YAMAHA TRACER 900 GT 2020 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2020, Model line: TRACER 900 GT, Model: YAMAHA TRACER 900 GT 2020Pages: 118, PDF Size: 9.8 MB
Page 51 of 118

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-36
3
DAU63062
Helm bevesti gin gDe helmbevestiging bevindt zich onder het
duozadel. De gereedschapsset bevat een
helmborgkabel waarmee een helm aan de
helmbevestiging kan worden bevestigd.
Een helm b evestigen
1. Verwijder het duozadel.
2. Haal zoals afgebeeld de helmborgka-
bel door de gesp aan de helmriem en
haak dan de kabellussen over de
helmbevestiging.
3. Plaats de helm aan de rechterzijde van de machine en breng dan het zadel
aan. WAARSCHUWING! Ga nooit rij-
d en met een helm vast gemaakt aan
d e helm bevesti gin g, aan gezien de helm o
bjecten kan raken met mo-
g elijk verlies van de controle over
d e machine en een on geval tot ge-
vol g.
[DWA10162]
De helm losmaken
Verwijder het duozadel, haal de helmborg-
kabel los van de helmbevestiging en de
helm, en breng het zadel weer aan.
DAU62550
Op ber gcompartimentHet opbergcompartiment bevindt zich on-
der het duozadel. (Zie pagina 3-32.)
Als documenten of andere voorwerpen in
het opbergcompartiment worden opgebor-
gen, doe ze dan in een plastic zak om nat
worden te voorkomen. Zorg bij het wassen
van de machine dat geen water het op-
bergcompartiment kan binnendringen.
WAARSCHUWING
DWA15401
Overschrij d het maximumlaa dgewicht
van 179 k g (395 l b) voor de machine niet.
1. Helm
2. Helmborgkabel
3. Helmbevestiging
3
21
1. Opbergcompartiment
1
UB1JD1D0.book Page 36 Friday, October 5, 2018 2:13 PM
Page 52 of 118

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-37
3
DAU83932
Kuipruit Dit model is voorzien van een verstelbare
kuipruit.
Om de stand van de kuipruit te wijzigen,
beweegt u de blokkeerhendel van de kuip-
ruit omhoog en schuift u de kuipruit om-
hoog of omlaag. Laat de blokkeerhendel na
afronding los.OPMERKINGZorg ervoor dat de kuipruit en de blokkeer-
hendel stevig worden vastgemaakt voordat
u gaat rijden.
DAU39612
Aanpassen van de koplamp-
hoo gteDe koplamp is voorzien van afstelknoppen
voor het hoger of lager richten van de licht-
bundels. Het aanpassen van de koplamp-
hoogte kan nodig zijn om het zicht te
verbeteren en om te voorkomen dat tegen-
liggers worden verblind wanneer het voer-
tuig zwaarder of minder zwaar beladen is
dan gebruikelijk. Houd u bij het afstellen
van de koplampen aan de plaatselijke wet-
en regelgeving.
Draai de knoppen in richting (a) om de kop-
lampen hoger te zetten. Draai de knoppen
in richting (b) om de koplampen lager te
zetten.
DAU46833
Stan d van het stuur Het stuur kan in twee verschillende standen
worden gezet, al naar gelang de voorkeur
van de bestuurder. Laat de stand van het
stuur aanpassen bij een Yamaha-dealer.
1. Vergrendelingshendel kuipruit
2. Kuipruit
1 2
1. Knop koplamphoogteverstelling
(a)
(b)
1
(b)
(a)
1
1. Stuur
1
UB1JD1D0.book Page 37 Friday, October 5, 2018 2:13 PM
Page 53 of 118

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-38
3
DAU76342
De voorvork afstellen
WAARSCHUWING
DWA14671
Geef altij d bei de vorkpoten dezelf de
veervoorspannin g, an ders kan slecht
we gge dra g en vermin der de rijsta biliteit
het gevol g zijn.Beide vorkpoten zijn voorzien van een stel-
bout voor veervoorspanning, de rechter-
vorkpoot is voorzien van een stelschroef
voor uitgaande demping en de linkervork-
poot is voorzien van een stelschroef voor
ingaande demping.LET OP
DCA10102
Pro beer nooit voor bij de maximum- of
minimuminstellin gen te draaien om
scha de aan het mechanisme te voorko-
men.Veervoorspannin g
Draai om de veervoorspanning te verhogen
en zo de vering stugger te maken de stel-
bout op beide vorkpoten in de richting (a).
Draai om de veervoorspanning te verlagen
en zo de vering zachter te maken de stel-
bout op beide vorkpoten in de richting (b). De afstelling voor veervoorspanning wordt
gecontroleerd door de afstand A te meten,
zoals getoond in de afbeelding. Hoe korter
de afstand A, hoe hoger de veervoorspan-
ning; hoe langer de afstand A, hoe lager de
veervoorspanning.
Uit
gaan de dempin g
De uitgaande demping wordt alleen afge-
steld op de rechtervorkpoot.
Draai om de uitgaande demping te verho-
gen en zo de vering stugger te maken de
stelschroef in de richting (a). Draai om de
uitgaande demping te verlagen en zo de
vering zachter te maken de stelschroef in
de richting (b).
OPMERKINGVoer deze afstelling uit aan de rechtervork-
poot.
1. Stelbout veervoorspanning
1. Afstand A
1
1
(a)
(b)
(a)
(b)
1
Afstellin g veervoorspannin g:
Minimum (zacht):
Afstand A = 19.0 mm (0.75 in)
Standaard: Afstand A = 16.0 mm (0.63 in)
Maximum (hard): Afstand A = 4.0 mm (0.16 in)
UB1JD1D0.book Page 38 Friday, October 5, 2018 2:13 PM
Page 54 of 118

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-39
3
OPMERKING Draai bij het aanpassen van de veer-
demping de versteller in de richting (a)
tot deze niet verder kan en tel vervol-
gens het aantal klikken in de richting
(b).
Een versteller voor de veerdemping
kan mogelijk voorbij de aangegeven
minimuminstellingen klikken, maar
zo’n instelling is niet effectief en kan
schade aan de vering veroorzaken.
Ingaan de dempin g
De ingaande demping wordt alleen afge-
steld op de linkervorkpoot.
Draai om de ingaande demping te verho-
gen en zo de vering stugger te maken de
stelschroef in de richting (a). Draai om de
ingaande demping te verlagen en zo de ve-
ring zachter te maken de stelschroef in de
richting (b).OPMERKINGVoer deze afstelling uit aan de linkervork-
poot.
OPMERKING Draai bij het aanpassen van de veer-
demping de versteller in de richting (a)
tot deze niet verder kan en tel vervol-
gens het aantal klikken in de richting
(b).
Een versteller voor de veerdemping
kan mogelijk voorbij de aangegeven
minimuminstellingen klikken, maar
zo’n instelling is niet effectief en kan
schade aan de vering veroorzaken.
Wanneer u een versteller voor de veer-
demping in richting (a) draait, kunnen
de positie van 0 klikken en de positie
van 1 klik gelijk aan elkaar zijn.
1. Stelschroef uitgaande dempingAfstellin g uit gaan de dempin g:
Minimum (zacht): 11 klik(ken) in de richting (b)
Standaard:
7 klik(ken) in de richting (b)
Maximum (hard): 1 klik(ken) in de richting (b)
1
(a)
(b)
1. Stelschroef voor inveerdemping
1
(a) (b)
Afstellin g in gaan de dempin g:
Minimum (zacht):
11 klik(ken) in de richting (b)
Standaard: 7 klik(ken) in de richting (b)
Maximum (hard): 1 klik(ken) in de richting (b)
UB1JD1D0.book Page 39 Friday, October 5, 2018 2:13 PM
Page 55 of 118

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-40
3
DAU84350
De schok demperunit afstellenDeze schokdemperunit is voorzien van een
stelknop voor veervoorspanning en een
stelschroef voor uitgaande demping.LET OP
DCA10102
Pro beer nooit voor bij de maximum- of
minimuminstellin gen te draaien om
scha de aan het mechanisme te voorko-
men.Veervoorspannin g
Draai om de veervoorspanning te verhogen
en zo de vering stugger te maken de stel-
knop in de richting (a). Draai om de veer-
voorspanning te verlagen en zo de vering
zachter te maken de stelknop in de richting
(b).
OPMERKINGDraai bij het aanpassen van de veervoor-
spanning de versteller in de richting (b) tot
deze niet verder kan en tel vervolgens het
aantal klikken in de richting (a).Uit gaan de dempin g
Draai om de uitgaande demping te verho-
gen en zo de vering stugger te maken de
stelschroef in de richting (a). Draai om de
uitgaande demping te verlagen en zo de
vering zachter te maken de stelschroef in
de richting (b).
OPMERKING Draai bij het aanpassen van de veer-
demping de versteller in de richting (a)
tot deze niet verder kan en tel vervol-
gens het aantal klikken in de richting
(b).
1. Stelknop veervoorspanning
(b)
(a)
1
Afstellin g veervoorspannin g:
Minimum (zacht):
1 klikken in de richting (a)
Standaard: 11 klikken in de richting (a)
Maximum (hard): 24 klikken in de richting (a)
1. Stelschroef uitgaande demping
Afstellin g uit gaan de dempin g:
Minimum (zacht): 18 klikken in de richting (b)
Standaard:
7 klikken in de richting (b)
Maximum (hard): 1 klikken in de richting (b)
1(a)(b)
UB1JD1D0.book Page 40 Friday, October 5, 2018 2:13 PM
Page 56 of 118

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-41
3
Een versteller voor de veerdemping
kan mogelijk voorbij de aangegeven
minimuminstellingen klikken, maar
zo’n instelling is niet effectief en kan
schade aan de vering veroorzaken.
WAARSCHUWING
DWA10222
Deze schok demperunit is gevul d met
stikstof gas on der ho ge druk. Lees de
on derstaan de informatie zor gvul dig
d oor alvorens werkzaamhe den uit te
voeren aan d e schokdemperunit.
Pro beer de gascilin der niet te ope-
nen en b lijf er verder vanaf.
Stel de schokd emperunit niet b loot
aan open vuur of een an dere hitte-
b ron. Hierd oor kan de gas druk zo
hoo g oplopen dat de unit explo-
d eert.
Voorkom vervormin g of b eschad i-
g in g van de cilin der. Scha de aan de
c
ilin der zal resulteren in slechte
d empin gsprestaties.
Werp een bescha digde of versleten
schok demperunit niet zelf we g.
Bren g d e schok demperunit voor elk
on derhou d naar een Yamaha- dea-
ler.
DAU49454
Gelijkstroom aansluitcontact
voor accessoires Als het contact is ingeschakeld, kunt u een
12V-accessoire gebruiken dat u aansluit op
het gelijkstroom aansluitcontact voor ac-
cessoires.LET OP
DCA15432
Het accessoire dat is aan gesloten op het
g elijkstroom aansluitcontact voor ac-
cessoires ma g niet wor den geb ruikt ter-
wijl de motor uit staat en d e belastin g
ma g niet meer b ed ra gen dan 24 W (2 A),
an ders kan de zekerin g d oor bran den of
d e accu ontla den raken.
Ge bruiken van het g elijkstroom aansluit-
contact voor accessoires 1. Zet het contact uit.
2. Verwijder het deksel van het aansluit- contact.
3. Zet het accessoire uit.
4. Plaats de stekker van het accessoire in het aansluitcontact.
5. Zet het contact aan en start de motor. (Zie pagina 5-1.)
6. Zet het accessoire aan.
WAARSCHUWING
DWA14361
Om een elektrische schok of kortsluitin g
te voorkomen, d ient u te controleren of
d e dop op het g elijkstroom aansluitcon-
tact is aan geb racht als het contact niet
wor dt geb ruikt.
1. Dop gelijkstroom aansluitcontact
1
1. Gelijkstroom aansluitcontact voor accessoi-
res
1
UB1JD1D0.book Page 41 Friday, October 5, 2018 2:13 PM
Page 57 of 118

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-42
3
DAU70641
Gelijkstroom ka belstekker voor
accessoiresDit voertuig is uitgerust met een gelijk-
stroom kabelstekker voor accessoires.
Raadpleeg uw Yamaha dealer voordat u
accessoires monteert.
DAU15306
Zijstan daar dDe zijstandaard bevindt zich aan de linker-
zijde van het frame. Trek of druk de zijstan-
daard met uw voet omhoog of omlaag
terwijl u de machine rechtop houdt.OPMERKINGDe ingebouwde sperschakelaar voor de zij-
standaard maakt deel uit van het startsper-
systeem, dat in bepaalde situaties de
werking van het ontstekingssysteem blok-
keert. (Zie de volgende paragraaf voor een
uitleg over het startspersysteem.)
WAARSCHUWING
DWA10242
Met de machine mag nooit worden gere-
d en terwijl de zijstan daar d omlaa g staat
of niet behoorlijk kan word en opgetrok-
ken (of niet omhoo g b lijft), an ders kan d e
zijstan daar d d e gron d raken en zo d e
b estuur der aflei den, waar door de ma-
chine mo gelijk on bestuur baar wor dt.
Het Yamaha startspersysteem is ont-
worpen om de bestuur der te helpen b ij
zijn verantwoor delijkhei d de zijstan-
d aar d op te trekken alvorens we g te rij-
d en. Controleer d it systeem daaromre
gelmati g en laat het repareren door
e
en Yamaha d ealer als de werkin g niet
naar behoren is.
UB1JD1D0.book Page 42 Friday, October 5, 2018 2:13 PM
Page 58 of 118

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-43
3
DAU57952
StartspersysteemDit systeem voorkomt dat de motor wordt
gestart terwijl een vers nelling is ingescha-
keld, tenzij de koppelingshendel is inge-
trokken en de zijstandaard is opgeklapt.
Het schakelt ook de motor uit als de zijstan-
daard omlaag wordt gezet terwijl een ver-
snelling is ingeschakeld.
Controleer dit systeem regelmatig door de
onderstaande procedure te volgen.OPMERKING Deze controle is vooral betrouwbaar
als hij wordt uitgevoerd met een war-
me motor.
Zie pagina’s 3-2 en 3-3 voor informa-
tie over de bediening van de schake-
laar.
UB1JD1D0.book Page 43 Friday, October 5, 2018 2:13 PM
Page 59 of 118

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-44
3
JA NEE JA NEE JA NEE
WAARSCHUWING
Met de motor uit:
1. Beweeg de zijstandaard omlaag.
2. Zet de noodstopschakelaar in de stand “run”.
3. Zet het contactslot aan.
4. Zet de versnellingsbak in de vrijstand.
5. Druk op de startknop.
Start de motor?
De vrijstandschakelaar werkt mogelijk niet.
Rijd niet met de motorfiets voordat deze is
nagekeken door een Yamaha dealer.
Met de motor nog aan:
6. Beweeg de zijstandaard omhoog.
7. Trek de koppelingshendel in.
8. Zet de versnellingsbak in een versnelling.
9. Beweeg de zijstandaard omlaag.
Slaat de motor af?
De zijstandaardschakelaar werkt mogelijk niet
goed.
Rijd niet met de motorfiets voordat deze is
nagekeken door een Yamaha dealer.
Als de motor is afgeslagen:
10. Beweeg de zijstandaard omhoog.
11. Trek de koppelingshendel in.
12. Druk op de startknop.
Start de motor? De sperschakelaar van de koppelingshendel
werkt mogelijk niet.
Rijd niet met de motorfiets voordat deze is
nagekeken door een Yamaha dealer.
Het systeem is in orde. De motorfiets mag worden gebruikt. Laat als een storing wordt aangetroffen de
machine nakijken alvorens te gaan rijden.
UB1JD1D0.book Page 44 Friday, October 5, 2018 2:13 PM
Page 60 of 118

Voor uw veilighei d – controles voor het rij den
4-1
4
DAU15599
Inspecteer uw machine voor elk gebruik om te waarborgen dat deze in een veilige werkende staat is. Volg altijd de schema’s en proce-
dures voor inspectie en onderhoud in de gebruikershandleiding.
WAARSCHUWING
DWA11152
Onvol doen de inspectie of on derhou d van de machine ver groot het risico op on geval of scha de. Rij d niet met d e machine als u
een pro bleem he bt g evon den. Als een pro bleem niet kan wor den op gelost via de proce dures in d eze handleid ing, laat de machi-
ne dan nazien door een Yamaha dealer.Controleer voor het gebruik van deze machine de volgende punten:
ITEM CONTROLES PAGINA
Bran dstof • Controleer het brandstofniv
eau in de brandstoftank.
• Vul indien nodig brandstof bij.
• Controleer de brandstofleiding op lekkage.
• Controleer de tankoverloopslang op obstakels, scheuren of beschadiging en controleer de slangaansluiting. 3-30, 3-31
Motorolie • Controleer het olieniveau in de motor.
• Vul indien nodig het aanbevolen type olie bij tot aan het voorgeschreven niveau.
• Controleer de machine op olielekkage. 6-11
Koelvloeistof • Controleer het koelvloeistofniveau in het reservoir.
• Vul indien nodig de aanbevolen koelvloe
istof bij tot aan het voorgeschreven ni-
veau.
• Controleer het koelsysteem op lekkage. 6-14
Voorrem • Controleer de werking.
• Als de koppeling zacht of sponzig aanvoelt, vraag dan een Yamaha dealer het
hydraulisch systeem te ontluchten.
• Controleer de remblokken op slijtage.
• Vervang indien nodig.
• Controleer het vloeistofniveau in het reservoir.
• Vul indien nodig het voorgeschreven type remvloeistof bij tot aan het voorge- schreven niveau.
• Controleer het hydraulisch systeem op lekkage. 6-21, 6-22
UB1JD1D0.book Page 1 Friday, October 5, 2018 2:13 PM