YAMAHA TW125 2000 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2000, Model line: TW125, Model: YAMAHA TW125 2000Pages: 84, PDF Size: 3.95 MB
Page 11 of 84

2-2
BESCHRIJVING
1
2
3
4
5
6
7
8
9
8. Achterste opbergvak (blz. 3-10)
9. Accu (blz. 6-30)
10. Zekering (blz. 6-31)11. Gereedschapsset (blz. 6-1)
12. Achterrempedaal (blz. 3-5, 6-20)
13. Oliepeil-kijkglas (blz. 6-9)
89
10
1112 13Rechter aanzicht
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 9
Page 12 of 84

2-3
BESCHRIJVING
1
2
3
4
5
6
7
8
9
14. Koppelingshendel (blz. 3-4, 6-19)
15. Linker stuurschakelaars (blz. 3-2)
16. Snelheidsmeter (blz. 3-2)
17. Chokehendel (choke) (blz. 3-8)
18. Kontaktslot-schakelaar (blz. 3-1)
19. Kontrolelampjes (blz. 3-1)20. Rechter stuurschakelaars (blz. 3-3)
21. Voorremhendel (blz. 3-4, 6-19)
22. Gashendel (blz. 6-15, 6-26)
23. Tankdop (blz. 3-5)
14 15 16 17 18 19 20 21
22
23
Bedieningselementen/instrumenten
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 10
Page 13 of 84

3-1
DAU00027
FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
1
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU00028
Kontaktslot-schakelaar
De kontaktslot-schakelaar (hoofdschake-
laar) dient voor het in- en uitschakelen
van de ontsteking en van de verlichting.
Hieronder volgt de beschrijving van de
bediening.
DAU00036
ON
De elektrische circuits worden ingescha-
keld en de motor kan nu gestart worden.
Als de kontaktslot-schakelaar in deze
stand staat, kan de sleutel niet verwijderd
worden.
DAU00038
OFF
Alle elektrische circuits zijn uitgeschakeld.
Als de kontaktslot-schakelaar
in deze stand staat, kan de sleutel verwij-
derd worden.
DAU00056
Kontrolelampjes
DAU00057
Richtingsaanwijzer-kontrolelampje
“5”
Dit kontrolelampje knippert als de rich-
tingaanwijzer naar links of naar rechts
wordt gezet.
DAU00063
Grootlicht-kontrolelampje “&”
Dit kontrolelampje licht op als het groot-
licht wordt ingeschakeld.
1. Richtingsaanwijzer-kontrolelampje
“5”
2. Grootlicht-kontrolelampje “&”
3. Vrijstand-kontrolelampje “N”
DAU00061
Vrijstand-kontrolelampje “N”
Dit kontrolelampje licht op als de versnel-
ling in zijn vrij staat.
OFFON
312
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 11
Page 14 of 84

3-2
FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
1
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU01087
Snelheidsmeter
De snelheidsmeter geeft de snelheid van
de motorfiets aan. Deze snelheidsmeter
is tevens uitgerust met een kilometerteller
en een dagteller. De dagteller kan op nul
teruggezet worden met de nulstelknop.
Gebruik deze dagteller om te kijken hoe-
veel kilometer u met één volle tank kunt
afleggen, zonder op reserve te hoeven
overgaan. Als u dit enkele malen doet,
zult u in de toekomst beter kunnen plan-
nen waar en wanneer u moet stoppen om
te tanken.
1. Nulstelknop
2. Snelheidsmeter
3. Kilometerteller
4. Dagteller
DAU00118
StuurschakelaarsDAU00121
Grootlicht/dimlicht-schakelaar
Draai de schakelaar naar “&” voor
grootlicht en naar “%” voor dimlicht.
1. Lichtschakelaar
2. Grootlicht/dimlicht-schakelaar
3. Richtingaanwijzer-schakelaar
4. Klaxon-schakelaar “*”
OPMERKING:
(alleen voor het Duitse model met snel-
heidsbegrenzer)
Deze motorfiets is voorzien van een snel-
heidsbegrenzer die zorgt dat de maxi-
mumsnelheid van 80 km/uur niet over-
schreden kan worden.
1
2
3
4
4
1
2
3
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 12
Page 15 of 84

3-3
FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
1
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU00127
Richtingaanwijzer-schakelaar
Om de rechter-richtingaanwijzer in te
schakelen, duwt u de schakelaar naar
“6”. Om de linker-richtingaanwijzer in te
schakelen, duwt u de schakelaar naar
“4”. Als u de schakelaar loslaat, keert
deze terug naar de middenpositie. Om de
richtingaanwijzer weer uit te zetten, drukt
u de schakelaar in, terwijl deze in de mid-
denpositie staat.
DAU00129
Klaxon-schakelaar “*”
Druk de schakelaar in om te klaxoneren.
DAU00134
Lichtschakelaar
Door de lichtschakelaar naar “
'” te
draaien zal het dimlicht, de meterverlich-
ting en de achterverlichting ingeschakeld
worden. Door de lichtschakelaar naar
“:” te draaien zal de koplamp ook inge-
schakeld worden.
DAU00143
Startschakelaar “,”
Als u de startschakelaar indrukt zal de
startmotor de motor doen ronddraaien.
DC000005
<>
Zie, alvorens de motor te starten, de
paragraaf met aanwijzingen over het
starten.
1
2
DAU00138
Motorstop-schakelaar
De motorstop-schakelaar is een veilig-
heids-schakelaar voor gebruik onder
noodomstandigheden, zoals wanneer de
motorfiets is omgevallen of bij problemen
met de gasklep. Draai de schakelaar naar
“#” als u de motor wilt starten. In nood-
gevallen draait u de schakelaar naar “$”.
1. Motorstop-schakelaar
2. Startschakelaar “,”
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 13
Page 16 of 84

3-4
FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
1
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU00157
Versnellingspedaal
Deze motorfiets is uitgerust met een 5-
versnellingsbak met konstante aangrij-
ping.
Het versnellingspedaal bevindt zich links
van het motorblok. Schakel nooit op of
terug, zonder de koppeling te gebruiken.
1. Versnellingspedaal
N. Vrijstand
DAU00152
Koppelingshendel
De koppelingshendel is bevestigd aan het
linkerhandvat van het stuur, en het ont-
stekingsblokkeersysteem is ingebouwd in
het koppelingshendel-handvat. Om te
ontkoppelen, trekt u de koppelingshendel
in. Om de koppeling weer te laten opko-
men laat u de koppelingshendel weer
langzaam van het stuur weg gaan. Voor
een soepele bediening is het het beste
om de koppelingshendel snel in te trek-
ken en langzaam te laten opkomen. (Zie
de paragraaf met de aanwijzingen over
het starten, voor een beschrijving van het
circuit van het ontstekingsblokkeersys-
teem).
1. Koppelingshendel
DAU00158
Voorremhendel
De voorremhendel is bevestigd aan het
rechterhandvat van het stuur. Trek de
hendel in om te remmen.
1. Voorremhendel
11
1
N5
4
3
2
1
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 14
Page 17 of 84

3-5
FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
1
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU00162
Achterrempedaal
Het achterrempedaal bevindt zich rechts
van het motorblok. Trap het pedaal in om
te remmen.
1. Achterrempedaal
DAU01498
Benzinetankdop
Openen
Steek de sleutel in het sleutelgat en draai
deze 1/4 slag rechtsom. Open de dop
door deze linksom met te draaien.
Sluiten
Draai de dop rechtsom met de sleutel er
in, met de sleutel er nog steeds ingesto-
ken. Draait u hem rechtsom terug in de
corsprokelijke srand.
1. Benzinetankdop
OPMERKING:
De benzinetankdop kan niet op de tank
gedraaid worden als de sleutel niet in het
sleutelgat steekt. Als de benzinetankdop
niet goed is gesloten, kan de sleutel er
niet uit verwijderd worden.
DW000023
X@
Kontroleer altijd of de benzinetankdop
goed op de bezinetank zit, alvorens
weg te rijden.
11
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 15
Page 18 of 84

3-6
FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
1
2
3
4
5
6
7
8
9
1
2
DAU01183
Benzine
Kontroleer of er zich voldoende benzine
in de benzinetank bevindt. Vul de brand-
stoftank tot onderaan de vulhals, zoals in
de afbeelding aangegeven.
DW000130
X@
Zorg dat de benzinetank niet al te vol
is. Let tevens op dat er geen benzine
op een heet motorblok wordt gemorst.
Vul de tank nooit verder dan tot onder-
aan de vulhals, anders bestaat de kans
dat de benzinetank overloopt, als de
benzine door verwarming uitzet.
1. Vulskang
2. Brandstofnivo
DAU00185
<>
Als er benzine wordt gemorst, veeg
deze dan onmiddellijk weg met een
droge, zachte doek. Benzine kan
geverfde oppervlakken en plastic
afwerking aantasten.
DAU00191
OPMERKING:
Als de motor klopt of pingelt, probeer dan
een verschillend merk benzine of benzine
met een hoger oktaangehalte.
Aanbevolen brandstof:
Normale, loodvrije benzine met een
oktaangehalte van 91 ron of hoger
(oktaangehalte zoals door
onderzoek bepaald).
Inhoud benzinetank:
Totaal:
7.0 L
Reserve:
1.0 L
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 16
Page 19 of 84

3-7
FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
1
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU01121
Benzinekraan
De benzinekraan voert benzine toe aan
de carburateur en tegelijkertijd wordt de
benzine gefilterd.
De benzinekraan heeft drie verschillende
standen:
OFF
Met de benzinekraan in deze stand
stroomt er geen benzine naar de motor.
Zet de benzinekraan altijd in deze stand
als de motor niet draait.
1. Pijlteken op “OFF”
ON
Met de benzinekraan in deze stand
stroomt er benzine naar de carburateur.
Zet de benzinekraan in deze stand voor
het starten van de motor en het rijden met
de motorfiets.
1. Pijlteken op “ON”
RES
Dit is de reservestand. Als de tank tijdens
het rijden leeg raakt, zet u de benzine-
kraan in deze stand. Vul de tank dan bij
de eerste gelegenheid bij. Zet na het bij-
tanken vooral de benzinekraan weer
terug in de normale “ON” stand!
1. Pijlteken op “RES”
RES
ONFUEL
OFF
1
OFF: gesloten stand
OFF
ONFUEL RES
1
RES
RES: reserve-stand
ONFUEL
RES
OFF
1ON
ON: normale stand
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 17
Page 20 of 84

3-8
FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
1
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU02976
Chokeknop (choke) “1”
Het starten van een koude motor vereist
een rijker mengsel (meer benzine/minder
lucht). Een gescheiden choke-startcircuit
zorgt voor de toevoer van dit verrijkte
mengsel.
Draai in de arichting om de chokeknop
(choke) in te schakelen.
Draai in de brichting om de chokeknop
(choke) uit te schakelen.
1. Chokeknop (choke) “1”
DAU02934
Stuurslot
Het stuur op slot zetten
Draai het stuur helemaal naar rechts en
open het dekseltje van het stuurslot.
Steek de sleutel in het slot en draai deze
een 1/8 slag naar links. Druk vervolgens
de sleutel in terwijl u het stuur iets terug
naar links draait en draai de sleutel nu 1/8
slag rechtsom.
Controleer of het stuur vergrendeld is,
trek de sleutel uit het slot en plaats het
dekseltje terug over het slot.
1. Stuurslot
2. Dekseltje van het stuurslot
Het stuur van het slot halen
Steek de sleutel in het slot, druk hem in
en draai hem een 1/8 slag naar links
zodat hij omhoogkomt. Dan is het stuur
ontgrendeld en kunt u de sleutel verwijde-
ren.
a
b
1
12
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 18