YAMAHA XVS950 2015 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2015, Model line: XVS950, Model: YAMAHA XVS950 2015Pages: 86, PDF Size: 2.22 MB
Page 21 of 86

WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-6
3
Snelheidsmeter
De snelheidsmeter geeft de rijsnelheid van
het voertuig aan.
Kilometerteller, rittellers, ritteller voor
b ran dstofreserve en klok
Door indrukken van de “SELECT”-schake-
laar wisselt de weergave tussen de kilome-
tertellermodus “ODO”, de rittellermodi
“TRIP 1” en “TRIP 2” en de klokmodus, in
de onderstaande volgorde:
ODO → TRIP 1 → TRIP 2 → klok → ODO
Als het waarschuwingslampje brandstofni-
veau aangaat (zie pagina 3-3), wisselt de
weergave automatisch naar de brandstof-
reserve-rittellermodus “TRIP F” en wordt
de afgelegde afstand vanaf dat punt aan-
gegeven. In dat geval wordt door het in-
drukken van de “SELECT”-schakelaar in de onderstaande volgorde gewisseld tussen
de diverse weergaven van rittellers en kilo-
meterteller:
TRIP F →
TRIP 1 → TRIP 2 → klok → ODO
→ TRIP F
Om een ritteller op nul terug te stellen, se-
lecteert u deze door op de “SELECT”-
schakelaar te drukken en houdt u daarna
de “SELECT”-schakelaar minstens een se-
conde ingedrukt. Wanneer u de brandstof-
reserve-ritteller niet ze lf met de hand op nul
terugstelt, wordt deze automatisch terug-
gesteld zodra na het tanken 5 km (3 mi) is
gereden en verschijnt de vorige weergave-
modus weer.
Om de klok op tijd te zetten
1. Houd de “SELECT”-schakelaar min- stens 5 seconden ingedrukt. 2. Als de uuraanduiding begint te knip-
peren, druk dan op de “SELECT”-
schakelaar om de uren in te stellen.
3. Houd de “SELECT”-schakelaar min- stens een seconde ingedrukt en de
minutenaanduiding zal gaan knippe-
ren.
4. Druk op de “SELECT”-schakelaar om
de minuten in te stellen.
5. Houd de “SELECT”-schakelaar min- stens een seconde ingedrukt om de
klok te starten.
Zelf dia gnosesysteem
Dit model is uitgerust met een zelfdiagno-
sesysteem voor diverse elektrische circuits.
1. Kilometerteller/ritteller/ritteller brandstofre- serve/klok
1
1. Klok
1
1. Weergave foutcode
2. Waarschuwingslampje motorstoring “ ”
3. Controlelampje startblokkering “ ”
123
UB33D0D0.book Page 6 Monday, December 1, 2014 2:33 PM
Page 22 of 86

WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-7
3
Als in een van deze circuits een storing
wordt gedetecteerd, gaat het waarschu-
wingslampje motorstoring branden en
geeft het display een foutcode weer.
Als het display foutcodes weergeeft, noteer
deze dan en vraag een Yamaha dealer om
het voertuig te controleren.
Het zelfdiagnosesysteem detecteert ook
storingen in de circuits van het startblok-
keersysteem.
Als in de circuits van het startblokkeersy-
steem een storing wordt gedetecteerd,
gaat het controlelampje startblokkering
knipperen en geeft het display een foutco-
de weer.OPMERKINGAls het display foutcode 52 weergeeft, be-
treft dit mogelijk een storing in het trans-
pondersignaal. Als deze fout zich voordoet,
probeer dan het volgende.1. Start de motor met behulp van de co-deersleutel.OPMERKINGHoud andere startblokkeersleutels uit de
buurt van het contactslot en bewaar niet
meer dan één startblokkeersleutel aan de-
zelfde sleutelring! Startblokkeersleutels kunnen signaalstoring veroorzaken, waar-
door de motor mogelijk niet kan worden
gestart.
2. Als de motor start, zet deze dan weer
uit en probeer hem opnieuw te starten
met de standaardsleutels.
3. Als de motor niet kan worden gestart met een of beide standaardsleutels,
breng dan het voertuig, de codeer-
sleutel en beide standaardsleutels
naar een Yamaha dealer en laat de
standaardsleutels opnieuw coderen.LET OP
DCA11591
Wanneer het d isplay een foutco de aan-
g eeft, moet de machine zo spoe dig mo-
g elijk wor den gecontroleer d om
motorscha de te voorkomen.
DAU1234H
StuurschakelaarsLinks1. Lichtsignaalschakelaar “ ”
2. Dimlichtschakelaar “ / ”
3. Richtingaanwijzerschakelaar “ / ”
4. Claxonschakelaar “ ”
1234
UB33D0D0.book Page 7 Monday, December 1, 2014 2:33 PM
Page 23 of 86

WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-8
3
Rechts
DAU12351
Lichtsignaalschakelaar “ ”
Druk deze schakelaar in om de koplamp
een lichtsignaal te laten afgeven.
DAU12401
Dimlichtschakelaar “ / ”
Zet deze schakelaar op “ ” voor groot-
licht en op “ ” voor dimlicht.
DAU12461
Richtin gaanwijzerschakelaar “ / ”
Druk deze schakelaar naar “ ” om afslaan
naar rechts aan te geven. Druk deze scha-
kelaar naar “ ” om afslaan naar links aan
te geven. Na loslaten keert de schakelaar
terug naar de middenstand. Om de rich- tingaanwijzers uit te schakelen wordt de
schakelaar ingedrukt nadat hij is terugge-
keerd in de middenstand.
DAU12501
Claxonschakelaar “ ”
Druk deze schakelaar in om een claxonsig-
naal te geven.
DAU54211
Startschakelaar/noo
dstopschakelaar
“//”
Als u de motor wilt starten met de startmo-
tor, zet u deze schakelaar op “ ” en drukt
u vervolgens op de “ ”-zijde van de scha-
kelaar. Zie pagina 5-1 voor startinstructies
voordat u de motor start.
Zet deze schakelaar op “ ” om de motor
direct uit te schakelen in een noodgeval,
zoals wanneer de machine omslaat of als
de gaskabel blijft hangen.
DAU41701
Het waarschuwingslampje voor motorsto-
ring gaat branden als de sleutel naar “ON”
wordt gedraaid en de startknop wordt inge-
drukt. Dit wijst echter niet op een storing.
DAU12735
Schakelaar alarmverlichtin g“”
Met de sleutel in de stand “ON” of “ ”
kan deze schakelaar worden gebruikt voor
het inschakelen van de alarmverlichting
(gelijktijdig knipperen van alle richtingaan-
wijzers).
De alarmverlichting wordt gebruikt in een
noodgeval of om andere verkeersdeelne-
mers te waarschuwen als uw machine stil-
staat in een mogelijk gevaarlijke
verkeerssituatie.LET OP
DCA10062
Ge bruik de alarmverlichtin g niet g ed u-
ren de lan gere tij d als d e motor niet
d raait om dat hier door de accu kan ont-
la den.
DAU55701
“SELECT”-schakelaar
Deze schakelaar wordt gebruikt om selec-
ties te maken in de kilometer-, ritteller- en
klokweergave van de multifunctionele me-
ter.
Zie “Multifunctionele meter” op pagina 3-5
voor meer informatie.
1. Startschakelaar/noodstopschakelaar “//”
2. “SELECT”-schakelaar
3. Schakelaar alarmverlichting “ ”
213
UB33D0D0.book Page 8 Monday, December 1, 2014 2:33 PM
Page 24 of 86

WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-9
3
DAU12821
Koppelingshen delDe koppelingshendel bevindt zich aan de
linkerstuurgreep. Trek de hendel naar het
stuur toe om de koppeling te ontkoppelen.
Laat de hendel los om de koppeling te laten
aangrijpen. Voor een soepele werking van
de koppeling moet de hendel snel ingetrok-
ken worden en langzaam worden losgela-
ten.
De koppelingshendel is voorzien van een
sperschakelaar die deel uitmaakt van het
startspersysteem. (Zie pagina 3-17.)
DAU12872
Schakelpe daalHet schakelpedaal bevindt zich aan de lin-
kerzijde van de motor en wordt in combina-
tie met de koppelingshendel gebruikt bij
het schakelen van de versnellingen van de
5-traps constant-mesh versnellingsbak op
deze motorfiets.
DAU12892
Remhen delDe remhendel bevindt aan de rechterzijde
van het stuur. Trek de hendel naar gas-
greep toe om de voorrem te bekrachtigen.
1. Koppelingshendel
1
1. Schakelpedaal
2. Vrijstand
1
2
5
4
3
2
N 1 5
4
3
2
N 1
1. Remhendel
1
UB33D0D0.book Page 9 Monday, December 1, 2014 2:33 PM
Page 25 of 86

WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-10
3
DAU12944
RempedaalHet rempedaal bevindt zich aan de rechter-
zijde van de motorfiets. Trap op het rempe-
daal om de achterrem te bekrachtigen.
DAU67580
ABSHet Yamaha ABS (anti-blokkeervoorziening
remsysteem) bestaat uit een dubbel uitge-
voerd elektronisch regelsysteem dat de
voorrem en achterrem onafhankelijk aan-
stuurt.
Gebruik de remmen met ABS net zoals
conventionele remmen. Bij activering van
het ABS-systeem kan een pulsatie worden
gevoeld in de remhendel of het rempedaal.
Ga in dat geval door met remmen en laat
het ABS-systeem het werk doen. Ga niet
“pompend” remmen, dit vermindert de re-
meffectiviteit.
WAARSCHUWING
DWA16051
Hou d altij d een veili ge afstan d tot voor-
li ggers, zelfs als uw voertui g is uit gerust
met ABS. Het ABS-systeem functioneert het
effectiefst over lan ge remweg en.
Op bepaal de oppervlakken, zoals
slechte we gen of grin dweg en, kan
d e remafstan d met het ABS-sy-
steem lan ger zijn dan zon der ABS-
systeem.Het ABS-systeem wordt bewaakt door een
ECU die het systeem bij een storing laat te-
rugkeren naar conventioneel remmen.
OPMERKING Het ABS-systeem voert een zelfdiag-
nosetest uit telkens nadat de sleutel
op “ON” is gezet en het voertuig rijdt
met een snelheid van 10 km/h (6 mi/h)
of hoger. Tijdens deze test hoort u een
“klikkend” geluid van de hydraulische
regeleenheid en wanneer u de rem-
hendel of het rempedaal licht bedient,
kan een trilling in de hendel of het pe-
daal voelbaar zijn. Dit duidt niet op een
storing.
Dit ABS-systeem is uitgerust met een
testfunctie waarbij de bestuurder pul-
saties kan voelen in de remhendel of
het rempedaal terwijl het ABS-sy-
steem actief is. Er is echter speciaal
gereedschap vereist, dus neem con-
tact op met uw Yamaha dealer.LET OP
DCA20100
Let op d at de wielsensor en de rotor van
d e wielsensor niet bescha digd raken,
an ders kan het ABS-systeem niet meer
naar behoren werken.
1. Rempedaal
1
UB33D0D0.book Page 10 Monday, December 1, 2014 2:33 PM
Page 26 of 86

WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-11
3
DAU13125
TankdopOm de tank dop te verwij deren
Schuif het slotplaatje op de tankdop open,
steek de sleutel in het slot en draai deze
dan 1/4 slag rechtsom. Het slot wordt ont-
grendeld en de tankdop kan worden verwij-
derd.
Om de tank dop aan te b rengen
1. Breng de tankdop aan in de vulope- ning van de brandstoftank, met de
sleutel in het slot en met het “ ”-
merkteken naar voren toe. 2. Draai de sleutel linksom naar de oor-
spronkelijke positie, neem hem uit en
sluit dan het slotplaatje.
OPMERKINGDe tankdop kan alleen worden aange-
bracht met de sleutel in het slot. Bovendien
kan de sleutel niet worden uitgenomen als
de tankdop niet correct aangebracht en
vergrendeld is.
WAARSCHUWING
DWA10132
Controleer voor u gaat rij den of de tank-
d op correct is aan geb racht. Door bran d-
stoflekka ge ontstaat bran dgevaar.
1. Achterste wielnaaf
2. Voorste wielnaaf1
2
1. Slotplaatje tankdop
2. “ ”-merkteken
3. Vergrendelen.
4. Ontgrendelen.1
2
4
3
UB33D0D0.book Page 11 Monday, December 1, 2014 2:33 PM
Page 27 of 86

WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-12
3
DAU13222
BrandstofControleer of er voldoende brandstof in de
brandstoftank aanwezig is.
WAARSCHUWING
DWA10882
Benzine en b enzinedampen zijn zeer
b ran dbaar. Vol g de on derstaan de in-
structies om bran d en ontploffin g te
voorkomen en het letselrisico tij dens het
tanken te verla gen.1. Zet alvorens te tanken de motor af en
zorg dat er niemand op de machine
zit. Rook nooit tijdens het tanken en
tank nooit in de nabijheid van vonken,
open vuur of andere ontstekingsbron-
nen zoals de waakvlammen van gei-
sers en kledingdrogers.
2. Maak de brandstoftank niet te vol.
Steek bij het tanken het vulpistool
goed in de vulopening van de brand-
stoftank. Stop met vullen zodra de
brandstof de onderkant van de vulhals
heeft bereikt. Omdat brandstof uitzet
als deze warm wordt, kan de warmte
van de motor of de zon ervoor zorgen
dat brandstof uit de brandstoftank
stroomt. 3. Veeg uitgestroomde brandstof on-
middellijk af. LET OP: Veeg g emors-
te bran dstof onmi ddellijk af met een
schone, dro ge, zachte d oek, aange-
zien de bran dstof de gelakte opper-
vlakken en kunststof delen kan
aantasten.
[DCA10072]
4. Draai de tankdop stevig vast.
WAARSCHUWING
DWA15152
Benzine is g iftig en kan letsel of overlij-
d en veroorzaken. Sprin g zor gvul dig om
met benzine. Pro beer nooit om b enzine
via de mon d over te hevelen. Roep on-
mi ddellijk me dische hulp in na dat u b en-
zine heeft in geslikt, veel benzine damp
heeft in gead emd of b enzine in uw o gen
heeft gekreg en. Als b enzine op uw hui dterechtkomt, was
deze dan af met water
en zeep. Als u benzine op uw kle din g
morst, trek dan an dere kled ing aan.
DAU57691
LET OP
DCA11401
Ge bruik uitsluiten d loo dvrije benzine.
Loo dhou den de benzine veroorzaakt
ernsti ge schad e aan inwen dig e motor-
on der delen als kleppen en zui gerveren
en ook aan het uitlaatsysteem.Uw Yamaha motorblok is gebouwd op het
gebruik van normale loodvrije benzine met
een octaangetal van RON 95 of hoger. Als
de motor gaat detoneren (pingelen), ge-
bruik dan benzine van een ander merk of
gebruik loodvrije superbenzine. Door lood-
1. Vulpijp brandstoftank
2. Maximaal brandstofniveau
2
1
Voor geschreven bran dstof:
Normale loodvrije benzine (Gasohol
(E10) acceptabel)
Inhou d b ran dstoftank:
12 L (3.2 US gal, 2.6 Imp.gal)
Hoeveelhei d reserve bran dstof (als
het waarschuwin gslampje bran d-
stofniveau gaat bran den):
2.8 L (0.74 US gal, 0.62 Imp.gal)
UB33D0D0.book Page 12 Monday, December 1, 2014 2:33 PM
Page 28 of 86

WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-13
3
vrije benzine te gebruiken gaan bougies
langer mee en blijven de onderhoudskos-
ten beperkt.
Gasohol
Er bestaan twee typen gasohol: gasohol
met ethanol en gasohol met methanol.
Gasohol met ethanol kan worden gebruikt,
mits het ethanolgehalte niet hoger is dan
10% (E10). Gasohol met methanol wordt
niet aangeraden door Yamaha aangezien
deze schade kan toebrengen aan het
brandstofsysteem of problemen kan ople-
veren met de voertuigprestaties.
DAUB1302
Tankbeluchtin gsslan g/overloop-
slan gAlvorens de motorfiets te gebruiken:
Controleer de aansluiting van de tank-
beluchtingsslang/overloopslang.
Controleer de tankbeluchtings-
slang/overloopslang op scheuren of
beschadiging en vervang indien no-
dig.
Controleer of het uiteinde van de tank-
beluchtingsslang/overloopslang niet
verstopt is en reinig indien nodig.
Let op dat de ontluchtings-/overloop-
slang van de brandstoftank door de
klem wordt geleid.
DAU13434
UitlaatkatalysatorDit model is uitgerust met een uitlaatkataly-
sator.
WAARSCHUWING
DWA10863
Het uitlaatsysteem is heet na dat de mo-
tor heeft g ed raai d. Let op het vol gen de
om bran dgevaar of bran dwon den te
voorkomen:
Parkeer de machine nooit na bij
b ran dgevaarlijke stoffen, zoals op
g ras of op an der materiaal dat ge-
makkelijk vlam vat.
Parkeer de machine op een plek
waar voet gan gers of kin deren niet
g emakkelijk met het hete uitlaatsy-
steem in aanrakin g kunnen komen.
Controleer of het uitlaatsysteem is
afgekoel d alvorens on derhou ds-
werkzaamhe den uit te voeren.
Laat de motor niet lan ger dan enke-
le minuten stationair d raaien. Lang
stationair draaien kan lei den tot
oververhittin g.
1. Klem
2. Tankbeluchtingsslang/overloopslang
1
2
UB33D0D0.book Page 13 Monday, December 1, 2014 2:33 PM
Page 29 of 86

WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-14
3
LET OP
DCA10702
Gebruik uitsluiten d loo dvrije benzine. Bij
g eb ruik van loo dhou den de benzine zal
onherstel bare schad e worden toeg e-
b racht aan de uitlaatkatalysator.
DAU55662
StuurslotOm het stuur te ver gren delen
1. Draai het stuur helemaal naar links.
2. Steek de sleutel in het stuurslot, dat zich dicht bij de balhoofdbuis bevindt,
en draai de sleutel daarna een halve
slag rechtsom.
3. Controleer of het stuur is vergrendeld en haal vervolgens de sleutel uit het
slot. Om het stuur te ont
gren delen
1. Steek de sleutel in het stuurslot.
2. Draai de sleutel een halve slag links- om.
3. Neem de sleutel uit.1. Stuurslot
2. Vergrendelen.
LO CKUNLO CK
1
2
1. Ontgrendelen.
L
O CKUNLO CK
1
UB33D0D0.book Page 14 Monday, December 1, 2014 2:33 PM
Page 30 of 86

WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-15
3
DAU66400
ZadelVerwij deren van het za del
1. Verwijder paneel A. (Zie pagina 6-8.)
2. Verwijder de bout.
3. Til de voorzijde van het zadel omhoog en trek het naar voren.
Aan bren gen van het za del
1. Steek de uitsteeksels in de zadelbe-
vestiging zoals afgebeeld. 2. Plaats het zadel in de oorspronkelijke
positie.
3. Druk de voorzijde van het zadel om- laag zodat er geen ruimte is tussen de
rubber dempers en het frame, en draai
dan de bout vast met het voorge-
schreven aanhaalmoment. 4. Monteer het paneel.
OPMERKINGControleer of het zadel stevig is vergren-
deld alvorens te gaan rijden.
1. Bout
1
1. Uitsteeksel
2. Zadelbevestiging
1. Dempingrubber
1
2
1
Aanhaalmoment:
Zadelbevestigingsbout:
16 Nm (1.6 m·kgf, 12 ft·lbf)
UB33D0D0.book Page 15 Monday, December 1, 2014 2:33 PM