YAMAHA YZF-R6 2018 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2018, Model line: YZF-R6, Model: YAMAHA YZF-R6 2018Pages: 112, PDF Size: 4.29 MB
Page 71 of 112

Periodiek on derhou d en afstellin g
7-15
7
OPMERKING
Sla de stappen 6–12 over als de oliefilterpa-
troon niet wordt vervangen.
6. Verwijder de bout van de schakelhen-
del en trek de schakelhendel van de
schakelas.
OPMERKING
Maak indien nodig de schakelschakelaar
en de verbindingsstang los door de onder-
ste moer terug te draaien.
7. Verwijder de overloopslang van de
brandstoftank uit de geleiders.
8. Verwijder de oliefilterpatroon met een oliefiltersleutel.
OPMERKING
De Yamaha dealer kan een oliefiltersleutel
leveren.
9. Smeer een dun laagje schone motor-
olie op de O-ring van de nieuwe oliefil-
terpatroon.
1. Olieaftapplug
2. Pakking
1. Schakelhendel
2. Bout van de schakelhendel
3. Oliefilterpatroon
4. Geleider
5. Overloopslang brandstoftank
1
2
3
4
5
2
1
1. Schakelschakelaar
2. Drijfstang
3. Moer
1. Oliefiltersleutel
1
3
2
1
UBN6D1D0.book Page 15 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 72 of 112

Periodiek on derhou d en afstelling
7-16
7
OPMERKING
Zorg dat de O-ring correct aanligt.
10. Plaats de nieuwe oliefilterpatroon met
een oliefiltersleutel en zet hem dan
met een momentsleutel vast met het
voorgeschreven aanhaalmoment.
11. Breng de overloopslang van de brandstoftank in de geleiders aan en
plaats deze in de oorspronkelijke po-
sitie.
12. Breng de schakelhendel aan door de sleuf in de schakelhendel op één lijn te
brengen met de merkstreep op de
schakelas. Breng vervolgens de bout
van de schakelhendel aan en zet deze
vast met het voorgeschreven aanhaal-
moment. LET OP: Lijn de merk- streep en
de sleuf met elkaar uit om
een goe de schakelwerkin g te waar-
b or gen. Als d e merkstreep en de
sleuf niet met elkaar zijn uit gelijn d,
zal de schakelarm niet goe d b ewe-
g en en kunt u mo gelijk niet op- of
teru gschakelen.
[DCA24140]
13. Monteer de olieaftapplug met een
nieuwe pakking en zet de plug vast
met het voorgeschreven aanhaalmo-
ment.
14. Vul met de aangegeven hoeveelheid van de aanbevolen motorolie.
1. O-ring
1. Momentsleutel
Aanhaalmoment:Oliefilterpatroon:17 N·m (1.7 kgf·m, 13 lb·ft)
1
1. Schakelhendel
2. Bout van de schakelhendel
3. Sleuf
4. Schakelas
5. Merkteken
Aanhaalmoment: Bout van schakelhendel:10 N·m (1.0 kgf·m, 7.4 lb·ft)
Aanhaalmoment: Olieaftapplug:43 N·m (4.3 kgf·m, 32 lb·ft)
Aan bevolen motorolie:
Zie pagina 9-1.
Oliehoeveelheid :
Olieverversing: 2.40 L (2.54 US qt, 2.11 Imp.qt)
Met verwijderen van oliefilterele-
ment: 2.60 L (2.75 US qt, 2.29 Imp.qt)
2
1
3
4
5
UBN6D1D0.book Page 16 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 73 of 112

Periodiek on derhou d en afstellin g
7-17
7
OPMERKING
Veeg enige gemorste olie af nadat de motor
en het uitlaatsysteem zijn afgekoeld.
LET OP
DCA11621
Om het slippen van de koppelin g te
voorkomen ( de motorolie smeert
immers ook de koppelin g) mo gen
g een chemische add itieven worden
toe gevoe gd. Ge bruik geen oliën
met een “CD” dieselspecificatie of
oliën met een ho gere kwaliteit dan
g especificeer d. Ge bruik ook g een
oliën met een “ENERGY CONSER-
VING II” of ho gere aan dui din g.
Zor g d at er geen verontreini gin gen
in het carter terecht komen.
15. Controleer de O-ring van de olie- vuldop op beschadiging en vervang
deze indien nodig.
16. Breng de olievuldop aan en draai deze vast.
17. Start de motor, laat deze een paar mi- nuten stationair draaien en controleer
daarbij op olielekkage. Als er sprake is
van olielekkage, zet de motor dan di-
rect af en zoek de oorzaak.
OPMERKING
Nadat de motor is gestart moet het waar-
schuwingslampje olieniveau uitgaan als het
olieniveau correct is.
LET OP
DCA10402
Zet de motor direct af als het waarschu-
win gslampje olieniveau knippert of blijft
b ran den en laat het voertui g controleren
d oor een Yamaha dealer, zelfs als het
olieniveau in or de is.
18. Zet de motor af, controleer dan het
olieniveau en corrigeer indien nodig. 19. Controleer de O-ring van de peilstok
op beschadiging en vervang deze in-
dien nodig.
20. Breng de stroomlijnpanelen aan.
UBN6D1D0.book Page 17 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 74 of 112

Periodiek on derhou d en afstelling
7-18
7
DAUS1203
Koelvloeistof
Het koelvloeistofniveau moet regelmatig
worden gecontroleerd. Verder moet de
koelvloeistof worden ververst volgens de
intervalperioden vermeld in het periodieke
onderhoudsschema.
OPMERKING
Als er geen originele Yamaha koelvloeistof
beschikbaar is, gebruik dan een ethyleen-
glycol antivries met corrosieremmers voor
aluminium motoren en meng deze met ge-
destilleerd water in een verhouding van 1:1.
DAU3908BControleren van het koelvloeistofniveau
Aangezien het koelvloeistofniveau varieert
met de motortempera tuur, moet het wor-
den gecontroleerd met een koude motor. 1. Zet de machine op een vlakke onder-
grond.
2. Houd de machine rechtop en contro- leer het koelvloeistofniveau in het re-
servoir. 3. Als het koelvloeistofniveau zich op of
onder de merkstreep voor minimum-
niveau bevindt, verwijder dan paneel
B om bij het koelvloeistofreservoir te
komen. (Zie pagina 7-8.)
4. Verwijder de dop van het koelvloei- stofreservoir. WAARSCHUWING!
Verwij der alleen de dop van het
koelvloeistofreservoir. Pro beer
nooit om de ra diatorvul dop te ver-
wij deren als d e motor kou d is.[DWA15162]
5. Vul koelvloeistof bij tot de merkstreep
voor maximumniveau. LET OP: Als er
g een koelvloeistof aanwezi g is, g e-
b ruik dan in plaats daarvan ged istil-
leer d water of onthar d leid ingwater.
Ge bruik geen har d water of zout
water, dit is scha delijk voor d e mo-
tor. Als er in plaats van koelvloeistof
Aan
bevolen koelvloeistof:
YAMALUBE-koelvloeistof
Hoeveelhei d koelvloeistof:
Koelvloeistofreservoir (merkstreep
voor maximumniveau): 0.25 L (0.26 US qt, 0.22 Imp.qt)
Radiator (inclusief alle leidingen): 2.30 L (2.43 US qt, 2.02 Imp.qt)
1. Koelvloeistofreservoir
2. Merkstreep maximumniveau
3. Merkstreep minimumniveau
1. Dop koelvloeistofreservoir
2
1
3
1
UBN6D1D0.book Page 18 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 75 of 112

Periodiek on derhou d en afstellin g
7-19
7
water is geb ruikt, vervan g d it dan
zo snel mo gelijk door koelvloeistof,
an ders is het systeem niet b e-
scherm d te gen vorst en corrosie.
Als er water aan de koelvloeistof is
toe gevoe gd, laat d an een Yamaha
d ealer zo snel mo gelijk het anti-
vries gehalte van de koelvloeistof
controleren om te voorkomen dat
d e effectiviteit van de koelvloeistof
afneemt.
[DCA10473]
6. Breng de dop van het koelvloeistofre-
servoir aan.
7. Monteer het paneel.
DAU33032De koelvloeistof verversen
De koelvloeistof moet volgens de interval-
perioden vermeld in het periodieke smeer-
en onderhoudsschema ververst worden.
Laat de koelvloeistof verversen door een
Yamaha dealer. WAARSCHUWING! Pro-
b eer nooit om de ra diatorvul dop te ver-
wij deren als d e motor warm is.
[DWA10382] DAU36765
Luchtfilterelement
Het luchtfilterelement moet worden vervan-
gen volgens de intervalperioden vermeld in
het periodieke smeer- en onderhoudssche-
ma. Vraag een Yamaha dealer het luchtfilte-
relement te vervangen.
UBN6D1D0.book Page 19 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 76 of 112

Periodiek on derhou d en afstelling
7-20
7
DAU44735
Stationair toerental controleren
Controleer het stationair toerental en laat
het indien nodig door een Yamaha dealer
bijstellen.
DAU21386
De vrije sla g van de gas greep
controleren
Meet de vrije slag van de gasgreep zoals
getoond.
Controleer de vrije slag van de gasgreep re-
gelmatig en laat de vrije slag indien nodig
afstellen door een Yamaha dealer.
Stationair toerental:
1250–1350 tpm
1. Vrije slag van gasgreep
Vrije sla g van gas greep:
3.0–5.0 mm (0.12–0.20 in)
1
UBN6D1D0.book Page 20 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 77 of 112

Periodiek on derhou d en afstellin g
7-21
7
DAU21403
Klepspeling
De kleppen zijn een belangrijke motorcom-
ponent, en aangezien de klepspeling bij ge-
bruik verandert moeten ze worden
gecontroleerd en afgesteld volgens de in-
tervalperioden vermeld in het periodieke
onderhoudsschema. Niet-afgestelde klep-
pen kunnen resulteren in een onjuist lucht-
brandstofmengsel, motorgeluid en uitein-
delijk motorschade. Laat om dit te voorko-
men de klepspeling regelmatig controleren
en afstellen door uw Yamaha dealer.
OPMERKING
Dit onderhoud moet worden uitgevoerd bij
een koude motor.
DAU70961
Banden
Banden zijn het enige contact tussen de
machine en het wegdek. Veiligheid onder
alle rijomstandigheden hangt af van een re-
latief klein contactoppervlak met het weg-
dek. Het is daarom essentieel om de
banden te allen tijde in een goede conditie
te houden en deze op tijd te vervangen
door de voorgeschreven banden.
Ban denspannin g
De bandenspanning moet voor elke rit wor-
den gecontroleerd en indien nodig worden
bijgesteld.
WAARSCHUWING
DWA18370
Rijden met d eze machine met een
onjuiste ban dspanning kan leiden
tot verlies van d e controle met mo-
g elijk ernsti g letsel of overlij den tot
g evol g.
De ban dspanning moet wor den ge-
controleer d en af gestel d terwijl de
b an den kou d zijn (wanneer de tem-
peratuur van de ban den gelijk is aan
d e om gevin gstemperatuur).
WAARSCHUWING
DWA10512
Belaa d uw machine nooit te zwaar. Rij-
d en met een te zwaar belaste machine
kan lei den tot een on geval.
Ban denspannin g b ij kou de ban den:
Voor:
250 kPa (2.50 kgf/cm2, 36 psi)
Achter: 290 kPa (2.90 kgf/cm2, 42 psi)
Maximale belastin g*:
185 kg (408 lb)
* Totaal gewicht van bestuurder, pas-
sagier, bagage en accessoires
UBN6D1D0.book Page 21 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 78 of 112

Periodiek on derhou d en afstelling
7-22
7
Inspectie van ban den
Vóór elke rit moeten de banden worden ge-
controleerd. Als de bandprofieldiepte op
het midden van de band de vermelde limiet
heeft bereikt, de band spijkers of stukjes
glas bevat of wanneer de wang van de
band scheurtjes vertoont, moet de band
onmiddellijk door een Yamaha dealer wor-
den vervangen.
OPMERKING
De slijtagelimiet voor bandprofieldiepte is
voor diverse landen verschillend. Neem al-
tijd de lokale voorschriften in acht.
WAARSCHUWING
DWA10472
Laat sterk versleten ban den door
een Yamaha d ealer vervangen. Rij-
d en op een machine met versleten
b an den is niet alleen ver boden,
maar dit heeft ook een averechts
effect op de rijsta biliteit, waard oor
u de macht over het stuur zou kun-
nen verliezen.
De vervan gin g van on der delen van
wielen en remmen, inclusief ban-
d en, dient te wor den over gelaten aan een Yamaha d
ealer, die over de
no dig e vakkun dig e kennis en erva-
rin g b eschikt om d it te doen.
Rijd niet te snel direct na het ver-
wisselen van een ban d. Het b and-
oppervlak dient eerst te zijn
in ger
e den voor dat het zijn optimale
ei genschappen verkrij gt.
Ban deninformatie
Dit model is uitgerust met tubeless banden
en bandventielen.
Banden verouderen, zelfs als ze niet of
slechts sporadisch zijn gebruikt. Scheuren
in het rubber van het loopvlak en de wang
van de band, soms in combinatie met ver-
vorming van het karkas, zijn een teken van
veroudering. Oude banden moeten worden
gecontroleerd door een bandenspecialist
om na te gaan of ze geschikt zijn voor ver-
der gebruik.
WAARSCHUWING
DWA10482
Monteer altij d voor- en achter ban-
d en van hetzelf de merk en type.
Verschillen de ban den kunnen het
we gge dra g van de machine veran-
d eren, wat kan lei den tot een on ge-
val.
1. Wang van band
2. Bandprofieldiepte
Minimale ban dprofiel diepte (voor en
achter):
1.6 mm (0.06 in)
1. Bandventiel
2. Bandventielbuis
3. Bandventieldop met afdichting
UBN6D1D0.book Page 22 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 79 of 112

Periodiek on derhou d en afstellin g
7-23
7
Controleer altij d of d e ventiel dopjes
stevi g zijn b evestigd om zo lucht-
lekkag e te voorkomen.
Gebruik uitsluiten d d e hierna ver-
mel de ban dventielen en luchtven-
tiel buisjes om bij ho ge rijsnelhed en
een te la ge ban dspannin g te voor-
komen.
Na uitgebreide tests zijn alleen de hieron-
der vermelde banden door Yamaha goed-
gekeurd voor dit model.
WAARSCHUWING
DWA10601
Deze motorfiets is uit gerust met specia-
le ban den die geschikt voor zeer ho ge
rijsnelhe den. Let op het vol gen de om
d eze ban den zo effectief mo gelijk te
kunnen geb ruiken.
Gebruik bij vervan gin g uitsluiten d
het voor geschreven type b anden.
Bij an dere ban den is het risico op
een klap ban d b ij zeer ho ge rijsnel-
he den niet denk beel dig .
Gloe dnieuwe ban den bie den op
sommi ge typen we gdek relatief
weini g g rip tot dat
ze zijn “in gere-
d en”. Het is dan ook verstan dig d e
eerste 100 km (60 mi) na dat een nieuwe
ban d is aan geb racht rusti g
te blijven rij den en pas daarna de
rijsnelhei d te verho gen.
Voor dat met ho ge snelhei d wor dt
g ere den moeten de ban den zijn op-
g ewarm d.
Pas de ban dspannin g stee ds aan
vol gens de rijomstan dig he den.
Voor ban d:
Maat: 120/70ZR17M/C (58W)
Fabrikant/model:
DUNLOP/SPORTMAX D214F
BRIDGESTONE/BATTLAX S21F
Achter ban d:
Maat: 180/55ZR17M/C(73W)
Fabrikant/model: DUNLOP/SPORTMAX D214
BRIDGESTONE/BATTLAX S21R
VOOR en ACHTER: Bandventiel:TR412
Luchtventielbuis: #9100 (origineel)
UBN6D1D0.book Page 23 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 80 of 112

Periodiek on derhou d en afstelling
7-24
7
DAU21963
Gietwielen
Let ten aanzien van de voorgeschreven
wielen op het volgende voor een optimale
prestatie, levensduur en veilige werking van
uw voertuig.
Voor elke rit moeten de velgranden
worden gecontroleerd op scheurtjes,
verbuiging, kromheid of andere scha-
de. Laat in geval van schade het wiel
door een Yamaha dealer vervangen.
Probeer het wiel nooit zelf te repare-
ren, hoe klein de reparatie ook is. Ver-
vang een wiel dat vervormd is of
haarscheurtjes vertoont.
Na het vervangen van een wiel of
band moet het wiel worden uitgeba-
lanceerd. Een niet uitgebalanceerd
wiel zal mogelijk slecht functioneren of
kan een slechte wegligging en een
verkorte levensduur van de banden
tot gevolg hebben.
DAU79960
Vrije sla g van koppelin gshen del
afstellen
Meet de vrije slag van de koppelingshendel
zoals getoond.
Controleer de vrije slag van de koppelings-
hendel regelmatig en stel indien nodig als
volgt af.
Draai de stelbout van de koppelingsspeling
op de koppelingshendel richting (a) voor
meer vrije slag van de koppelingshendel.
Draai de stelbout richting (b) voor minder
vrije slag van de koppelingshendel.
OPMERKING
Ga als volgt te werk als op de hierboven be-
schreven werkwijze de voorgeschreven
vrije slag van de koppelingshendel niet
wordt gehaald.
1. Draai de stelbout bij de koppelings-
hendel richting (a) om de koppelings-
kabel losser te stellen.
2. Verwijder paneel B en stroomlijnpa- neel C. (Zie pagina 7-8.)
3. Draai de borgmoer bij het carter los.
1. Vrije slag van koppelingshendel
2. Stelbout voor vrije slag koppelingshendel
Vrije sla g van koppelin gshen del:
10.0–15.0 mm (0.39–0.59 in)
12
(a)
(b)
UBN6D1D0.book Page 24 Monday, October 2, 2017 9:33 AM