YAMAHA TENERE 700 2020 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2020, Model line: TENERE 700, Model: YAMAHA TENERE 700 2020Pages: 104, PDF Size: 10.3 MB
Page 81 of 104
Periodiek onderhoud en afstelling
6-30
6
DAUM1653
Achterbrugscharnierpunten
smerenDe achterbrugscharnierpunten moeten
worden gesmeerd door een Yamaha dealer
volgens de intervalperioden vermeld in het
periodieke smeer- en onderhoudsschema.
DAU23273
Voorvork controlerenDe conditie en de werking van de voorvork
moeten als volgt worden gecontroleerd vol-
gens de intervalperioden vermeld in het pe-
riodieke smeer- en onderhoudsschema.
Om de conditie te controleren
Controleer de binnenste vorkbuizen op
krassen, beschadigingen en overmatige
olielekkage.
Om de werking te controleren
1. Zet de machine op een vlakke onder-
grond en houd deze rechtop.
WAARSCHUWING! Ondersteun de
machine zorgvuldig om omvallen
en mogelijk letsel te voorkomen.
[DWA10752]
2. Bekrachtig de voorrem en druk het
stuur een paar keer stevig naar bene-
den om te controleren of de voorvork
soepel in- en uitveert.
LET OP
DCA10591
Als schade wordt gevonden of de voor-
vork niet soepel beweegt, vraag dan een
Yamaha dealer te repareren of te con-
troleren.
Aanbevolen smeermiddel:
Lithiumvet
UBW3D0D0.book Page 30 Tuesday, May 28, 2019 4:22 PM
Page 82 of 104
Periodiek onderhoud en afstelling
6-31
6
DAU23285
Stuursysteem controlerenLosse of versleten balhoofdlagers kunnen
gevaarlijk zijn. De werking van het stuursy-
steem moet als volgt worden gecontroleerd
volgens de intervalperioden vermeld in het
periodieke smeer- en onderhoudsschema.
1. Breng het voorwiel van de grond. (Zie
pagina 6-36.) WAARSCHUWING!
Ondersteun de machine zorgvuldig
om omvallen en mogelijk letsel te
voorkomen.
[DWA10752]
2. Houd de voorvorkpoten aan het on-
derste uiteinde beet en probeer ze
naar voren en achteren te bewegen.
Als speling wordt gevoeld, vraag dan
een Yamaha dealer het stuursysteem
te inspecteren of repareren.
DAU23292
Controleren van wiellagersDe voor- en achterwiellagers moeten wor-
den gecontroleerd volgens de intervalperi-
oden voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema. Als de wiel-
naaf speling vertoont of het wiel niet soepel
draait, vraag dan een Yamaha dealer de
wiellagers te controleren.
DAU50212
AccuDe accu bevindt zich onder het zadel. (Zie
pagina 3-19.)
Dit model is voorzien van een VRLA (Valve
Regulated Lead Acid)-accu. De elektrolyt
hoeft niet te worden gecontroleerd en er
hoeft geen gedistilleerd water te worden
bijgevuld. Het is echter wel nodig om de ac-
cukabelverbindingen te controleren en, in-
dien nodig, vast te zetten.
WAARSCHUWING
DWA10761
Elektrolyt is giftig en gevaarlijk om-
dat het zwavelzuur bevat, een stof
die ernstige brandwonden veroor-
zaakt. Vermijd contact met de huid,
ogen of kleding en bescherm uw1. Accu
2. Negatieve accukabel (zwart)
3. Positieve accukabel (rood)
1
2
3
UBW3D0D0.book Page 31 Tuesday, May 28, 2019 4:22 PM
Page 83 of 104
Periodiek onderhoud en afstelling
6-32
6
ogen altijd bij werkzaamheden na-
bij accu’s. Voer als volgt EERSTE
HULP uit als er lichamelijk contact
is geweest met elektrolyt.
UITWENDIG: Spoel overvloedig
met water.
INWENDIG: Drink grote hoeveel-
heden water of melk en roep di-
rect de hulp in van een arts.
OGEN: Spoel gedurende 15 mi-
nuten met water en roep direct
medische hulp in.
Accu’s produceren het explosieve
waterstofgas. Houd daarom von-
ken, open vuur, sigaretten e.d. uit
de buurt van de accu en zorg voor
voldoende ventilatie bij acculaden
in een afgesloten ruimte.
HOUD DEZE EN ALLE ACCU’S BUI-
TEN BEREIK VAN KINDEREN.
Om de accu op te laden
Vraag zo snel mogelijk een Yamaha dealer
de accu te laden als deze ontladen lijkt te
zijn. Vergeet niet dat de accu sneller ontla-
den raakt als de machine is uitgerust met
optionele elektrische accessoires.
LET OP
DCA16522
Voor het opladen van een VRLA (Valve
Regulated Lead Acid)-accu is een speci-
ale acculader (met constante spanning)
vereist. Bij gebruik van een conventione-
le acculader raakt de accu beschadigd.Om de accu op te bergen
1. Verwijder de accu als het voertuig lan-
ger dan een maand niet wordt ge-
bruikt, laad hem volledig bij en zet dan
weg op een koele en droge plek. LET
OP: Zet alvorens de accu te verwij-
deren het contactslot uit en haal
eerst de negatieve kabel en daarna
de positieve kabel los.
[DCA16304]
2. Als de accu langer dan twee maanden
wordt weggeborgen, moet deze min-
stens eenmaal per maand worden ge-
controleerd; laad de accu dan indien
nodig steeds volledig bij.
3. Laad de accu volledig bij alvorens te
installeren. LET OP: Zet alvorens de
accu te plaatsen het contactslot uit
en sluit eerst de positieve kabel en
daarna de negatieve kabel aan.
[DCA16842]
4. Controleer na installatie of de accuka-
bels correct zijn aangesloten op de
accupolen.
LET OP
DCA16531
Houd de accu steeds opgeladen. Stallen
van een ontladen accu kan leiden tot
permanente accuschade.
UBW3D0D0.book Page 32 Tuesday, May 28, 2019 4:22 PM
Page 84 of 104
Periodiek onderhoud en afstelling
6-33
6
DAU59872
Zekeringen vervangenDe hoofdzekering en de kastjes met zeke-
ringen voor afzonderlijke circuits bevinden
zich onder het bestuurderszadel. (Zie pagi-
na 3-19.)OPMERKINGOm toegang te krijgen tot de hoofdzekering
verwijdert u de kap van het startmotorrelais
zoals getoond.
Vervang een zekering als volgt als deze is
doorgebrand.
1.
schakel het betreffende elektrische
circuit uit.2. Verwijder de doorgebrande zekering
en breng een nieuwe zekering met de
voorgeschreven ampèrewaarde aan.
WAARSCHUWING! Gebruik geen
zekeringen met een hogere ampe-
rage dan aanbevolen om ernstige
schade aan het elektrische systeem
en mogelijk brand te voorkomen.
[DWA15132]
1. Kap van startmotorrelais
2. Zekeringenkastje
3. Reservehoofdzekering
4. Hoofdzekering
2
3
4
1
1. Zekering van de ABS-solenoïdeklep
2. Zekering ABS-motor
3. Zekering parkeerlichten
4. Extra zekering
5. Hulpzekering
6. Zekering ABS-regeleenheid
7. Zekering ontstekingssysteem
8. Zekering signaleringssysteem
9. Koplampzekering
10.Zekering brandstofinjectiesysteem
11.Backup-zekering (voor klok en startblok-
keersysteem)
12.Zekering radiatorkoelvinmotor
13.Reservezekering
89
7
123456
101112 13
13
UBW3D0D0.book Page 33 Tuesday, May 28, 2019 4:22 PM
Page 85 of 104
Periodiek onderhoud en afstelling
6-34
6
3. Draai de contactsleutel naar “ON” en
schakel het betreffende elektrische
circuit in om te zien of de apparatuur
werkt.4. Als de zekering direct opnieuw door-
brandt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrisch systeem te controleren.
DAUN2261
VoertuigverlichtingDit model is uitgerust met LED-lampen
voor de koplampen, parkeerlichten en het
remlicht/achterlicht. Als een lamp niet gaat
branden, controleer dan de zekeringen en
laat vervolgens een Yamaha dealer de ma-
chine controleren.LET OP
DCA16581
Plak geen kleurfolie of stickers op de
koplamplens.
Voo rgeschreven zekeringen:
Hoofdzekering:
30.0 A
Hulpzekering:
2.0 A
Koplampzekering:
10.0 A
Zekering signaleringssysteem:
7.5 A
Zekering ontstekingssysteem:
10.0 A
Zekering parkeerlichtcircuit:
7.5 A
Zekering radiatorkoelvin:
10.0 A
Zekering ABS-motor:
30.0 A
Zekering van de ABS-solenoïde-
klep:
20.0 A
Zekering brandstofinjectiesysteem:
10.0 A
Zekering ABS-regeleenheid:
7.5 A
Backup-zekering:
7.5 A
UBW3D0D0.book Page 34 Tuesday, May 28, 2019 4:22 PM
Page 86 of 104
Periodiek onderhoud en afstelling
6-35
6
DAU24182
Achterlicht/remlichtunitDit model is uitgerust met een LED-type
remlicht/achterlicht.
Als het remlicht/achterlicht niet gaat bran-
den, vraag dan een Yamaha dealer het
elektrisch circuit te testen.
DAU24205
Gloeilamp in richtingaanwijzer
vervangen1. Verwijder de lamplens van de richting-
aanwijzer door de schroeven te verwij-
deren.
2. Verwijder de defecte gloeilamp door
deze in te drukken en linksom te draai-
en.3. Plaats een nieuwe gloeilamp in de fit-
ting, druk deze in en draai rechtsom
tot hij stuit.
4. Monteer de lamplens door de schroef
aan te brengen. LET OP: Draai de
schroef niet te vast, hierdoor kan de
lens breken.
[DCA11192]
1. Lamplens richtingaanwijzer
2. Schroef
1
2
1. Gloeilamp richtingaanwijzer
1
UBW3D0D0.book Page 35 Tuesday, May 28, 2019 4:22 PM
Page 87 of 104
Periodiek onderhoud en afstelling
6-36
6
DAU24331
KentekenverlichtingAls de kentekenverlichting niet gaat bran-
den, vraag dan een Yamaha dealer het
elektrisch circuit te testen of vervang de
gloeilamp.
DAUM4210
De motorfiets ondersteunenDit model heeft geen middenbok, gebruik
daarom een motorlift bij het verwijderen
van het voor- of achterwiel of het uitvoeren
van ander onderhoud waarbij de motorfiets
rechtop moet staan.
De machine omhoogbrengen
1. Verwijder stroomlijnpaneel A. (Zie pa-
gina 6-10.)
2. Plaats indien nodig een stuk hout tus-
sen de motorlift en het motorcarter.
Hef de machine vervolgens net ge-
no eg o m de wielen van de gr ond te til-
len. LET OP: Hef de machine niet via
de carterbeschermplaat of de
framedelen.
[DCAM1190]
3. Controleer of de machine stabiel en
horizontaal staat alvorens onderhoud
te verrichten.
1. Motorlift
1
UBW3D0D0.book Page 36 Tuesday, May 28, 2019 4:22 PM
Page 88 of 104
Periodiek onderhoud en afstelling
6-37
6
DAU25872
Problemen oplossenYamaha motorfietsen ondergaan een gron-
dige inspectie voordat ze vanaf de fabriek
op transport gaan, maar tijdens gebruik
kunnen toch storingen optreden. Proble-
men in de brandstof-, compressie- of ont-
stekingssystemen kunnen bijvoorbeeld de
oorzaak zijn van slecht starten of een afna-
me in motorvermogen.
In de volgende storingzoekschema’s is een
snelle en gemakkelijke werkwijze weerge-
geven om deze vitale systemen zelf te kun-
nen controleren. Ga met uw motorfiets
echter wel naar een Yamaha dealer als re-
paraties nodig zijn, hier zijn vakkundige
monteurs aanwezig die beschikken over
het benodigde gereedschap en de ervaring
en vakkennis om het nodige onderhoud
aan de motorfiets correct te verrichten.
Gebruik uitsluitend originele Yamaha ver-
vangingsonderdelen. Niet-originele onder-
delen lijken misschien op Yamaha
onderdelen maar zijn toch vaak van minde-
re kwaliteit en hebben een kortere levens-
duur, zodat dan later mogelijk toch dure
reparaties nodig zijn.
WAARSCHUWING
DWA15142
Rook niet tijdens het controleren van het
brandstofsysteem en let erop dat er
geen open vuur of vonken in de omge-
ving zijn, inclusief waakvlammen van
geisers of ovens. Benzine en benzine-
dampen kunnen vlam vatten of explode-
ren, met ernstig letsel of schade aan
eigendommen tot gevolg.
UBW3D0D0.book Page 37 Tuesday, May 28, 2019 4:22 PM
Page 89 of 104
Periodiek onderhoud en afstelling
6-38
6
DAU86350
Storingzoekschema
Controleer het
brandstofniveau in de
brandstoftank.1. Brandstof
Er is voldoende brandstof aanwezig.
Er is geen brandstof aanwezig.
Controleer de accu.
Vul brandstof bij.
De motor start niet.
Controleer de accu.
Probeer de motor te starten.4. Compressie
Er is compressie.
Er is geen compressie.
Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren.De motor start niet.
Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren.
De motor start niet.
Controleer de compressie.
Verwijder de bougie en
controleer de elektroden.3. Ontsteking
Veeg schoon met een droge doek en corrigeer de
elektrodenafstand of vervang de bougie(s).
Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren.
DroogNat
Probeer de motor te starten.
De motor start niet.
Controleer de ontsteking.
Bedien de startmotor.2. Accu
De motor draait snel rond.
De motor draait langzaam rond.
De accu is in orde.Controleer de aansluitingen van de
accukabels en laad de accu zo nodig op.
UBW3D0D0.book Page 38 Tuesday, May 28, 2019 4:22 PM
Page 90 of 104
Periodiek onderhoud en afstelling
6-39
6
DAU86420
Motor raakt oververhit
WAARSCHUWING
DWAT1041
Verwijder de radiatorvuldop niet terwijl de motor en de koelvloeistofradiator nog heet zijn. Hete vloeistof en stoom kunnen
naar buiten spuiten en zo ernstige brandwonden veroorzaken. Wacht tot de motor is afgekoeld.
Breng een dikke doek, bijvoorbeeld een handdoek, aan over de radiatorvuldop en draai deze dan langzaam linksom tegen
de aanslag zodat de nog aanwezige druk kan ontsnappen. Druk de dop omlaag zodra het sisgeluid stopt en draai deze links-
om en verwijder d
e dop.
OPMERKINGAls geen koelvloeistof beschikbaar is, kan tijdelijk leidingwater worden gebruikt, maar dit moet wel zo snel mogelijk door de voorgeschre-
ven koelvloeistof worden vervangen.
Wacht tot de
motor is afgekoeld.
Controleer het
koelvloeistofniveau in het
reservoir en in de radiator.
Het koelvloeistofniveau is
in orde. Het koelvloeistofniveau is
laag. Controleer het
koelsysteem op lekkage.
Vraag een Yamaha dealer het
koelsysteem te controleren en te
repareren.Vul koelvloeistof bij.
(Zie OPMERKING.)
Start de motor. Vraag een Yamaha dealer het koelsysteem
te controleren en te repareren als de motor opnieuw
oververhit raakt.
Er is lekkage.
Er is geen
lekkage.
UBW3D0D0.book Page 39 Tuesday, May 28, 2019 4:22 PM