display TOYOTA RAV4 HYBRID 2021 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2021, Model line: RAV4 HYBRID, Model: TOYOTA RAV4 HYBRID 2021Pages: 626, PDF Size: 108.42 MB
Page 304 of 626

303
4
4-2. Rijprocedures
Rijden
●De selectiehendel staat in een vooruit- of
achteruitversnelling.
●Het motorcontrolelampje of het waarschu-
wingslampje van het remsysteem brandt
niet.
Als de functie voor het automatisch deactive-
ren niet werkt, deactiveer de parkeerrem dan
handmatig.
■Als “Parking Brake Temporarily
Unavailable” (parkeerrem tijdelijk niet
beschikbaar) wordt weergegeven op het
multi-informatiedisplay
Als de parkeerrem herhaaldelijk gedurende
korte tijd bediend wordt, zal het systeem de
werking beperken om oververhitting te voor-
komen. Gebruik de parkeerrem niet als dit
gebeurt. Na ongeveer 1 minuut zal de wer-
king weer normaal zijn.
■Als “Parking Brake Unavailable” (par-
keerrem niet beschikbaar) wordt weer-
gegeven op het multi-informatiedisplay
Bedien de parkeerremschakelaar. Als de
melding niet verdwijnt nadat de schakelaar
een aantal keer is be diend, zit er mogelijk
een storing in het systeem. Laat de auto
nakijken door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
■Geluid parkeerrem
Wanneer de parkeerrem geactiveerd is, kan
het geluid van een elektromotor (zoemend
geluid) hoorbaar zijn. Dit is normaal en duidt
niet op een storing.
■Waarschuwingslampje parkeerrem
●Afhankelijk van de stand van het con-
tact/de modus gaat het waarschuwings-
lampje van de parkeerrem branden en blijft
het branden zoals hieronder beschreven:
AAN: Brandt totdat de parkeerrem wordt
gedeactiveerd.
Niet AAN: Blijft gedurende ongeveer 15
seconden branden.
●Wanneer het contact UIT wordt gezet en
de parkeerrem geactiveerd is, zal het
waarschuwingslampje van de parkeerrem
gedurende ongeveer 15 seconden gaan
branden. Dit is normaal en duidt niet op
een storing.
■Bij een storing in de parkeerremschake-
laar
De automatische modus (automatisch active-
ren en deactiveren parkeerrem) wordt auto-
matisch ingeschakeld.
■Parkeren van de auto
Blz. 272
■Waarschuwingszoemer geactiveerde
parkeerrem
De zoemer klinkt als er met de auto wordt
gereden terwijl de parkeerrem is geactiveerd.
“Parking Brake ON” (parkeerrem geacti-
veerd) wordt weergegeven op het multi-infor-
matiedisplay (terwijl een rijsnelheid van 5
km/h is bereikt).
■Als het waarschuwingslampje van het
remsysteem gaat branden
Blz. 533
■Gebruik in de winter
Blz. 421
WAARSCHUWING
■Bij het parkeren
Laat een kind niet alleen in de auto achter.
De parkeerrem kan onbedoeld door een
kind worden gedeactiveerd en er bestaat
het gevaar dat de auto in beweging komt.
Dit kan leiden tot een ongeval waarbij ern-
stig letsel kan ontstaan.
■Parkeerremschakelaar
Plaats geen objecten in de buurt van de
parkeerremschakelaar. Objecten kunnen
de schakelaar hinderen en er mogelijk toe
leiden dat de parkeerrem onverwachts
wordt bediend.
OPMERKING
■Bij het parkeren
Zet de selectiehendel in stand P en acti-
veer de parkeerrem voordat u de auto ver-
laat en controleer of de auto niet beweegt.
■Wanneer een storing in het systeem
optreedt
Breng de auto op een veilige plaats tot stil-
stand en controleer de waarschuwings-
meldingen.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 303 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 306 of 626

305
4
4-2. Rijprocedures
Rijden
Als onder een van de bovenstaande omstan-
digheden het Brake Hold-systeem is inge-
schakeld, wordt het sy
steem uitgeschakeld
en gaat het controlelampje voor de stand-
bystand van het Brake Hold-systeem uit.
Wanneer een van deze omstandigheden zich
voordoet terwijl het systeem de remmen vast-
houdt, klinkt een waarschuwingszoemer en
wordt een melding weergegeven op het
multi-informatiedisplay. De parkeerrem wordt
dan automatisch geactiveerd.
■Brake Hold-functie
●Nadat het systeem ongeveer 3 minuten de
remmen heeft vastgehouden en het rem-
pedaal niet ingetrapt wordt, wordt automa-
tisch de parkeerrem geactiveerd. In dat
geval klinkt een zoemer en verschijnt er
een waarschuwingsmelding op het multi-
informatiedisplay.
●Trap het rempedaal krachtig in en druk
opnieuw op de schakelaar om het systeem
te deactiveren.
●De Brake Hold-functie kan de auto moge-
lijk niet stilhouden op een steile helling. In
deze situatie kan het nodig zijn dat de
bestuurder zelf het rempedaal ingetrapt
houdt. Er klinkt een waarschuwingszoemer
en het multi-informatiedisplay zal de
bestuurder over de situatie informeren.
Lees de op het multi-informatiedisplay
weergegeven waarschuwingsmelding en
volg de aanwijzingen op.
■Wanneer de parkeerrem automatisch
geactiveerd wordt terwijl het systeem
de remmen vasthoudt
Voer een van de volgende handelingen uit
om de parkeerrem te deactiveren:
●Trap het gaspedaal in. (De parkeerrem zal
niet automatisch gedeactiveerd worden als
de veiligheidsgordel niet is vastgemaakt.)
●Bedien de parkeerremsc hakelaar terwijl u
het rempedaal intrapt.
Controleer of het waarschuwingslampje van
de parkeerrem uitgaat. ( Blz. 301)
■Wanneer een controle door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige nodig
is
Als het controlelampje stand-bystand Brake
Hold-systeem (groen) niet brandt terwijl de
Brake Hold-schakelaar wordt ingedrukt en
aan de werkingsvoorwaarden van het Brake
Hold-systeem is voldaan, is het systeem
mogelijk defect. Laat de auto nakijken door
een erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
■Als “Brake Hold Malfunction Press
Brake to Deactivate Visit Your Dealer”
(Storing in Brake Hold-functie. Trap
rempedaal in om te deactiveren. Ga
naar uw dealer) of “Brake Hold Malfunc-
tion Visit Your Dealer” (Storing in Brake
Hold-functie. Ga naar uw dealer) op het
multi-informatiedisplay wordt weerge-
geven
Er is mogelijk een storing in het systeem aan-
wezig. Laat de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
■Waarschuwingsmeldingen en zoemers
Waarschuwingsmeldingen en zoemers wor-
den gebruikt om een systeemstoring aan te
geven of om de bestuurder te informeren dat
hij extra moet opletten. Lees de op het multi-
informatiedisplay weergegeven waarschu-
wingsmelding en volg de aanwijzingen op.
■Als het controlelampje Brake Hold-sys-
teem in werking knippert
Blz. 539
WAARSCHUWING
■Als de auto op een steile helling staat
Wees voorzichtig wanneer u het Brake
Hold-systeem gebruikt op een steile hel-
ling. De Brake Hold-functie kan de auto in
een dergelijke situatie mogelijk niet stil-
houden.
■Wanneer u stilhoudt op een glad
wegdek
Het systeem kan de auto niet stilhouden
wanneer de banden hun grip hebben ver-
loren. Gebruik het systeem niet wanneer u
stilhoudt op een glad wegdek.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 305 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 309 of 626

3084-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Zet om de verlichting weer in te schakelen
het contact AAN of zet de lichtschakelaar een
keer in stand en daarna weer in stand of .
■Zoemer verlichting
Er klinkt een zoemer als het contact in stand
ACC of UIT wordt gezet en het bestuurders-
portier wordt geopend terwijl de verlichting is
ingeschakeld.
■Automatische verticale koplampverstel-
ling
De koplamphoogte wordt automatisch gere-
geld op basis van het aant al passagiers in de
auto en de mate van belading om verblinding
van andere weggebruikers door de koplam-
pen te voorkomen.
■Energiebesparende functie 12V-accu
Type A
Om te voorkomen dat de 12V-accu van de
auto ontladen raakt wanneer de koplampen
en/of de achterlichten aan zijn terwijl het con-
tact UIT wordt gezet, schakelt de energiebe-
sparende functie van de 12V-accu alle
verlichting na ongeveer 20 minuten automa-
tisch uit.
Onder de volgende omstandigheden wordt
de energiebesparende functie van de 12V-
accu eenmaal uitgesc hakeld en vervolgens
weer geactiveerd. Alle verlichting gaat 20
minuten nadat de energiebesparende functie
van de 12V-accu weer is geactiveerd auto-
matisch uit:
●Wanneer de lichtschakelaar wordt bediend
●Wanneer een portier wordt geopend of
gesloten
Type B
Om te voorkomen dat de 12V-accu van de
auto ontladen raakt wanneer de lichtschake-
laar in de stand staat terwijl het contact
UIT wordt gezet, schakelt de energiebespa-
rende functie van de 12V-accu alle verlichting
na ongeveer 20 minuten automatisch uit.
Onder de volgende omstandigheden wordt
de energiebesparende functie van de 12V-
accu eenmaal uitgesc hakeld en vervolgens weer geactiveerd. Alle verlichting gaat 20
minuten nadat de energiebesparende functie
van de 12V-accu weer is geactiveerd auto-
matisch uit:
●Wanneer de lichtschakelaar wordt bediend
●Wanneer een portier wordt geopend of
gesloten
■Als “Headlight System Malfunction Visit
Your Dealer” (Storing in koplampsys-
teem. Ga naar uw dealer) op het multi-
informatiedisplay wordt weergegeven
Er is mogelijk een storing in het systeem aan-
wezig. Laat de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen (bijv. gevoeligheid lichtsen-
sor) kunnen worden gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoon-
lijke voorkeur sinstellingen: Blz. 600)
1 Druk bij ingeschakelde koplampen
de hendel van u af om het grootlicht
in te schakelen.
Door de hendel weer in de middenstand te
zetten, wordt het grootlicht weer uitgescha-
keld.
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de
12V-accu
Laat de verlichting niet langer ingescha-
keld dan noodzakelijk is als het hybride-
systeem niet in werking is.
Inschakelen van het grootlicht
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 308 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 312 of 626

311
4
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Rijden
liggers of anderen. In dergelijke gevallen
moet handmatig worden geschakeld tus-
sen grootlicht en dimlicht.
• Bij slecht weer (regen, sneeuw, mist, zand- stormen, enz.)
• Het zicht door de voorruit wordt belem- merd door damp, wasem, ijs, vuil, enz.
• De voorruit is gebarsten of beschadigd
• De camera voor is vervormd of vuil.
• Als de temperatuur van de camera voor extreem hoog is
• De helderheid van het omgevingslicht komt overeen met die van koplampen,
achterlichten of mistlampen.
• Als de koplampen of achterlichten van tegenliggers of voorli ggers zijn uitgescha-
keld, vuil zijn, een andere kleur hebben of
niet correct zijn afgesteld
• Als de auto wordt geraakt door water, sneeuw, stof, enz. van een voorligger
• In gebieden waar lichte en donkere stuk- ken elkaar afwisselen.
• Als geregeld en herhaal delijk over stij-
gende en dalende wegen wordt gereden,
of over wegen met een slecht of oneffen
wegdek (zoals klinkerwegen, grindwegen,
enz.)
• Als geregeld en herhaaldelijk over boch- tige wegen wordt gereden.
• Als er zich een st erk spiegelend voorwerp,
zoals een verkeersbord of spiegel, voor de
auto bevindt
• De achterzijde van een voorligger is sterk spiegelend, zoals een container op een
truck
• De koplampen van de auto zijn beschadigd of vuil of zijn niet correct afgesteld
• De auto helt naar één kant over door bij- voorbeeld een lekke band of ligt aan de
achterzijde wat lager doordat een aan-
hangwagen is aangekoppeld.
• Er wordt herhaaldelijk en op een abnor- male manier geschakeld tussen dimlicht
en grootlicht
• De bestuurder meent dat andere bestuur- ders of voetgangers last hebben van het
grootlicht
• De auto wordt gebruikt in een gebied waar men aan de andere kant van de weg rijdt.
Bijvoorbeeld, een auto bestemd voor
rechtsrijdend verkeer in een gebied voor
linksrijdend verkeer of vice versa
• Wanneer men door een lange tunnel rijdt.■Als “Headlight System Malfunction Visit
Your Dealer” (Storing in koplampsys-
teem. Ga naar uw dealer) op het multi-
informatiedisplay wordt weergegeven
Er is mogelijk een storing in het systeem aan-
wezig. Laat de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
■Dimlicht inschakelen
Trek de hendel naar u toe, zodat deze
in de oorspronkelijke stand terugkomt.
Het controlelampje van het Automatic High
Beam-systeem dooft.
Duw de hendel van u af om het Automatic
High Beam-systeem weer in te schakelen.
Handmatig in- en uitschakelen
van het grootlicht
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 311 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 330 of 626

329
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
Voor auto's die in Oekraïne zijn verkocht
Voor auto's die in Israël zijn verkocht
■Als een waarschuwingsmelding wordt weerge geven op het multi-informatiedisplay
Een van de systemen is mogelijk tijdelijk niet beschikbaar of er is mogelijk sprake van een sto-
ring in het betreffende systeem.
●Voer in de volgende situaties de in de t abel aangegeven acties uit. Als wordt gesignaleerd
dat weer aan de normale werkingsvoorwaarden wordt voldaan, verdwijnt de melding en
werkt het systeem weer normaal.
Neem, als de melding niet verdwijnt, contact op met een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren ge kwalificeerde en uitgeruste deskundige.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 329 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 333 of 626

3324-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
■Pre-Crash-waarschuwing
Wanneer het systeem oordeelt dat een
aanrijding aan de voorzijde waarschijn-
lijk is, klinkt er een zoemer en wordt er
een waarschuwingsmelding weergege-
ven op het multi-informatiedisplay om
de bestuurder aan te sporen om uit te
wijken.
■Pre-Crash Brake Assist
Wanneer het systeem oordeelt dat een
aanrijding aan de voorzijde waarschijn-
lijk is, past het een grotere remkracht
toe in relatie tot de kracht waarmee het
rempedaal wordt ingetrapt.
■Pre-Crash Brake-functie
Wanneer het systeem oordeelt dat de
kans op een frontale aanrijding zeer
groot is, worden de remmen automa-
tisch bekrachtigd om te helpen een
aanrijding te voorkomen of de snelheid
van de aanrijding te verlagen.
SysteemfunctiesWAARSCHUWING
■Beperkingen van het Pre-Crash
Safety-systeem
●De bestuurder is zelf verantwoordelijk
voor een veilig rijgedrag. Rijd altijd veilig
en houd rekening met de omgeving.
Gebruik het Pre-Crash Safety-systeem
nooit in plaats van normaal remmen. Dit
systeem voorkomt niet in alle gevallen
een aanrijding en vermindert ook niet
altijd de schade of het letsel bij de aan-
rijding. Vertrouw niet uitsluitend op dit
systeem. Als u dat wel doet, kan dat lei-
den tot een ongeval, met ernstig letsel
tot gevolg.
●Hoewel dit systeem is ontworpen om
aanrijdingen te helpen voorkomen of de
impact van een aanrijding te helpen ver-
minderen, is het effect afhankelijk van
allerlei omstandigheden. Hierdoor
bereikt het systeem m ogelijk niet altijd
hetzelfde prestatieniveau.
Lees de hierna gegeven aanwijzingen
aandachtig door. Vertrouw niet blinde-
lings op dit systeem en rijd altijd voor-
zichtig.
• Omstandigheden waaronder het sys- teem mogelijk werkt, zelfs als er geen
kans op een aanrijding is: Blz. 335
• Omstandigheden waaronder het sys- teem mogelijk niet juist werkt:
Blz. 336
●Probeer niet zelf de werking van het
Pre-Crash Safety-systeem te testen.
Afhankelijk van de objec ten die voor het
testen worden gebruikt (dummy's, kar-
tonnen imitaties van signaleerbare
objecten, enz.) werkt het systeem
mogelijk niet goed, hetgeen kan leiden
tot een ongeval.
■Pre-Crash Brake-functie
●Als de Pre-Crash Brake-functie in wer-
king is, wordt er veel remkracht toege-
past.
●Als de auto wordt stilgezet door de wer-
king van de Pre-Crash Brake-functie,
wordt de werking van de functie na
ongeveer 2 seconden uitgeschakeld.
Trap indien nodig het rempedaal in.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 332 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 334 of 626

333
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■In-/uitschakelen van het Pre-
Crash Safety-systeem
Het Pre-Crash Safety-systeem kan
worden ingeschakeld/uitgeschakeld via
het scherm ( Blz. 138) van het
multi-informatiedisplay.
Het systeem wordt automatisch ingescha-
keld telkens wanneer het contact AAN wordt
gezet.
Als het systeem wordt uitgeschakeld,
gaat het waarschuwingslampje PCS
branden en wordt er een melding weer-
gegeven op het multi-informatiedisplay.
WAARSCHUWING
●De Pre-Crash Brake-functie werkt
mogelijk niet, afhankelijk van de bedie-
ning van de auto door de bestuurder.
Als het gaspedaal diep wordt ingetrapt
of het stuurwiel wordt gedraaid, oordeelt
het systeem mogelijk dat de bestuurder
een uitwijkactie uitvoert en werkt het
Pre-Crash Brake-systeem mogelijk niet.
●Terwijl het Pre-Crash Brake-systeem is
ingeschakeld, wordt in sommige geval-
len de werking ervan mogelijk uitge-
schakeld, wanneer het gaspedaal diep
wordt ingetrapt of het stuurwiel wordt
gedraaid en het systeem oordeelt dat de
bestuurder een uitwijkactie uitvoert.
●Als het rempedaal wordt ingetrapt, oor-
deelt het systeem mogelijk dat de
bestuurder een uitwijkactie uitvoert en
stelt het mogelijk het werkingstijdstip
van de Pre-Crash Brake-functie uit.
■Wanneer moet het Pre-Crash Safety-
systeem worden uitgeschakeld
Schakel in de volgende situaties het sys-
teem uit, omdat het mogelijk niet juist
werkt, hetgeen kan leiden tot een ongeval
waarbij ernstig letsel kan ontstaan:
●Als de auto wordt gesleept
●Bij het slepen van een andere auto
●Bij het vervoeren van de auto op een
vrachtwagen, boot, trein of vergelijkbaar
transportmiddel
●Wanneer de auto wordt opgetakeld ter-
wijl het hybridesysteem aan staat en de
wielen vrij kunnen draaien
●Bij het controleren van de auto op een
rollenbank, bijvoorbeeld een vermo-
gensbank of een snelheidsmetertester,
of bij het balanceren van de wielen op
de auto
●Als er veel kracht wordt uitgeoefend op
de voorbumper of de grille door een
aanrijding of een andere oorzaak
●Als niet op een stabiele wijze kan wor-
den gereden met de auto, bijvoorbeeld
als hij betrokken is geweest bij een
ongeval of als er storingen zijn
●Als met een sportieve rijstijl of in het ter-
rein wordt gereden
●Als de banden niet de juiste banden-
spanning hebben
●Als de banden zeer versleten zijn
●Als er een andere maat banden dan
voorgeschreven is gemonteerd
●Als er sneeuwkettingen zijn aange-
bracht
●Wanneer er een compact reservewiel is
gemonteerd of een bandenreparatieset
is gebruikt
●Als er tijdelijk uitrusting (sneeuwploeg,
enz.) die de radarsensor of de camera
voor kan hinderen op de auto is
geplaatst
Wijzigen van instellingen van
het Pre-Crash Safety-systeem
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 333 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 335 of 626

3344-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
■Wijzigen van de timing van de
Pre-Crash-waarschuwing
De timing van de Pre-Crash-waarschu-
wing kan worden gewijzigd via het
scherm ( Blz. 138) van het multi-
informatiedisplay.
De instelling van de timing van de waarschu-
wing blijft behouden als het contact UIT
wordt gezet. Als het Pre-Crash Safety-sys-
teem echter is uitgeschakeld en weer is ingeschakeld, wordt de timing weer inge-
steld op de standaardinstelling (gemiddeld).1
Vroeg
2 Gemiddeld
Dit is de standaardinstelling.
3Laat
■Werkingsvoorwaarden
Het Pre-Crash Safety-systeem wordt ingeschakeld en het systeem oordeelt dat de kans op een
frontale aanrijding met een obstakel groot is.
Voor de werking van elke f unctie gelden de volgende snelheden:
●Pre-Crash-waarschuwing
●Pre-Crash Brake Assist
Signaleerbare objectenRijsnelheidSnelheidsverschil tussen uw
auto en het object
VoertuigenOngeveer 10 - 180 km/hOngeveer 10 - 180 km/h
Fietsers en voetgangers*Ongeveer 10 - 80 km/hOngeveer 10 - 80 km/h
Signaleerbare objectenRijsnelheidSnelheidsverschil tussen uw
auto en het object
VoertuigenOngeveer 30 - 180 km/hOngeveer 30 - 180 km/h
Fietsers en voetgangers*Ongeveer 30 - 80 km/hOngeveer 30 - 80 km/h
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 334 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 339 of 626

3384-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
• Wanneer er wordt gereden op een plek waar de helderheid van het omgevingslicht
plotseling verandert, zoals bij het in- of uit-
rijden van een tunnel
• Nadat het hybridesysteem is gestart en de auto een poosje heeft stilgestaan
• Bij het afslaan naar links/rechts en gedu- rende een paar seconden na het afslaan
naar links/rechts
• Bij het rijden in een bocht en een paar seconden na het rijden in een bocht
• Wanneer uw auto slipt
• Wanneer de voorzijde van de auto is ver- hoogd of verlaagd
• Als de wielen niet goed zijn uitgelijnd
• Als een ruitenwisserblad de camera voor blokkeert
• Er wordt met extreem hoge snelheden gereden
• Als op een helling wordt gereden
• Wanneer de radarsensor of de camera voor niet goed is uitgelijnd
●In sommige situaties, zoals de onder-
staande, kan wellicht onvoldoende rem-
kracht worden gerealiseerd, waardoor het
systeem mogelijk niet goed werkt:
• Als de remfuncties niet optimaal kunnen functioneren, bijvoorbeeld doordat onder-
delen van het remsysteem extreem koud
of warm, of nat zijn
• Als de auto niet goed wordt onderhouden (extreem versleten remdelen of banden,
onjuiste bandenspanning, enz.)
• Als er met de auto gereden wordt op grind of een andere gladde ondergrond
*1: Van toepassing op uitvoeringen voor lan-
den waar geen fietsers kunnen worden
gesignaleerd ( Blz. 331)
*2: Van toepassing op uitvoeringen voor lan-
den waar voetgangers en/of fietsers kun-
nen worden gesignaleerd ( Blz. 331)
■Als de VSC wordt uitgeschakeld
●Als de VSC wordt uitgeschakeld
( Blz. 412), worden ook de Pre-Crash
Brake Assist-functie en de Pre-Crash
Brake-functie uitgeschakeld.
●Het waarschuwingslampje PCS gaat bran-
den en “VSC Turned Off Pre-Collision
Brake System Unavailable” (VSC uitge-
schakeld, Pre-Crash Brake-systeem niet
beschikbaar) wordt weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 338 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 341 of 626

3404-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
WAARSCHUWING
●Bij het rijden met een aanhangwagen*
of tijdens het slepen in een noodgeval
*: Auto's die een aanhangwagen kunnen
trekken. ( Blz. 280)
■Voorkomen van storingen in het LTA-
systeem en onbedoeld uitgevoerde
handelingen
●Breng geen wijzigingen aan de koplam-
pen aan en plak geen stickers op het
lampglas.
●Breng geen wijzigingen aan de wielop-
hanging, enz. aan. Als onderdelen van
de wielophanging moeten worden ver-
vangen, neem dan contact op met een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
●Monteer of plaats geen voorwerpen op
de motorkap of de grille. Monteer ook
geen accessoires aan de voorzijde van
de auto (bullbars, enz.).
●Als uw voorruit gerepareerd moet wor-
den, neem dan contact op met een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
■Omstandigheden waaronder de func-
ties mogelijk niet goed werken
In de volgende situaties werken de func-
ties mogelijk niet goed, waardoor de auto
zijn rijstrook zou kunnen verlaten. Houd
om veilig te rijden de omgeving steeds
goed in de gaten, bedien het stuurwiel om
de rijrichting van de auto te corrigeren en
vertrouw niet uitsluitend op de werking van
het systeem.
●Wanneer het display voor rijden met de
volgregeling wordt weergegeven
( Blz. 344) en de voorligger van rij-
strook wisselt. (Uw auto volgt mogelijk
de voorligger en wisselt ook van rij-
strook.)
●Wanneer het display voor rijden met de
volgregeling wordt weergegeven
( Blz. 344) en de voorligger slingert.
(Mogelijk gaat uw auto dienovereen-
komstig ook slingeren en verlaat moge-
lijk de rijstrook.)
●Wanneer het display voor rijden met de
volgregeling wordt weergegeven
( Blz. 344) en de voorligger zijn rij-
strook verlaat. (Uw auto volgt mogelijk
de voorligger en verlaat mogelijk de rij-
strook.)
●Wanneer het display voor rijden met de
volgregeling wordt weergegeven
( Blz. 344) en de voorligger zeer dicht
op de rijstrookmarkering links/rechts
rijdt. (Uw auto volgt mogelijk de voorlig-
ger en verlaat mogelijk de rijstrook.)
●Er wordt gereden in een scherpe bocht.
●Er bevinden zich naast de weg objecten
die onterecht kunnen worden aangezien
voor witte (gele) lijnen (vangrails, reflec-
terende palen, enz.).
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 340 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM