display Abarth 500 2012 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: ABARTH, Model Year: 2012, Model line: 500, Model: Abarth 500 2012Pages: 170, PDF Size: 4.85 MB
Page 19 of 170

18
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
MELDINGEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
VAN DE AUTO
TECHNISCHE
GEGEVENS
INDEX
KENNISMAKING
MET DE AUTO
Wanneer “km” is ingesteld, wordt het
brandstofverbruik in km/l of l/100km op
de display weergegeven.
Wanneer “mi” is ingesteld, wordt het
brandstofverbruik in “mpg” op de display
weergegeven.
– druk op de knop
+of −om in te stellen;
– wanneer de submenu “Temperatuur”
wordt gekozen: druk kortstondig op de
MENU
ESCknop: op de display ver-
schijnt “°C” of “°F” (op grond van wat
eerder is ingesteld);
– druk op de knop
+of −om in te stellen;
Wanneer de gewenste instellingen zijn uit-
gevoerd, druk kortstondig op de MENU
ESCknop om terug te keren naar het
menuscherm of druk langdurig op de knop
om terug te keren naar het standaard-
scherm zonder op te slaan.
– houd de MENU
ESCknop ingedrukt
om terug te keren naar het standaard-
scherm of het hoofdmenu in functie van
waar men zich bevindt.
Taal (Taal instellen)
De meldingen op de display kunnen in de
volgende talen worden weergegeven: Ita-
liaans, Engels, Duits, Portugees, Spaans,
Frans, Nederlands, Pools.Ga als volgt te werk om de gewenste taal
in te stellen:
– druk kortstondig op de MENU
ESCknop: de eerder ingestelde “taal” zal op de
display knipperen;
– druk op de knop
+of −om in te stellen;
– druk kortstondig op de MENU
ESCknop om terug te keren naar het menu-
scherm of druk langdurig op de knop om
terug te keren naar het standaardscherm
zonder op te slaan.
Geluidssterkte waarschuwingen
(Volumeregeling geluidssignaal sto-
ring/waarschuwing)
Gebruik deze functie om het volume van
de zoemer, die klinkt als een sto-
ring/waarschuwing op de display wordt
weergegeven, in te stellen op 8 niveaus.
Ga als volgt te werk om het volume te re-
gelen:
– druk kortstondig op de MENU
ESCknop: op de display gaat de vorige volu-
me-instelling knipperen;
– druk op de knop
+of −om in te stellen;
– druk kortstondig op de MENU
ESCknop om terug te keren naar het menu-
scherm of druk langdurig op de knop om
terug te keren naar het standaardscherm
zonder op te slaan.Geluidsterkte toetsen
(Volumeregeling toetsen)
Gebruik deze functie om het volume van
het geluidssignaal dat klinkt wanneer de
toetsen MENU
ESC, +en −worden in-
gedrukt in te stellen op 8 niveaus.
Ga als volgt te werk om het volume te re-
gelen:
– druk kortstondig op de MENU
ESCknop: op de display gaat de vorige volu-
me-instelling knipperen;
– druk op de knop
+of −om in te stellen;
– druk kortstondig op de MENU
ESCknop om terug te keren naar het menu-
scherm of druk langdurig op de knop om
terug te keren naar het standaardscherm
zonder op te slaan.
001-022 ABARTH 500 2ed NL.qxd:001-022 FIAT 500 IT 4-07-2011 9:03 Pagina 18
Page 20 of 170

19
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
MELDINGEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
VAN DE AUTO
TECHNISCHE
GEGEVENS
INDEX
KENNISMAKING
MET DE AUTO
Piep veiligheidsgordels
(Inschakeling zoemer voor SBR-
aanwijzing)
Deze functie kan alleen worden weerge-
geven wanneer het SBR-systeem door het
Abarth Servicenetwerk is uitgeschakeld
(zie de paragraaf “SBR-systeem” in het
hoofdstuk “Veiligheid”).
Service
(Geprogrammeerd onderhoud)
Deze functie zorgt voor weergave van in-
formatie over de intervallen waarmee de
servicebeurten uitgevoerd moeten wor-
den.
Ga als volgt te werk:
– druk kortstondig op de MENU
ESCknop: de display geeft het interval in kilo-
meters of mijlen aan, op grond van wat
eerder is ingesteld (zie paragraaf “Mee-
teenheden”);
– druk kortstondig op de MENU
ESCknop om terug te keren naar het menu-
scherm of druk langdurig op de knop om
terug te keren naar het standaardscherm.OpmerkingHet “Geprogrammeerd on-
derhoudsschema” voorziet elke 30.000
km (of 18,000 mi) in een servicebeurt. De-
ze melding verschijnt automatisch wan-
neer de sleutel in de stand MARwordt
gedraaid, vanaf 2.000 km (of het equiva-
lent in mijl) voor de servicebeurt. Deze
melding wordt elke 200 km (of het equi-
valent in mijl) herhaald. Onder de 200 km
verschijnt deze weergave frequenter. De
melding wordt in km of mijl aangegeven
op grond van de meeteenheid die is inge-
steld. Wanneer het onderhoudsinterval
bijna is vervallen en de sleutel in de stand
MARwordt gedraaid, verschijnt de mel-
ding “Service” op de display, gevolgd door
het aantal resterende kilometers of mijlen.
Neem contact op met het Abarth Servi-
cenetwerk om de werkzaamheden van het
“Geprogrammeerd onderhoudsschema”
te laten verrichten en de melding te res-
etten.Passagiersairbag Inschakeling/
uitschakeling frontairbag
en zijairbag
(voor bepaalde versies/markten)
Deze functie zorgt voor de in-/uitschake-
ling van de frontairbag aan de passagiers-
zijde.
Ga als volgt te werk:
– druk op de MENU
ESCknop en, nadat
de melding “Bag pass: Off) (om uit te scha-
kelen) of de melding (Bag pass: On) (voor
het inschakelen) op de display is versche-
nen door het indrukken van de knoppen
+and −, druk nogmaals op de MENUESCknop;
– op de display verschijnt een bevesti-
gingsmelding;
– druk op de knop
+of −om “Ja” te se-
lecteren (om het inschakelen/uitschakelen
te bevestigen) of “Nee” (om te annuleren);
– druk kortstondig op de MENU
ESCknop om terug te keren naar het menu-
scherm of druk langdurig op de knop om
terug te keren naar het standaardscherm
zonder op te slaan.
001-022 ABARTH 500 2ed NL.qxd:001-022 FIAT 500 IT 4-07-2011 9:03 Pagina 19
Page 21 of 170

20
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
MELDINGEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
VAN DE AUTO
TECHNISCHE
GEGEVENS
INDEX
KENNISMAKING
MET DE AUTO
Dagverlichting (D.R.L.)
Gebruik deze functie om de dagverlichting
in/uit te schakelen
.
Ga als volgt te werk om deze functie in-
en uit te schakelen:
– druk kortstondig op de MENU
ESCknop om de drie submenu’s weer te geven;
– druk kortstondig op de MENU
ESCknop: op de display knippert “On” of
“Off” (op grond van wat eerder is inge-
steld);
– druk op de knop
+of −om in te stellen;
– druk kortstondig op de MENU
ESCknop om terug te keren naar het menu-
scherm of druk langdurig op de knop om
terug te keren naar het standaardscherm
zonder op te slaan;
– houd de MENU
ESCknop ingedrukt om
terug te keren naar het standaardscherm
of het hoofdmenu in functie van waar men
zich bevindt.GSI Shift up (Schakeladvies)
Met deze functie kunnen twee regelingen
voor het schakeladvies worden gekozen.
Deze twee regelingen zijn: NORMAL/
SPORT en SPORT.
NORMAL/SPORT: wanneer deze regeling
is ingeschakeld, verschijnt onder de NOR-
MAL functie (SPORT functie uit) het scha-
keladvies in functie van een zo laag mo-
gelijk brandstofverbruik, terwijl bij de
SPORT functie het schakeladvies doelt op
een zo sportief mogelijke rijstijl.
SPORT: wanneer deze regeling is inge-
schakeld, verschijnt het schakeladvies al-
leen bij ingeschakelde SPORT functie in
functie van een zo sportief mogelijke
rijstijl.
Ga als volgt te werk om een van de rege-
lingen in te schakelen:
– druk kortstondig op de MENU
ESC-knop: op de display verschijnt een sub-
menu;
– druk nogmaals kortstondig op de
MENU
ESCknop: de huidige ingestelde
regeling zal op de display knipperen;
– druk op de knop
+of −om de rege-
ling te wijzigen;– druk kortstondig op de MENU
ESCknop om de nieuwe regeling op te slaan
en terug te keren naar het menuscherm
of druk langdurig op de knop om terug te
keren naar het hoofdmenu zonder op te
slaan.
– houd de MENU
ESCknop nogmaals in-
gedrukt om terug te keren naar het stan-
daardscherm of het hoofdmenu, in func-
tie van waar men zich bevindt.
Sluit menu af
Met deze functie kunnen de menu-instel-
lingen op het menuscherm worden afge-
sloten.
Druk kortstondig op de MENU
ESCknop om terug te keren naar het stan-
daardscherm zonder de instellingen op te
slaan.
Druk op de
−knop om terug te keren
naar de eerste menuoptie (Piep snelheid).
001-022 ABARTH 500 2ed NL.qxd:001-022 FIAT 500 IT 4-07-2011 9:03 Pagina 20
Page 22 of 170

21
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
MELDINGEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
VAN DE AUTO
TECHNISCHE
GEGEVENS
INDEX
KENNISMAKING
MET DE AUTO
TRIP COMPUTER
Algemene eigenschappen
De Trip computer geeft informatie over
de werking van de auto weer op de dis-
play, wanneer de contactsleutel in stand
de MARstaat. Met deze functie kunnen
twee afzonderlijke functies worden aan-
gemaakt, “Trip A” en Trip B” genaamd,
waarmee grootheden tijdens reis van de
auto worden vastgelegd. Beide functies
werken onafhankelijk van elkaar.
Beide functies kunnen gereset worden (re-
set – begin van een nieuwe reis).
“Trip A” geeft informatie over:
– Bereik
– Afgelegde afstand
– Gemiddeld verbruik
– Huidig verbruik
– Gemiddelde snelheid
– Reistijd.“Trip A” geeft informatie over:
– Afgelegde afstand B
– Gemiddeld verbruik B
– Gemiddelde snelheid B
– Reistijd B.
Opmerking“Trip B” kan worden uitge-
schakeld (zie “Trip B inschakelen”). De pa-
rameters “Bereik” en “Huidig verbruik”
kunnen niet worden gereset.
Weergegeven waarden
Bereik
Geeft de afstand weer die nog afgelegd kan
worden met de brandstof die in de tank
aanwezig is. Hierbij wordt uitgegaan van
een rijstijl die niet verandert. De display
toont de melding “- - - -” wanneer:
– het bereik kleiner is dan 50 km (of 30 mijl)
– de auto lang stilstaat met een draaien-
de motor.BELANGRIJK Het bereik kan variëren in
functie van verschillende factoren: de
rijstijl (zie “Rijstijl” in “Starten en rijden”),
het type route (snelweg, stadsverkeer,
bergwegen, enz.), en de gebruiksomstan-
digheden van de auto (beladingstoestand,
bandenspanning, enz.). Bij de programme-
ring van een reis dient men rekening te
houden met deze factoren.
Afgelegde afstand
Geeft de afstand weer die de auto heeft
afgelegd sinds het begin van een nieuwe
reis.
Gemiddeld verbruik
Geeft het gemiddeld brandstofverbruik
van de auto weer sinds het begin van een
nieuwe reis.
Huidig verbruik
Geeft het brandstofverbruik weer. Deze
waarde wordt continu bijgewerkt. Als de
auto stilstaat met draaiende motor ver-
schijnt de melding “- - - -” op de display.
001-022 ABARTH 500 2ed NL.qxd:001-022 FIAT 500 IT 4-07-2011 9:03 Pagina 21
Page 33 of 170

32
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
MELDINGEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
VAN DE AUTO
TECHNISCHE
GEGEVENS
INDEX
KENNISMAKING
MET DE AUTO
❒kan er geen lucht in het interieur wor-
den gevoerd met een lagere tempera-
tuur dan de buitenlucht (de tempera-
tuur knippert op de display wanneer
het systeem de gewenste comfortsitu-
atie niet kan verzekeren).
❒kan de ventilatorsnelheid handmatig ge-
reset worden (bij ingeschakelde com-
pressor kan de ventilatie niet onder een
staafje op de display zakken).
OFF-knop – C
Uitschakeling systeem
Druk op de OFFknop om het systeem
uit te schakelen.
Bij uitgeschakeld systeem, is de situatie van
de klimaatregeling als volgt:
❒alle leds zijn uit;
❒de display van de ingestelde tempera-
tuur is uit;
❒de luchtrecirculatie is uitgeschakeld;
❒de compressor is uitgeschakeld;
❒de ventilator is uitgeschakeld.
In deze omstandigheid kan de luchtcircu-
latie worden in- of uitgeschakeld zonder
het systeem te moeten activeren.Knop
…– D
In-/uitschakeling luchtrecirculatie
Men adviseert de interne luchtrecirculatie
in te schakelen in de file of in tunnels, om
te voorkomen dat vervuilde lucht in het
interieur komt.
Led op ON-knop = luchtrecirculatie
AAN.
Led op OFF-knop = luchtrecirculatie UIT.
Bij lage temperaturen of als de compres-
sor uit is, wordt de recirculatie uitgezet
om beslagen ruiten te voorkomen.
BELANGRIJK Het wordt afgeraden de in-
terne luchtrecirculatie in te schakelen bij
lage buitentemperaturen, aangezien de rui-
ten sneller kunnen beslaan.
Knoppen
ÕÔ– E
Temperatuurregeling
Druk op de knop
Õom de temperatuur
in het interieur te verhogen tot de HI
waarde is bereikt (maximum verwarming).
Druk op de knop
Ôom de temperatuur
in het interieur te verlagen tot de LO
waarde is bereikt (maximum koeling).
BELANGRIJK Als de motorkoelvloeistof
niet voldoende warm is, schakelt het sys-
teem niet onmiddellijk de maximumsnel-
heid van de ventilator in, zodat de toevoer
van te koude lucht in het interieur wordt
beperkt.Knoppen
ÕÔ– F
Instelling ventilatorsnelheid
Druk op de knop
Õof Ôom de ventila-
torsnelheid respectievelijk te verho-
gen/verlagen. De ventilatorsnelheid wordt
op de display weergegeven met staafjes.
De ventilator kan alleen uitgeschakeld
worden als de aircocompressor is uitge-
schakeld (knop B).
Druk op de AUTO-knop om de auto-
matische werking van de ventilatorsnel-
heid te herstellen.
Knoppen
´μ∂– G H I
Handmatige selectie
luchtverdeling
Door op deze knoppen te drukken, kan de
lucht op vijf manieren verdeeld worden:
´naar de uitstroomopeningen van de
voorruit en de voorste zijruiten om
deze te ontwasemen of te ontdooien.
μnaar de luchtroosters in het midden
en aan de zijkant van het dashboard
om de borst en het gelaat tijdens het
warme seizoen te verkoelen.
∂naar de luchtroosters in de been-
ruimten (voorstoelen). Wegens de na-
tuurlijke neiging van warmte om op te
stijgen, warmt dit type verdeling het
interieur zo snel mogelijk op, waar-
door onmiddellijk een behaaglijk ge-
voel wordt verkregen.
023-045 ABARTH 500 2ed NL.qxd:023-043 FIAT 500 IT 7-07-2011 16:10 Pagina 32
Page 35 of 170

34
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
MELDINGEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
VAN DE AUTO
TECHNISCHE
GEGEVENS
INDEX
KENNISMAKING
MET DE AUTO
STADSLICHT EN DIMLICHT
fig. 30
Draai, met de sleutel in de stand MAR de
ring in de stand
2. Als het dimlicht wordt
ingeschakeld, wordt de dagverlichting uit-
geschakeld en worden het stadslicht en het
dimlicht ingeschakeld. Bij inschakeling gaat
ook het controlelampje
3op het instru-
mentenpaneel branden. Draai, met de sleu-
tel in de stand STOPof verwijderd, de
ring van de stand Onaar de stand
2. Het
lampje
3op het instrumentenpaneel
gaat branden en het stadslicht en de ken-
tekenverlichting worden ingeschakeld.
GROOTLICHT fig. 30
Duw, met de ring in de stand
2de hen-
del naar voren naar het dashboard (stabiele
stand). Het controlelampje
1op het in-
strumentenpaneel gaat branden. Trek de
hendel naar het stuurwiel om het groot-
licht uit te schakelen (dimlicht gaat aan).GROOTLICHTSIGNAAL fig. 30
Trek voor het grootlichtsignaal de hen-
del naar het stuurwiel (instabiele stand).
Bij inschakeling gaat ook het controlelampje
1op het instrumentenpaneel branden.
RICHTINGAANWIJZERS fig. 31
Breng de hendel in de (stabiele) stand:
omhoog (stand a): inschakeling rechter
richtingaanwijzer
omlaag (stand b): inschakeling linker rich-
tingaanwijzer
Het controlelampje ¥of Îknippert op
het instrumentenpaneel. De richtingaan-
wijzers gaan automatisch uit wanneer de
auto terug rechtuit rijdt.
“Lane change”-functie
Trek, als u het verwisselen van rijbaan wilt
aangeven, de linkerhendel korter dan een
halve seconde naar de instabiele stand. De
richtingaanwijzer aan de gekozen kant
knippert drie maal en wordt vervolgens
automatisch uitgeschakeld.
BUITENVERLICHTING
De linkerhendel bedient de meeste soorten
buitenverlichting. De buitenverlichting kan
alleen worden ingeschakeld met de con-
tactsleutel in de stand MAR. Bij inschakeling
van de buitenverlichting, worden het ins-
trumentenpaneel en verschillende bedie-
ningselementen op het dashboard verlicht.
DAGLICHT (D.R.L.) fig. 30
(voor bepaalde versies/markten)
Met de sleutel in de stand MARen de ring
in de stand Ogedraaid, gaat de dagverlich-
ting automatisch aan; de andere lampen en
de binnenverlichting blijven uit. Het auto-
matisch inschakelen van de dagverlichting
kan in het Setup-menu in-/uitgeschakeld
worden (zie de paragraaf “Multifunctione-
le en herconfigureerbare display” in dit
hoofdstuk). Als de dagverlichting is uitge-
schakeld, blijven de lichten uit wanneer de
ring in de stand Owordt gedraaid.
fig. 30F0S030Abfig. 31F0S031Ab
De dagverlichting is een al-
ternatief voor het dimlicht
wanneer dit tijdens het rijden overdag
verplicht is, en is tevens toegestaan
wanneer dit niet verplicht is.
De dagverlichting is geen alternatief
voor het dimlicht wanneer in tunnels
of ‘s nachts worden gereden.
Het gebruik van de dagverlichting wordt
geregeld door de wegenverkeerswetge-
ving van het land waar u rijdt.
WAARSCHUWING
023-045 ABARTH 500 2ed NL.qxd:023-043 FIAT 500 IT 7-07-2011 16:10 Pagina 34
Page 39 of 170

38
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
MELDINGEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
VAN DE AUTO
TECHNISCHE
GEGEVENS
INDEX
KENNISMAKING
MET DE AUTO
Als na een botsing een
brandstoflucht wordt gero-
ken of brandstoflekkage wordt ge-
constateerd, dan mag het systeem
niet opnieuw ingeschakeld worden
om brand te voorkomen.
WAARSCHUWING
AFSLUITER VAN DE
BRANDSTOFTOEVOER
Deze grijpt bij een botsing in en veroor-
zaakt het volgende:
❒afsluiting van de brandstoftoevoer en
het uitzetten van de motor;
❒automatische portierontgrendeling;
❒inschakeling van de interieurverlichting.
Wanneer het systeem wordt ingeschakeld,
verschijnt op de display de melding “Af-
sluiter van de brandstoftoevoer, zie in-
structieboek”.
Controleer de auto zorgvuldig op brand-
stoflekkage, bijvoorbeeld in de motor-
ruimte, onder de auto of in de buurt van
de tank.
Draai na een botsing de contactsleutel
naar STOPom te voorkomen dat de ac-
cu leegloopt.Ga als volgt te werk om de correcte wer-
king van de auto te herstellen:
❒draai de contactsleutel naar de stand
MAR;
❒schakel de richtingaanwijzer rechts in;
❒schakel de richtingaanwijzer rechts uit;
❒schakel de richtingaanwijzer links in;
❒schakel de richtingaanwijzer links uit;
❒schakel de richtingaanwijzer rechts in;
❒schakel de richtingaanwijzer rechts uit;
❒schakel de richtingaanwijzer links in;
❒schakel de richtingaanwijzer links uit;
❒draai de contactsleutel naar de stand
STOP. MISTACHTERLICHTEN fig. 34
Druk op de knop Dom de mistachter-
lichten in te schakelen.
Bij inschakeling gaat ook het lampje 4op
het instrumentenpaneel branden. Druk
opnieuw op de knop om de mistachter-
lichten uit te schakelen.
123456AUD
F0S034Abfig. 34
023-045 ABARTH 500 2ed NL.qxd:023-043 FIAT 500 IT 7-07-2011 16:10 Pagina 38
Page 53 of 170

52
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
MELDINGEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
VAN DE AUTO
TECHNISCHE
GEGEVENS
INDEX
KENNISMAKING
MET DE AUTO
HOOGTEREGELING fig. 57
De auto is voorzien van elektrische kop-
lampafstelling die beschikbaar is met de
sleutel in de stand MARen ingeschakeld
dimlicht.
De auto helt achterover indien beladen.
Hierdoor schijnt de lichtbundel meer naar
boven.
In dergelijke gevallen is het nodig de kop-
lampen te verstellen met de knoppen +
en −.
De display op het instrumentenpaneel
geeft de ingestelde stand aan.
Xenon koplampen met gasontlading wor-
den automatisch geregeld. De koplampaf-
stelling is elektronisch en kan aldus niet
handmatig worden geregeld met de knop-
pen +en −.MISLAMPEN VOOR AFSTELLEN
(voor bepaalde versies/markten)
Neem contact op met het Abarth Servi-
cenetwerk voor controle en eventuele af-
stelling.
LUCHTBUNDEL AFSTELLEN IN
BUITENLAND
Het dimlicht is standaard afgesteld voor
gebruik in het land waarin de auto werd
aangeschaft. Als gereden wordt in landen
waar op de andere weghelft wordt gere-
den, moeten, om verblinding van tegen-
liggers te voorkomen, delen van de kop-
lamp worden afgedekt overeenkomstig de
wegenverkeerswetgeving van het be-
treffende land.
fig. 57
M E N UE S C
F0S057Ab
Correcte standen in functie van
de belading
Stand 0– een of twee personen op de
voorstoelen.
Stand 1– 4 personen.
Stand 2– 4 personen + bagage in de ba-
gageruimte.
Stand 3– bestuurder + maximum toege-
stane lading in de bagageruimte.
046-062 ABARTH 500 2ed NL.qxd:044-062 FIAT 500 IT 7-07-2011 16:11 Pagina 52
Page 54 of 170

53
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
MELDINGEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
VAN DE AUTO
TECHNISCHE
GEGEVENS
INDEX
KENNISMAKING
MET DE AUTO
INSCHAKELING VAN HET
SYSTEEM
Wanneer het ABS wordt ingeschakeld, is
een kleine trilling van het rempedaal voel-
baar en is ook enig geluid hoorbaar: dit
geeft aan dat de snelheid moet worden
aangepast aan de omstandigheden van het
wegdek.ABS
(voor bepaalde versies/markten)
Het ABS is geïntegreerd in het remsysteem
en voorkomt dat de wielen tijdens het rem-
men blokkeren, ongeacht de conditie van
het wegdek en de druk die op het pedaal
wordt uitgeoefend. Het ABS verhindert zo
dat één of meerdere wielen doorslippen.
Daardoor blijft de auto bestuurbaar, zelfs
bij noodstops.
Het geheel wordt aangevuld met het EBD-
systeem (Electronic Braking Force Distri-
bution) dat zorgt voor de verdeling van de
remkracht tussen de voor- en de achter-
wielen.
BELANGRIJK Een inrijperiode van circa
500 km is vereist om het beste uit het
remsysteem te halen: vermijd tijdens de-
ze periode bruusk, herhaaldelijk of lang-
durig remmen.
Wanneer het ABS wordt in-
geschakeld, is een trilling aan
het rempedaal voelbaar. Verlaag de
remdruk niet en houd het rempedaal
goed ingetrapt; zo zorgt het systeem
voor de kortste remweg in functie van
de conditie van het wegdek.
WAARSCHUWING
Het ABS wordt ingeschakeld
wanneer de griplimiet van de
banden op het wegoppervlak wordt
bereikt: minder uw snelheid in func-
tie van de beschikbare grip.
WAARSCHUWING
Het ABS benut zoveel mo-
gelijk de beschikbare grip
maar kan hem niet verhogen. Rijd dus
altijd voorzichtig op gladde wegge-
deelten en neem geen onnodige risi-
co’s.
WAARSCHUWING
STORINGSMELDINGEN
Storing ABS
Wanneer een storing optreedt, gaat het
controlelampje
>op het instrumenten-
paneel branden en verschijnt een melding
op het herconfigureerbare multifunctio-
nele display (voor bepaalde versies/
markten), zie hoofdstuk “Lampjes en mel-
dingen”.
In dergelijke gevallen blijft het remsysteem
normaal werken, maar met uitsluiting van
het ABS systeem. Rijd zeer voorzichtig
naar de dichtstbijzijnde dealer van het
Abarth Servicenetwerk om het systeem
te laten controleren.
046-062 ABARTH 500 2ed NL.qxd:044-062 FIAT 500 IT 7-07-2011 16:11 Pagina 53
Page 55 of 170

54
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
MELDINGEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
VAN DE AUTO
TECHNISCHE
GEGEVENS
INDEX
KENNISMAKING
MET DE AUTO
Wanneer alleen het contro-
lelampje xop het instru-
mentenpaneel gaat branden en op
het herconfigureerbare multifunctio-
nele display verschijnt tevens een mel-
ding (voor bepaalde versies/markten),
zet dan de motor onmiddellijk af en
neem contact op met het dichtstbij-
zijnde Abarth Servicenetwerk. Vloei-
stoflekken uit het hydraulische sys-
teem brengen de werking van zowel
het normale remsysteem als het ABS
in gevaar.
WAARSCHUWINGESP-SYSTEEM
(Electronic Stability
Program)
Dit is een elektronisch systeem dat de sta-
biliteit van de auto bewaakt wanneer de
banden hun grip verliezen.
Dit is vooral van nut op wegdekken met af-
wisselende gripcondities.
Het ESP systeem beschikt over verschil-
lende uitbreidingen zoals ASR (anti-door-
slipregeling met inwerking op de remmen
en de motor), HILL HOLDER (systeem
om op hellingen weg te rijden zonder ge-
bruik te maken van de remmen) alsook
MSR (motorslipkoppelregeling bij het te-
rugschakelen), HBA (automatische ver-
hoging van de remkracht bij plotseling
remmen) en TTC (systeem voor een be-
tere overdracht van het motorkoppel op
de wielen).
INSCHAKELING VAN HET
SYSTEEM
Als het systeem wordt ingeschakeld, gaat
het lampje
áop het instrumentenpaneel
knipperen, om de bestuurder te waar-
schuwen dat de stabiliteit en de grip van
de auto erg beperkt is. Storing EBD
Wanneer een storing optreedt, gaan de
controlelampjes
>en xop het instru-
mentenpaneel branden en verschijnt een
melding op het herconfigureerbare mul-
tifunctionele display (voor bepaalde ver-
sies/markten), zie hoofdstuk “Lampjes en
meldingen”.
In dergelijke gevallen kunnen de achter-
wielen vroegtijdig blokkeren waardoor de
auto kan beginnen slippen. Rijd zeer voor-
zichtig naar de dichtstbijzijnde dealer van
het Abarth Servicenetwerk om het sys-
teem te laten controleren.
046-062 ABARTH 500 2ed NL.qxd:044-062 FIAT 500 IT 7-07-2011 16:11 Pagina 54