air condition TOYOTA RAV4 HYBRID 2021 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2021, Model line: RAV4 HYBRID, Model: TOYOTA RAV4 HYBRID 2021Pages: 626, PDF Size: 108.42 MB
Page 2 of 626
RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE)
1
6 5
4
3
2
8
7
OverzichtZoeken op afbeelding
Veiligheid
en beveiligingZorg ervoor dat u dit leest
(Belangrijkste onderwerpen: kinderzitje, antidiefstalsysteem)
Voertuigstatus-
informatie en
controlelampjesLezen van rijgerelateerde informatie
(Belangrijkste onderwerpen: tellers, multi-informatiedisplay)
Voordat u gaat
rijdenOpenen en sluiten van de portieren en ruiten, afstellen vóór het rijden
(Belangrijkste onderwerpen: sleutels, portieren, stoelen, elektrisch
bedienbare ruiten)
Rijden
Handelingen en adviezen die v oor het rijden moeten worden
opgevolgd
(Belangrijkste onderwerpen: starten van het hybridesysteem, tanken)
Voorzieningen in
het interieurGebruik van de voorzieningen in het interieur
(Belangrijkste onderwerpen: airconditioning,
opbergmogelijkheden)
Onderhoud en
verzorgingDe zorg voor uw auto en onderhoudsprocedures
(Belangrijkste onderwerpen: interieur en exterieur, lampen)
Bij problemenInformatie over wat u moet doen bij een storing en noodgeval
(Belangrijkste onderwerpen: ontladen 12V-accu, lekke band)
Vo e r t u i g -
specificatiesVoertuigspecificaties, systemen met mogelijkheden voor
persoonlijke voorkeursinstellingen
(Belangrijkste onderwerpen: brandstof, olie, bandenspanning)
IndexZoeken op symptoom
Alfabetisch zoeken
PZ49X-42D32-NL
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 1 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 4 of 626
3INHOUDSOPGAVE
1
6 5
4
3
2
8
7
4-1. Voordat u gaat rijden
Rijden met de auto ................... 272
Lading en bagage .................... 278
Rijden met een aanhangwagen (Azerbeidzjan en Georgië)..... 280
Rijden met een aanhangwagen (behalve Azerbeidzjan en
Georgië)................................. 280
4-2. Rijprocedures Startknop.................................. 290
EV-modus ................................ 294
Hybridetransmissie .................. 296
Richtingaanwijzerschakelaar ... 300
Parkeerrem .............................. 301
Brake Hold ............................... 304
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Lichtschakelaar ........................ 307
AHB (Automatic High Beam) ... 309
Schakelaar mistlampen............ 312
Ruitenwissers en -sproeiers..... 313
Achterruitenwisser en -sproeier ................................ 316
4-4. Tanken Openen van de tankdop........... 318
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Toyota Safety Sense................ 320
PCS (Pre-Crash Safety- systeem) ................................ 331
LTA (Lane Tracing Assist) ....... 339
RSA (Road Sign Assist) ........... 348
Dynamic Radar Cruise Control met volledig snelheidsbereik . 352
Cruise control ........................... 363
Snelheidsbegrenzer ................. 366
BSM (Blind Spot Monitor) ........ 368Toyota Parking Assist-sensor ..
383
PKSB (Parking Support Brake) .................................... 391
Parking Support Brake-functie (voor stilstaande objecten)..... 396
Parking Support Brake-functie (voor voertuigen die
achterlangs rijden) ................. 402
Rijmodusselectieschakelaar..... 406
Trail-modus (AWD-uitvoeringen) ............... 408
GPF-systeem (benzineroetfilter) ................... 410
Ondersteunende systemen ...... 411
4-6. Rijtips Rijden met een hybrideauto ..... 418
Rijden in de winter.................... 420
Voorzorgsmaatregelen bij terreinauto's ...................... 423
5-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Automatische airconditioning ... 428
Stuurwielverwarming/ stoelverwarming/
stoelventilatoren..................... 434
5-2. Gebruik van de interieurverlichting
Overzicht interieurverlichting .... 43
7
5-3. Gebruik van de opbergmogelijkheden
Overzicht van opbergmogelijkheden ............ 440
Voorzieningen in de bagageruimte ......................... 444
5-4. Gebruik van de overige voorzieningen in het interieur
Overige voorzieningen
in het interieur ........................ 450
4Rijden
5Voorzieningen in het interieur
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 3 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 17 of 626
16Overzicht
Display....................................................................................................... Blz. 132
Energiemonitor .......................................................................................... Blz. 142
Als een waarschuwingsmelding wordt weergegeven ................................ Blz. 543
Richtingaanwijzerschakelaar ................................................................. Blz. 300
Lichtschakelaar ....................................................................................... Blz. 307
Koplampen/parkeerlichten voor/achterlichten/
kentekenplaatverlichting/dagrijverlichting .................................................. Blz. 307
Mistlampen voor
*1/mistachterlicht*1........................................................... Blz. 312
Schakelaar ruitenwissers en -sproeiers................................................ Blz. 313
Schakelaar achterruitenwisse r en -sproeier .............................................. Blz. 316
Gebruik .............................................................................................. Blz. 313, 316
Bijvullen van ruitensproei ervloeistof .......................................................... Blz. 475
Waarschuwingsmeldi ngen ........................................................................ Blz. 543
Schakelaar alarmknipperlichten ............................................................ Blz. 524
Ontgrendelingshendel motorkap ........................................................... Blz. 468
Ontgrendelingshendel stuurverstelling ................................................ Blz. 250
Verstellen .................................................................................................. Blz. 250
Airconditioning ........................................................................................ Blz. 428
Gebruik ...................................................................................................... Blz. 428
Achterruitverwarming ................................................................................ Blz. 430
Audiosysteem
*1, 2
Ontgrendelschakelaar tankdopklep ...................................................... Blz. 319
*1: Indien aanwezig
*2: Raadpleeg de handleiding voor het navigatie- en multimediasysteem of de handleiding voor het multimediasysteem.
E
F
G
H
I
J
K
L
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 16 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 25 of 626
24Overzicht
Display....................................................................................................... Blz. 132
Energiemonitor .......................................................................................... Blz. 142
Als een waarschuwingsmelding wordt weergegeven ................................ Blz. 543
Richtingaanwijzerschakelaar ................................................................. Blz. 300
Lichtschakelaar ....................................................................................... Blz. 307
Koplampen/parkeerlichten voor/achterlichten/
kentekenplaatverlichting/dagrijverlichting .................................................. Blz. 307
Mistlampen voor
*1/mistachterlicht ............................................................. Blz. 312
Schakelaar ruitenwissers en -sproeiers................................................ Blz. 313
Schakelaar achterruitenwisse r en -sproeier .............................................. Blz. 316
Gebruik .............................................................................................. Blz. 313, 316
Bijvullen van ruitensproei ervloeistof .......................................................... Blz. 475
Waarschuwingsmeldi ngen ........................................................................ Blz. 543
Schakelaar alarmknipperlichten ............................................................ Blz. 524
Ontgrendelingshendel motorkap ........................................................... Blz. 468
Bedieningshendel stuurverstelling ....................................................... Blz. 250
Verstellen .................................................................................................. Blz. 250
Airconditioning ........................................................................................ Blz. 428
Gebruik ...................................................................................................... Blz. 428
Achterruitverwarming ................................................................................ Blz. 430
Audiosysteem
*1, 2
Ontgrendelschakelaar tankdopklep ...................................................... Blz. 319
*1: Indien aanwezig
*2: Raadpleeg de handleiding voor het navigatie- en multimediasysteem of de handleiding voor het multimediasysteem.
E
F
G
H
I
J
K
L
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 24 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 289 of 626
2884-1. Voordat u gaat rijden
■Acceleratie/stuurcommando's/
bochtengedrag
In te krappe bochten kan de aanhang-
wagen de auto raken. Reduceer uw
snelheid voordat u een bocht nadert en
neem bochten met een zodanige snel-
heid dat plotseling remmen niet nodig
is.
■Belangrijke punten met betrek-
king tot het aans nijden van boch-
ten
De wielen van de aanhangwagen
maken een krappere bocht dan de wie-
len van de auto. Snijd bochten daarom
ruimer aan dan u zou doen als u niet
met een aanhangwagen rijdt.
■Belangrijke punten met betrek-
king tot de stabiliteit
Een slecht wegdek en krachtige zijwind
zullen de wegligging en het rijgedrag
beïnvloeden. Ook bij het inhalen van
bussen of grote vrachtwagens of het
ingehaald worden door dergelijke voer-
tuigen, kunnen de aanhangwagen en
de auto gaan slingeren. Kijk bij het rij-
den langs dergelijke voertuigen veelvul-
dig in uw spiegels. Verminder vaart
door voorzichtig het rempedaal in te
trappen zodra u ziet dat de aanhang-
wagen gaat slingeren. Houd tijdens het
remmen het stuurwiel altijd in de recht-
uitstand.
■Passeren van andere auto's
Houd rekening met de totale lengte van
uw auto en de aanhangwagen en zorg
ervoor dat er voldoende tussenafstand
is voordat u van rijstrook verandert.
■Informatie over de transmissie
Rijd niet in stand D teneinde effectief op
de motor te kunnen blijven afremmen.
(Blz. 296)
■Als het hybridesysteem overver-
hit raakt
Het rijden met een aanhangwagen op
een lange, steile helling bij buitentem-
peraturen hoger dan 30°C kan ertoe lei-
den dat het hybridesysteem oververhit
raakt. Als de koelvloeistoftemperatuur-
meter aangeeft dat het hybridesysteem
oververhit raakt, schakel dan direct de
airconditioning uit en breng de auto op
een veilige plaats tot stilstand.
(Blz. 576)
■Bij het parkeren
Plaats altijd wielblokken onder de wie-
len van de auto en de aanhangwagen.
Zorg ervoor dat de auto goed op de
parkeerrem staat en zet de selectiehen-
del in stand P.
■Inrijden
Toyota raadt het rijden met een aanhangwa-
gen af gedurende de eerste 800 km als er
onderdelen van de aandrijflijn van de auto
vervangen zijn.
■Onderhoud
●Als met de auto regelmatig met een aan-
hangwagen wordt gereden, moet er vaker
onderhoud worden uitgevoerd omdat de
auto zwaarder belast wordt dan bij het rij-
den zonder aanhangwagen.
●Draai nadat er ongeveer 1.000 km met een
aanhangwagen is gereden alle bouten van
de trekhaak nogmaals vast.
■Als de aanhangwagen slingert
Een of meerdere factoren (sterke zijwind,
passerende voertuigen, een slecht wegdek,
enz.) kunnen een negatieve invloed hebben
op de stabiliteit van de auto met een aan-
hangwagen, waardoor instabiliteit kan wor-
den veroorzaakt.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 288 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 331 of 626
3304-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
●Als in de volgende situaties de situatie is gewijzigd (of enige tijd met de auto is gereden) en
wordt gesignaleerd dat weer aan de normale werkingsvoorwaarden wordt voldaan, verdwijnt
de melding en werkt het systeem weer normaal.
Neem, als de melding niet verdwijnt, contact op met een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren ge kwalificeerde en uitgeruste deskundige.
• Als de temperatuur rondom de camera voor niet binnen het werkingsbereik ligt, bijvoorbeeld
doordat de auto in de zon of een zeer koude omgeving staat
• Als de camera voor geen objecten voor de auto kan detecteren, zoals 's nachts op een onverlichte weg, bij sneeuw, bij mist of als er fel licht in de camera voor schijnt
SituatieHandelingen
Als het gedeelte rondom een sensor bedekt is
met vuil, vocht (condens, ijs, enz.) of andere
verontreinigingenMaak om het gedeelte van de voorruit voor de
camera voor te reinigen gebruik van de ruiten-
wissers of de voorruitverwarming van het air-
conditioningsysteem ( Blz. 429).
Als de temperatuur rondom de camera voor
niet binnen het werkingsbereik ligt, bijvoor-
beeld doordat de auto in de zon of een zeer
koude omgeving staat
Als de camera voor heet is, bijvoorbeeld door-
dat de auto in de zon heeft gestaan, maak dan
gebruik van de airconditioning om het
gedeelte rondom de camera voor af te koelen.
Als bij het parkeren van de auto gebruik is
gemaakt van een zonnescherm, kan bij
bepaalde typen zonnescherm door het zon-
licht dat door het oppervlak ervan wordt gere-
flecteerd de temperatuur van de camera voor
extreem hoog oplopen.
Als de camera voor koud is, bijvoorbeeld
doordat de auto in een zeer koude omgeving
heeft gestaan, maak dan gebruik van het air-
conditioningsysteem om het gedeelte rondom
te camera voor op te warmen.
Het gedeelte vóór de camera voor wordt afge-
dekt, bijvoorbeeld doordat de motorkap is
geopend of doordat een sticker op het
gedeelte van de voorruit vóór de camera voor
is geplakt.
Sluit de motorkap, verwijder de sticker, enz.,
zodat de camera voor niet meer wordt afge-
dekt.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 330 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 387 of 626
3864-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Als er een waarschuwingsmelding wordt
weergegeven terwijl de sensor schoon is, is
er mogelijk een storing aanwezig in de sen-
sor. Laat de auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige.
■Als “Parking Assist Unavailable” (Par-
king Assist niet beschikbaar) wordt
weergegeven op het multi-informatie-
display (auto's met PKSB)
●Er kan continu water over de sensor stro-
men, zoals bij zware regenval. Als het sys-
teem signaleert dat de toestand weer
normaal is, zal het systeem weer normaal
werken.
●Mogelijk is het systeem na het losnemen
en weer aansluiten van een accuklem niet
geïnitialiseerd. Initialiseer het systeem.
( Blz. 386)
Als deze melding na de initialisatie nog
steeds wordt weergegeven, laat de auto
dan controleren door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
■Als een accuklem is losgenomen en
weer is aangesloten (auto's met PKSB)
Het systeem moet worden geïnitialiseerd.
Rijd om het systeem te initialiseren gedu-
rende ten minste 5 seconden recht vooruit
met een snelheid van ongeveer 35 km/h of
hoger.
■Detectie-informatie sensoren
●Het detectiegebied van de sensoren is
beperkt tot het gebied rond de voor- en
achterbumper van de auto.
●Tijdens het gebruik kunnen zich de vol-
gende situaties voordoen:
• Afhankelijk van de vorm van het object en andere factoren kan de detectieafstand
korter worden of kan detectie niet mogelijk
zijn.
• Als het stilstaande object zich te dicht bij de sensor bevindt, is detectie wellicht niet
mogelijk.
• Tussen het signaleren van een statisch object en de weergave zit een kleine ver-
traging (geluid waarschuwingszoemer).
Ook als er met lage snelheid wordt gere-
den, bestaat de mogelijkheid dat het object
binnen 30 cm van de sensoren komt voor-
dat het display wordt weergegeven en de
waarschuwingszoemer hoorbaar is. • Het kan moeilijk zijn om de zoemer te
horen als het audiosysteem hard staat of
als de luchtcirculati e van de airconditioning
veel geluid produceert.
• Het kan moeilijk zijn om de geluidssignalen te horen ten gevolge van geluiden van
andere systemen.
■Omstandigheden waaronder de functie
mogelijk niet goed werkt
De staat van de auto en de omgeving kunnen
van invloed zijn op de capaciteit van de sen-
sor om objecten correct te signaleren. Speci-
fieke situaties waarin dit voor kan komen ziet
u hieronder.
●De sensor is bedekt met vuil, sneeuw of ijs.
(Het reinigen van de sensoren zal het pro-
bleem oplossen.)
●De sensor is bevroren. (Het ontdooien van
de sensor zal het probleem oplossen.)
Vooral bij lage buitentemperaturen kan het
gebeuren dat er ten gevolge van een
bevroren sensor een abnormaal beeld te
zien is op het display of dat objecten, zoals
een muur, niet worden gesignaleerd.
●Een sensor wordt ergens door afgedekt.
●Wanneer een sensor of de omgeving van
een sensor zeer heet of koud is.
●De auto rijdt op een bijzonder hobbelige
weg, op een helling, op grind of op gras.
●Er is veel omgevingslawaai rond de auto
van claxons, motorfietsmotoren, luchtrem-
men van vrachtwagens of andere geluids-
bronnen die ultrasone geluidsgolven
produceren.
●Er is een andere auto uitgerust met Par-
king Assist-sensoren in de nabije omge-
ving.
●Een sensor is bedekt met een waterfilm of
er is sprake van zware regenval.
●Als een sensor wordt geraakt door een
grote hoeveelheid water, zoals bij het rij-
den op een overstroomde weg.
●Als de auto sterk naar één kant helt.
●De auto nadert een hoge of gebogen
stoeprand.
●Als het object zich te dicht bij de sensor
bevindt.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 386 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 407 of 626
4064-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
• Bij het achteruitrijden op een helling met een grote verandering in het hellingsper-
centage
• Wanneer een voertuig een bocht maakt in het detectiegebied
■Auto's met de motor voorin en
voorwielaandrijving
1 ECO-rijmodus
Geschikt voor het rijden met een lager
brandstofverbruik doordat er soepeler kop-
pel wordt gegenereerd in reactie op de
bediening van het gaspedaal dan in de nor-
male modus en beperking van de werking
van het airconditioningsysteem (verwar-
men/koelen).
Als de schakelaar wordt ingedrukt terwijl de
ECO-rijmodus niet inges chakeld is, schakelt
het systeem naar de ECO-rijmodus en gaat
de ECO-rijmodusindicator in het multi-infor-
matiedisplay branden.
Rijmodusselectie-
schakelaar
De rijmodi kunnen worden gese-
lecteerd overeenkomstig de rij- en
gebruiksomstandigheden.
Selecteren van een rijmodus
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 406 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 408 of 626
407
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
2
Normale modus
Geschikt voor normaal rijden.
De rijmodus gaat naar de normale modus
als de schakelaar wordt ingedrukt in de
ECO-rijmodus of sportmodus.
3Sportmodus
Regelt het stuurgevoel en het hybridesys-
teem voor een acceleratiereactie die
geschikt is voor een sportieve rijstijl.
Geschikt voor wanneer wendbaarheid
gewenst is, bijvoorbeeld bij het rijden in
bergachtige gebieden.
Als de schakelaar wordt ingedrukt terwijl de
sportmodus niet inge schakeld is, schakelt
het systeem naar de sportmodus en gaat het
controlelampje voor de sportmodus in het
multi-informatiedisplay branden.
■AWD-uitvoeringen
1 ECO-rijmodus
Geschikt voor het rijden met een lager
brandstofverbruik doordat er soepeler kop-
pel wordt gegenereerd in reactie op de
bediening van het gaspedaal dan in de nor-
male modus en beperking van de werking
van het airconditioningsysteem (verwar-
men/koelen). Als de schakelaar naar links wordt gedraaid
terwijl de ECO-rijmodus
niet is ingeschakeld,
schakelt het systeem naar de ECO-rijmodus
en gaat de ECO-rijmodusindicator op het
multi-informatiedisplay branden.
2 Normale modus
Geschikt voor normaal rijden.
De rijmodus gaat naar de normale modus
als de schakelaar wordt ingedrukt in de
ECO-rijmodus of sportmodus.
3Sportmodus
Regelt het stuurgevoel en het hybridesys-
teem voor een acceleratiereactie die
geschikt is voor een sportieve rijstijl.
Geschikt voor wanneer wendbaarheid
gewenst is, bijvoorbeeld bij het rijden in
bergachtige gebieden.
Als de schakelaar naar rechts wordt
gedraaid terwijl de sportmodus niet is inge-
schakeld, schakelt het systeem naar de
sportmodus en gaat het controlelampje voor
de sportmodus op het multi-informatiedis-
play branden.
■Als een andere rijmodus geselecteerd
wordt dan de normale modus
●De achtergrondkleur van het multi-informa-
tiedisplay wijzigt overeenkomstig de gese-
lecteerde rijmodus.
●Als de snelheidsmeter is ingesteld op ana-
loge weergave, wijzigt ook de kleur van het
snelheidsmeterdisplay . (Alleen auto's met
7 inch multi-informatiedisplay)
●De kleur van de schakelaar wijzigt over-
eenkomstig de geselecteerde rijmodus.
(AWD-uitvoeringen met 7-inch multi-infor-
matiedisplay)
■Werking airconditioningsysteem in
ECO-rijmodus
In de ECO-rijmodus worden de verwar-
ming/koeling en de aanjagersnelheid gere-
geld voor een zo laag mogelijk
brandstofverbruik. Voer de volgende proce-
dures uit om de prestaties van de airconditio-
ning te verbeteren.
●Wijzig de aanjagersnelheid ( Blz. 429)
●Annuleren ECO-rijmodus
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 407 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 419 of 626
4184-6. Rijtips
4-6.Rijtips
Bij gebruik van de ECO-rijmodus kan
het koppel dat correspondeert met de
mate waarin het gaspedaal wordt inge-
trapt geleidelijker worden afgegeven
dan onder normale omstandigheden.
Bovendien wordt de werking van de air-
conditioning (verwarmen/koelen) gemi-
nimaliseerd zodat er minder brandstof
verbruikt wordt. (Blz. 406)
Milieubewust rijden is mogelijk door de
hybridesysteemindicator binnen de
Eco-zone te houden. ( Blz. 123, 129)
Zet de selectiehendel in stand D als u
moet wachten bij een verkeerslicht of
als u in druk verkeer rijdt. Selecteer
stand P wanneer de auto geparkeerd
wordt. Als u stand N gebruikt, is er
geen positief effect op het brandstofver-
bruik. In stand N werkt de benzinemo-
tor, maar kan er geen elektriciteit
worden opgewekt. Ook bij gebruik van
de airconditioning, enz. wordt het ver-
mogen van het batterijpakket (tractie-
batterij) verbruikt.
Rijd zo vloeiend mogelijk. Voorkom
onnodig snel accelereren en hard
remmen. Wanneer geleidelijk wordt
geaccelereerd en gedecelereerd,
worden de voordelen van de elektro-
motor (tractiemotor) beter benut,
zodat het brandstofverbruik van de
benzinemotor lager is.
Voorkom herhaaldelijk accelereren.
Herhaaldelijk accelereren put het
batterijpakket (tractiebatterij) uit
waardoor de auto meer brandstof
verbruikt. Het batterijpakket kan wor-
den opgeladen door tijdens het rij-
den het gaspedaal iets te laten
opkomen.
Rem rustig en tijdig. Er kan meer elek-
trische energie worden geregenereerd
tijdens het decelereren.
Herhaaldelijk accelereren en decelere-
ren en ook langdurig wachten bij ver-
keerslichten veroorzaakt een hoog
brandstofverbruik. Raadpleeg de ver-
keersberichten en vermijd files zo veel
mogelijk. Laat, als u in een file komt te
staan, het rempedaal geleidelijk opko-
men zodat de auto zachtjes vooruitrijdt
en vermijd overmatig gebruik van het
gaspedaal. Dit helpt het benzinever-
bruik te beperken.
Rijden met een
hybrideauto
Besteed aandacht aan de vol-
gende punten om zuinig en milieu-
vriendelijk te rijden:
Gebruik van de ECO-rijmodus
Gebruik van de
hybridesysteemindicator
Bedienen van de
selectiehendel
Bedienen van het
gaspedaal/rempedaal
Bij het remmen
Files
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 418 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM