwezigheid van dit systeem moet de bestuurder altijd alert blijven.De bestuurder moet zich aan de verkeersregels houden en zijn snelheid altijd aanpassen aan de weersomstandigheden en de verkeerssituatie.Als het systeem niet binnen een vooraf bepaalde tijdsduur een bord met een snelheidslimiet detecteert, wordt mogelijk geen snelheid weergegeven.Het systeem is ontwikkeld om borden te detecteren die voldoen aan de eisen van het Verdrag van Wenen inzake verkeerstekens.
Om er zeker van te zijn dat de informatie over snelheidslimieten afkomstig van het navigatiesysteem adequaat is, dienen de kaartgegevens geregeld te worden geüpdatet.
6
Rijden
Page 226 of 430

226
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Het systeem is ingeschakeld maar ontvangt geen informatie over de snelheidslimiet.
De bestuurder kan, als hij dat wil, zijn snelheid aanpassen op basis van de door het systeem geleverde gegevens.
Weergave van de snelheid
1. Weergave van de snelheidslimiet.
Weergave op het head-up display
Inschakelen/uitschakelen
Deze functie kan worden in- en uitgeschakeld via het configuratiemenu van de auto.
Weergave op het instrumentenpaneel
Zodra er informatie over de snelheidslimiet wordt ontvangen, geeft het systeem de waarde w e e r.
Met audiosysteem of touchscreen
De functie kan worden in- en uitgeschakeld in het configuratiemenu van de auto.
Rijden
Page 227 of 430

227
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Opslaan van de snelheidslimiet
als ingestelde snelheid
Dit in het geheugen opslaan is een aanvulling op de weergave van de Road Sign Assist.
De bestuurder kan er voor kiezen om de ingestelde snelheid aan te passen aan de voorgestelde snelheidslimiet door de geheugentoets van de snelheidsbegrenzerbediening in te drukken bij de standaard cruise control of de adaptieve cruise control.Deze ingestelde snelheid vervangt dan de eerder ingestelde snelheid voor de snelheidsbegrenzer en/of de adaptieve cruise control.
Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over de snelheidsbegrenzer, cruise control of adaptieve cruise control.
Stuurkolomschakelaars
1. Selecteren van de snelheidsbegrenzer/snelheidsregelaar.2. Opslaan van de ingestelde snelheid.
Grenzen van het systeem
De regelgeving met betrekking tot snelheidslimieten verschilt per land.Het systeem houdt geen rekening met lagere snelheidslimieten die in de volgende gevallen van kracht kunnen zijn:- slecht weer (regen, sneeuw),- luchtvervuiling,- trekken van een aanhangwagen of caravan,- rijden met sneeuwkettingen,- rijden met een band die met een bandenreparatieset is gerepareerd,- beginnende bestuurders,
Het systeem werkt in de volgende situaties mogelijk niet of minder goed:- slecht zicht (onvoldoende verlichting van de weg, sneeuwval, regen, mist),- gedeelte van de voorruit vóór de camera is vuil, beslagen, berijpt, beschadigd of bedekt met een sticker,- storing van de camera,- verouderde of onjuiste kaartgegevens,- afgeschermde of onleesbare borden (door
andere voertuigen, vegetatie, sneeuw),- snelheidslimietborden die niet aan de norm voldoen, of die beschadigd of ver vormd zijn.
Zorg dat het gedeelte van de voorruit voor de camera regelmatig wordt gereinigd.
6
Rijden
Page 228 of 430

228
MEM
MEM
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
3. Weergave van de snelheidslimiet.4. Verzoek om opslaan van de snelheid.5. Huidige ingestelde snelheid.
Weergave op het instrumentenpaneel
Weergave op het head-up display
Opslaan
F Als de snelheidsbegrenzer/snelheidsregelaar wordt ingeschakeld, worden de desbetreffende gegevens weergegeven.
Als een verkeersbord wordt gedetecteerd, geeft het systeem de snelheidslimiet weer. U kunt dan deze snelheid als ingestelde snelheid opslaan.De letters "MEM" knipperen enkele seconden op het display.
F Druk eerst op deze knop om
de voorgestelde snelheidslimiet weer te geven.
F Druk nogmaals op deze knop om deze nieuwe ingestelde snelheid te bevestigen.
Rijden
Page 229 of 430

229
GAP
MEM
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Bediening op het stuurwiel
6. Snelheidsbegrenzer ingeschakeld/onderbroken.7. Snelheidsbegrenzer geselecteerd.8. Ingestelde snelheid.
Snelheidsbegrenzer ("LIMIT")
De snelheidsbegrenzer voorkomt dat de auto de door de bestuurder ingestelde maximumsnelheid overschrijdt.
Bij het gebruik van de snelheidsbegrenzer moet de bestuurder te allen tijde de snelheidslimiet in acht nemen en zijn aandacht op het verkeer blijven vestigen.
Als de ingestelde maximumsnelheid is bereikt, heeft het dieper intrappen van het gaspedaal geen effect.
1. Selecteren van de snelheidsbegrenzer.2. Verlagen van de ingestelde snelheid.3. Verhogen van de ingestelde snelheid.4. Inschakelen/onderbreken van de snelheidsbegrenzing.5. Als uw auto hiermee is uitgerust, kunt u een overzicht weergeven van de opgeslagen snelheden of snelheden opslaan die door het Road Sign Assist-systeem worden voorgesteld.
Weergave op het instrumentenpaneel
De ingestelde maximumsnelheid blijft na het afzetten van het contact opgeslagen in het geheugen.
Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over deze toets en de adaptieve cruise control.
Zie het desbetreffende hoofdstuk
voor meer informatie over de instelbare snelheidsbegrenzer (AS L).
Head-up display
Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over de Road Sign Assist en in het bijzonder het opslaan van verkeersborden.
6
Rijden
Page 230 of 430

230
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Inschakelen / Pause
F Draai de rolknop 1 in de stand "LIMIT": de snelheidsbegrenzer is geselecteerd, maar nog niet ingeschakeld (Pause).F Schakel de snelheidsbegrenzer in door op de toets 4 te drukken, als de gewenste snelheid wordt weergegeven (standaard de laatste geprogrammeerde snelheid).F U kunt de werking van de snelheidsbegrenzer tijdelijk onderbreken door nogmaals op de toets 4 te drukken: het onderbreken wordt bevestigd op het display (Pause).
Er kan een snelheid worden ingesteld zonder de begrenzer in te schakelen.Als de functie is geselecteerd, kunt u als volgt de waarde van de snelheid wijzigen:- druk op de toets 2 of 3 om de weergegeven snelheid te verhogen of te verlagen:F herhaaldelijk kort indrukken om te
wijzigen in stappen van + of - 1 km/h,F ingedrukt houden om te wijzigen in stappen van + of - 5 km/h.
- door, indien uw auto is uitgerust met snelheidslimietherkenning, op de toets 5 te drukken:F de zes opgeslagen snelheden worden weergegeven op het touchscreen,F druk op de toets van de door u gewenste snelheid.De waarde wordt direct weergegeven op het instrumentenpaneel.Het selectiescherm wordt na enkele seconden gesloten.
Instellen van de
maximumsnelheid (instelling)Om de snelheidsbegrenzer te kunnen inschakelen moet de ingestelde snelheid minimaal 30 km/h bedragen.Het onderbreken van de snelheidsbegrenzer geschiedt eveneens via de toets.
De geprogrammeerde snelheid kan tijdelijk worden overschreden door het gaspedaal volledig in te drukken.
Laat om terug te keren naar de ingestelde maximumsnelheid het gaspedaal los tot de wagensnelheid weer beneden de ingestelde snelheid ligt.
Rijden