YAMAHA MT-07 2021 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2021, Model line: MT-07, Model: YAMAHA MT-07 2021Pages: 96, PDF Size: 3.53 MB
Page 21 of 96

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-6
3
DAU92180
Multifunctionele meter
De multifunctionele meter heeft ook een
modus voor helderheidsregeling.
WAARSCHUWING
DWA12423
Zor g d at de machine stilstaat voor dat u
wijzi gin gen in d e instellin gen van de
multifunctionele meter g aat aanbren-
g en. Het aan bren gen van wijzi gin gen tij-
d ens het rij den kan u aflei den en
ver groot het risico op een on geval.
DAU92191
De weer gave-eenhed en wisselen
U kunt de weergave-eenheden wisselen
tussen kilometers en mijlen.
Om de weergave-eenheden te wisselen1. Stel het multifunctionele display in op
de kilometerteller en schakel dan de
machine uit.
2. Houd de schakelaar “TRIP” ingedrukt
en schakel de machine in.
3. Blijf de schakelaar “TRIP” ingedrukt houden totdat de weergave-eenhe-
den wijzigen.
DAU86831
Snelhei dsmeter
De snelheidsmeter geeft de rijsnelheid van
het voertuig aan.
DAU87170
Toerenteller
Met de toerenteller kan de bestuurder het
motortoerental controleren en dit binnen
het ideale bereik houden.LET OP
DCA10032
Laat de motor niet draaien terwijl de toe-
renteller in d e rode zone wijst.
Ro de zone: 10000 tpm en hog er
1. Eco-controlelampje “ECO”
2. Snelheidsmeter
3. Toerenteller
4. Aanduiding ingeschakelde versnelling
5. Klok
6. Brandstofniveaumeter
7. Multifunctioneel display
1. “TRIP/INFO”-schakelaar
2
13
6
754
1
1. Toerenteller
2. Rode zone toerenteller
1
2
UBATD0D0.book Page 6 Tuesday, October 27, 2020 3:36 PM
Page 22 of 96

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-7
3
DAU86841
Bran dstofniveaumeter
De brandstofniveaumeter geeft aan hoe-
veel brandstof in de tank aanwezig is. De
displaysegmenten van de brandstofniveau-
meter verdwijnen van “F” (vol) naar “E”
(leeg) naarmate het brandstofniveau verder
daalt. Als er ongeveer 2.7 L (0.71 US gal,
0.59 Imp.gal) brandstof in de brandstoftank
over is, gaat het laatste segment knipperen.
Vul zo snel mogelijk brandstof bij.OPMERKINGAls er een probleem wordt gedetecteerd in
het elektrische circuit, gaan de segmenten
van de brandstofniveaumeter knipperen.
Als dit zich voordoet, vraag dan een
Yamaha dealer de machine te controleren.
DAU90820
Eco-controlelampje
Dit controlelampje gaat aan wanneer de
machine wordt gebruikt op een milieuvrien-
delijke, energiezuinige manier. Het contro-
lelampje gaat uit als u de machine stopt.OPMERKINGHierna volgen enkele tips om het brand-
stofverbruik te verlagen:
Voer het motortoerental tijdens acce-
lereren niet te hoog op.
Rijd met een constante snelheid.
Selecteer de versnelling die geschikt
is voor de snelheid van de machine.
DAU92201
Klok
De klok maakt gebruik van een 12-uursy-
steem.
De klok instellen1. Druk terwijl de kilometerteller wordt
weergegeven op de schakelaar
“TRIP” totdat de urenaanduiding be-
gint te knipperen.
2. Gebruik de schakelaar “TRIP” om de
uren in te stellen.
3. Druk op de schakelaar “INFO” en de minutenaanduiding zal gaan knippe-
ren.
4. Gebruik de schakelaar “TRIP” om de minuten in te stellen.
5. Druk op de schakelaar “INFO” om de instellingen te bevestigen.
1. Brandstofniveaumeter
1
1. Eco-controlelampje “ECO”
1
1. Klok
1
UBATD0D0.book Page 7 Tuesday, October 27, 2020 3:36 PM
Page 23 of 96

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-8
3
DAU87391
Aan dui din g in geschakel de versnellin g
Deze aanduiding geeft aan welke versnel-
ling is ingeschakeld. De vrijstand wordt
aangegeven door “–” en door het vrijstand-
controlelampje.
DAU92211
Multifunctioneel display Het multifunctionele display toont de vol-
gende voorzieningen:
een kilometerteller (ODO)
twee rittellers (TRIP 1 en TRIP 2)
een brandstofreserve-ritteller (TRIP F)
een weergave van het huidige brand-
stofverbruik (km/L, L/100 km of MPG)
een weergave van het gemiddelde
brandstofverbruik (AVE_ _._ km/L,
AVE_ _._ L/100 km of AVE_ _ _._ MPG)
een weergave koelvloeistoftempera-
tuur (_ _ °C)
een weergave luchttemperatuur (Air_
_ °C)
Druk op de schakelaar “TRIP” om de weer-
gave te wisselen in de onderstaande volg-
orde:
ODO → TRIP 1 → TRIP 2 → TRIP F → km/L
of L/100 km of MPG → AVE_ _._ km/L of
AVE_ _._ L/100 km of AVE_ _._ MPG → _ _
°C → Air_ _ °C → ODO
OPMERKINGDe brandstofreserve-ritteller wordt al-
leen weergegeven wanneer het
brandstofniveau laag is.
Druk op de schakelaar “INFO” om de
weergave in de omgekeerde volgorde
te wisselen.
DAU86890
Kilometerteller
De kilometerteller toon t de totale afstand
die door de machine is afgelegd.OPMERKINGDe kilometerteller wordt vergrendeld bij
999999 en kan niet worden teruggesteld.
DAU92221
Rittellers
De rittellers tonen de afgelegde afstand
sinds de tellers voor het laatst werden te-
ruggesteld.
Stel om een ritteller terug te stellen het dis-
play in op de betreffende ritteller en houd
terwijl de cijfers knipperen de schakelaar
“INFO” ingedrukt totdat de terugstelling
plaatsvindt.OPMERKINGDe rittellers worden teruggesteld en blijven
tellen nadat 9999.9 is bereikt.
DAU92231
Bran dstofreserve-ritteller
Als het laatste segment van de brandstofni-
veaumeter begint te knipperen, wisselt de
weergave automatisch naar de brandstof-
reserve-ritteller “TRIP F” en wordt de afge-
legde afstand vanaf dat punt aangegeven.
1. Aanduiding ingeschakelde versnelling
1. Multifunctioneel display
1
1
UBATD0D0.book Page 8 Tuesday, October 27, 2020 3:36 PM
Page 24 of 96

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-9
3
Om de brandstofreserve-ritteller terug te
stellen, wisselt u naar de weergave van de
brandstofreserve-ritteller en houdt u terwijl
de cijfers knipperen de schakelaar “INFO”
ingedrukt totdat de terugstelling plaats-
vindt.OPMERKINGAls u de brandstofreserve-ritteller niet
handmatig terugstelt, wordt deze automa-
tisch teruggesteld en verdwijnt deze van
het display zodra u na het tanken 5 km
(3 mi) hebt gereden.
DAU92241
Weer gave hui dig b ran dstofver bruik
Deze weergave toont het brandstofverbruik
onder de huidige rijomstandigheden. De
weergave kan worden ingesteld op “km/L”
of “L/100 km”, of “MPG” wanneer mijlen worden gebruikt. Houd om te wisselen tus-
sen de eenheden voor het brandstofver-
bruik de schakelaar “TRIP” ingedrukt totdat
de eenheid wordt gewijzigd.
“km/L”: de afstand die kan worden af-
gelegd op 1.0 L brandstof.
“L/100 km”: de hoeveelheid brandstof
die nodig is om 100 km af te leggen.
“MPG”: de afstand die kan worden af-
gelegd op 1.0 Imp.gal brandstof.
OPMERKINGBij snelheden onder 10 km/h (6 mi/h) wordt
DAU87790
OPMERKINGHet huidige verbruik dient alleen gebruikt te
worden als algemene referentie. Gebruik
dit getal niet om de afstand te schatten die
met de huidige brandstoftank kan worden
afgelegd.
DAU92251
Weer gave gemi ddel d b ran dstofver bruik
Deze weergave toont het gemiddelde
brandstofverbruik sinds de weergave op
nul is teruggezet. De weergave van het ge-
middelde brandstofverbruik kan worden in-
gesteld op “AVE_ _._ km/L” of “AVE_ _._
L/100 km”, of “AVE_ _._ MPG” wanneer
mijlen worden gebruikt. Houd om te wisse-
len tussen de eenheden voor het brand-
stofverbruik de schakelaar “TRIP”
ingedrukt totdat de eenheid wordt gewij-
zigd. “AVE_ _._ km/L”: de gemiddelde af-
stand die kan worden afgelegd op
1.0 L brandstof.
“AVE_ _._ L/100 km”: de gemiddelde
hoeveelheid brandstof die nodig is om
100 km af te leggen.
1. Weergave huidig brandstofverbruik
1
1. Weergave gemiddeld brandstofverbruik
1
UBATD0D0.book Page 9 Tuesday, October 27, 2020 3:36 PM
Page 25 of 96

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-10
3
“AVE_ _._ MPG”: de gemiddelde af-
stand die kan worden afgelegd op
1.0 Imp.gal brandstof.OPMERKINGOm de weergave terug te stellen, wis-
selt u naar de weergave voor het ge-
middelde brandstofverbruik en houdt
u terwijl de cijfers knipperen de scha-
kelaar “INFO” ingedrukt totdat de te-
rugstelling plaatsvindt.
Nadat de weergave is teruggesteld,
wordt “_ _._” weergegeven totdat eni-
ge afstand met de machine is gere-
den.
DAU90900
Weer gave koelvloeistoftemperatuur Deze weergave toont de koelvloeistoftem-
peratuur van 40 °C tot 116 °C in stappen
van 1 °C.
Als de melding “Hi” knippert, stop dan het
voertuig, stop vervolgens de motor en laat
de motor afkoelen. (Zie pagina 6-36.)
OPMERKING
Als de koelvloeistoftemperatuur lager
is dan 40 °C, wordt “Lo” weergege-
ven.
De koelvloeistoftemperatuur is afhan-
kelijk van de weersomstandigheden
en de motorbelasting.
DAU90923
Weer gave luchttemperatuur Deze weergave toont de luchttemperatuur
van –9 °C tot 99 °C in stappen van 1 °C. De
weergegeven temperatuur kan afwijken
van de werkelijke omgevingstemperatuur.
OPMERKING
weergegeven.
DAU92261
Hel
derhei dsre gelin g
De weergavehelderheid van de multifuncti-
onele meter kan worden ingesteld.
Om de helderheid in te stellen1. Schakel de machinevoeding uit.
2. Houd de schakelaar “INFO” inge- drukt.
1. Weergave koelvloeistoftemperatuur
1
1. Luchttemperatuurweergave
1
1. Weergave helderheidsniveau
1
UBATD0D0.book Page 10 Tuesday, October 27, 2020 3:36 PM
Page 26 of 96

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-11
3
3. Schakel de machinevoeding in en blijf
de schakelaar “INFO” ingedrukt hou-
den totdat de weergave wisselt naar
de helderheidsregeling.
4. Druk op de schakelaar “TRIP” om het
helderheidsniveau in te stellen.
5. Druk op de schakelaar “INFO” om het geselecteerde helderheidsniveau te
bevestigen en de helderheidsregeling
te verlaten.OPMERKINGEr zijn 4 helderheidsniveaus.
DAU1234R
StuurschakelaarsLinks
Rechts
DAU12352
Lichtsi gnaalschakelaar “ ”
Druk deze schakelaar in om de koplamp
een lichtsignaal te laten afgeven.OPMERKINGAls de dimlichtschakelaar is ingesteld
op Ž, heeft de lichtsignaalschakelaar
geen effect.
DAU12402
Dimlichtschakelaar “ / ”
Zet deze schakelaar op “ ” voor groot-
licht en op “ ” voor dimlicht.
DAU12461
Richtin gaanwijzerschakelaar “ / ”
Druk deze schakelaar naar “ ” om afslaan
naar rechts aan te geven. Druk deze scha-
kelaar naar “ ” om afslaan naar links aan
te geven. Na loslaten keert de schakelaar
terug naar de middenstand. Om de rich-
tingaanwijzers uit te schakelen wordt de
schakelaar ingedrukt nadat hij is terugge-
keerd in de middenstand.
DAU12501
Claxonschakelaar “ ”
Druk deze schakelaar in om een claxonsig-
naal te geven.
1. Lichtsignaalschakelaar “ ”
2. “TRIP/INFO”-schakelaar
3. Dimlichtschakelaar “ / ”
4. Richtingaanwijzerschakelaar “ / ”
5. Claxonschakelaar “ ”
1. Stop/Run/Start-schakelaar “ / / ”
2. Schakelaar alarmverlichting “OFF/ ”1
2
3
4
5
1
2
UBATD0D0.book Page 11 Tuesday, October 27, 2020 3:36 PM
Page 27 of 96

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-12
3
DAU54213
Stop/Run/Start-schakelaar “ / / ”
Om de motor te starten met de startmotor,
zet u deze schakelaar op “ ” en drukt u de
schakelaar vervolgens omlaag naar “ ”.
Zie pagina 5-2 voor startinstructies voordat
u de motor start.
Zet deze schakelaar op “ ” om de motor
direct uit te schakelen in een noodgeval,
zoals wanneer de machine omslaat of als
de gaskabel blijft hangen.
DAU88272
Schakelaar alarmverlichtin g “OFF/ ”
Met deze schakelaar wordt de alarmver-
lichting ingeschakeld (gelijktijdig knipperen
van alle richtingaanwijzers). De alarmver-
lichting wordt gebruikt in een noodgeval of
om andere verkeersdeelnemers te waar-
schuwen als uw machine stilstaat in een
mogelijk gevaarlijke verkeerssituatie.
De alarmverlichting kan alleen worden in-
of uitgeschakeld als de sleutel in de stand
“ON” staat. De ingeschakelde alarmverlich-
ting blijft knipperen als u het contactslot
naar de stand “OFF” of “LOCK” draait. Om
de alarmverlichting uit te schakelen, draait
u het contactslot weer naar de stand “ON”
en bedient u opnieuw de schakelaar van de
alarmverlichting.
LET OP
DCA10062
Ge bruik de alarmverlichtin g niet g ed u-
ren de lan gere tij d als d e motor niet
d raait om dat hier door de accu kan ont-
la den.
DAU78491
Schakelaar “TRIP/INFO”
Deze schakelaar wordt gebruikt om instel-
lingen en weergaven te wijzigen in de mul-
tifunctionele meter. Zie pagina 3-6 voor
meer informatie.
Als u de schakelaar “TRIP” wilt gebruiken,
draait u de schakelaar “TRIP/INFO” in de
richting (a). Als u de schakelaar “INFO” wilt
gebruiken, draait u de schakelaar “TRIP/IN-
FO” in de richting (b).
DAU12823
Koppelin gshend elTrek om de aandrijflijn te ontkoppelen van
de motor, bijvoorbeeld om te schakelen, de
koppelingshendel in. Laat de hendel los om
de koppeling te laten aangrijpen, zodat ver-
mogen wordt overgebracht op het achter-
wiel.OPMERKINGVoor soepel schakelen moet de hendel snel
worden ingetrokken en langzaam worden
losgelaten. (Zie pagina 5-3.)
1.
1 (b) (b)
(a) (a)
(b)
(a)
1. Koppelingshendel
1
UBATD0D0.book Page 12 Tuesday, October 27, 2020 3:36 PM
Page 28 of 96

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-13
3
DAU12876
Schakelped aalHet schakelpedaal bevindt zich aan de lin-
kerzijde van de motor. Beweeg het scha-
kelpedaal omhoog om te schakelen naar
een hogere versnelling. Beweeg het scha-
kelpedaal omlaag om te schakelen naar
een lagere versnelling. (Zie pagina 5-3.)
DAU26827
RemhendelDe remhendel bevindt zich aan de rechter-
zijde van het stuur. Trek de hendel naar de
gasgreep toe om de voorrem te bekrachti-
gen.
De remhendel is voorzien van een stelwiel
voor de positie van de remhendel. Om de
afstand tussen de remhendel en de gas-
greep af te stellen, drukt u de remhendel
iets van de gasgreep af en draait u het stel-
wiel. Zorg dat het nummer van de instelling
op het stelwiel is uitgelijnd met het merkte-
ken op de remhendel.
DAU12944
Rempe daalHet rempedaal bevindt zich aan de rechter-
zijde van de motorfiets. Trap op het rempe-
daal om de achterrem te bekrachtigen.
1. Schakelpedaal
1 1 1
1. Remhendel
2. Afstand
3. Stelwiel afstelpositie remhendel
4. Referentiemerkteken
1
2
4
3
1. Rempedaal
1 1 1
UBATD0D0.book Page 13 Tuesday, October 27, 2020 3:36 PM
Page 29 of 96

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-14
3
DAU63041
ABSHet Yamaha ABS (anti-blokkeervoorziening
remsysteem) bestaat uit een dubbel uitge-
voerd elektronisch regelsysteem dat de
voorrem en achterrem onafhankelijk aan-
stuurt.
Gebruik de remmen met ABS net zoals
conventionele remmen. Bij activering van
het ABS-systeem kan een pulsatie worden
gevoeld in de remhendel of het rempedaal.
Ga in dat geval door met remmen en laat
het ABS-systeem het werk doen. Ga niet
“pompend” remmen, dit vermindert de re-
meffectiviteit.
WAARSCHUWING
DWA16051
Hou d altij d een veili ge afstan d tot voor-
li ggers, zelfs als uw voertui g is uit gerust
met ABS. Het ABS-systeem functioneert het
effectiefst over lan ge remweg en.
Op bepaal de oppervlakken, zoals
slechte we gen of grin dweg en, kan
d e remafstan d met het ABS-sy-
steem lan ger zijn dan zon der ABS-
systeem.Het ABS-systeem wordt bewaakt door een
ECU die het systeem bij een storing laat te-
rugkeren naar conventioneel remmen.
OPMERKING Het ABS-systeem voert een zelfdiag-
nosetest uit telkens nadat de sleutel
op “ON” is gezet en de machine een
rijsnelheid bereikt van 10 km/h (6 mi/h)
of hoger. Tijdens deze test hoort u een
“klikkend” geluid van de hydraulische
regeleenheid en wanneer u de rem-
hendel of het rempedaal licht bedient,
kan een trilling in de hendel of het pe-
daal voelbaar zijn. Dit duidt niet op een
storing.
Dit ABS-systeem is uitgerust met een
testfunctie waarbij de bestuurder pul-
saties kan voelen in de remhendel of
het rempedaal terwijl het ABS-sy-
steem actief is. Er is echter speciaal
gereedschap vereist, dus neem con-
tact op met uw Yamaha dealer.LET OP
DCA20100
Let op d at de wielsensor en de rotor van
d e wielsensor niet bescha digd raken,
an ders kan het ABS-systeem niet meer
naar behoren werken.
1. Voorwielsensor
2. Opneemring voorwielsensor
1. Achterwielsensor
2. Opneemring achterwielsensor
1 1 1
2 2
1 1 1
2 2 2
UBATD0D0.book Page 14 Tuesday, October 27, 2020 3:36 PM
Page 30 of 96

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-15
3
DAU13077
Tank dopOpenen van d e tankdop
Open het slotplaatje op de tankdop, steek
de sleutel in en draai deze dan 1/4 slag
rechtsom. Het slot wordt ontgrendeld en de
tankdop kan worden verwijderd.
Sluiten van d e tankdop
Duw de brandstoftankdop omlaag met de
sleutel nog ingestoken. Draai de sleutel 1/4
slag linksom, neem de sleutel uit en sluit
dan het slotplaatje.
OPMERKINGDe tankdop kan alleen worden gesloten
met de sleutel in het slot. Bovendien kan de
sleutel niet worden uitgenomen als de tank-
dop niet correct gesloten en vergrendeld is.
WAARSCHUWING
DWA11092
Na het tanken moet d e tankdop goe d
wor den aan ged raai d. Door bran dstof-
lekka ge ontstaat bran dgevaar.
DAU13222
Bran dstofControleer of er voldoende brandstof in de
brandstoftank aanwezig is.
WAARSCHUWING
DWA10882
Benzine en benzined ampen zijn zeer
b ran dbaar. Vol g de on derstaan de in-
structies om b rand en ontploffin g te
voorkomen en het letselrisico tij dens het
tanken te verla gen.1. Zet alvorens te tanken de motor af en
zorg dat er niemand op de machine
zit. Rook nooit tijdens het tanken en
tank nooit in de nabijheid van vonken,
open vuur of andere ontstekingsbron-
nen zoals de waakvlammen van gei-
sers en kledingdrogers.
2. Maak de brandstoftank niet te vol.
Steek bij het tanken het vulpistool
goed in de vulopening van de brand-
stoftank. Stop met vullen zodra de
brandstof de onderkant van de vulhals
heeft bereikt. Omdat brandstof uitzet
als deze warm wordt, kan de warmte
van de motor of de zon ervoor zorgen
dat brandstof uit de brandstoftank
stroomt.
1. Slotplaatje tankdop
2. Ontgrendelen.
111
22
UBATD0D0.book Page 15 Tuesday, October 27, 2020 3:36 PM