TOYOTA RAV4 HYBRID 2016 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2016, Model line: RAV4 HYBRID, Model: TOYOTA RAV4 HYBRID 2016Pages: 548, PDF Size: 34.88 MB
Page 191 of 548

1914-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE)
546 mm
550 mm
551 mm
583 mm
602 mm
609 mm
713 mm
765 mm
1.102 mm
850 mm
675 mm
642 mm
581 mm
528 mm
514 mm466 mm
445 mm
333 mm
328 mm
107 mm
105 mm
101 mm
79 mm
74 mm
61 mm
34 mm
74 mm
409 mm
*
*
: 4 personen in de auto
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z
a
b
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE).book Page 191 Friday, October 30, 2015 12:02 PM
Page 192 of 548

1924-1. Voordat u gaat rijden
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE)
■Informatie over banden
●Verhoog de bandenspanning met 20,0 kPa (0,2 kg/cm2 of bar, 3 psi) als er
een aanhangwagen getrokken wordt. ( →Blz. 515)
● Verhoog de bandenspanning van de aanhangwagen tot de waarde die de
fabrikant van de aanhangwagen opgeeft voor de combinatie van aanhang-
wagengewicht en belading.
■ Inrijden
Toyota raadt het rijden met een aanhangwagen af gedurende de eerste 800
km nadat er onderdelen van de aandrijflijn van de auto vervangen zijn.
■ Veiligheidscontroles voor het rijden met een aanhangwagen
●Controleer of de maximale kogeldruk voor de trekhaak/trekhaak met
afneembare kogel niet overschreden wordt. Houd er rekening mee dat het
gewicht van de aanhangwagen moet worden opgeteld bij het gewicht van
de auto. Controleer ook of het totale gewicht van de auto binnen het maxi-
maal toegestane gewicht blijft. ( →Blz. 187)
● Controleer of de lading op de aanhangwagen goed vastgezet is.
● Maak, indien u het achteropkomend verkeer niet goed kunt zien met de
standaard buitenspiegels, gebruik van extr a buitenspiegels. Stel de armen
van deze extra spiegels aan beide zijden zo af dat ze altijd maximaal zicht
bieden op de weg achter u.
■ Onderhoud
●Als met de auto regelmatig met een aanhangwagen wordt gereden, moet er
vaker onderhoud worden uitgevoerd omdat de auto zwaarder belast wordt
dan bij het rijden zonder aanhangwagen.
● Draai nadat er ongeveer 1.000 km met een aanhangwagen is gereden alle
bouten van de trekhaak nogmaals vast.
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE).book Page 192 Friday, October 30, 2015 12:02 PM
Page 193 of 548

1934-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE)■
Als de aanhangwagen slingert
Een of meerdere factoren (sterke zijwind, passerende voertuigen, een slecht
wegdek, enz.) kunnen een negatieve invloed hebben op de stabiliteit van de
auto met een aanhangwagen, waardoor instabiliteit kan worden veroorzaakt.
●Als de aanhangwagen begint te slingeren:
• Pak het stuurwiel stevig vast. Blijf rechtuit sturen.
Probeer de aanhangwagen niet onder controle te krijgen door aan het
stuurwiel te draaien.
• Laat het gaspedaal onmiddellijk maar zeer geleidelijk los om snelheid te
minderen.
Ga niet harder rijden. Rem niet.
Als u geen extreme correcties uitvoert met sturen of remmen, zullen uw
auto en de aanhangwagen stabiliseren (als de Trailer Sway Control is inge-
schakeld, kan dit helpen de auto en aanhangwagen te stabiliseren).
● Zodra de aanhangwagen niet meer slingert:
• Breng de auto op een veilige plaats tot stilstand. Laat alle inzittenden uit-
stappen.
• Controleer de banden van de auto en de aanhangwagen.
• Controleer de lading in de aanhangwagen. Controleer of de lading niet is gaan schuiven.
Zorg dat het trekhaakgewicht in orde is, indien mogelijk.
• Controleer de lading in de auto. Controleer of de auto niet te zwaar beladen is nadat de inzittenden zijn
ingestapt.
Als u geen probleem kunt vaststellen, ligt de snelheid waarbij de aanhang-
wagen ging slingeren hoger dan de limiet van de combinatie auto-aanhang-
wagen.
Rijd met een lagere snelheid om instabiliteit te voorkomen. Houd er reke-
ning mee dat het slingeren van de aanhangwagen verergert naarmate de
rijsnelheid van de auto hoger is.
OPMERKING
■ Als de achterbumperversterking van aluminium is
Controleer of het stalen deel van de trekhaak niet direct in contact komt met
het aluminium.
Als staal en aluminium met elkaar in contact komen, ontstaat er een reactie
die te vergelijken is met corrosie, waardoor het desbetreffende gedeelte
verzwakt wordt en er schade kan ontstaan. Breng daarom op het contact-
vlak een roestwerend middel aan.
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE).book Page 193 Friday, October 30, 2015 12:02 PM
Page 194 of 548

1944-1. Voordat u gaat rijden
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE)
De auto zal anders aanvoelen als u met een aanhangwagen rijdt.
Neem de onderstaande voorzorgsmaatregelen in acht om een onge-
val en ernstig letsel te voorkomen:
■Controleer de elektrische aansl uiting tussen de aanhangwa-
gen en de auto
Breng de auto tot stilstand na een korte afstand gereden te hebben
en controleer, net als voor het wegrijden, of de verlichting van de
aanhangwagen werkt.
■Oefen het rijden met een aanhangwagen
● Oefen het rijden met een aanhangwagen in een omgeving zon-
der of met weinig verkeer, zodat u leert hoe de combinatie aan-
voelt bij het keren, stoppen en achteruitrijden.
● Houd tijdens het achteruitrijden het stuurwiel stevig vast en draai
het stuurwiel rechtsom om de aanhangwagen naar links te stu-
ren en linksom om de aanhangwagen naar rechts te sturen. Ver-
draai het stuur niet te veel tege lijk om stuurfouten te voorkomen.
Laat iemand u bij het achteruitrijden begeleiden om de kans op
een ongeval te beperken.
■Vergroten van de afstand tot de voorligger
Bij een snelheid van 10 km/h moet de afstand tot uw voorligger
minimaal gelijk zijn aan de totale lengte van uw auto en de aan-
hangwagen. Voorkom plotselinge remmanoeuvres die tot een slip
zouden kunnen leiden. Als de auto in een slip raakt, zou u de con-
trole over de auto kunnen verliezen. De kans hierop is vooral aan-
wezig tijdens het rijden op een nat of glad wegdek.
■Acceleratie/stuurcomm ando's/bochtengedrag
In te krappe bochten kan de aanhangwagen de auto raken. Redu-
ceer uw snelheid voordat u een bocht nadert en neem bochten met
een zodanige snelheid dat pl otseling remmen niet nodig is.
■Belangrijke punten met betrekki ng tot het aansnijden van
bochten
De wielen van de aanhangwagen maken een krappere bocht dan
de wielen van de auto. Snijd bochten daarom ruimer aan dan u zou
doen als u niet met een aanhangwagen rijdt.
Advies
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE).book Page 194 Friday, October 30, 2015 12:02 PM
Page 195 of 548

1954-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE)■
Belangrijke punten met betrek
king tot de stabiliteit
Een slecht wegdek en kr achtige zijwind zullen de wegligging en het
rijgedrag beïnvloeden. Ook bij het inhalen van bussen of grote
vrachtwagens of het ingehaald word en door dergelijke voertuigen,
kunnen de aanhangwagen en de auto gaan slingeren. Kijk bij het
rijden langs dergelijke voertuigen v eelvuldig in uw spiegels. Vermin-
der vaart door voorzichtig het rempedaal in te trappen zodra u ziet
dat de aanhangwagen gaat slingeren. Houd tijdens het remmen het
stuurwiel altijd in de rechtuitstand.
■Passeren van andere auto's
Houd rekening met de totale lengte van uw auto en de aanhangwa-
gen en zorg ervoor dat er voldoende tussenafstand is voordat u van
rijstrook verandert.
■Informatie over de transmissie
Om maximaal te kunnen profiter en van de motorremwerking en de
laadstroom tijdens het afremmen op de motor, mag de transmissie
niet in stand D staan. ( →Blz. 205)
■Als de motor oververhit raakt
Het rijden met een aanhangwagen op een lange, steile helling bij
buitentemperaturen hoger dan 30 °C kan ertoe leiden dat de motor
oververhit raakt. Als de koelvloeistoftemperatuurmeter aangeeft dat
de motor oververhit raak t, schakel dan direct de airconditioning uit
en breng de auto op een veilige plaats tot stilstand. ( →Blz. 498)
■Bij het parkeren
Plaats altijd wielblokken onder de wielen van de auto en de aan-
hangwagen. Zorg ervoor dat de auto goed op de parkeerrem staat
en zet de selectiehendel in stand P.
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE).book Page 195 Friday, October 30, 2015 12:02 PM
Page 196 of 548

1964-1. Voordat u gaat rijden
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE)
WAARSCHUWING
Volg alle aanwijzingen in dit hoofdstuk op.
Anders kunnen zich ongevallen voordoen die tot ernstig letsel kunnen leiden.
■Voorzorgsmaatregelen bij het rijden met een aanhangwagen
Controleer bij het rijden met een aanhangwagen of de maximaal toege-
stane gewichten niet worden overschreden. ( →Blz. 187)
■ Ongelukken of letsel voorkomen
● Auto's met een compact reservewiel:
Rijd niet met een aanhangwagen wanneer het compacte reservewiel
onder uw auto is gemonteerd.
● Auto's met bandenreparatieset:
Rijd niet met een aanhangwagen wanneer een band is gemonteerd die is
gerepareerd met de bandenreparatieset.
● Gebruik de cruise control of Dynamic Radar Cruise Control (indien aan-
wezig) niet wanneer u met een aanhangwagen rijdt.
■ Rijsnelheid bij het rijden met een aanhangwagen
Overschrijd de maximum snelheid voor het rijden met een aanhangwagen
niet.
■ Voor het afrijden van een lange helling
Minder snelheid en schakel terug. Schakel bij het afdalen van een lange of
steile helling echter niet plotseling terug.
■ Werking van het rempedaal
Trap het rempedaal niet veelvuldig of gedurende een langere periode
achtereen in.
Hierdoor kan het remsysteem oververhit raken of kan de remwerking terug-
lopen.
OPMERKING
■Sluit de aanhangwagenverlichting op de juiste wijze aan
Onjuiste aansluiting van de aanhangwagenverlichting kan schade toebren-
gen aan het elektrische systeem van uw auto en een storing veroorzaken.
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE).book Page 196 Friday, October 30, 2015 12:02 PM
Page 197 of 548

197
4
4-2. Rijprocedures
Rijden
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE)
Startknop
Controleer of de parkeerrem is geactiveerd.
Controleer of de selectiehendel in stand P staat.
Trap het rempedaal stevig in.
wordt op het multi-informatiedisplay weergegeven.
Als dit niet wordt weergegeven, kan het hybridesysteem niet worden
gestart.
Druk op de startknop.
Als het controlelampje READY
gaat branden, werkt het hybride-
systeem normaal.
Houd het rempedaal ingetrapt tot
het controlelampje READY brandt.
Het hybridesysteem kan vanuit
iedere stand van het contact wor-
den gestart.
Controleer of het controlelampje READY brandt.
Wanneer het controlelampje READY uit is, kunt u niet wegrijden.
Als u de volgende handelingen uitv oert terwijl u een elektronische
sleutel bij u hebt, wordt het hybridesysteem gestart of de stand
van het contact veranderd.
Starten van het hybridesysteem
1
2
3
4
5
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE).book Page 197 Friday, October 30, 2015 12:02 PM
Page 198 of 548

1984-2. Rijprocedures
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE)
Breng de auto volledig tot stilstand.
Zet de selectiehendel in stand P.
Activeer de parkeerrem. (→Blz. 210)
Druk op de startknop.
Laat het rempedaal los en controleer of er niets meer wordt weer-
gegeven op het display in het instrumentenpaneel.
De stand kan worden gewijzigd door op de startknop te drukken zon-
der het rempedaal in te trappen. (De stand verandert iedere keer dat
op de knop wordt gedrukt.) UIT
*
De alarmknipperlichten kunnen
worden gebruikt.
Het multi-informatiedisplay wordt
niet weergegeven.
Stand ACC
Sommige elektrische componen-
ten zoals het audiosysteem kun-
nen worden gebruikt.
POWER ON (contact AAN) wordt
op het multi-informatiedisplay
weergegeven.
AAN
Alle elektrische componenten kun-
nen worden gebruikt.
POWER ON (contact AAN) wordt
op het multi-informatiedisplay
weergegeven.
*: Als de selectiehendel niet in standP staat en het hybridesysteem
wordt uitgezet, wordt het contact in
stand ACC gezet in plaats van UIT.
Uitschakelen van het hybridesysteem
Wijzigen van de standen van het contact
1
2
3
4
5
1
2
3
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE).book Page 198 Friday, October 30, 2015 12:02 PM
Page 199 of 548

1994-2. Rijprocedures
4
Rijden
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE)
Als de selectiehendel niet in stand P staat en het hybridesysteem
wordt uitgezet, wordt het contact in plaats van UIT in stand ACC
gezet. Voer de volgende procedure uit om het contact UIT te zetten:
Controleer of de parkeerrem is geactiveerd.
Zet de selectiehendel in stand P.
Controleer of “Turn Off Vehicle” (zet auto uit) op het multi-informatie-
display wordt weergegeven en druk de startknop eenmaal in.
Controleer of “Turn Off Vehicle” (z et auto uit) op het multi-informa-
tiedisplay uit is.
■ Auto power off-functie
Als het contact langer dan 20 minuten in stand ACC of langer dan een uur
AAN staat (hybridesysteem niet in werking) terwijl de selectiehendel in stand
P is staat, wordt het contact automatisch UIT gezet. Deze functie kan echter
niet geheel uitsluiten dat de 12V-accu ontladen raakt. Laat de auto niet gedu-
rende langere tijd in stand ACC of AAN staan terwijl het hybridesysteem niet
in werking is.
■ Geluiden en trillingen die kenme rkend zijn voor een hybrideauto
→Blz. 79
■ Leegraken batterij elektronische sleutel
→Blz. 140
■ Als de buitentemperatuur laag is, bi jvoorbeeld bij rijden in de winter
Als het hybridesysteem gestart wordt, knippert het controlelampje READY
mogelijk lang. Bedien de auto niet totdat het controlelampje READY continu
brandt. Continu branden betekent dat de auto in beweging kan komen.
■ Omstandigheden die de werking kunnen beïnvloeden
→Blz. 137
■ Aanwijzingen voor de instapfunctie
→Blz. 138
■ Als het hybridesysteem niet kan worden ingeschakeld
● De startblokkering is mogelijk niet uitgeschakeld. (→ Blz. 85)
Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
● Controleer of de selectiehendel goed in stand P staat. Mogelijk kan het
hybridesysteem niet worden gestart als de selectiehendel niet in stand P
staat. Er wordt een melding weergegeven op het multi-informatiedisplay.
Uitschakelen van het hybridesysteem met de selectiehendel in
een andere stand dan P
1
2
3
4
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE).book Page 199 Friday, October 30, 2015 12:02 PM
Page 200 of 548

2004-2. Rijprocedures
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE)■
Stuurslot
Nadat het contact UIT is gezet en de portieren zijn geopend en gesloten,
wordt het stuurwiel vergrendeld met de stuurslotfunctie. Als u nogmaals op
de startknop drukt, wordt het stuurslot automatisch weer uitgeschakeld.
■ Als het stuurslot niet ontgrendeld kan worden
■ Oververhitting van de elektromoto r van het stuurslot voorkomen
Om te voorkomen dat de elektromotor van het stuurslot oververhit raakt, kan
de werking worden onderbroken als het hybridesysteem in korte tijd herhaal-
delijk wordt in- en uitgeschakeld. Schakel het hybridesysteem in dat geval
niet in of uit. Na ongeveer 10 seconden zal de elektromotor van het stuurslot
weer functioneren.
■ Als op het multi-informatiedispl ay “Check Entry & Start System” (con-
troleer Smart entry-systeem met startknop) wordt weergegeven
Er is mogelijk een storing in het systeem aanwezig. Laat de auto meteen
nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Als het controlelampje READY niet gaat branden
Neem, als het controlelampje READY niet gaat branden nadat de juiste pro-
cedure voor het starten van de auto is gevolgd, direct contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Wanneer er een storing in het hybridesysteem aanwezig is
→Blz. 441
■ Als de batterij van de elektronische sleutel ontladen is
→Blz. 407
■ Bedienen van de startknop
●Eén keer kort en stevig indrukken van de startknop is voldoende om deze te
bedienen. Als de startknop niet op de juiste manier wordt ingedrukt, kan het
voorkomen dat het hybridesysteem niet start of dat de stand van het contact
niet verandert. U hoeft de startknop niet ingedrukt te houden.
● Als u probeert het hybridesysteem opnieuw te starten direct nadat het con-
tact UIT is gezet, dan start het hybridesysteem in sommige gevallen moge-
lijk niet. Wacht nadat u het contact UIT hebt gezet een paar seconden
voordat u het hybridesysteem opnieuw start.
Er wordt een melding weergegeven op
het multi-informatiedisplay.
Controleer of de selectiehendel in stand P
staat. Druk op de startknop terwijl u het
stuurwiel naar links en rechts beweegt.
RAV4-HV_OM_OM42A57E_(EE).book Page 200
Friday, October 30, 2015 12:02 PM