Abarth 124 Spider 2020 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: ABARTH, Model Year: 2020, Model line: 124 Spider, Model: Abarth 124 Spider 2020Pages: 244, PDF Size: 4.55 MB
Page 71 of 244

Waarschuwingslampje Wat het betekent Wat te doen
WAARSCHUWINGSLAMPJE
AUTOMATISCHE VERSNELLINGSBAK (indien
aanwezig)
Het lampje gaat branden bij een probleem met
de versnellingsbak.
BELANGRIJK Als het waarschuwingslampje
van de automatische versnellingsbak gaat
branden, heeft de versnellingsbak een
elektrisch probleem. Als u onder deze
omstandigheden blijft doorrijden kunt u de
versnellingsbak beschadigen. Neem zo snel
mogelijk contact op met het Abarth
Servicenetwerk.Neem zo snel mogelijk contact op met het
Abarth Servicenetwerk.
HOOFDWAARSCHUWINGSLAMPJE
Het waarschuwingslampje gaat branden als
het systeem een storing heeft. Bedien het
middelste display en controleer de inhoud. Zie
de paragraaf "Voertuigen met Radio 7" in dit
hoofdstuk.Neem zo snel mogelijk contact op met het
Abarth Servicenetwerk.
69
Page 72 of 244

Controlelampjes Wat het betekent Wat te doen
WAARSCHUWINGSLAMPJE LED KOPLAMP
(indien aanwezig)
Dit gaat branden bij een storing van de
led-koplampen. Neem zo snel mogelijk
contact op met het Abarth Servicenetwerk.Neem zo snel mogelijk contact op met het
Abarth Servicenetwerk.
WAARSCHUWINGSLAMPJE LAAG
BRANDSTOFNIVEAU
Het lampje gaat branden bij een resterende
brandstof van ongeveer 9,0 liter.
Het moment waarop dit lampje gaat branden
kan variëren omdat de brandstof in de
brandstoftank beweegt naar gelang de
rij-omstandigheden en de afmeting van het
voertuig. Tank brandstof bij.Tank brandstof bij.
WAARSCHUWINGSLAMPJE LAAG PEIL
RUITENSPROEIERVLOEISTOF (indien
aanwezig)
Dit waarschuwingslampje geeft aan dat er
weinig ruitensproeiervloeistof resteert. Voeg
ruitensproeiervloeistof toe.Voeg ruitensproeiervloeistof toe.
CRUISE CONTROL-ACTIVERING
Dit waarschuwingslampje gaat branden
wanneer het cruise control-systeem wordt
geactiveerd.
SELECTEER MODUS INDICATIE
Wanneer de SPORTmodus geselecteerd is,
gaat de selectiemodusindicator SPORT aan in
de instrumenteneenheid.
70
KENNISMAKING MET HET INSTRUMENTENPANEEL
Page 73 of 244

Waarschuwingslampje Wat het betekent Wat te doen
INDICATIELAMPJE TCS / DSC-SYSTEEM
Het lampje gaat branden in het geval de
TCS/DSC-systemen in werking treden. Dit
betekent dat het voertuig te maken heeft met
een kritieke stabiliteit en grip.
INDICATIELAMPJE DSC UIT
Het indicatielampje blijft enkele seconden
branden als het contact AAN wordt gezet. Het
lampje gaat ook aan wanneer de DSC
OFF-schakelaar wordt ingedrukt en TCS/DSC
wordt uitgeschakeld. Raadpleeg “DSC
OFF-schakelaar” in de paragraaf “Actieve
veiligheidssystemen” (hoofdstuk “Veiligheid”).Als het lampje blijft branden terwijl TCS/DSC
niet is uitgeschakeld, dient u contact op te
nemen met het Fiat Servicenetwerk. Het
DSC-systeem kan een storing vertonen.
INDICATIELAMPJE MISTACHTERLICHT
Het lampje gaat branden wanneer het
mistachterlicht wordt ingeschakeld.
HOOFDLAMPJE INSTELBARE
SNELHEIDSBEGRENZING (indien aanwezig)
Het waarschuwingslampje gaat branden als
de MODUS-schakelaar op het stuurwiel wordt
ingedrukt en de instelbare
snelheidsbegrenzing wordt geactiveerd (zie
paragraaf "Snelheidsbegrenzing" in het
hoofdstuk "Starten en rijden").
MOERSLEUTELLAMPJE (indien aanwezig)
Wanneer het contact is ingeschakeld (AAN),
gaat het moersleutellampje branden waarna
het na een paar seconden weer uitschakelt.Het moersleutellampje gaat branden als de
vooringestelde onderhoudsperiode nadert.
Controleer de inhoud en voer onderhoud uit.
Raadpleeg de paragraaf
“Onderhoudscontrole” in dit hoofdstuk
71
Page 74 of 244

Groene waarschuwingslampjes
Waarschuwingslampje Wat het betekent Wat te doen
RICHTINGAANWIJZER LINKS
Het lampje gaat branden wanneer de
richtingaanwijzerhendel omlaag wordt gezet
of, samen met de rechter richtingaanwijzer,
wanneer de knop voor de alarmknipperlichten
wordt ingedrukt.
RICHTINGAANWIJZER RECHTS
Het lampje gaat branden wanneer de
richtingaanwijzerhendel omhoog wordt
verplaatst of, samen met de linker
richtingaanwijzer, wanneer de knop voor de
alarmknipperlichten wordt ingedrukt.
STADSLICHT EN DIMLICHT
Het lampje gaat branden wanneer het
stadslicht of het dimlicht wordt ingeschakeld.
MISTLICHTEN (waar aanwezig)
Het lampje gaat branden wanneer de
mistlampen voor worden ingeschakeld.
CRUISE CONTROL (INDICATIELAMPJE
INSTELLING)
(indien aanwezig)
Het waarschuwingslampje gaat branden als er
een cruise-snelheid is ingesteld.
INDICATOR INSTELBARE
SNELHEIDSBEGRENZING (indien aanwezig)
Het waarschuwingslampje licht groen op als
een snelheid is ingesteld (zie de paragraaf
"Speed Limiter" in het hoofdstuk "Starten en
rijden").
72
KENNISMAKING MET HET INSTRUMENTENPANEEL
Page 75 of 244

Waarschuwingslampje Wat het betekent Wat te doen
SLEUTELLAMPJE
Waarschuwingslampje knippert
Als de knop wordt ingedrukt van AAN naar
ACC of UIT, kan het lampje ongeveer
30 seconden knipperen om aan te geven dat
de batterijspanning van de sleutel laag is.Vervang de batterij voordat de sleutel
onbruikbaar wordt.
Blauw waarschuwingslampje
Waarschuwingslampje Wat het betekent Wat te doen
GROOTLICHT
Het lampje gaat branden wanneer het
grootlicht wordt ingeschakeld.
INDICATIELAMPJE LAGE TEMPERATUUR
MOTORKOELVLOEISTOF
(voor bepaalde versies/markten)
Het lampje blijft branden als de temperatuur
van de motorkoelvloeistof laag is en schakelt
uit als de motor warm is.
Als het indicatielampje voor een lage
temperatuur van de motorkoelvloeistof blijft
branden nadat de motor voldoende is
opgewarmd, kan er sprake zijn van een
storing in de temperatuursensor.Neem zo snel mogelijk contact op met het
Servicenetwerk.
73
Page 76 of 244

Waarschuwingslampje (roodgekleurd) op dashboardlijst
Waarschuwingslampje Wat het betekent Wat te doen
WAARSCHUWINGSLAMPJE
VEILIGHEIDSGORDEL
Het waarschuwingslampje van de
veiligheidsgordels gaat branden als de
bestuurders- of passagiersstoel bezet is terwijl
de veiligheidsgordel niet is bevestigd als het
contact wordt ingeschakeld.
Als de veiligheidsgordel van de bestuurder of
de passagier niet is vastgemaakt (alleen als er
iemand op de passagiersstoel zit) en het
voertuig rijdt met een snelheid van meer dan
20 km/u, gaan de waarschuwingslampjes
knipperen. Na korte tijd stopt de led met
knipperen, maar blijft deze branden.
Als een veiligheidsgordel niet wordt
vastgemaakt, knippert de led nogmaals
gedurende een bepaalde tijd.
De led knippert opnieuw als de
veiligheidsgordel van de bestuurders- of
passagiersstoel wordt losgemaakt nadat de
led is gaan branden en het voertuig de
snelheid van 20 km/h overschrijdt.
Passagiersdetectiesysteem: plaats geen
extra zitkussen op de passagiersstoel, en ga
hier niet op zitten anders werkt de
classificatiesensor voor inzittenden niet
correct. De sensor functioneert mogelijk niet
goed aangezien het extra zitkussen
interferentie met de sensor kan veroorzaken.
74
KENNISMAKING MET HET INSTRUMENTENPANEEL
Page 77 of 244

Waarschuwingslampje (oranjekleurig) op dashboardlijst
Waarschuwingslampje Wat het betekent Wat te doen
INDICATIELAMPJE UITSCHAKELING
PASSAGIERSAIRBAG
Het lampje gaat branden als het contact wordt
ingeschakeld voor een werkingscontrole en
schakelt enkele seconden later uit ,of als de
motor wordt gestart. Als het lampje niet uit
gaat of blijft branden, neemt u contact op met
het Abarth Servicenetwerk.Als het lampje niet uit gaat of blijft branden,
neemt u contact op met het Abarth
Servicenetwerk.
75
Page 78 of 244

BERICHT OP DISPLAY
Als er een bericht op het middelste
display wordt weergegeven, treft u de
benodigde maatregelen (op een kalme
manier) in overeenstemming met het
weergegeven bericht.
Als de volgende berichten op het
middelste display worden
weergegeven, kan er sprake zijn van
een storing in een van de systemen van
het voertuig:
Hoge temperatuur
motorkoelvloeistof: wordt
weergegeven als de motorkoelvloeistof
zeer hoog is geworden.
Storing oplaadsysteem: wordt
weergegeven als het laadsysteem een
storing heeft.
Temperatuurwaarschuwing: het
volgende bericht wordt weergegeven
als de temperatuur rond het middelste
display erg hoog is. Het wordt
aanbevolen de temperatuur in de auto
of de temperatuur rond het middelste
display te verlagen door rechtstreeks
zonlicht te vermijden.
Breng het voertuig tot stilstand op een
veilige plek en neem contact op met het
Abarth Servicenetwerk.
WAARSCHUWINGSTOON
IS GEACTIVEERD
In de volgende gevallen wordt een
waarschuwingstoon geactiveerd:
lampen aan-herinnering;
Airbag/gordelspansysteem;
Actieve motorklep (indien aanwezig);
Contact niet uitgeschakeld (STOP);
Sleutel uit voertuig verwijderd;
Verzoekschakelaar inoperatief
(versies met geavanceerde keyless
functie);
Sleutel in bagageruimte
achtergelaten (versies met
geavanceerde keyless functie);
Sleutel in voertuig achtergelaten
(versies met geavanceerde keyless
functie);
Snelheidsalarm (indien aanwezig);
Waarschuwingstoon
bandenspanning (indien aanwezig);
Buitentemperatuur (indien aanwezig);
Elektronisch stuurslot;
Snelheidsbeperker (indien aanwezig);
Waarschuwing bij 120 km/u (indien
aanwezig).
BELANGRIJK
62)Manipuleer nooit de airbag/
gordelspansystemen en neem altijd
contact op met het Abarth Servicenetwerk
voor onderhoud en reparaties. Het zelf
onderhouden of manipuleren van de
systemen is gevaarlijk. Een airbag/
gordelspanner kan per ongeluk worden
geactiveerd of kapot gaan en resulteren in
ernstig letsel of overlijden.
63)Bestuur het voertuig niet als het
waarschuwingslampje van de actieve
motorkap brandt of knippert. Het is
gevaarlijk het voertuig te gebruiken terwijl
het waarschuwingslampje van de actieve
motorkap brandt of knippert, aangezien het
actieve motorkapmechanisme dan mogelijk
niet goed functioneert in het geval het
voertuig een voetganger zou raken.
76
KENNISMAKING MET HET INSTRUMENTENPANEEL
Page 79 of 244

64)Als het TPMS- waarschuwingslampje
brandt of knippert of als de pieptoon voor
de bandenspanning hoorbaar is, verlaagt u
onmiddellijk de snelheid van het voertuig en
vermijdt u noodmanoeuvres en
noodremmen. Als het
waarschuwingslampje brandt of knippert of
als de pieptoon voor de bandenspanning
hoorbaar is, dan is het gevaarlijk tegen
hoge snelheden met voertuig te rijden, of
noodmanoeuvres of noodstops uit te
voeren. De bestuurbaarheid van het
voertuig neemt af, waardoor een ongeval
kan worden veroorzaakt. Om te bepalen of
u een trage lek of lekke band heeft, rijdt u
naar een veilige plek waar u de conditie van
de band kunt controleren en kunt nagaan
of u voldoende lucht aanwezig is om verder
te reizen naar een plek waar de band kan
worden opgepompt en het systeem kan
worden gecontroleerd door een dealer van
het Abarth Servicenetwerk of een
bandenreparateur.
65)Negeer het TPMS-
waarschuwingslampje niet. Het negeren
van het TPMS-lampje is gevaarlijk, zelfs als
u weet waarom dit brandt. Laat het
probleem zo spoedig mogelijk verhelpen
voordat de situatie ernstiger wordt, en kan
leiden tot een kapotte band of gevaarlijk
ongeluk.
77
Page 80 of 244

VEILIGHEID
Dit hoofdstuk is bijzonder belangrijk.
Hierin worden de veiligheidssystemen
beschreven waarmee het voertuig is
uitgerust en aanwijzingen over hoe deze
op de juiste wijze gebruikt moeten
worden.ACTIEVE VEILIGHEIDSSYSTEMEN. .79
AUXILIARY DRIVING SYSTEMS....83
BESCHERMINGSSYSTEMEN
INZITTENDEN...............88
VEILIGHEIDSGORDELS.........88
SBA-SYSTEEM
(Gordelwaarschuwing)..........92
GORDELSPANNERS EN
KRACHTBEGRENZERS.........92
VOORZORGSMAATREGELEN BIJ
KINDERZITJES..............94
AANVULLEND VEILIGHEIDSSYSTEEM
SRS - AIRBAG..............107
VOERTUIGGEGEVENS
REGISTREREN.............122
CONSTANTE BEWAKING.......122
78
VEILIGHEID