YAMAHA XVS1100 2001 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2001, Model line: XVS1100, Model: YAMAHA XVS1100 2001Pages: 102, PDF Size: 14.66 MB
Page 41 of 102

CONTROLES VOOR HET STARTEN4-2
4
Koppeling• Controleer de werking.
• Smeer de kabel als dat nodig is.
• Controleer de vrije slag van de koppelingshendel.
• Stel zo nodig bij.6-17
Gasgreep• Controleer of de werking soepel is.
• Smeer de gasgreep, de behuizing en de gaskabels als dat nodig is.
• Controleer de vrije slag.
• Vraag zo nodig de Yamaha dealer om af te stellen.6-13
Bedieningskabels• Controleer of de werking soepel is.
• Smeer als dat nodig is.6-22
Wielen en banden• Controleer op schade.
• Controleer de conditie van de band en de profieldiepte.
• Controleer de bandspanning.
• Corrigeer als dat nodig is.6-13–6-16
Rem- en schakelpedalen• Controleer of de werking soepel is.
• Smeer de pedaalscharnierpunten als dat nodig is.6-23
Rem- en koppelingshendels• Controleer of de werking soepel is.
• Smeer zo nodig de hendelscharnierpunten.6-23
Zijstandaard• Controleer of de werking soepel is.
• Smeer zo nodig het scharnierpunt.6-24
Framebevestigingen• Controleer of alle moeren, bouten en schroeven stevig zijn vastgezet.
• Zet zo nodig vast.—
Instrumenten, verlichting,
signaleringssysteem en
schakelaars• Controleer de werking.
• Corrigeer als dat nodig is.—
Noodstopschakelaar• Controleer de werking.3-5
Zijstandaardschakelaar• Controleer de werking van het startspersysteem.
• Als het systeem defect is, vraag dan een Yamaha dealer de machine na te kijken.3-18 ONDERDEEL CONTROLES PAGINA
D_5pb.book Page 2 Thursday, October 5, 2000 10:05 AM
Page 42 of 102

CONTROLES VOOR HET STARTEN
4-3
4
OPMERKING:_ Voordat de motorfiets wordt gebruikt moet telkens een korte algemene controle worden uitgevoerd. Zo’n inspectie neemt maar weinig tijd
in beslag en de hiermee gegarandeerde veiligheid is die tijd alleszins waard. _
DWA00033
WAARSCHUWING
_ Wanneer functies vermeld in de Controlelijst voor Gebruik niet naar behoren werken, laat dan een inspectie uitvoeren en even-
tueel repareren voordat u de machine gebruikt. _D_5pb.book Page 3 Thursday, October 5, 2000 10:05 AM
Page 43 of 102

GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE
5
Starten van een koude motor ............................................................ 5-1
Starten van een warme motor ........................................................... 5-3
Schakelen van versnellingen ............................................................. 5-3
Aanbevolen schakelpunten (alleen voor Zwitserland) ....................... 5-4
Tips voor een zuinig brandstofverbruik ............................................. 5-4
Inrijperiode ........................................................................................ 5-5
Parkeren ............................................................................................ 5-5
D_5pb.book Page 1 Thursday, October 5, 2000 10:05 AM
Page 44 of 102

5-1
5
DAU00372
5-GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE
DAU00373
WAARSCHUWING
_ l
Zorg dat u volkomen vertrouwd
bent met alle bedieningsfuncties en
hun werking voordat u gaat rijden.
Informeer bij een Yamaha dealer als
u de werking van een schakelaar of
functie niet volkomen begrijpt.
l
Start de motor nooit in een afgeslo-
ten ruimte en laat deze hierin ook
niet lange tijd aaneen draaien. Uit-
laatgassen zijn giftig en het inade-
men ervan kan al binnen korte tijd
leiden tot bewusteloosheid en do-
delijk letsel. Controleer altijd of er
voldoende ventilatie is.
l
Controleer of de zijstandaard is in-
getrokken alvorens weg te rijden.
Als de zijstandaard niet behoorlijk
is ingetrokken, kan deze de grond
raken en zo de motorrijder afleiden,
waardoor u de macht over het stuur
verliest.
_
DAU01714*
Starten van een koude motor Het startspersysteem staat starten alleen
toe als aan een van de volgende voorwaar-
den is voldaan:l
De versnellingsbak staat in de vrij-
stand.
l
De versnellingsbak staat in een ver-
snelling geschakeld terwijl de koppe-
lingshendel is ingetrokken en de
zijstandaard is opgeklapt.
DW000054
WAARSCHUWING
_ l
Controleer voor het starten van de
motor de werking van het startsper-
systeem en volg daarbij de werkwij-
ze beschreven op pagina 3-20.
l
Ga nooit rijden terwijl de zijstan-
daard omlaag staat.
_
1. Draai de kraanhendel in “ON”.
2. Draai de contactsleutel naar “ON” en
controleer of de noodstopschakelaar
op “ ” is gezet.
3. Schakel de versnellingsbak in de
vrijstand.OPMERKING:_ Als de versnellingsbak in de vrijstand staat,
moet het vrijstandcontrolelampje branden;
zo niet, vraag dan een Yamaha dealer het
elektrisch circuit te testen. _
D_5pb.book Page 1 Thursday, October 5, 2000 10:05 AM
Page 45 of 102

GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE
5-2
5
4. Zet de choke aan en draai de gas-
greep helemaal dicht. (Zie pagina 3-10
voor de bediening van de choke.)
5. Start de motor door de startknop in te
drukken.OPMERKING:_ Als de motor niet wil starten, laat dan de
startknop los, wacht een paar seconden en
probeer het dan opnieuw. Iedere startpo-
ging moet zo kort mogelijk zijn om de accu
te sparen. U dient de startmotor nooit lan-
ger dan 10 seconden achtereen te laten
draaien. _
DCA00023
LET OP:_ Als de contactsleutel naar “ON” wordt
gedraaid moet het waarschuwings-
lampje voor olieniveau enkele seconden
branden en dan doven. Als het olieni-
veaulampje knippert of aan blijft na het
starten, zet de motor dan direct af, con-
troleer het olieniveau en let op eventuele
olielekkage. Vul zo nodig motorolie bij
en controleer het olieniveaulampje dan
opnieuw. Vraag een Yamaha dealer het
elektrisch circuit te controleren als het
waarschuwingslampje niet gaat bran-
den als de contactsleutel naar “ON”
wordt gedraaid of als het lampje niet
dooft terwijl gestart wordt met voldoen-
de motorolie. _
6. Zet na het starten van de motor de
chokehendel tot halverwege terug.
DCA00045
LET OP:_ Trek nooit snel op terwijl de motor nog
koud is, dit verkort de levensduur van de
motor! _7. Zet de choke uit zodra de motor warm
is.OPMERKING:_ De motor is warm wanneer hij normaal rea-
geert op de gasbediening terwijl de choke
uit is gezet. _
D_5pb.book Page 2 Thursday, October 5, 2000 10:05 AM
Page 46 of 102

GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE
5-3
5
DAU01258
Starten van een warme motor Volg dezelfde procedure als bij starten van
een koude motor, alleen is het gebruik van
de choke niet nodig als de motor warm is.
DAU00423
Schakelen van versnellingen Door de versnellingen te schakelen kunt u
het beschikbare motorvermogen doseren
bij het wegrijden, optrekken, tegen een hel-
ling oprijden etc.
De schakelstanden worden getoond in de
afbeelding.OPMERKING:_ Om de versnellingsbak in de vrijstand te
schakelen wordt het schakelpedaal enkele
malen ingetrapt totdat het einde van de slag
bereikt is, waarna het pedaal iets wordt
opgetrokken. _1. Schakelpedaal
N. VrijstandXVS1100
1. Schakelpedaal
N. VrijstandXVS1100A
D_5pb.book Page 3 Thursday, October 5, 2000 10:05 AM
Page 47 of 102

GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE
5-4
5
DC000048
LET OP:_ l
Rijd niet lange tijd met afgezette
motor, ook niet met de versnel-
lingsbak in de vrijstand, en sleep de
motorfiets niet over lange afstan-
den. De versnellingsbak wordt al-
leen afdoende gesmeerd terwijl de
motor draait. Door onvoldoende
smering kan de versnellingsbak
worden beschadigd.
l
Gebruik altijd de koppeling om de
versnellingsbak te schakelen om zo
schade aan de motor, de versnel-
lingsbak en de aandrijving te voor-
komen; door hun constructie zijn
deze niet bestand tegen de schok-
ken die optreden bij belast
schakelen.
_
DAU02941
Aanbevolen schakelpunten
(alleen voor Zwitserland) De aanbevolen schakelpunten tijdens ac-
celereren staan vermeld in de tabel hierna.CF-01DOPMERKING:_ Wanneer ineens twee versnellingen tegelijk
wordt teruggeschakeld, moet in gelijke
mate snelheid worden geminderd (bijvoor-
beeld minderen tot 35 km/u bij terugscha-
kelen van de 4e naar de 2e versnelling). _
DAU00424
Tips voor een zuinig
brandstofverbruik Het brandstofverbruik is vooral afhankelijk
van uw rijstijl. Hierna volgen enkele tips om
het brandstofverbruik te verlagen:l
Laat de motor goed warmdraaien.
l
Zet de choke zo snel mogelijk uit.
l
Schakel snel en soepel door en ver-
mijd hoge toerentallen terwijl u accele-
reert.
l
Geef geen gas tijdens het terugscha-
kelen en voorkom dat de motor onbe-
last met een hoog toerental draait.
l
Laat de motor niet langdurig stationair
draaien maar zet hem af (bijvoorbeeld
in files, bij stoplichten of bij spoorweg-
overgangen).
Aanbevolen snelheid
(km/u)
1e®
2e
2e®
3e
3e®
4e
4e®
5e23
36
50
60
D_5pb.book Page 4 Thursday, October 5, 2000 10:05 AM
Page 48 of 102

GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE
5-5
5
DAU01128
Inrijperiode De belangrijkste periode in de levensduur
van het motorblok is de tijd tussen 0 en
1.600 km. Lees daarom de volgende infor-
matie aandachtig door.
Omdat het motorblok gloednieuw is, mag
dit de eerste 1.600 km niet te zwaar worden
belast. De verschillende onderdelen van de
motor slijten op elkaar in totdat de juiste be-
drijfsspelingen zijn bereikt. Rijd tijdens deze
periode nooit langdurig volgas en vermijd
ook andere manoeuvres die tot oververhit-
ting van de motor kunnen leiden.
DAU01171*
0–1.000 km
Rijd niet langdurig met de gasgreep meer
dan 1/3 open gedraaid.
1.000–1.600 km
Houd de gasgreep niet langdurig voorbij
halverwege opengedraaid.
DC000056*
LET OP:_ Nadat de eerste 1.000 km zijn afgelegd,
moet de motorolie en de cardanolie wor-
den ververst en het oliefilterelement
worden vervangen. _1.600 km en verder
De machine kan nu verder normaal worden
gebruikt.
DC000049
LET OP:_ Als tijdens de inrijperiode motorschade
optreedt, vraag dan direct een Yamaha
dealer de machine te controleren. _
DAU00457
Parkeren Zet om te parkeren de motor af, neem de
sleutel uit het contactslot en draai dan de
benzinekraan naar “OFF”.
DW000058
WAARSCHUWING
_ l
De motor en het uitlaatsysteem
kunnen zeer heet worden, parkeer
dus op een plek waar voetgangers
of kinderen niet gemakkelijk met
deze onderdelen in aanraking kun-
nen komen.
l
Parkeer niet op een helling of op
een zachte ondergrond, de motor
zou dan kunnen omvallen.
_
D_5pb.book Page 5 Thursday, October 5, 2000 10:05 AM
Page 49 of 102

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6
Boordgereedschapsset ........................................ 6-1
Periodiek smeer- en onderhoudsschema ............ 6-2
Het stroomlijnpaneel verwijderen en
aanbrengen ....................................................... 6-5
Controleren van de bougies ................................. 6-6
Motorolie en oliefilterelement ............................... 6-7
Cardanolie ........................................................... 6-9
Reinigen van het luchtfilterelement .................... 6-11
Afstellen van de carburateurs ............................ 6-12
Afstellen van het stationair toerental .................. 6-12
Afstellen van de vrije slag van de gaskabel ....... 6-13
Afstellen van de klepspeling .............................. 6-13
Banden .............................................................. 6-13
Spaakwielen ...................................................... 6-16
Vrije slag van koppelingshendel afstellen .......... 6-17
Afstellen van de vrije slag van de remhendel .... 6-17
De stand van het rempedaal afstellen ............... 6-19
Afstellen van de remlichtschakelaar
achterrem ........................................................ 6-19
Controleren van de remblokken voor- en
achter ............................................................... 6-20Controleren van remvloeistofniveau .................. 6-21
Verversen van remvloeistof ............................... 6-22
Controleren en smeren van de kabels .............. 6-22
Controleren en smeren van gasgreep en
gaskabel .......................................................... 6-22
Controleren en smeren van rem- en
schakelpedalen ............................................... 6-23
Controleren en smeren van de rem- en
koppelingshendel ............................................ 6-23
Controleren en smeren van de zijstandaard ..... 6-24
Controleren van de voorvork ............................. 6-24
Controle van stuursysteem ............................... 6-25
Controleren van wiellagers ................................ 6-25
Accu .................................................................. 6-26
Zekeringen vervangen ...................................... 6-28
De koplampgloeilamp vervangen ...................... 6-30
Vervangen van gloeilampen voor
richtingaanwijzer of remlicht/achterlicht .......... 6-31
Storingzoeken ................................................... 6-32
Storingzoekschema .......................................... 6-33
D_5pb.book Page 1 Thursday, October 5, 2000 10:05 AM
Page 50 of 102

6-1
6
DAU00462
6-PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
DAU00464
Veiligheid is de verantwoordelijkheid van de
eigenaar. Door periodiek inspecties, afstel-
lingen en smeerbeurten uit te laten voeren,
zorgt u ervoor dat uw machine in zo veilig
en efficiënt mogelijke conditie blijft. Op de
volgende pagina’s wordt de belangrijkste
informatie met betrekking tot inspecties, af-
stellingen en smeerbeurten gegeven.
De intervalperioden in het periodieke smeer-
en onderhoudsschema zijn slechts te be-
schouwen als algemene richtlijn voor norma-
le rijomstandigheden. Het is echter mogelijk
dat de INTERVALPERIODEN VOOR ON-
DERHOUD MOETEN WORDEN VER-
KORT AFHANKELIJK VAN HET WEER,
HET TERREIN, DE GEOGRAFISCHE LO-
CATIE EN INDIVIDUEEL GEBRUIK.
DW000060
WAARSCHUWING
_ Vraag een Yamaha dealer het onder-
houdswerk uit te voeren als u hiermee
niet echt vertrouwd bent. _
DAU01129
Boordgereedschapsset De boordgereedschapsset is te vinden in
het opbergcompartiment. (Zie pagina 3-14
voor de werkwijze bij het openen van het
opbergcompartiment.)
De onderhoudsinformatie in deze handlei-
ding en het gereedschap in de boordge-
reedschapsset zijn bedoeld om u te
ondersteunen bij het uitvoeren van preven-
tief onderhoud en kleinere reparaties. Het
gebruik van extra gereedschap zoals een
momentsleutel kan echter nodig zijn om be-
paalde onderhoudswerkzaamheden cor-
rect uit te voeren.
OPMERKING:_ Laat een Yamaha dealer onderhoud ver-
richten als u niet beschikt over het gereed-
schap of de ervaring die voor bepaalde
werkzaamheden vereist zijn. _
DW000063
WAARSCHUWING
_ Door modificaties die niet door Yamaha
zijn goedgekeurd kan het motorvermo-
gen achteruitgaan of de machine te on-
veilig worden om nog te gebruiken
Raadpleeg een Yamaha dealer voordat u
zelf wijzigingen aanbrengt. _
1. Boordgereedschapsset
D_5pb.book Page 1 Thursday, October 5, 2000 10:05 AM