YAMAHA CYGNUS 125 2012 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2012, Model line: CYGNUS 125, Model: YAMAHA CYGNUS 125 2012Pages: 80, PDF Size: 0.99 MB
Page 1 of 80

4P9-F819D-D5
XC125
HANDLEIDING
Lees deze handleiding aandachtig door voordat u deze 
machine gaat gebruiken.
4P9-F819D-D5_CS.indd   14P9-F819D-D5_CS.indd   1
2011/09/06   14:29:262011/09/06   14:29:26 
Page 2 of 80

DAU46090
Q 
Lees deze handleiding aandachtig door voordat u deze machine gaat gebruiken. Deze handleiding dient bij de machine te 
blijven als deze wordt verkocht.
4P9-F819D-D5_CS.indd   24P9-F819D-D5_CS.indd   2
2011/08/22   13:48:292011/08/22   13:48:29
Process BlackProcess Black 
Page 3 of 80

DAU10050
INLEIDING
DAU10113
Welkom in de wereld van Yamaha!
Als eigenaar van de XC125 profi teert u van de enorme ervaring en technische kennis van Yamaha op het gebied van het ontwerpen 
en fabriceren van hoogwaardige producten, waarmee Yamaha zijn reputatie van betrouwbaarheid heeft verworven.
Neem rustig de tijd om deze handleiding aandachtig door te lezen, zodat u plezier zult hebben van alle functies van uw XC125. De 
Gebruikershandleiding geeft instructies voor de bediening, inspectie en het onderhoud van de scooter, en beschrijft hoe u uzelf en an-
deren kunt beschermen tegen persoonlijk letsel of schade.
De vele tips in deze handleiding helpen u bovendien om uw scooter in optimale conditie te houden. Als er ten slotte toch nog vragen 
zijn, aarzel dan niet en neem contact op met de Yamaha dealer.
Het Yamaha team wenst u veilig en plezierig rijden toe. En vergeet niet, veiligheid voor alles!
Yamaha werkt voortdurend aan verbeteringen ten aanzien van productontwerp en kwaliteit. Om deze reden kan er soms sprake zijn 
van kleine verschillen tussen uw scooter en de beschrijving ervan in deze handleiding, ook al bevat de handleiding de meest recente 
productinformatie ten tijde van publicatie. Als u vragen hebt over deze handleiding, neem dan contact op met uw Yamaha dealer.
DWA12411
WAARSCHUWING
Lees deze handleiding aandachtig helemaal door voordat u deze scooter gaat gebruiken.
4P9-F819D-D5_CS.indd   34P9-F819D-D5_CS.indd   3
2011/08/22   13:48:292011/08/22   13:48:29
Process BlackProcess Black 
Page 4 of 80

DAU10122
BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING
DAU10133
Bijzonder belangrijke informatie is in deze handleiding gemarkeerd met de volgende aanduidingen:QDit is het Safety Alert-symbool. Het wordt gebruikt om u te waarschuwen voor risico’s op 
persoonlijk letsel. Volg alle veiligheidsaanwijzingen bij dit symbool op om mogelijk letsel of 
overlijden te voorkomen.
WAARSCHUWING
Een WAARSCHUWING duidt een gevaarlijke situatie aan die, indien niet vermeden, kan re-
sulteren in ernstig letsel of overlijden.
LET OP
De aanduiding LET OP staat bij speciale voorzorgen die moeten worden genomen om scha-
de aan de machine of andere eigendommen te voorkomen.
OPMERKING
De aanduiding OPMERKING staat bij belangrijke informatie die procedures kan vergemakkelijken 
of verhelderen.
*Product en specifi caties kunnen zonder voorafgaande aankondiging worden gewijzigd.
4P9-F819D-D5_CS.indd   44P9-F819D-D5_CS.indd   4
2011/08/22   13:48:292011/08/22   13:48:29
Process BlackProcess Black 
Page 5 of 80

DAU10122
BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING
DAUT1390
XC125
HANDLEIDING
©2011 Yamaha Motor Taiwan Co., Ltd.
1e Uitgave, Oktober 2011
Alle rechten voorbehouden.
Elke vorm van herdruk of onbevoegd gebruik
zonder schriftelijke toestemmin van
Yamaha Motor Taiwan Co., Ltd.
is uitdrukkelijk verboden.
Gedrukt in Nederland.
4P9-F819D-D5_CS.indd   54P9-F819D-D5_CS.indd   5
2011/08/22   13:48:292011/08/22   13:48:29
Process BlackProcess Black 
Page 6 of 80

DAU10210
INHOUDSOPGAVEVEILIGHEIDSINFORMATIE ............... 1-1
Andere aandachtspunten voor veilig 
 rijden ............................................. 1-5
BESCHRIJVING .................................. 2-1
Aanzicht linkerzijde .......................... 2-1
Aanzicht rechterzijde ........................ 2-2
Bedieningen en instrumenten .......... 2-3
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN 
BEDIENINGEN .................................... 3-1
Contactslot/stuurslot ......................... 3-1
Afdekplaatje sleutelgat ..................... 3-2
Controle- en 
 waarschuwingslampjes ................. 3-2
Snelheidsmeter ................................ 3-3
Multifunctioneel display .................... 3-3
Stuurschakelaars ............................. 3-5
Voorremhendel ................................. 3-6
Achterremhendel .............................. 3-6
Tankdop ........................................... 3-7
Brandstof .......................................... 3-7
Uitlaatkatalysatoren .......................... 3-9
Kickstarter ........................................ 3-9
Zadel .............................................. 3-10
Opbergcompartimenten ................. 3-10
Zijstandaard ................................... 3-11
Startspersysteem ........................... 3-12
VOOR UW VEILIGHEID - CONTROLES 
VOOR HET RIJDEN ............................ 4-1GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-IN-
FORMATIE .......................................... 5-1
Starten van de motor ........................ 5-1
Wegrijden ......................................... 5-2
Sneller en langzamer rijden ............. 5-2
Remmen ........................................... 5-2
Tips voor een zuinig 
 brandstofverbruik .......................... 5-3
Inrijperiode ....................................... 5-3
Parkeren ........................................... 5-4
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTEL-
LINGEN ............................................... 6-1
Boordgereedschapsset .................... 6-2
Periodiek onderhoudsschema voor het 
uitstootcontrolesysteem ................ 6-3
Algemeen smeer- en 
 onderhoudsschema ...................... 6-4
Panelen verwijderen en 
 aanbrengen ................................... 6-7
Controleren van de bougie ............... 6-8
Motorolie en olieaanzuigzeef ......... 6-10
Eindoverbrengingsolie .................... 6-12
Luchtfi lter en luchtfi lterelementen in v-
snaarbehuizing ........................... 6-13
De vrije slag van de gasgreep controle-
ren ............................................... 6-15
Klepspeling ..................................... 6-15
Banden ........................................... 6-16
Gietwielen ...................................... 6-17Vrije slag van remhendel 
 controleren .................................. 6-18
Vrije slag van achterremhendel 
 afstellen ...................................... 6-18
Controleren van voorremblokken en 
achterremschoenen .................... 6-19
Controleren van 
 remvloeistofniveau ...................... 6-19
Remvloeistof verversen .................. 6-20
Kabels controleren en smeren ....... 6-21
Controleren en smeren van 
  gasgreep en gaskabel ................ 6-21
Smeren van voor- en 
 achterremhendels ....................... 6-21
Middenbok en zijstandaard controleren 
en smeren ................................... 6-22
Voorvork controleren ...................... 6-23
Stuursysteem controleren .............. 6-23
Controleren van wiellagers ............. 6-24
Accu ............................................... 6-24
Zekeringen vervangen ................... 6-26
Koplampgloeilamp vervangen ........ 6-27
Gloeilamp in voorste richtingaanwijzer 
vervangen ................................... 6-28
Vervangen van gloeilamp voor 
  remlicht/achterlicht of van gloeilamp 
voor achterste richtingaanwijzer . 6-28
Parkeerlichtgloeilamp vervangen ... 6-29
Problemen oplossen ...................... 6-29
Storingzoekschema ........................ 6-31
4P9-F819D-D5_CS.indd   64P9-F819D-D5_CS.indd   6
2011/08/22   13:48:292011/08/22   13:48:29
Process BlackProcess Black 
Page 7 of 80

DAU10210
INHOUDSOPGAVE
VERZORGING EN STALLING VAN DE 
SCOOTER ........................................... 7-1
Matkleur, let op ................................. 7-1
Verzorging ........................................ 7-1
Stalling ............................................. 7-4
SPECIFICATIES ................................. 8-1
GEBRUIKERSINFORMATIE .............. 9-1
Identifi catienummers ........................ 9-1
4P9-F819D-D5_CS.indd   74P9-F819D-D5_CS.indd   7
2011/08/22   13:48:292011/08/22   13:48:29
Process BlackProcess Black 
Page 8 of 80

1
2
3
4
5
6
7
8
9
1-1
DAU10221
Q
 VEILIGHEIDSINFORMATIE
DAU10269
Wees een verantwoordelijke eigenaar
Als eigenaar van de machine bent u ver-
antwoordelijk voor de veilige en juiste be-
diening ervan.
Scooters zijn tweewielige voertuigen.
Voor een veilig gebruik zijn de toepassing 
van de juiste rijtechnieken en de ervaring 
van de bestuurder van belang. Elke be-
stuurder moet bekend zijn met de volgen-
de vereisten alvorens met deze scooter te 
gaan rijden.
Hij of zij moet:●  Door een competente informatiebron 
grondig zijn ingelicht over alle aspec-
ten van scooterrijden.●  Zich houden aan de waarschuwingen 
en onderhoudseisen zoals vermeld in 
deze Gebruikershandleiding.●  Grondig getraind zijn in veilige en 
correcte rijtechnieken.●  Gebruikmaken van professionele 
technische service, zoals aangege-
ven in deze Gebruikershandleiding 
en/of wanneer de mechanische con-
dities dit vereisen.
Veilig rijden
Voer vóór elke rit de controles voor het 
rijden uit om u ervan te verzekeren dat 
de machine in veilige staat verkeert. On-voldoende inspectie of onderhoud van de 
machine vergroot het risico op ongeval of 
schade. Zie pagina 4-2 voor een lijst met 
controles voor het rijden.
●  Deze scooter is gebouwd voor het 
vervoer van de bestuurder plus een 
passagier.●  Het niet opmerken en herkennen van 
scooters door andere weggebruikers 
vormt de belangrijkste oorzaak van 
auto-/scooterongevallen. Vaak wor-
den ongevallen veroorzaakt doordat 
een autobestuurder de scooter niet 
heeft gezien. Zorg dat u opvalt, dat 
blijkt het meest effectief om het risico 
op een dergelijk type ongeval te ver-
minderen.
Dus:
•  Draag een jack in felle kleuren.
•  Wees extra voorzichtig bij het na-
deren en passeren van kruisingen, 
daar doen ongelukken met scoo-
ters zich namelijk het meest voor.
•  Ga daar rijden waar andere weg-
gebruikers u kunnen zien. Ga niet 
rijden in de dode zichthoek van 
een andere weggebruiker.●  Bij veel ongevallen zijn onervaren be-
stuurders betrokken. Vaak waren bij 
een ongeval betrokken bestuurders zelfs niet in het bezit van een geldig 
rijbewijs.
•  Zorg dat u bekwaam bent om te 
rijden en leen uw scooter alleen uit 
aan ervaren scooterrijders.
•  Weet wat u wel en niet aankunt. 
Door rekening te houden met uw 
beperkingen helpt u ongelukken 
voorkomen.
•  We raden aan om het scooterrijden 
te oefenen op plekken waar geen 
verkeer is, totdat u grondig bekend 
bent met de scooter en zijn bedie-
ning.
●  Ongelukken worden vaak veroorzaakt 
door een fout van de scooterbestuur-
der. Veel bestuurders houden bij het 
ingaan van een bocht een te hoge 
rijsnelheid aan of gaan onvoldoende 
schuinliggen voor de rijsnelheid, 
waardoor ze wijd uit de bocht komen.
•  Neem altijd de maximumsnelheid 
in acht en rijd nooit sneller dan de 
wegcondities en het verkeer toe-
staan.
•  Geef altijd richting aan voordat u 
afslaat of van rijstrook wisselt. Zorg 
dat andere weggebruikers u kun-
nen zien.●  De zithouding van de bestuurder en 
de passagier is belangrijk voor een 
DAU10221
Q
 VEILIGHEIDSINFORMATIE
4P9-F819D-D5_CS.indd   1-14P9-F819D-D5_CS.indd   1-1
2011/08/22   13:48:292011/08/22   13:48:29
Process BlackProcess Black 
Page 9 of 80

1
2
3
4
5
6
7
8
9
1-2
DAU10221
Q
 VEILIGHEIDSINFORMATIE
goede besturing.
•  De bestuurder moet tijdens het 
rijden beide handen aan het stuur 
houden en beide voeten op de 
bestuurdersvoetsteunen, om zo de 
macht over het stuur te behouden.
•  De passagier hoort steeds de be-
stuurder, de zadelband of de hand-
greep, indien aanwezig, met beide 
handen vast te houden en beide 
voeten op de passagiersvoetsteu-
nen te houden. Neem nooit een 
passagier mee die niet in staat is 
om beide voeten stevig op de pas-
sagiersvoetsteunen te zetten.
●  Rijd nooit onder invloed van alcohol 
of andere drugs.●  Deze scooter is uitsluitend ontworpen 
voor gebruik op verharde wegen. 
De machine is niet bedoeld voor off-
roadgebruik.
Beschermende uitrusting
Scooterongelukken met dodelijke afloop 
betreffen meestal hoofdletsel. Het dragen 
van een helm is de belangrijkste factor bij 
het voorkomen of reduceren van hoofdlet-
sel.●  Draag altijd een goedgekeurde helm.●  Draag ook een vizier of een veilig-
heidsbril. Zonder oogbescherming kan uw zicht door de rijwind verslech-
teren, waardoor u gevaren mogelijk 
te laat opmerkt.
●  Door een jack, stevige schoenen, een 
lange broek, handschoenen e.d. te 
dragen verkleint u de kans op schaaf-
wonden of ontvellingen.●  Draag nooit loszittende kleding, deze 
kan blijven haken aan schakelhand-
grepen of door de wielen worden 
gegrepen en zo een ongeval of letsel 
veroorzaken.●  Draag altijd beschermende kleding 
die uw benen, enkels en voeten be-
dekt. De motor en het uitlaatsysteem 
kunnen tijdens en na het rijden zeer 
heet zijn en brandwonden veroorza-
ken.●  De hierboven vermelde voorzorgs-
maatregelen gelden ook voor passa-
giers.
Voorkom koolmonoxidevergiftiging
De uitlaatgassen van verbrandingsmoto-
ren bevatten koolmonoxide, een dodelijk 
gas. Inademing van koolmonoxide kan 
hoofdpijn, duizeligheid, sufheid, misselijk-
heid, verwarring en uiteindelijk de dood 
veroorzaken.
Koolmonoxide is een kleurloos, reukloos, 
smaakloos gas dat ook aanwezig kan zijn als u geen uitlaatgassen ziet of ruikt. Het 
koolmonoxideniveau kan zeer snel oplo-
pen, waardoor u het bewustzijn kunt ver-
liezen en uzelf niet meer kunt redden. In 
afgesloten of slecht geventileerde ruimtes 
kunnen dodelijke hoeveelheden koolmo-
noxide dagenlang blijven hangen. Als u 
symptomen van koolmonoxidevergiftiging 
ervaart, verlaat de ruimte dan onmiddellijk, 
ga naar de open lucht en ROEP MEDI-
SCHE HULP IN.
●  Laat de motor niet binnen draaien. 
Zelfs als u ventileert met ventilatoren 
of open ramen en deuren kan de 
hoeveelheid koolmonoxide snel oplo-
pen tot gevaarlijke niveaus.●  Laat de motor niet draaien in slecht 
geventileerde of deels afgesloten 
ruimtes zoals schuren of garages.●  Laat de motor niet buiten draaien op 
plaatsen waar de uitlaatgassen in 
een gebouw kunnen worden getrok-
ken via openingen zoals ramen en 
deuren.
Beladen
Het monteren van accessoires of het ver-
voer van bagage kan een negatief effect 
hebben op de rijstabiliteit en het wegge-
drag als hierdoor de gewichtsverdeling 
van de scooter verandert. Wees uiterst 
4P9-F819D-D5_CS.indd   1-24P9-F819D-D5_CS.indd   1-2
2011/08/22   13:48:292011/08/22   13:48:29
Process BlackProcess Black 
Page 10 of 80

1
2
3
4
5
6
7
8
9
1-3
DAU10221
Q
 VEILIGHEIDSINFORMATIE
voorzichtig bij het monteren van acces-
soires of het beladen van uw scooter, om 
zo mogelijke ongevallen te vermijden. Pas 
extra op wanneer u op een scooter rijdt 
die beladen is of waaraan accessoires zijn 
gemonteerd. Hieronder volgen naast de 
informatie over accessoires enkele richtlij-
nen voor het beladen van uw scooter:
Het totale gewicht van de bestuurder, 
passagier, accessoires en bagage 
mag de maximale gewichtslimiet niet 
overschrijden. Rijden met een te zwaar 
belaste machine kan leiden tot een on-
geval.Maximale belasting:
157 kg (346 lb)
Let op het volgende wanneer u tot deze 
gewichtslimiet belaadt:●  Het zwaartepunt van bagage en ac-
cessoires moet zo laag en zo dicht 
mogelijk bij de scooter liggen. Beves-
tig zware goederen zo dicht mogelijk 
bij het midden van de machine en 
verdeel het gewicht zo gelijkmatig 
mogelijk over beide zijden om onba-
lans of instabiliteit te minimaliseren.●  Als gewicht gaat schuiven kan zich 
een plotselinge onbalans voordoen. 
Controleer voordat u gaat rijden of accessoires en bagage stevig aan de 
scooter zijn bevestigd. Controleer de 
bevestigingspunten voor accessoires 
en bagage regelmatig.
•  Pas de vering aan de te vervoeren 
bagage aan (alleen voor modellen 
met instelbare vering) en contro-
leer de toestand en spanning van 
uw banden.
•  Bevestig nooit omvangrijke of 
zware goederen aan het stuur, de 
voorvork of het voorwielspatbord. 
Dergelijke items kunnen een in-
stabiel weggedrag of een te trage 
reactie op het stuur veroorzaken.
●  Deze machine is niet ontworpen 
voor het trekken van een aanhan-
ger of bevestiging van een zijspan.
Originele Yamaha accessoires
De keuze van accessoires voor uw ma-
chine vormt een belangrijke beslissing. 
Originele Yamaha accessoires, die alleen 
verkrijgbaar zijn bij de Yamaha dealer, zijn 
door Yamaha ontwikkeld, getest en goed-
gekeurd voor gebruik op uw machine.
Veel bedrijven die niet zijn gelieerd aan 
Yamaha produceren onderdelen en ac-
cessoires of bieden aanpassingssets voor 
Yamaha voertuigen. Yamaha kan niet 
alle producten testen die deze bedrijven produceren. Om die reden kan Yamaha 
accessoires die niet door Yamaha zijn 
verkocht of wijzigingen die niet door zijn 
Yamaha zijn aangeraden niet goedkeuren 
of aanbevelen, zelfs niet als deze zijn ver-
kocht en geïnstalleerd door een Yamaha 
dealer.
In de handel verkrijgbare onderdelen, 
accessoires en aanpassingssets
Hoewel er producten verkrijgbaar zijn die 
qua ontwerp en kwaliteit sterk lijken op 
originele Yamaha accessoires, dient u te 
beseffen dat sommige in de handel ver-
krijgbare accessoires of aanpassingssets 
niet geschikt zijn vanwege mogelijke vei-
ligheidsrisico’s voor uzelf of anderen. Het 
monteren van in de handel verkrijgbare 
producten of het verrichten van aanpas-
singen die de ontwerp- of bedieningsken-
merken van uw machine wijzigen kan het 
risico op ernstig letsel of overlijden van 
uzelf of anderen vergroten. U bent ver-
antwoordelijk voor letsel dat voortvloeit uit 
wijzigingen aan de machine.
Volg bij de montage van accessoires de 
onderstaande richtlijnen en die vermeld 
onder het kopje “Beladen”.
●  Monteer nooit accessoires en vervoer 
nooit bagage als deze een nadelige 
invloed hebben op de prestaties van 
4P9-F819D-D5_CS.indd   1-34P9-F819D-D5_CS.indd   1-3
2011/08/22   13:48:292011/08/22   13:48:29
Process BlackProcess Black