TOYOTA PROACE VERSO EV 2020 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2020, Model line: PROACE VERSO EV, Model: TOYOTA PROACE VERSO EV 2020Pages: 360, PDF Size: 69.02 MB
Page 21 of 360

21
Instrumenten
1
Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over het controleren van de niveaus.
Storing in oliepeilmeter
Dit wordt aangegeven met een melding op het instrumentenpaneel. Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
WARNI NG
Bij een storing in de elektrische oliepeilmeter, wordt het oliepeil niet langer in de gaten gehouden.Als er een storing in het systeem zit, dient u het motoroliepeil handmatig te controleren m.b.v. de peilstok. Deze bevindt zich in de motorruimte.Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over het controleren van de niveaus.
AdBlue®-
actieradiusindicatoren
De dieselmotoren zijn uitgerust met een systeem dat het SCR-emissieregelsysteem (Selective Catalytic Reduction) en het roetfilter (DPF) combineert voor de nabehandeling van uitlaatgassen. Dit systeem kan niet functioneren zonder AdBlue®-vloeistof.Wanneer het AdBlue®-niveau tot onder het reserveniveau daalt (tussen 2.400 en 0 km), gaat een waarschuwingslampje branden wanneer het contact AAN wordt gezet en wordt er een schatting van de afstand die kan worden afgelegd voordat het starten van de motor niet meer mogelijk is, weergegeven op het instrumentenpaneel.
WARNI NG
Als het AdBlue®-reservoir leeg is, zorgt een wettelijk verplicht systeem er automatisch voor dat de motor niet opnieuw kan worden gestart. Het is dan niet meer mogelijk om de motor te starten totdat het minimumniveau van AdBlue® is aangevuld.
Handmatig weergeven van de
actieradius
Wanneer de actieradius groter is dan 2.400 km, wordt deze niet automatisch weergegeven.
► Druk op deze toets om de actieradius tijdelijk weer te geven. Met touchscreenU kunt de informatie m.b.t. de actieradius weergeven in het menu “Rijden/Auto”.
Vereiste acties in verband met een
gebrek aan AdBlue®
De volgende waarschuwingslampjes gaan branden wanneer de hoeveelheid AdBlue® lager is dan het reserveniveau dat overeenkomt met een bereik van 2.400 km.Samen met de waarschuwingslampjes herinneren meldingen u regelmatig aan de noodzaak om bij te vullen om te vermijden dat starten van de motor niet meer mogelijk is. Raadpleeg het hoofdstuk Waarschuwings- en controlelampjes voor meer informatie over de weergegeven meldingen.
Page 22 of 360

22
NOTIC E
Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over AdBlue® (dieselmotoren) en met name over het bijvullen.
Met Euro 6.3-motor
Waarschuwings-/controlelampjes
branden
ActieResterende actieradius
Bijvullen.Tussen 2.400 en 800 km
Vul zo snel mogelijk bij.Tussen 800 en 100 km
Bijvullen is noodzakelijk vanwege het risico dat starten van de motor niet meer mogelijk is.
Tussen 100 en 0 km
Vul ten minste 5 liter AdBlue® bij om de motor opnieuw te kunnen starten.
0 km
Storing in het
SCR-emissieregelsysteem
Storing gesignaleerd
Als een storing wordt gesignaleerd, gaan deze waarschuwingslampjes branden, in combinatie met een geluidssignaal en de melding “Storing emissieregeling” of “NO
START IN”.
De waarschuwing wordt tijdens het rijden gegeven zodra de storing voor de eerste keer wordt gesignaleerd en vervolgens steeds bij het AAN zetten van het contact zolang de storing niet is verholpen.
NOTIC E
In het geval van een tijdelijke storing verdwijnt de waarschuwing tijdens de volgende rit na de zelfdiagnose van het SCR-emissieregelsysteem.
Storing bevestigd tijdens de toegestane rijfase (tussen 1.100 en 0 km)
Als na 50 km rijden de storingsmelding nog steeds wordt weergegeven, wordt de storing in het SCR-systeem bevestigd.Het waarschuwingslampje AdBlue knippert en de melding “Storing emissieregeling: Starten verboden binnen X mijl” of “NO START IN X mijl”
wordt weergegeven. Deze geeft de actieradius in kilometers of mijlen aan.Tijdens het rijden wordt de melding elke 30 seconden weergegeven. De waarschuwing wordt opnieuw weergegeven zodra het contact AAN wordt gezet.U kunt nog 1.100 km rijden voordat de startblokkering in werking treedt.
WARNI NG
Laat het systeem zo spoedig mogelijk nakijken door een erkende Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Starten niet meer mogelijk
Wanneer het contact AAN wordt gezet, wordt de melding “Storing emissieregeling: Starten verboden” of “NO START IN” weergegeven.
WARNI NG
Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige om de motor opnieuw te kunnen starten.
Page 23 of 360

23
Instrumenten
1
Vermogensmeter
(elektrisch)
CHARGEDe tractiebatterij wordt opgeladen tijdens het decelereren en remmen.ECOGematigd energieverbruik en een optimale actieradius.POWEREnergieverbruik van de aandrijflijn tijdens accelereren.NEUTRAALSTANDWanneer het contact AAN wordt gezet, verbruikt de aandrijflijn van uw auto geen energie en wordt er ook geen energie opgewekt. De naald
slaat even uit en keert vervolgens terug naar de “neutrale” stand.
NOTIC E
Wanneer het contact UIT staat, wordt door het openen van het bestuurdersportier de indicator geactiveerd; deze beweegt naar de “neutrale” stand.
Laadniveaumeter
(elektrisch)
De laadstatus van de tractiebatterij en de resterende actieradius worden continu weergegeven wanneer de auto wordt gestart.
NOTIC E
Wanneer het contact UIT staat, wordt door het openen van het bestuurdersportier de indicator geactiveerd.
Bijbehorende waarschuwingslampjes
Twee opeenvolgende alarmniveaus geven aan dat de beschikbare energie tot een laag niveau is gedaald:1e niveau: reserve
0 %
100
De ladingstoestand van de tractiebatterij is laag.Led blijft branden met de naald in het rode gebied, in combinatie met een geluidssignaal.►
Geef de resterende actieradius weer op het instrumentenpaneel.► Laad uw auto zo spoedig mogelijk op.2e niveau: kritiekDe ladingstoestand van de tractiebatterij is zeer laag.Blijft branden, samen met de led voor reserve, in combinatie met een geluidssignaal.► U dient uw auto op te laden.
WARNI NG
De resterende actieradius wordt niet langer berekend. Het vermogen van de aandrijflijn neemt geleidelijk af.De verwarming en airconditioning worden uitgeschakeld (zelfs wanneer de naald die het verbruik ervan aangeeft niet in de stand “ECO” staat).
Page 24 of 360

24
Verbruiksmeter thermisch
comfort (elektrisch)
De meter geeft het verbruik weer van de elektrische energie van de tractiebatterij door de apparaten voor thermisch comfort in het passagierscompartiment.De apparaten in kwestie zijn de verwarmings- en airconditioningsystemen.Deze uitrusting kan worden gebruikt:– Als de auto niet via de kabel is aangesloten, wanneer het lampje READY brandt.– Als de auto via de kabel is aangesloten, wanneer het contact AAN wordt gezet (“Lounge”-modus).Wanneer de ECO-modus wordt geselecteerd, worden de prestaties van een deel van
deze uitrusting beperkt. De naald van de verbruiksmeter voor thermisch comfort beweegt vervolgens naar het gebied “ECO”.
NOTIC E
Om het passagierscompartiment snel te verwarmen of te koelen, kunt u gerust tijdelijk de maximale verwarming of koeling selecteren.Overmatig gebruik van de uitrusting voor thermisch comfort, met name bij lage snelheden, kan de actieradius van de auto aanzienlijk verkleinen.Vergeet niet de instellingen van de uitrusting te optimaliseren wanneer het gewenste comfortniveau is bereikt; pas de instellingen indien nodig aan wanneer u de auto start.Wanneer de verwarming langere tijd niet is gebruikt, kunt u de eerste paar minuten na het inschakelen een onaangename geur ruiken.
Kilometerteller en dagteller
De kilometerteller en dagteller worden gedurende 30 seconden weergegeven bij het
uitzetten van het contact, bij het openen van het bestuurdersportier en bij het vergrendelen en ontgrendelen van de auto.
Kilometerteller
Deze teller geeft de totale kilometerstand van de auto aan sinds de eerste registratie.
Dagteller (diesel)
Deze teller geeft de afgelegde afstand aan sinds de laatste keer dat de bestuurder de teller heeft gereset.Resetten van de dagteller
Page 25 of 360

25
Instrumenten
1
► Druk, wanneer het contact AAN staat, op de toets totdat er nullen worden weergegeven.
Dimmer verlichting
Met dit systeem kunt u de helderheid van de instrumenten en bedieningstoetsen aanpassen aan het omgevingslicht.
Druk, terwijl de verlichting brandt, op toets A om de verlichting sterker te laten branden of op toets
B om de verlichting te dimmen.Laat de knop los wanneer de gewenste lichtsterkte is bereikt.
Met touchscreen
► Selecteer “Helderheid” of “OPTIES”, “Schermconfiguratie” in het menu Instellingen en vervolgens “Helderheid”.► Stel de lichtsterkte in door op de pijlen te drukken of de cursor te verplaatsen.
NOTIC E
De lichtsterkte kan verschillend worden ingesteld voor de dagmodus en de nachtmodus.
Boordcomputer
Geeft informatie over de actuele rit (actieradius, brandstofverbruik, gemiddelde snelheid, enz.).
Weergave van informatie
De verschillende tabbladen van de boordcomputer beurtelings weergeven:
► Druk op de toets op het uiteinde van de ruitenwisserschakelaar.
Met stuurkolomschakelaars
► Druk op de toets op het stuurwiel.
Page 26 of 360

26
Op het instrumentenpaneel
► Druk op deze toets.De volgende actuele informatie wordt beurtelings getoond:– Actieradius (diesel).– Actueel verbruik.– Stop & Start-tijdteller (diesel).– Dagteller “1” gevolgd door (afhankelijk van de uitvoering) dagteller “2” inclusief gemiddelde rijsnelheid, gemiddeld verbruik en afgelegde afstand per rit.Dagtellers “1” en “2” staan los van elkaar, maar hun gebruik is identiek.Dagteller “1” kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor de dagelijkse cijfers en dagteller “2” voor de maandelijkse cijfers.
Dagteller resetten
De reset wordt uitgevoerd wanneer de dagteller wordt weergegeven.
► Druk ten minste twee seconden op de toets op het uiteinde van de ruitenwisserschakelaar.
► Druk ten minste twee seconden op de knop op het stuurwiel.
► Druk ten minste 2 seconden op deze toets.
Definities
Actieradius
(km of mile)De actieradius geeft aan hoeveel kilometer u nog met de resterende hoeveelheid brandstof kunt rijden (berekend op basis van het gemiddelde verbruik over de laatste afgelegde kilometers).
NOTIC E
Deze waarde kan fluctueren door een wijziging in rijstijl of het rijden op een helling, waardoor het actuele brandstofverbruik aanzienlijk kan wijzigen.
Als de actieradius kleiner wordt dan 30 km, verschijnen streepjes op het scherm.Na het tanken van minimaal 5 liter brandstof wordt de actieradius opnieuw berekend en weergegeven als deze meer dan 100 km bedraagt.
WARNI NG
Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige als tijdens het rijden de
streepjes continu worden weergegeven.
Page 27 of 360

27
Instrumenten
1
Actueel verbruik
(l/100 km, km/l of mpg)(kWh/100 km, km/kWh of mijlen/kWh) (elektrisch) / Berekend over de laatste seconden.Deze functie wordt alleen weergegeven bij snelheden vanaf 30 km/h (diesel).
Gemiddeld verbruik
(l/100 km, km/l of mpg)(kWh/100 km, km/kWh of mijlen/kWh) (elektrisch) / Berekend sinds de laatste keer resetten van de trajectgegevens.
Gemiddelde snelheid
(km/h of mph)Berekend sinds de laatste keer resetten van de trajectgegevens.
Afgelegde afstand
(km of mile)
Berekend sinds de laatste keer resetten van de trajectgegevens.
Tijdteller Stop & Start
(minuten/seconden of uren/minuten)
Als uw auto is uitgerust met Stop & Start houdt een teller bij hoelang de STOP-stand tijdens een rit is geactiveerd.
De tijdteller wordt telkens wanneer u het contact opnieuw AAN zet gereset.
Touchscreen
Dit systeem toont de volgende zaken:– Permanente weergave van de tijd en buitentemperatuur (er verschijnt een blauw waarschuwingslampje wanneer er risico is op bevriezing).– Functies van de auto en instellingsmenu's voor de uitrusting.– Bedieningstoetsen audiosysteem en telefoon en weergave van bijbehorende informatie.– Weergave van visuele functies van de parkeerhulp.– Internetdiensten en weergave van bijbehorende informatie.– Bedieningstoetsen navigatiesysteem en weergave van bijbehorende informatie (afhankelijk van de uitvoering).
WARNI NG
Breng om veiligheidsredenen de auto altijd eerst tot stilstand alvorens handelingen uit te voeren die uw constante aandacht vragen.Sommige functies zijn niet beschikbaar tijdens het rijden.
Aanbevelingen
Dit scherm is een capacitief scherm.– Raak het touchscreen niet aan met scherpe voorwerpen.– Raak het touchscreen niet aan met natte handen.– Gebruik een schone, zachte doek om het touchscreen te reinigen.
Principes
► Gebruik de toetsen aan weerszijden van het touchscreen om de menu's te openen en druk vervolgens op de toetsen op het touchscreen.Sommige menu's worden mogelijk op twee pagina's weergegeven: druk op de toets “OPTIES” om de tweede pagina weer te geven.
NOTIC E
Wanneer gedurende enkele ogenblikken geen handeling wordt uitgevoerd op de tweede pagina, wordt automatisch de eerste pagina weer weergegeven.
Selecteer “OFF” (uit) of “ON” (aan) om een functie uit of in te schakelen.Een functie configureren
Weergeven van extra informatie over de functieBevestigen
Page 28 of 360

28
Terugkeren naar de vorige pagina of bevestigen
Menu's
NOTIC E
Raak het touchscreen met drie vingers aan om alle menutoetsen weer te geven.
NOTIC E
Raadpleeg voor meer informatie over de menu's de hoofdstukken over de audio- en telematicasystemen.
Radio/Media
Navigatie (afhankelijk van de uitrusting)
Rijden of Auto (afhankelijk van de uitrusting)Inschakelen, uitschakelen en instellingen van bepaalde functies.De functies zijn verdeeld in 2 tabbladen: “Rijfuncties” en “Voertuiginstellingen”.
Telefoon
ApplicatiesWeergave van beschikbare extra diensten.EnergieToegang tot de specifieke elektrische functies (energiestroom, verbruiksstatistieken, uitgesteld laden) die op de 3 bijbehorende tabbladen staan.ofInstellingenBelangrijkste instellingen voor het audiosysteem en het touchscreen.Audiosysteem aan/uit.Instellen volume/dempen.
Bovenste balk
Bepaalde informatie wordt permanent weergegeven in de bovenste balk van het touchscreen:– Tijd en buitentemperatuur (er verschijnt een blauw waarschuwingslampje wanneer er risico is
op bevriezing);– Herinnering m.b.t. informatie van het menu Radio Media en Telefoon en navigatie-instructies (afhankelijk van de uitrusting);– Meldingen.– Toegang tot de Instellingen.
Energiemenu
Afhankelijk van de uitvoering is dit op de volgende manieren te openen:– rechtstreeks, door het indrukken van de toets naast het touchscreen;– via het menu Apps.
Stroom
Op de pagina wordt een realtime voorstelling weergegeven van de werking van de elektrische aandrijflijn.
1.Ingeschakelde rijmodus
2.Elektromotor
3.Laadniveau tractiebatterij
4.Energiestromen
De energiestromen hebben een specifieke kleur voor elk rijtype:
A.Blauw: energieverbruik
B.Groen: regeneratie van energie
Page 29 of 360

29
Instrumenten
1
Statistieken
Op deze pagina worden de verbruiksstatistieken voor elektrische energie weergegeven.
– Blauwe staafdiagram: direct verbruikte energie die wordt geleverd door de tractiebatterij.– Groene staafdiagram: energie die wordt teruggewonnen tijdens het decelereren en remmen en die wordt gebruikt om het batterijpakket op te laden.Het gemiddelde resultaat voor de huidige rit wordt weergegeven in kWh/100 km.► U kunt de weergegeven tijdschaal wijzigen door de toets - of + in te drukken.
NOTIC E
Met huidige rit wordt bedoeld: een rit van ten minste 20 minuten zonder dat het contact UIT wordt gezet.
Laden
Op deze pagina kunt u uitgesteld laden inplannen.Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over het opladen van de tractiebatterij (elektrisch).
Op afstand bedienbare
functies (elektrisch)
(Binnenkort beschikbaar)
In aanvulling op alle functies van de MyToyota-app, die u kunt openen via een smartphone, hebt u toegang tot de volgende functies:– Beheer laadtoestand batterijpakket (uitgesteld laden).– Beheer vooraf regelen temperatuur.
– Raadplegen van de ladingstoestand en actieradius van de auto.
Installatieprocedure
► Download de app MyToyota van de juiste online store voor uw smartphone.► Maak een account aan.► Voer het VIN van de auto in (code die begint met “VF” op het kentekenbewijs).Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over de identificatie van uw auto.
NOTIC E
NetwerkdekkingZorg er, om de verschillende op afstand bedienbare functies te kunnen gebruiken, voor dat uw auto zich in een gebied bevindt dat wordt gedekt door het mobiele netwerk.Een gebrek aan netwerkdekking kan de communicatie met de auto verhinderen (bijvoorbeeld als de auto zich in een ondergrondse parkeergarage bevindt). In dergelijke gevallen geeft de app een melding weer die aangeeft dat de verbinding met de auto niet tot stand kon worden gebracht.
Page 30 of 360

30
Instellen van datum en tijd
Zonder
Bluetooth®-audiosysteem
Stel de datum en tijd in via het display van het instrumentenpaneel.► Houd deze toets ingedrukt.
► Druk op een van deze toetsen om de te wijzigen instelling te selecteren.► Druk kort op deze toets om te bevestigen.► Druk op een van deze toetsen om de instelling te wijzigen en bevestig nogmaals om de wijziging op te slaan.
Met
Bluetooth®-audiosysteem
► Druk op de toets MENU voor toegang tot het hoofdmenu.► Druk op de toets “7” of “8” om het menu “Persoonlijke instellingen - configuratie” te selecteren en bevestig vervolgens uw keuze door op de toets OK te drukken.► Druk op de toets “5” of “6” om het menu “Configuratie display” te selecteren en bevestig vervolgens uw keuze door op de toets OK te drukken.► Druk op de toets “5” of “6” en “7” of “8” om de waarden voor de datum en tijd aan te passen en bevestig vervolgens uw keuze door op de toets OK te drukken.
Met TOYOTA Pro Touch
► Selecteer het menu Instellingen in de bovenste balk van het touchscreen.► Selecteer “Configuratie”.► Selecteer “Datum en tijd”.
► Selecteer “Datum” of “Tijd”.► Selecteer het weergaveformaat.► Wijzig de datum en/of tijd met behulp van het numerieke toetsenbord.► Bevestig met “OK”.
Met TOYOTA Pro Touch met
navigatiesysteem
Het instellen van de tijd en de datum is alleen mogelijk als “GPS-synchronisatie” is uitgeschakeld.► Selecteer het menu Instellingen in de balk van het touchscreen.► Druk op de toets “OPTIES” om de secundaire pagina weer te geven.► Selecteer “Tijd-datum instellen”.
► Selecteer het tabblad “Datum:” of “Tijd”.► Stel de datum en/of tijd in met behulp van het numerieke toetsenbord.► Bevestig met “OK”.
Extra instellingen
U kunt kiezen:– Om de tijdzone te wijzigen.– Om het weergaveformaat van de datum en tijd te wijzigen (12 uur/24 uur).– Om de functie voor de zomertijd in of uit te
schakelen (+1 uur).– Om de GPS-synchronisatie in of uit te schakelen (UTC).
NOTIC E
Het systeem schakelt niet automatisch over op wintertijd/zomertijd (afhankelijk van het land van verkoop).